Om zich te kunnen ontspannen had Adam Cartwright zich met een dik boek in zijn stoel genesteld. Hij was alleen thuis dus wat belette hem om zijn voeten op het salontafeltje te leggen? Niets dus. Al op de eerste bladzij was de oudste Cartwright jongen verdiept in het verhaal.
Adam merkte niet eens dat zijn vader Ben Cartwright binnen kwam en zijn zoon zo aantrof. De rancher keek eerst erg verbaasd naar Adam en wist toen genoeg.
“Adam Poindexter Cartwright!”, zei hij streng.
Adam keek op en vroeg droog:“U riep?”
“Nee, dat was Hop Sing. Natuurlijk riep ik je. Waarom liggen je voeten op tafel?”, vroeg Ben.
Adam keek naar het salontafeltje en antwoordde:“Omdat ze niet op de grond liggen.”
“Heb ik je dan geen manieren geleerd?”, vroeg Ben.
“Jawel, maar ik ben ze vergeten”, was het antwoord.
“Laat me je dan herinneren. Tenminste eentje. Voeten op tafel is onbeleefd”, zei de rancher.
“Dát was het dus wat ik me niet meer kon herinneren”, reageerde Adam.
“Little Joe mag het niet dus jij ook niet. Ook al ben je mijn oudste zoon”, zei Ben.
Hij ging op het tafeltje zitten. Adam keek hem glimlachend aan.
“Eh pa, als wij niet met onze voeten op het tafeltje mogen zitten dan mag u ook niet óp het tafeltje zitten. U bent onze vader en dan moet u tenslotte het goede voorbeeld geven aan ons”, zei Adam sarcastisch.
Ben zuchtte en wist dat Adam gelijk had. Toen gooide hij het over een andere boeg.
“Stel, dat er hier een kleintje van jouw fabrikaat rondliep. En hij of zij zag jou zo zitten terwijl jij het kind geleerd had dat hij of zij niet met de voeten op tafel mag. En hij of zij spreekt jou erop aan. Hoe zou jij dan reageren?”, vroeg Ben.
Adam slikte. Deze vraag had hij niet verwacht. Maar hij had het antwoord al snel klaar.
“Wel, ik zou mijn nageslacht zo opvoeden dat ze mij nooit in deze positie zouden aantreffen”, antwoordde Adam.
Toen keek hij glimlachend naar zijn vader die nog altijd op het tafeltje zat.
“Als uw kleinkinderen u zo zien zitten denken ze dat zij het ook mogen. Dus dan mag u dat ook niet”, zei hij.
Opnieuw was Ben uit het veld geslagen en door zijn oudste zoon nog wel. Hij vond dit niet écht leuk.
“Goed, jij wint. Voor deze keer dan. Maar als ik jou de volgende keer nog een keer zo zie zitten zwaait er wat”, zei Ben.
“Was dat alles?”, vroeg Adam droog.
“Dat was inderdaad alles. Hoezo?”, wilde Ben weten.
“Dan kan ik rustig verder lezen”, was het antwoord.
Adam pakte zijn boek en ging verder lezen mét zijn voeten nog steeds op tafel. Ben stond op en ging zich bezighouden met de administratie.