Op een dag stond er in een plaatselijke krant een opvallende advertentie:
WIE KRAAKT MIJN KLUIS??????????
Degene die mijn kluis weet te kraken krijgt $ 1000,00.
Kom op 1 september naar de bank in Rockville.
De outlaws Hannibal Heyes en Kid Curry zagen de advertentie.
“Of dit is een grap of hij meent het écht”, zei Heyes.
“Dit is wat voor jou. Jij krijgt elke kluis open”, reageerde Curry.
“Dat is zo. En duizend dollar is in zeer goede handen bij ons”, antwoordde zijn vriend.
Ze besloten naar Rockville te gaan.
De advertentie werd ook voorgelezen aan de broertjes Dalton, vaste bewoners van de staatsgevangenis in Nevada.
“Jongens, we worden rijk”, riep Joe, de kleinste van de Daltons.
“Hoe dan Joe? We zitten vast”, zei Averell, de langste Dalton broer.
“Averell heeft gelijk Joe”, zei William, ook een Dalton broer.
“Druiloor, we ontsnappen en gaan naar Rockville om die kluis te kraken. Het geld is dan voor ons”, zei Joe.
“Maar Joe, als we ontsnappen komt Lucky Luke weer achter ons aan”, zei Averell.
Joe sprong uit zijn vel en wilde Averell wurgen maar zijn broers William en Jack hielden hem tegen.
“We doen het na het eten”, zei Joe nadat hij gekalmeerd was.
“Fijn want we eten bruine bonensoep”, zei Averell likkenbarend.
“Jij eet een hele pan leeg en wij zitten met de gevolgen”, merkte Jack op.
Joe zag opeens het licht.
“Ik weet hoe we ontsnappen. Averell eet alle soep op en verdooft de bewakers met die bonen. Zodoende kunnen we makkelijk wegkomen”, zei hij.
De broers gingen hiermee akkoord.
Averell liet zich de bruine bonensoep smaken en al snel werd de ontsnapping in werking gezet. Overal waar de Daltons kwamen vluchtten de bewakers snel weg. De Daltons kwamen snel buiten de gevangenis.
De aroma van Averell verspreidde zich als een lopend vuurtje. Lucky Luke, een arme eenzame cowboy en ver weg van huis, reed op zijn paard Jolly Jumper. Opeens roken ze de onaangename geur van Averell.
“Jolly, ben jij het die zo stinkt?”, vroeg Lucky Luke.
“Welnee, ik ben een keurig paard”, hinnikte Jolly Jumper beledigd.
“Ik ook niet. Ik ben vorige maand nog in bad geweest”, antwoordde Lucky Luke.
Ze reden snel verder waardoor de lucht even verdween.
In Rockville had bankdirecteur Jake Wilson alles in gereedheid gebracht voor de sensatie van het jaar.
“Nu nog wachten op de kandidaten. Niemand krijgt mijn kluis open”, zei Jake tevreden.
“Maar stel dat er toch iemand komt die het probeert en de kluis wel open krijgt. Desnoods met dynamiet”, zei Mark Stevens, de medeorganisator van de wedstrijd.
“Mijn nieuwe kluis is onkraakbaar!”, snauwde Jake.
“Jij hebt hem laten maken dus is het jouw wedstrijd”, zei Mark.
“Inderdaad is het mijn wedstrijd en ik zal de beloning zelf houden!”, zei Jake.
“Zoek het dan maar zelf uit”, zei Mark.
Hij ging weg. Jake dacht:‘Niemand zal mijn kluis open krijgen en het geld is voor mij en mij alleen!’
Ondertussen kwamen de Daltons hun ergste vijand tegen: Lucky Luke.
“Weer eens ontsnapt?”, vroeg Lucky Luke.
“Nee, ze lieten ons gaan vanwege de nieuwe aroma van Averell”, antwoordde Joe.
“Gelukkig. Ik dacht al dat het Luke was”, merkte Jolly Jumper op.
“Terug naar de gevangenis”, zei Lucky Luke.
“Wacht even cowboy. We zijn op weg naar Rockville om een kluis te kraken. Je kan duizend dollar winnen en dat geld is voor ons”, legde Joe uit.
“Goed. Jullie mogen het proberen maar dan gelijk terug naar huis”, zei Lucky Luke.
Daar gingen de Daltons mee akkoord. Samen gingen ze naar Rockville.
Rond dezelfde tijd kwamen Heyes en Curry aan in Rockville.
“We nemen een hotelkamer en gaan daarna wat drinken in de saloon”, stelde Heyes voor.
“Goed idee”, reageerde Curry.
“Kid, voor het geval je het vergeten was: ik heb altijd goede ideeën”, merkte Heyes droog op.
Curry keek hem even bedenkelijk aan maar zei niets. Ze reden naar het hotel en stopten hun paarden. De outlaws stegen af en bonden hun paarden vast. Hierna gingen ze naar binnen.
“Heeft u een kamer voor 2 personen?”, vroeg Heyes.
“Ja. Hier tekenen”, zei de receptionist.
De outlaws tekenden en kregen de sleutel van hun kamer.
In hetzelfde hotel logeerden ook Lucky Luke en de Daltons. Ze hadden weliswaar aparte kamers maar dat weerhield de Daltons er niet van om pogingen te doen om zich van Lucky Luke te ontdoen.
“We ontsnappen door het raam en zetten de boel op stelten”, zei Joe.
“Joe, je vergeet dat Lucky Luke ons in de gaten houdt”,was de opmerking van Averell.
Joe werd een beetje veel kwaad, wilde zijn broer wurgen maar kwam tegen het plafond terecht omdat hij tien meter omhoog sprong. Joe zag meteen sterretjes.
In de kamer ernaast hoorde Lucky Luke de klap en hij zei tegen zichzelf:“Joe verbouwt zeker weer de kamer!”
Het werd eindelijk 1 september. Al vroeg was Jake bezig om zijn nieuwe kluis gereed te maken om gekraakt te worden. Ook de deelnemers hadden zich goed voorbereid. De Daltons hadden zoveel dynamiet meegenomen dat de hele stad opgeblazen kon worden. Ook waren ze erg opgewonden. Heyes en Curry daarentegen bleven kalm.
Uit het niets verscheen de slome gevangenishond Rataplan ten tonele. Jolly Jumper zag hem als eerste en vermoedde het ergste.
“Denk je alles gehad te hebben, komt de eerste lopende vlooienwinkel de stad in”, zei hij diep zuchtend.
Intussen hadden Heyes en Curry Lucky Luke ontmoet en ze konden het goed met elkaar vinden. De Daltons waren er ook bij.
“Als jullie denken die kluis te kunnen kraken heb ik slecht nieuws voor jullie”, zei Joe gniffelend.
“En dat slechte nieuws is?”, vroeg Curry.
“Wij kraken de kluis”, antwoordde de kleinste Dalton broer.
“Jij gaat die enorme kluis kraken?”, vroeg Heyes glimlachend.
“Ja zeker”, zei Joe al een beetje geïrriteerd.
“Mr Jones, weet u wat ze gaan zeggen als ze Joe Dalton bij die kluis zien?”, vroeg Heyes.
“Nee Mr Smith, vertel”, zei Curry geamuseerd.
Joe keek Heyes nu ook nieuwsgierig aan.
“Kluis, waar ga je met die smurf heen?”, antwoordde Heyes glimlachend.
Nu ontplofte Joe helemaal en daar was niet eens een brandende staaf dynamiet voor nodig.
“Is hij altijd zo licht vlambaar?”, vroeg Heyes aan Lucky Luke.
“Ja, hij is niet geschikt om in een vuurwerkfabriek te werken”, antwoordde Lucky Luke.
“Je kunt beter in een voedselfabriek werken want dan kun je de hele dag door eten”, zei Averell.
“Kop dicht Averell”, reageerde Joe.
“Ze zijn wel erg vriendelijk tegen elkaar. Vindt u ook niet Mr Jones?”, vroeg Heyes.
“Inderdaad. Er gaat immers niets boven een goede familieband”, reageerde Curry.
Toen zag Rataplan Averell en de hond rende naar hem toe.
“Lief hondje”, zei de langste Dalton.
“Rataplan! Wat doe jij hier?”, vroeg Lucky Luke aan de hond.
“Vlooien verspreiden”, antwoordde Jolly Jumper.
Hij lag op de grond van het lachen om zijn eigen antwoord.
“Mr Smith, Mr Jones, dit is Rataplan. Hij behoort de vier Daltons te bewaken als ze in de gevangenis zijn”, zei Lucky Luke.
“Mogen wij hier uit opmaken dat die vier vaker uit de gevangenis zijn dan erin?”, vroeg Curry.
“Dat is zo. En ik breng ze ook steeds weer terug”, antwoordde Lucky Luke.
Heyes vroeg zodat Joe het zeker hoorde:“En Joe Dalton is je beste vriend?”
Het was alsof Joe een klap in het gezicht kreeg bij de vraag van Heyes.
“Joe Dalton is géén vriend van Lucky Luke!”, schreeuwde hij toen.
“Je hoeft niet zo te schreeuwen want ik sta vlak naast je”, zei Heyes.
De Daltons liepen weg van de outlaws en Lucky Luke.
“Die twee beginnen op mijn zenuwen te werken”, zei Joe op veilige afstand.
“Bij ons ook”, zeiden Jack en William tegelijk.
“Wanneer gaan we eten?”, vroeg Averell.
“Kop dicht Averell”, kreeg hij uit drie kelen te horen.
“Zodra wij een poging doen om die kluis te kraken gebruiken we gewoon ons dynamiet”, zei Joe.
“Hier is je dynamiet. Ik heb het nog even goed schoongemaakt met water en zeep”, antwoordde Averell.
“Cactuskop. Nu is het dynamiet onbruikbaar geworden”, gilde Joe opgewonden.
Opnieuw kreeg Averell een poging om in de boevenhemel te komen maar Jack en William wisten Joe te stoppen.
“Joe, ma zal je vermoorden als je Averell vermoordt”, zei William.
“Ik zeg het toch tegen ma want ik ben haar lieveling”, reageerde Averell.
Ze waren zo aan het ruzie zoeken en vechten met elkaar dat niemand in de gaten had dat Heyes allang met de kluis bezig was.
Jake had niet gerekend op de deelname van Heyes en Curry. Had hij dat wel gedaan, dan was deze wedstrijd nooit uitgeschreven. De bankdirecteur zag hoe Heyes te werk ging en begon hem al te knijpen.
“Die cowboy weet hoe hij dat moet doen. Ik moet snel ingrijpen”, zei Jake tegen zichzelf.
Curry hield echter Jake in de gaten en stond opeens achter hem.
“Ik zou maar niets proberen want ik heb een vriend met zes blauwe bonen in je rug”, fluisterde de outlaw.
Jake slikte en hield zich kalm.
Na een poosje had Heyes de kluis open gekregen. Het lijk van Mark Stevens viel eruit. De bankdirecteur wist nu dat hij moest betalen maar daar had hij geen zin in.
“De wedstrijd was gewoon een grap. Bedacht door Mark Stevens”, riep Jake.
“Als dat zo is, waarom ligt hij dan in de kluis?”, vroeg Lucky Luke.
“Hij wilde dat zo”, verzon Jake snel.
Hij probeerde er vandoor te gaan maar dat mislukte doordat de Daltons zich er tegen aan gingen bemoeien.
“Wij willen ook een poging doen om de kluis te kraken”, zei Joe.
“Joe, bespaar je de moeite want hij is al gekraakt. Terug naar de gevangenis en meneer de bankdirecteur kan ook mee nadat hij die duizend dollar aan Mr Smith heeft betaald”, zei Lucky Luke.
Heyes kreeg toch zijn geld en nadat Jake alles bekend had voegde hij zich bij het gezelschap van Lucky Luke.
Toen alles weer rustig was verlieten ook Heyes en Curry Rockville.
“Kid, ik hoop dat we die Daltons nooit meer tegenkomen. Ze zoeken teveel ruzie met elkaar naar mijn zin”, zei Heyes.
“Ik ben het volkomen met je eens”, antwoordde Curry.