Omdat haar zoons weer eens door Lucky Luke gearresteerd waren en in de gevangenis gezet besloot Ma Dalton hen wat te geven. Ze kocht gele en zwarte wol en breinaalden om aan de slag te gaan.
Haar kat Sweetie was een grote hulp door de wol vast te houden met zijn pootjes. Ma breide dag en nacht om de trui klaar te krijgen. Het was een speciaal ding met verschillende verstopplekken. In een kast lagen verschillende vijlen om uit de lik te ontsnappen.
“Ja Sweetie, ik brei een mooie trui voor mijn lieve zoons. Ze verdienen het om een mooi cadeau van hun moeder te ontvangen”, zei Ma tegen de kat.
“Miauw”, zei Sweetie.
Trouw hield hij de wol vast zodat Ma door kon breien.
Na een week was de speciale trui klaar. Ma stopte de vijlen in het kledingstuk. Het cadeau werd keurig netjes ingepakt en in het gezelschap van Sweetie ging Ma naar de gevangenis.
Ondertussen hadden de broertjes Dalton ruzie over niets. Averell was de langste en domste broer.
Hij zei:“Ik hoop dat Ma spoedig komt want dan zeg ik alles tegen haar. Ook over jouw plannen Joe.”
“Het zijn mijn plannen want ik heb ze bedacht”, zei Joe die de kleinste was.
“Dat maakt niet uit want ik ben toch haar lievelingetje”, reageerde Averell.
Dat had hij niet moeten zeggen want Joe vloog zijn broer naar de keel om hem te wurgen. Hun broers (Jack en William) haalden ze uit elkaar.
“Joe, vermoord Averell nou niet want je zou het hart van Ma breken”, zei William.
Dit hielp want Joe werd weer kalm. Vooral toen de cipier het cadeau afleverde.
“Jullie moeder bracht dit. Het zal vast niet veel soeps zijn”, zei de cipier.
Hij gaf het pakje af en ging weer weg. De broers stortten zich op het pakje. Groot was hun verbazing toen Joe de trui pakte.
“Eén trui? Ze weet toch dat we met zijn vieren zijn?”, vroeg Joe verontwaardigd.
“Wat een waardeloos cadeau van Ma zeg”, zei William boos.
“Precies mijn maat”, zei Averell.
Hij pakte de trui en wilde hem aantrekken.
“Ik kan hem niet aan want er zitten allerlei dingen in”, zei Averell verbaasd.
Hij schudde met de trui en de vijlen vielen eruit.
“Wat een magnifiek cadeau”, zei Jack.
Ieder pakte een vijl en begon een deur te maken om te ontsnappen. Maar wat ze niet door hadden was dat de trui los raakt. Spoedig waren de broers vrij maar ze lieten een zeer duidelijk spoor achter.
Dat ontdekten ook de arme eenzame cowboy Lucky Luke en zijn trouwe paard Jolly Jumper. Ze reden toevallig in de buurt van de gevangenis en vonden de zwart/gele draad.
“Het is toch niet waar”, zuchtte Jolly Jumper.
“Kom Jolly. We gaan de Daltons weer eens opzoeken”, zei Lucky Luke.
“Het is dus toch waar”, reageerde Jolly Jumper.
Ineens kregen ze gezelschap van de gevangenishond Rataplan.
“Dit is een nachtmerrie. We moeten niet alleen achter de Daltons aan maar nu is die lopende vlooienbaal er ook nog eens bij”, zei Jolly Jumper verontwaardigd.
“Rataplan! Jij kan mooi de draad oppakken”, zei Lucky Luke.
“Wedden dat hij dat niet eens kan?”, vroeg Jolly Jumper.
Op de een of andere manier raakte Rataplan in de wol gewikkeld en natuurlijk had Jolly Jumper weer commentaar klaar.
“Nooit geweten dat er ook zwart/gele mummies waren”, zei hij.
Hij lag op de grond van het lachen.
“Kom Jolly. We hebben geen tijd om lekker te luieren”, zei Lucky Luke.
Ze volgden het spoor van de trui en kwamen zo bij het huis van Ma Dalton. Ze had net bezoek gekregen van haar zoons.
“Ma, hartelijk bedankt voor de trui. Het was erg fijn om het te gebruiken om weer bij u te zijn”, zei Averell.
“Graag gedaan jongen”, zei Ma.
“Slijmbal die Averell”, gromde Joe in zichzelf.
Averell maakte zich nog minder populair door meteen het huis te gaan vegen.
“Joe, maak jezelf nuttig en ga hout hakken”, hoorde hij zeggen.
Grommend deed Joe wat zijn moeder wilde.
Het was voor Lucky Luke niet moeilijk om bij het huis van Ma Dalton te komen. Hij hoefde alleen maar Rataplan te volgen. Joe keek opeens op en kreeg de schrik van zijn leven. Hij zag zijn aartsvijand komen op Jolly Jumper en een geel/zwarte mummie die veel op een domme hond leek.
“AAAAAAAAARGH! Lucky Luke!”, gilde hij uit.
Hij gooide de bijl omhoog en het ding kwam op zijn hoofd terecht waarna Joe het bewustzijn verloor. Maar met een emmer water gekregen van Lucky Luke was hij snel weer wakker.
“Het is altijd hetzelfde met die Daltons. Ze werken zich kapot om te ontsnappen en als ze vrij zijn kunnen ze niets goed doen”, zei Jolly Jumper.
De andere Daltons hadden ook de gil van Joe gehoord en renden naar buiten.
“Als dat Malle Luke niet is”, zei Ma.
“De naam is Lucky Luke, Ma. En ik kom uw zoons weer ophalen om gezamenlijk naar de gevangenis te gaan”, verbeterde de eenzame cowboy.
Vreemd genoeg kreeg hij bijval van Averell.
“Ma, hoe goed u ook voor ons zorgt we hebben het toch wel goed in de gevangenis. Als je een kei gesplitst hebt krijg je een extra bord bruine bonen als beloning”, zei hij.
“Ga dan maar mee met Luke. Ik kom jullie gauw genoeg opzoeken in de gevangenis. En natuurlijk komt Sweetie dan ook mee”, beloofde Ma.
Sweetie zag de geel/zwarte mummie, miauwde tegen hem en toen kwam de mummie in actie. Rataplan en Sweetie renden achter elkaar aan en de gebroeders Dalton stonden in het midden van hen. Door het geren kwamen de broers vast te zitten wat Lucky Luke en Jolly Jumper erg leuk vonden.
“Zo gemakkelijk heb ik ze nog nooit gevangen”, lachte Lucky Luke.
Het gezelschap ging weer op weg naar de gevangenis maar zoals gewoonlijk waren Joe, Jack en William weer kwaad op Averell.