BRUINTJE BEER OP THE HIGH CHAPARRAL

Het is een mooie dag in Nutwood. Bruintje Beer loopt wat rond als hij ergens over struikelt en het bewustzijn verliest. Wat hij niet weet is dat hij terug in de tijd is gegaan. Vlakbij waar hij ligt rijdt Buck Cannon wat rond. Hij is op weg naar de High Chaparral. Opeens ziet hij tot zijn grote verbazing de kleine beer liggen. Hij rijdt er naar toe en stijgt af.

“Wel, kijk eens wat we hier hebben. Een kleine beer”, zegt Buck hardop.

Hij onderzoekt de beer eerst maar kan niets vinden. Uiteindelijk pakt Buck Bruintje op en zet hem op zijn paard Rebel. Hij stijgt op en wil naar huis rijden als hij ergens vandaan schoten hoort. Vlug rijdt hij naar een grot. Door het vlugge rijden wordt Bruintje wakker en kijkt hij verbaasd om zich heen. Hij merkt dat er gevaar dreigt en houdt zich goed vast aan het paard. Buck op zijn beurt houdt Bruintje vast. Bij de grot aangekomen stijgt Buck van zijn paard af en pakt dan Bruintje er van af. Met een zwaai komt de beer op de grond en hij loopt de grot in. Buck verbergt zijn paard zo goed mogelijk en komt dan ook de grot in.

“Waar ben ik? Wat is er gebeurd?”, vraagt Bruintje verbaasd.

Buck gaat zitten en vraagt:“Je bent bij Tucson, Arizona. Ik ben Cannon, Buck Cannon. Ik vond je bewusteloos en we werden beschoten. Wie ben jij?”

“Bruintje Beer sir”, zegt de beer beleefd.

“Laat dat sir maar weg. Zeg maar Buck”, zegt Buck lachend.

“Goed dan Buck”, zegt de beer die naast hem is gaan zitten.

Het schieten gaat intussen gewoon door. Bruintje wordt een beetje bang. Buck merkt dat.

Hij zegt daarom:“Ik ben bij je. Maak je maar geen zorgen.”

Eindelijk is het stil en ze komen uit hun grot. Buck zet Bruintje op zijn paard en stijgt dan op.

“We gaan naar de ranch waar ik woon”, zegt Buck kalm.

Op de High Chaparral wacht iedereen op de terugkomst van Buck. Het is al vrij laat en buiten begint het aardig donker te worden. John Cannon, de eigenaar van de ranch, vraagt zich af waar zijn broer blijft.

“Blue, Mano, jullie gaan hem zoeken”, zegt John uiteindelijk tegen zijn zoon en zwager.

Ze gaan weg en juist op dat moment komt Buck het erf oprijden. Bruintje kijkt opgewonden naar Billy Blue Cannon en Manolito Montoya en zij naar hem.

“Ben je daar eindelijk Buck Cannon?”, vraagt Manolito zijn huisgenoot.

“Herken jij je eigen huisgenoot dan niet?” is de reactie van Buck.

Hij stijgt van zijn paard af. Hij pakt Bruintje er van af en ze lopen het huis binnen. Manolito en Blue volgen hen terwijl Pedro de paarden in de stal zet. Verbaasd kijken John en zijn Mexicaanse vrouw Victoria als Buck en Bruintje binnenkomen.

“Avond John, Victoria. Dit is Bruintje Beer. Bruintje, dit is mijn broer John en ook mijn schoonzus Victoria. De anderen zijn Manolito, de broer van Victoria en Blue Boy die mijn neef is”, zegt Buck kalm.

“Welkom op de High Chaparral Bruintje. We wilden net aan tafel gaan”, zegt John tegen de beer.

Buck frist zich wat op.

Tijdens het eten laat Bruintje merken dat hij niet verlegen is. Toch is hij wat moe.

“Ik denk dat onze gast slaap heeft. Denk je ook niet John?”, vraagt Buck glimlachend en plagend aan zijn broer.

“Ik vermoed dat je gelijk hebt”, zegt John kijkend naar Bruintje.

Deze reageert meteen met:“Ik heb nog helemaal geen slaap.”

“Zit hem toch niet zo te plagen, John en Buck Cannon! Bruintje, kijk uit voor hen”, zegt Victoria op dat moment.

Bruintje knikt.

Na het eten vertelt de beer wat er met hem gebeurd is.

Diezelfde dag is er een circus in Tucson aangekomen. Directeur Dick Miller is niet degene waar hij voor zich voor uitgeeft. Hij doet erg aardig maar is het helemaal niet. Zijn circus is niet zo’n groot succes en om dat te krijgen heeft hij zijn zinnen gezet op een beertje als speciale attractie. Tijdens de reis nar de stad is hij getuige geweest hoe Bruintje Beer gevonden is door Buck Cannon. Om Bruintje in handen te krijgen looft Dick een beloning uit van $ 500,-- aan degen die de beer bij hem brengt. Echter zijn reputatie zorgt ervoor dat niemand reageert op zijn verzoek. Toch houdt hij voet bij stuk. In de Waterhole Saloon is hij niet graag gezien, merkt hij.

De volgende dag zijn Buck en Blue in de saloon. Ze zijn hevig met elkaar in discussie over het circus dat in de stad is.

Buck beweert:“Dat circus loopt enorm slecht.”

“Hoe komt het dan dat ze zo bekend zijn oom Buck?”, vraagt zijn neef nieuwsgierig.

“Wel Blue Boy, juist omdat het circus zo slecht loopt is het zo bekend. Er is gewoon geen andere verklaring voor”, antwoordt Buck fel.

Blue is het er niet mee eens en zegt dan:“Misschien hoort die persoon waar jij gisteren mee thuiskwam wel bij dat circus.”

“Hij hoort er helemaal niet bij. Trouwens, wat is er mis mee als ik iemand mee naar huis neem? Als jij dat doet behandel ik hem toch ook normaal? Kijk Blue Boy, daar komt de eigenaar binnen. Ik durf te wedden dat hij geen beer kan vinden”, zegt Buck.

“Wat dat betreft ben ik het met je eens. Laten we maar niets zeggen over Bruintje”, zegt Blue.

Dick komt aan hun tafel zitten en zegt:“Zijn jullie van hier? Ik heb iemand nodig.”

“Wij zijn van hier. Hoe kunnen wij u van dienst zijn sir?”, vraagt Buck overdreven beleefd.

“Ik zoek een klein beertje voor mijn circus. Hij moet dienen als speciale attractie. Ik bied jullie ieder vijfhonderd dollar als je er mij eentje bezorgt”, stelt Dick voor.

“Wilt u ons even excuseren? Dan kunnen wij overleggen”, zegt Buck terwijl hij opstaat en zijn neef zowat meesleurt.

“Rustig oom Buck. Wat is er?”, vraagt Blue verbaasd.

“Die kerel die ons vijfhonderd dollar aanbood daarnet, hij wil Bruintje hebben. Maar daar komt niets van in. Kom mee naar huis Blue Boy”, legt Buck uit.

Blue knikt van ja.

In allerijl zijn Buck en Blue terug naar de ranch gereden. In de woonkamer zijn John, Victoria en Manolito bij Bruintje.

“Wat een haast jongens. Is er iets?”, vraagt John verbaasd.

“In de saloon kwamen we Dick Miller van dat circus tegen. Hij bood ons ieder vijfhonderd dollar als we Bruintje bij hem brachten”, zegt Buck kalm.

“Ik hoor niet bij dat circus”, reageert de kleine beer meteen.

“Bruintje, dat weten we en je blijft bij ons. Jij gaat met Buck hier vandaan”, zegt John vastbesloten.

“Jullie mogen wel een paar dagen blijven op de Sonora, de ranch van papa”, zegt Victoria op dat moment.

“We willen liever niet meer mensen in gevaar brengen”, probeert Buck te zeggen maar niemand luistert naar zijn argumenten.

Uiteindelijk geeft hij toe en hij gaan hij en Bruintje weg.

Onderweg naar de Montoya ranch merkt Buck opeens dat iemand hen aan het volgen is.

“Bruintje, ik vermoed dat iemand ons achtervolgt”, zegt Buck kalm maar ongerust.

Hij rijdt in een vlug tempo door totdat Dick hen de pas afsnijdt.

“Zo. Nu heb ik jullie beiden tegelijk in handen. Afstijgen en breng die beer bij mij”, beveelt Dick.

Buck kijkt hem aan en zegt:“Je moet niet verwachten dat ik hem aan jou geef want dat zal niet gebeuren Mister!”

Dick probeert de beer van het paard af te trekken maar Buck wordt er van af getrokken. Hij komt een beetje ongelukkig neer maar heeft toch nog genoeg kracht over om Dick bewusteloos te slaan. Bruintje is iets doorgereden en wacht op een veilige plek op Buck. Deze komt al vlug bij de beer, stijgt op en ze rijden door naar de Montoya Ranch.

Op de Sonora aangekomen worden Buck en Bruintje goed ontvangen door Don Sebastian. In het kort vertelt Buck wat er aan de hand is en ze mogen een paar dagen blijven. Door de val loopt Buck wat mank wat leidt tot plagerijen van zijn kleine vriend.

Ondanks dat er goed op Bruintje wordt gelet door iedereen ziet Dick toch kans hem te pakken te krijgen. Omdat Bruintje niet op de Sonora is keert Buck terug naar de High Chaparral. Maar ook daar is Bruintje niet. Buck wil hem gaan zoeken maar John verbiedt hem dat.

Hij zegt:“Laten we een paar dagen wachten. Dan kan jij rusten met die voet en misschien komt hij uit zichzelf hierheen.”

“Misschien is dat wel zo, John”, zegt Buck met tegenzin.

Wat er ook gebeurt, Bruintje verschijnt niet op de ranch in de volgende dagen. Iedereen wordt met de dag ongeruster en Buck het ergst van allen.

Omdat Bruintje nog steeds spoorloos verdwenen is besluit Buck hem te gaan zoeken.

Na het ontbijt zegt hij:“Ik ga Bruintje zoeken. Het is mijn schuld dat hij weg is. Ik had hem nooit alleen moeten laten.”

“Buck, het is jouw schuld niet. Maar ik ga mee zoeken”, zegt Manolito.

“Als je wil ga ik ook mee, oom Buck”, antwoordt Blue dan.

“Nee Blue Boy, jij blijft hier. Kom mee Mano”, zegt zijn oom.

Als Buck en Manolito weg zijn zegt John tegen Blue en Victoria:“Ik vermoed dat Buck zich weer in de problemen werkt.”

“Dat zal toch niet. Wie weet zijn ze straks weer thuis”, zegt Blue.

“Blue, jij gaat naar Tucson om te kijken of Bruintje bij dat circus is”, zegt John tegen zijn zoon.

“Goed pa”, antwoordt hij en ook hij verlaat de ranch.

Intussen bij het circus is Bruintje een plannetje aan het maken hoe hij het beste kan ontsnappen. Opeens merkt hij dat Dick zijn hok niet heeft afgesloten en hij grijpt meteen de kans om te ontsnappen. Vlug kruipt hij uit het hok en rent hij weg. Dick komt hem achterna maar Bruintje is veel vlugger dan zijn achtervolger. In zijn haast ziet hij niet dat hij tegen Blue oploopt. Hij merkt meteen dat Dick achter de beer aan zit.

“Kom Bruintje. Dan gaan we snel weg”, zegt Blue.

Hij tilt Bruintje op zijn paard Soapy, stijgt op en rijdt zo snel hij kan weg. Blue stopt pas als ze de ranch bereiken. John, Buck en Manolito zien hen komen en ze stoppen het paard van Blue. John tilt Bruintje ervan af.

“Hij botste tegen me op. Miller zat hem achterna”, vertelt Blue terwijl hij van zijn paard afstijgt.

“Hij sloot me op in een klein hok. Toen hij het niet op slot had gedaan ontsnapte ik. Hij zal me vast weer vinden”, vertelt Bruintje in de woonkamer als hij gekalmeerd is.

“Het wordt tijd dat we Miller een lesje leren. Vinden jullie dat ook niet jongens?”. Vraagt Buck dan.

“Je hebt gelijk Buck. Jij gaat met Bruintje naar Tucson. Wij gaan in de saloon en jullie erbuiten. Zorg dat Miller hem in het oog krijgt. Zodra hij jullie benadert, geef een teken. Ik denk niet dat hij iets ernstigs zal uithalen met vier getuigen erbij”, antwoordt John.

Iedereen gaat ermee akkoord behalve Bruintje.

Hij zegt:“Straks gaat het hele plan mis en moet ik weer in het circus blijven.”

“Dat zal niet gebeuren. Ik blijf de hele tijd bij je. Geloof me”, zegt Buck.

Pas na lang praten is de kleine beer overtuigd van het feit dat niet kan mislukken en geeft hij toe om mee te doen Miller te pakken.

Buiten de saloon.

“Bruintje, je weet hoe graag ik je mag maar een leven op de ranch is echt niets voor een beertje zoals jij. Vind je ook niet?”, vraagt Buck.

“Ik vind van wel. Ik wil blijven”, is het commentaar van Bruintje.

Buck legt uit:“Het is zwaar werk voor ons en zeker veel te zwaar voor jou. Ik denk dat het beste is als ik je mee geef aan het circus.”

“Buck alsjeblieft. Ik zal alles voor je doen als ik maar niet terug moet naar dat nare circus. Ik zal alles doen”, smeekt de beer.

Maar Buck vraagt hem aankijkend:“Ik geloof dat niet. Je liep weg van dat circus dus misschien doe je dat ook wel bij mij. Ik hou niet van die geintjes. Compendre?”

“Ik ga er niet mee akkoord. Jij bent toch niet de baas?”, vraagt Bruintje fel.

Buck antwoordt:“Wel als mijn broer er niet is. Kijk daar komt Miller aan. Blijf hier en ik ga vlug naar binnen.”

Hij gaat naar binnen en steekt zijn linkerduim omhoog met een glimlach op zijn gezicht.

John zegt tegen Blue en Manolito:“Tijd om in actie te komen.”

Buiten zijn Buck en Bruintje nog steeds aan het ruzie zoeken totdat Dick Miller erbij komt staan.

Buck vraagt:“Jij bent te klein om te leven op de ranch. Misschien kun je beter leven bij een circus. Eh sir, zou u deze beer kunnen gebruiken?”

“Ja zeker sir. Geef hem maar mee met mij”, zegt Dick.

Dan komt John met de anderen langs en hij vraagt aan zijn broer:“Waarom doe jij Bruintje weg. We hadden toch afgesproken dat hij zou blijven. Weet je nog?”

“John, je gaat me toch niet vertellen dat die beer bij ons blijft?”, vraagt Buck verontwaardigd.

“Iets op tegen oom Buck? Hij kan Victoria toch gezelschap houden als wij weg zijn”, antwoordt zijn neef dan.

“Hou jij je erbuiten Blue Boy. Dit is tussen je vader en mij”, reageert Buck.

“U kunt ervan uit gaan dat Bruintje goed behandelt wordt”, zegt Dick.

“Hier is hij”, zegt Buck terwijl hij Bruintje zijn richting opduwt.

Het volgende moment loopt Dick Miller weg met Bruintje en hij zegt:“Jij gaat terug in het hok.”

Direct erna komt Buck langs rijden, pakt Bruintje snel beet en vraagt:“Je dacht toch niet echt dat je Bruintje zou krijgen of wel Miller?”

Bruintje komt snel op het paard te zitten en Buck legt zijn linkerarm om hem heen.

Dick zegt bijna schreeuwend tegen Buck:“Geef die beer aan mij. Nu meteen of anders schiet ik je dood.”

Net op het moment dat Dick zijn pistool wil trekken ziet hij vier revolvers op zich gericht.

John zegt:“Niemand komt aan mijn familie en zeker niet iemand die kleine onschuldige beertjes in een klein hokje stopt.”

Miller beseft dat hij verslagen is en loopt weg.

Buck zucht van opluchting en zegt:“Laten we naar huis gaan.”

Ze rijden in een vlug tempo naar de ranch waar Victoria op hen wacht.

Bruintje blijft de eerste dagen thuis om bij te komen van alle gebeurtenissen. Hij heeft het erg naar zijn zin op de High Chaparral. Een paar dagen later rijdt Buck met Bruintje langs de plek waar de beer gevonden is. Opeens schrikt het paard van een slang. Het dier steigert en gooit beiden van zijn rug af. Buck trekt vlug zijn revolver en schiet de slang dood. Bruintje daarentegen is bewusteloos geraakt. Even later wordt hij wakker in Nutwood. Hij ziet dat het donker is en rent vliegensvlug naar huis om alles aan zijn ouders te vertellen.