HAATGEVOELENS

Er was grote paniek in de bank van Virginia City. De afgelopen nacht was al het geld gestolen. Maar er was geen spoor van inbraak te bekennen. Toch waren er verschillende getuigen die bij de bank stonden om hun getuigenis te geven. Bankdirecteur Jack Miller en sheriff Clem Foster waren in het bankgebouw om de schade op te nemen.

“Enig idee wie dit gedaan kan hebben?”, vroeg Clem.

“Ik sliep toen het gebeurde”, zei Jack.

“Het was eentje van die Cartwright jongens”, zei een vrouwenstem op dat moment.

De mannen keken haar kant op en zagen Molly Parker staan.

“Hoe weet jij dat het eentje van de Cartwrights is? Ze hebben zelf geld genoeg om geen bank te moeten beroven”, reageerde de sheriff.

“Ik zag heel duidelijk dat het Adam Cartwright was. Heel toevallig was ik op en keek ik uit mijn raam toen ik hem de bank in zag komen met lege zadeltassen en even later kwam hij naar buiten met volle zadeltassen”, legde Molly uit.

Ze keek om zich heen en merkte dat men haar geloofde.

“Zijn er nog meer getuigen?”, vroeg Clem.

“Nu Molly het zegt, ik zag Adam heel hard voorbij mijn huis rijden. Zijn zadeltassen waren gevuld”, antwoordde Frank Taylor.

“Laten we Adam Cartwright opstropen en daarna feesten”, riep Molly.

Ze kreeg veel bijval want haar idee werd met gejuich ontvangen.

“Er wordt niemand opgehangen totdat hij of zij veroordeeld is! Adam Cartwright is onschuldig totdat het tegendeel bewezen is”, reageerde Clem.

Hierdoor bond men in maar niet van harte. De groep werd uiteen gedreven door de sheriff.

Bij zijn kantoor werd Clem tegen gehouden door Emily Willis.

“Sheriff, ik heb ook gezien dat het Adam Cartwright was die de bank overviel. Ik kon niet slapen en ging daarom een eindje om. Hij kwam juist uit de bank en begroette me niet eens. Ik nodigde hem nog wel uit voor een kopje koffie maar hij reed door. De arrogante kwast!”, zei ze.

“Ik zal het uitzoeken”, zei Clem om snel naar binnen te gaan.

Even later vertrok hij naar de Ponderosa ranch. Onderweg kon de sheriff het écht niet geloven dat Adam de bank zou hebben overvallen. Ze kenden elkaar al jaren en waren goed bevriend. Halverwege zag Clem iets bruins in de berm liggen. Hij stopte zijn paard en steeg af. Wat lag daar? De zadeltassen van Adam met het brandmerk van de Ponderosa erop. Voorzichtig opende Clem de tassen en hij zag het gestolen geld erin.

“Adam, tenzij je er een goede verklaring voor hebt kan ik niet veel voor je doen”, zei Clem tegen zichzelf.

Hij pakte de zadeltassen op en legde die over zijn paard. Hierna steeg de sheriff op en reed hij door.

Op de Ponderosa waren Ben Cartwright en zijn zoons (Adam, Hoss en Little Joe) met het ontbijt bezig. Al een paar weken werden ze lastig gevallen door verschillende mensen in de stad. Door 1 persoon werd zelfs de zadeltassen van Adam de vorige dag gestolen maar niemand wist wie dat gedaan had.

“Degene die mijn zadeltassen heeft gestolen zal voorlopig nog niet jarig zijn”, gromde Adam.

“Geef ze maar aan mij want dan knijp ik ze fijn”, zei Hoss.

“Dat is zonde van je kracht”, merkte Adam op.

“Dat is ook weer waar. Het zou me niets verbazen als een of meerdere van die giechel grieten er achter zitten”, antwoordde Hoss.

Toen werd er op de deur geklopt. De Chinese kok Hop Sing deed open en zag de sheriff staan.

“Sheriff kom binnen”, zei de kok uitnodigend.

Clem kwam de eetkamer binnen en zag de vier Cartwrights aan het ontbijt.

“Clem, koffie?”, vroeg Ben.

“Graag. Dat kan ik wel gebruiken na alle gebeurtenissen van heden morgen in de stad”, zei Clem.

Hij ging zitten en keek nadrukkelijk naar Adam.

“Heb ik wat van je aan?”, vroeg de oudste Cartwright jongen.

“Dat niet maar je bent wel vannacht in de bank van Virginia City gezien. Bovendien vond ik onderweg naar hier je zadeltassen met al het geld van de bank erin. Kun je dat uitleggen?”, vroeg de sheriff.

“Mijn zadeltassen waren gisteren in de stad gestolen. Ik heb het zelfs bij je aangegeven en ben toen naar huis gegaan. De hele avond en nacht was ik hier thuis”, antwoordde Adam.

“Wij kunnen dat bevestigen”, zei Ben.

“Ik zal je toch moeten arresteren wegens het overvallen van de bank. Ga je mee?”, vroeg Clem.

Adam knikte. Zuchtend stond hij op en liep hij met de sheriff mee naar buiten. Ze stegen op en reden naar de stad.

Ondertussen hield Jack een spoedvergadering met Molly, Emily en Frank.

“De Cartwrights zullen wel naar Virginia City komen om uit te zoeken wie de echte bankovervaller is. Wij moeten ervoor zorgen dat Adam opgehangen wordt en daarna schakelen we de rest uit. Als dat gebeurd is pikken we de ranch in en wij zijn dan stinkend rijk”, zei Jack.

“Ik kan niet wachten. Laten we alle Cartwrights maar meteen overhoop knallen”, reageerde Molly.

“Hoe eerder we van die bemoeials af zijn, hoe beter”, zei haar vriendin Emily.

Ze lachten hard.

Frank zei:“Ik neem die ouwe Cartwright wel voor mijn rekening. Jullie nemen die twee broers.”

“Dolgraag. Ze zullen onmiddellijk voor onze charmes vallen”, zei Emily.

“We gaan naar de Bucket of Blood saloon om de ondergang van de Cartwrights te vieren. De hele stad zal ons eeuwig dankbaar zijn. Wat zeg ik? De hele wereld!”, zei Jack.

Het viertal verliet de bank en ging naar de desbetreffende saloon. Onderweg zagen ze hoe Adam door Clem gearresteerd was. Molly en Emily begonnen opvallend hard te giechelen waardoor Adam genoeg wist. Hij en Clem stegen af en bonden de paarden vast. Ze gingen naar binnen waar Adam in een cel geplaatst werd.

In de Bucket of Blood saloon riep Jack:“Iedereen een rondje op mijn kosten!”

Cosmo, de barkeeper, merkte op:“Je bent wel erg blij dat je bank vannacht beroofd is.”

“Ik moet Adam Cartwright eigenlijk erg dankbaar zijn dat hij mijn bank heeft overvallen. Want nu is er eindelijk reden voor een groot feest. Het einde van de Cartwrights! Ze hadden hier nooit moeten komen”, antwoordde Jack.

“En alleen omdat ze bij jou geen bankrekening hebben geopend?”, vroeg Cosmo.

“Inderdaad”, antwoordde de bankdirecteur.

Hij betaalde met een biljet van $ 100 en zei:“Laat de rest maar zitten. Of weet je wat? Geef deze mensen maar genoeg te drinken voor dit bedrag.”

Cosmo nam het biljet aan maar vertrouwde het niet. Maar men betaalde voor de drank en dat vond hij het best.

Ben, Hoss en Little Joe waren ook op weg naar Virginia City om de zaak te onderzoeken. Hoss was er van overtuigd dat Molly en Emily er meer van wisten en hij zou dat dan ook bewijzen. Zijn jongere broer was dat ook van plan.

Ben zei voor de zekerheid:“Jongens, wees voorzichtig en hou er rekening mee dat ze ook ons te grazen kunnen en zullen nemen.”

Beide broers knikten. Ben ging naar de sheriff om meer helderheid te krijgen. Clem zag hem binnenkomen en wist hoe laat het was.

“Je komt voor Adam?”, vroeg de sheriff.

“Inderdaad Clem. Ik weet zeker dat mijn zoon Adam de bank niét heeft overvallen”, zei de rancher.

“Wie dan wel? De smurfen?”, vroeg Clem.

“Dat weet ik niet. Misschien wel. Maar niet mijn zoons”, reageerde Ben.

Clem zuchtte en zei:“Ik moet bekennen dat ik niet geloof dat Adam de dader is. Hij is in de cel veiliger dan waar dan ook.”

De sheriff zweeg even en ging toen door:“Er zijn geen sporen van inbraak geweest. Jack gedroeg zich opvallend vreemd toen ik bij hem was.”

Intussen liepen Hoss en Little Joe langs de Bucket of Blood saloon. Ze hoorden veel gelach en besloten poolshoogte te gaan nemen. Bij de deuringang stonden Molly en Emily.

“Hallo jongens. Komen jullie ook voor de plezier? Jack is erg gul vandaag”, zei Molly.

“En dat terwijl zijn bank beroofd is? Het leven van onze broer staat op het spel”, zei Little Joe.

Molly glimlachte even en antwoordde:“Ik zit er niet mee. Hij heeft mij toch afgewezen als zijn bruid.”

“Ik geef hem groot gelijk”, zei Hoss.

“Ik ook”, antwoordde Little Joe.

Emily werd nijdig en snauwde:“Als die broer van jullie opgehangen is volgen jullie!”

“Waarom? Wat hebben wij misdaan?”, vroeg Little Joe verbaasd.

“Dat wil je niet weten. Laat ons nu met rust en vooral Molly. Door jullie broer is zij nu in gezegende omstandigheden”, antwoordde Emily.

Hoss en Little Joe keken elkaar aan en wisten dat ze loog.

“Hij beroofde de bank om voor mij en ons kindje te zorgen”, zei Molly.

Toen kwam Frank naar buiten.

“Jullie vallen toch niet arme Molly lastig?”, vroeg hij.

“Dat doen ze wel. Ze willen niet geloven dat ze over ruim 5 maanden oom worden”, antwoordde Molly.

Ze keek glimlachend naar haar buik.

“Molly, jij gaat naar de vader van je kindje”, zei Frank.

Molly stak statig de straat over en ging het kantoor van de sheriff binnen.

Binnen vroeg ze:“Kan ik de gevangene even spreken?”

Clem knikte. Molly liep naar de cel waar Adam zat.

“Wat kom je doen?”, vroeg Adam ongerust.

“Ik vind het heel moedig dat je voor mij en ons kindje de bank beroofd hebt. Maar we zullen het wel redden na jouw dood. Ik zal de baby naar jou vernoemen als het geboren wordt”, zei Molly.

“Ik heb nooit wat met jou gehad. Dus verdwijn”, antwoordde Adam.

Molly verdween meteen. Ze zei niets tegen Ben en/of Clem en ging naar buiten.

Frank en Emily zagen haar komen en zagen aan haar gezicht dat Molly slecht nieuws had.

“Adam ontkent dat hij mij heeft genomen. Knoop hem maar op”, zei ze.

“Hierbij veroordeel ik Adam Cartwright tot de strop”, zei Frank.

Hij wist dat er pas nog iemand opgehangen was en de galg stond er nog.

“We sleuren Adam uit de cel en knopen hem op”, zei hij tegen de meiden.

Jack kwam uit de saloon en zag Hoss en Little Joe.

“Komen jullie kijken hoe jullie broer opgeknoopt wordt?”, vroeg Jack lachend.

“Nee, we komen hem juist helpen”, zei Hoss fel.

“Jack, pak een touw want we gaan Cartwright opknopen. Ik heb hem tot de strop veroordeeld”, zei Frank.

“Goed idee. Emily en Molly, jullie houden die 2 onder schot”, zei Jack.

Emily kreeg een geweer en hield Hoss en Little Joe onder schot. Frank en Jack renden naar het kantoor van de sheriff en drongen binnen.

“Sheriff, Cartwright is veroordeeld tot de strop. Hij is nu van ons”, zei Jack.

Frank hield zijn geweer op Ben en Clem gericht waardoor Adam wel gedwongen was mee te gaan. De mannen sleepten Adam mee naar de galg en dwongen hem naar boven te gaan. Adam deed dat maar zag in zijn ooghoeken zijn broers die bezig waren met Emily en Molly.

“Weet je wie werkelijk de bank beroofd heeft?”, vroeg Emily slijmend aan Little Joe.

“Jij en je vriendjes zeker?”, vroeg de jongste Cartwright broer.

“Inderdaad!”, zei Emily grijnzend.

Hoss en Little Joe keken elkaar aan en trokken hun revolvers. Het moment erop waren Emily en Molly de liefjes van Magere Hein. Ben en Clem kwamen ook naar buiten en zagen de lijken van de dames liggen.

“Pa, Clem, die grieten hebben de bank overvallen samen met die twee kerels daar. Frank en Jack zitten er ook achter”, riep Hoss.

Ze renden naar de galg waar Adam al het touw om zijn nek had. Precies op het moment dat Frank en Jack Adam wilden ophangen kregen ze hun maaltijd te eten. Ben en Clem gaven ze een portie heerlijke blauwe bonen. Hoss en Little Joe gingen naar boven en haalden het touw van de nek van hun broer af.

“Ze zaten met zijn vieren achter de bankoverval en wilden je opstropen zonder een eerlijk proces”, zei Hoss.

“Bedankt jongens”, zei Adam.

Ze gingen naar beneden waar vooral Ben blij was om zijn oudste zoon levend en wel terug te hebben.

“Zullen we maar naar huis gaan want ik heb geen zin om hier rond te hangen”, zei Adam.

Dat deden ze meteen waarna de rust weer terugkeerde in Virginia City.