JOLLY JUMPER IS VERLIEFD

Het was een rustige dag toen Lucky Luke op Jolly Jumper wat rondreed. De zon scheen flink en dat zorgde ervoor dat het paard in slaap viel.

Jolly was een vrij paard zonder verplichtingen en daar genoot hij met volle teugen van. Omdat hij van veel markten thuis was waren alle merries verliefd op hem. Maar ze waren niet de enige. De slome gevangenishond Rataplan had ook zijn oog op de hengst laten vallen.

“Hallo paard van mijn dromen”, zei Rataplan.

Hierbij keek hij hem met zeer verliefde ogen aan. Natuurlijk dacht Jolly:‘Wat is dat voor een rare kwast. Er zat altijd al een steekje los bij hem maar nu is het bewijs geleverd!’ Hij draafde snel weg.

Ondertussen stond zijn geliefde merrie Guinee op hem te wachten bij de oude spoorbaan.

“Waar blijft mijn lieverd toch?”, vroeg ze ongerust.

De merrie keek om zich heen maar haar vriend was nergens te zien. Ze wist niet dat Jolly gevolgd werd door een andere liefde van hem.

Jolly rende zo hard hij kon maar helaas volgde Rataplan hem. Door de bossen, woestijn en toch kon Jolly zijn achtervolger niet kwijtraken.

“Gaat hij nou nog niet weg? Dan moet ik maar hardere maatregelen treffen”, zei Jolly.

Hij begon wat langzamer te lopen zodat Rataplan dichterbij kwam. Opeens zag Jolly Guinee staan. Zijn paardenhart begon harder te bonzen en hij plukte wat bloemen om aan haar te geven. Toen ging hij naar haar toe.

“Voor jou, boutje du schat”, zei hij met verliefde ogen tegen de merrie.

“Wat romanistisch Jolly”, zei ze verlegen.

Een romantische paardenkus volgde en dat zag Rataplan ook. Hij begreep dat Jolly nooit op hem zou vallen en droop af.

“Wat is hij een dom paard”, zei de gevangenishond terwijl hij terug naar de gevangenis ging.

Op dat moment werd Jolly wakker doordat Lucky Luke zei:“Wakker worden Jolly want we moeten weer eens achter de Daltons aan.”

De hengst had hier geen bezwaar tegen want zijn droom was tegelijkertijd een nachtmerrie.