DE AFSPRAAK

Het was vrijdagavond. Adam Cartwright had eerst een uitgebreid bad genomen en zich van top tot teen gewassen. Daarna had hij zijn beste kleding aangetrokken. Terwijl hij voor de spiegel stond om zijn haar te kammen kwamen zijn jongere broers Hoss en Little Joe Cartwright binnen.

“Hoss, gaat onze grote broer uit?”, vroeg Little Joe.

“Zo te zien en te ruiken wel. Heb je geen medelijden met de dame in kwestie?”, was de wedervraag van Hoss.

“Zeker weten. Adam, wie is het slachtoffer waar je mee uitgaat?”, wilde Little Joe weten.

“Dat is voor jullie een vraag en voor mij een weet”, reageerde Adam ad rem.

‘Ach, laat ze maar lekker denken en zeggen wat ze willen. Ik heb een afspraak met Agnes Wilcox en zij met niemand. Bovendien ben ik veel knapper dan die twee ezels bij elkaar. En dan prijs ik ze nog en beledig ik de dieren’, dacht Adam. Hij liet zijn broers achter en ging naar beneden.

In de woonkamer las de vader van Adam, Ben, de krant toen zijn oudste zoon de trap afliep.

“Nou Adam, de dame die vanavond met jou uitgaat is zeker een lot uit de loterij”, complimenteerde Ben zijn zoon.

“Ik heb hét lot uit de loterij”, reageerde Adam voordat hij wegging.

Rijdend op Sport kwam Adam na een tijd aan in Virginia City. Hij ging meteen richting het huis waar Agnes woonde. Bij het hek van haar huis begon zijn hart harder te bonzen. Agnes stond al te wachten op haar droomprins. Adam zag haar en begon te glimlachen.

“Gaat u mee Miss Wilcox?”, vroeg hij galant.

“Natuurlijk Mr Cartwright. Met u ga ik altijd mee”, antwoordde Agnes glimlachend.

Samen liepen ze naar het theater alwaar Adam de toegangskaarten uit zijn binnenzak haalde.

“Ik wist dat je graag naar het theater gaat dus daarom besloot ik je hiermee te verrassen”, zei Adam toen ze in hun balkon zaten.

Agnes bloosde en keek verlegen naar de grond.

Toen het toneelstuk bezig was keek Adam af en toe naar zijn verovering en wist hij dat hij deze vangst niet meer mocht laten gaan. Agnes dacht er hetzelfde over en kroop steeds dichter bij Adam.

Na het toneelstuk bracht Adam Agnes netjes thuis.

“Adam, hartelijk bedankt voor deze fijne avond. We moeten het gauw weer eens overdoen”, zei Agnes.

“Graag gedaan. Welterusten Miss Wilcox”, zei Adam.

Hij keek hoe ze naar de deur liep en daarna pakte hij zijn paard om ook naar huis te gaan.

Thuisgekomen zei Adam tegen zijn jongere broers:“Ik had een geweldige avond met mijn dame. We hadden de allerbeste zitplaatsen in het theater. Dat jullie tweeën van die cultuurbarbaren zijn kan ik ook niet helpen.”

Met die laatste opmerking had Adam het weer gedaan bij zijn broers maar hij liet ze voor wat ze waren en ging in zijn slaapkamer verder dromen over zijn Agnes.