Het is een tijd rustig geweest voor het gezag van het Wilde westen. Onze held Lucky Luke, een arme eenzame cowboy ver weg van huis, geniet van de buitenlucht samen met zijn trouwe paard Jolly Jumper.
“Hoe kan hij nou eenzaam zijn als hij mij als metgezel heeft?”, vraagt Jolly Jumper waarbij hij sarcastisch hinnikt.
Ze weten niet dat ze vlug gescheiden zullen worden.
Ondertussen in de staatsgevangenis.
De vier beruchte Daltons, (Joe, Jack, William en Averell), maken plannen om hun zoveelste ontsnapping uit de gevangenis te doen lukken. Deze keer doen ze het via de bekende tunnel.
Als ze ’s nachts wegsluipen merkt Joe dat ze iemand teveel hebben meegenomen. Het is de waakhond van de gevangenis, die naar de naam Rataplan luistert. Joe springt uit zijn vel als hij Rataplan ziet.
Uit het diepste van zijn tenen komen de woorden:“Nu komt die hond ons ook al achterna. En straks ook nog die ellendige Lucky Luke!” Hierbij springt hij op en neer.
“Joe, dat is toch juist de bedoeling. Ons plan is om Jolly Jumper te ontvoeren”, zegt Jack.
Hij en William doen veel moeite om Joe kalm te houden.
Na een poos gaan ze naar onze cowboy op zoek. Lucky Luke is een slapende positie onder een boom met Jolly Jumper in zijn buurt.
“Hij kan gerust zijn want ik waak over hem”, zegt het witte paard hardop.
Hij hinnikt en gaat dan door met grazen. Maar wat noch Jolly noch Luke zien is dat de Daltons naderbij zijn gekomen.
Joe fluistert:“Nu is het onze kans om die Lucky Luke betaald te zetten voor al die keren dat hij ons in de gevangenis heeft gezet. We grijpen Jolly Jumper en dan rijden we erop weg.”
Gelukkig voor hen is Lucky Luke in een zeer diepe slaap. Hij merkt geheel niet dat zijn paard wordt weggevoerd. Omdat dit plan lukt is vooral Joe behoorlijk in zijn nopjes. Rataplan wordt achtergelaten om de plaats van Jolly Jumper in te nemen.
De volgende morgen wordt Lucky Luke wakker en ziet hij tot zijn grote verbazing Rataplan voor zijn neus zitten.
“Karbonade! Rataplan, wat doe jij hier? Jij hoort in de gevangenis thuis”, roept hij uit.
De slome hond bespringt hem en likt zijn gezicht uitgebreid. Nadat Luke “gewassen” is ziet hij dat zijn trouwe paard weg is. Op de plek ligt een brief. Luke pakt het en leest hardop voor:
Aan Lucky Luke,
Als jij je paard terug wil zien betaal dan $ 15.000.
Getekend,
Joe Dalton.
De cowboy vermoedt dat de Daltons zich ophouden in de dichtstbijzijnde stad Silver City Gulch.
“Kom Rataplan. Ik vermoed dat de Daltons zich ophouden in Silver City Gulch”, zegt Luke.
“Ik volg Lucky Luke altijd. Hij is verzekerd van mijn goede bescherming”, zegt Rataplan. Ze gaan op weg.
Nabij Silver City Gulch houden de Daltons zich op met hun gijzelaar Jolly Jumper. Het paard merkt dat hij niet in echt normaal gezelschap is.
“Nu maar hopen dat die Lucky Luke komt opdagen”, zegt Joe erg gniffelend.
Hij verheugt zich nu al op de confrontatie met de cowboy die hem en zijn broers steeds een enkele reis gevangenis heeft bezorgd.
“Averell, jij blijft bij Jolly Jumper en zorg ervoor dat hij niet ontsnapt”, is het bevel van Joe.
“Eh Joe, goed. Maar ik heb nog een vraag”, zegt Averell.
“En dat is als ik vragen mag?”, vraagt Joe die zijn geduld al aardig begint te verliezen.
“Wanneer gaan we eten?”, Is de onnozele vraag van de langste Dalton.
“Aaaaaaaaah, ik word hier gek”, schreeuwt Joe.
“Joe, dat hoef je niet meer te worden want dat ben je al”, reageert Averell.
Nu springt Joe bijna letterlijk uit zijn vel. Jack en William moeten veel moeite doen om Joe kalm te laten worden.
Het commentaar van Jolly Jumper luidt:“Er gaat niets boven een hechte band tussen broers.”
Na een zeer lange tijd gelopen te hebben bereiken Lucky Luke en Rataplan het kamp van de Daltons. Ze verstoppen zich bij een paar rotsen. Lucky Luke ziet Jolly Jumper staan. Hij wordt bewaakt door Averell Dalton. Onze cowboy bedenkt een plan om zijn trouwe metgezel terug te krijgen. Daarvoor is Rataplan nodig.
“Rataplan, ik bedenk een plan om mijn trouwe metgezel terug te krijgen. Daarvoor heb ik jou nodig”, zegt Lucky Luke.
Het plan gaat als volgt: Rataplan loopt naar Averell toe terwijl Lucky Luke naar zijn paard sluipt. Door de afleiding kan Jolly Jumper weer bij zijn eigenaar zijn.
“Rataplan, jij loopt naar Averell toe terwijl ik haar mijn paard sluip. Door de afleiding kan Jolly Jumper weer bij zijn eigenaar zijn”, vertelt de cowboy aan de gevangenishond.
De cowboy en de slome gevangenishond besluiten het plan ter uitvoer te gaan brengen. Rataplan gaat naast Averell zitten en legt zijn kop op diens schoot.
“Ach aardig hondje”, zegt Averell en hij aait het dier veelvuldig.
Intussen sluipt Lucky Luke naar zijn paard, maar onderweg is er een kink in de kabel gekomen.
“Handen omhoog cowboy”, hoort hij zeggen. Lucky Luke doet dat en wordt vastgebonden door Jack en William.
“Heb je het geld bij je?”, vraagt Joe. Hij houdt zijn revolver gericht op onze held.
“Nee, moet dat dan?”, vraagt Lucky Luke.
Opnieuw verliest Joe zijn geduld en zelfbeheersing.
“Hij moet zich toch eens leren zichzelf te beheersen. Al die opwinding is slecht voor zijn hart. Als hij al een hart heeft. Hahahaha!”, reageert Jolly Jumper.
Hierdoor grijpt Lucky Luke zijn kans om los te komen. Deze kans grijpt hij dan ook aan met beide handen.
Hij zegt tegen Joe en zijn broers:“Nu gaan jullie handen omhoog en daar blijven ze dan ook!”
De broers volgen het bevel gehoorzaam op. Dan ziet Rataplan zijn “grote” vriend Joe Dalton.
De hond zegt:“Kijk, daar is een oude bekende van mij. Even begroeten.”
Hij vliegt met een vaart naar de kleinste Dalton broer, waardoor deze volkomen machteloos komt te staan. Of beter gezegd: machteloos ligt. Door deze actie arresteert onze held de vier beruchte Daltons.
Als de vier boeven stevig vastgebonden zijn keert men weer terug naar de gevangenis.
Onderweg schreeuwt Joe tegen Averell met grote woede:“Jij cactushoofd, je kan ook niets goed doen.”
“Dat is nietwaar Joe. Ik kan heel goed eten”, zegt Averell erg verontwaardigd.
Deze opmerking zorgt ervoor dat Joe weer bijna uit zijn vel springt. Maar door de touwen om zijn lichaam is dat gelukkig onmogelijk,
Lucky Luke zegt lachend vanaf de rug van Jolly Jumper:“Ze hebben nog steeds hun gevoel voor humor bewaard.”
Als men een tijd gelopen heeft, komt de gevangenis in zicht.
Lucky Luke zegt tegen de broers:“Nog even volhouden. Dan zijn jullie weer thuis.”
“Ik hoop dat ze nog niet gegeten hebben. Mijn maag vraagt om vulling”, zegt Averell.
“Jouw maag vraagt altijd om vulling. Ik zal je eens een vulling op je gezicht geven”, schreeuwt Joe kwaad.
“Als je dat doet, zeg ik het tegen ma. Je weet dat ik haar lievelingetje ben”, antwoordt Averell.
“Laat ze hun mond houden. Ik krijg er migraine van”, zegt Jolly Jumper klagend.
Aangekomen in de gevangenis worden de Daltons weer zoals elke dag trouw bewaakt door Rataplan.
Lucky Luke verlaat met zijn reisgezel Jolly Jumper de gevangenis en samen gaan ze weer op weg naar een nieuw avontuur in het Wilde Westen.