Op de morgen van 24 maart 1864 werd Mitch Cartwright pas wakker toen het allang licht was. Hij voelde zich toch al niet zo lekker en bleef in bed liggen totdat zijn vader Adam Cartwright binnenkwam.
“Morgen lieverd. Lekker geslapen?”, vroeg Adam terwijl hij op bed kwam zitten.
“Ja, maar mijn keel doet pijn”, zei de jongen wat schor.
Adam voelde aan de keel van zijn zoon en merkte dat het wat opgezet was.
“Je gaat eerst in bad en daarna heeft Hop Sing heerlijke havermout voor je klaarstaan. Dat kun je zo doorslikken”, zei Adam.
Hij tilde Mitch uit bed en droeg hem naar de badkamer. Het bad was al klaargemaakt zodat hij de jongen direct kon wassen. Tijdens de waspartij bleef Mitch hoesten zodat Adam zich zorgen maakte.
“Je wordt toch niet ziek want we gaan straks naar de koeien en kalfjes die opa heeft rondlopen”, zei de oudste Cartwright jongen.
Mitch haalde zijn schouders op.
Nadat Mitch aangekleed was ging hij met Adam naar beneden. De anderen zaten al aan het ontbijt maar ook zij merkten dat de jongste bewoner van de Ponderosa niet in orde was. Hop Sing zette een kom havermout voor Mitch neer en de jongen begon langzaam te eten.
“Als hij koortsig wordt ga ik met hem terug naar huis”, zei Adam na een lange stilte.
“Dan kan jij eventueel weer de boekhouding bij houden. Ik weet dat jij daar graag je vrije tijd mee doorbrengt”, zei Ben plagend.
Adam knikte glimlachend en reageerde met de opmerking:“Ik zal voor uw verjaardag een cursus boekhoudkunde kopen zodat u die kan volgen.”
Iedereen lachte omdat ze wisten dat Ben een hekel had om de boeken bij te houden en dat Adam dat enorm leuk vond om te doen. Daarom deed Adam het altijd.
Mitch keek zijn ogen uit toen ze naar de kudde reden.
“Papa, wat mooi is het hier zeg”, zei de jongen.
“Je zal nog veel meer moois tegenkomen als we straks bij de kudde zijn”, was Adams antwoord.
Hij keek naar zijn zoon die voor hem op Sport zat. Hij hoopte dat Mitch net zo gelukkig zou worden op de ranch als hij was met zijn vader en broers.
Tijdens het veedrijven bleef Mitch bij Ben. Althans dat had de jongen aan zijn vader beloofd. Maar toen de rancher even niet oplette was Mitch aan het wandelen geslagen.
Toevallig was Adam bij zijn vader om een paar kalveren af te leveren toen hij eerst om zich heen keek en toen verbaasd en ongerust vroeg:“Pa, waar is Mitch?”
Ben keek ook om zich heen en antwoordde:“Hij was hier net nog. Hij kan niet ver zijn.”
“Dat kan hij wel. Mitch is watervlug. Ik ga hem zoeken”, reageerde Adam.
Hij keerde Sport en reed weg. Even later had hij Mitch gevonden. Hij sprong van Sport en rende naar de jongen. Sport hinnikte en Mitch schrok er zo van dat hij viel en uitgleed. Hij kwam in het water terecht. Adam kwam hem zonder nadenken achterna en redde zijn zoon van een wisse dood.
Op de kant hield Adam Mitch vast en zei:“Beloof me dat je nooit meer zomaar wegloopt. Papa houdt heel veel van jou en kan je niet meer missen.”
De jongen knikte en hoestte erg. Ook keek hij wat wazig uit zijn ogen. Adam legde zijn hand op het voorhoofd van Mitch en merkte dat hij wat warm aanvoelde.
“Ik ga jou naar huis brengen”, zei Adam vaderlijk.
Hij stond op en droeg zijn zoon naar Sport. Intussen had hij Mitch in zijn jas gewikkeld. Ze stegen op en reden terug naar Ben.
“Pa, kan iemand Paul Martin naar het ranchhuis sturen want dit jochie viel in het water en nu is hij wat koortsig. Ik blijf bij hem zolang hij ziek is”, zei Adam.
“Ik ga wel”, zei Little Joe direct.
De broers reden meteen weg.
Thuisgekomen droogde Adam Mitch meteen af en deed hij hem in bad. Mitch bleef hoesten zodat zijn vader hem naar bed bracht.
“Pap, mag ik in jouw bed?”, vroeg Mitch schor.
“Natuurlijk mag jij bij mij in mijn bed liggen zolang je ziek bent. Ik blijf bij je”, zei Adam. Hij legde Mitch in zijn bed en bleef bij hem zitten.
Mitch keek de slaapkamer rond en zei:“Wel veel boeken hier.”
“Je ooms noemen mijn kamer ook wel de bibliotheek”, zei Adam.
“Wat is een biblio…?”, vroeg Mitch.
“Dat is een gebouw met heel veel boeken om te lezen”, legde zijn vader uit.
“Ik kan niet lezen”, zei Mitch.
“Nog niet maar dat leer je wel”, was Adams antwoord.
Na enige tijd hoorde hij voetstappen op de trap. Adam ging kijken en zag Dr. Paul Martin en Little Joe komen.
“Paul, de patiënt ligt in mijn bed”, zei Adam direct.
“Hallo Adam. Ik hoorde van Joe dat je zoontje ziek is”, zei de geneesheer.
“Ja. Hij viel in het water bij de kudde. Nu is hij erg koortsig en schor. Ook hoest hij veel”, vertelde Adam terwijl ze naar zijn slaapkamer liepen.
Paul onderzocht Mitch en zei tegen de broers:“Mitch heeft keelontsteking. Hou hem in bed en laat hem veel drinken. Ik kom morgen weer even langs.”
Little Joe liet de dokter uit terwijl zijn broer bij Mitch bleef. Langzaam viel de jongen in slaap. Adam dekte hem toe en bleef bij zijn ziekbed waken.
Little Joe kwam naar de slaapkamer en vroeg fluisterend:“Slaapt hij?”
Adam knikte en verliet de slaapkamer om op de gang te kunnen praten.
“Ik blijf thuis om voor hem te zorgen. Hij is ziek en dit is een vreemde omgeving voor Mitch. Hij heeft mij nu het hardst nodig”, zei Adam.
“Goed. Ik ga naar de anderen en vertel wat er met Mitch is en dat jij thuis bent”, antwoordde Little Joe.
Hij ging weg en Adam terug naar Mitch. Deze was nog steeds in dromenland.
Bij de kudde vroeg Ben direct aan zijn jongste zoon:“Hoe is het met Mitch?”
“Hij heeft een keelontsteking en Adam blijft thuis om voor hem te zorgen. Doc komt morgen weer kijken bij het jochie”, antwoordde Little Joe.
Ben zuchtte diep en stond voor een dilemma. Men had hem hard nodig bij het brandmerken maar Adam ook.
Uiteindelijk zei Ben:“Ik ga naar huis. Mijn kleinzoon is belangrijker dan de kudde.”
Hoss en Little Joe begrepen het. Ben pakte zijn paard en ging naar huis terug.
Adam maakte de lunch klaar voor zichzelf toen hij door het keukenraam zijn vader zag komen.
Verbaasd liep hij naar buiten en stelde hij de vraag:“Pa, wat komt u hier doen?”
“Mijn kleinzoon is ernstig ziek en daarom kom ik naar huis”, zei Ben terwijl hij afsteeg. “Mitch slaapt nu dus ik dacht tijd om te lunchen”, zei Adam.
“Ik eet met je mee”, was Bens antwoord.
Na het eten gingen de twee mannen naar Mitch die net wakker was geworden.
“Opa”, zei de jongen schor.
Hij ging zitten maar Adam zei:“Mitch, ga liggen.”
Mitch deed het meteen maar wel met tegenzin. Ben kwam op bed zitten en aaide zijn kleinzoon over zijn bol.
“Je moet snel weer beter worden want ik wil wel erg veel tijd met jou doorbrengen”, zei de rancher.
Mitch viel weer in slaap zodat hij alleen gelaten werd.
In de werkkamer zei Adam:“Nu ik weer thuis ben zal ik me maar weer bezig gaan houden met de boekhouding. Aangezien dat uw hobby niet is.”
“Je maakt jezelf weer erg populair met je scherpe opmerkingen. Ik hoop dat Mitch ze later ook niet gaat maken”, zei Ben grinnikend.
“Hij lijkt erg veel op mij dus dat zal wel”, reageerde zijn zoon.
Adam nam plaats achter het bureau en ging aan het werk. Aangezien jullie het wel redden samen ga ik weer terug naar de kudde”, zei Ben.
“Dag pa”, zei Adam grijnzend.
In de volgende dagen sliep Mitch erg veel en kon Adam op zijn gemak de boeken doornemen en bijwerken. Na twee weken was de koorts weg en liet Adam zijn zoon beneden op de bank liggen. Hierdoor herstelde Mitch nog sneller. Nu hij geen keelpijn meer had begon Mitch steeds meer te praten.
Na zijn ziekte kwam Mitch weer buiten. Omdat het heerlijk weer was besloot Adam de rest van de administratie buiten te doen zodat hij dan meteen zijn zeer ondernemende zoon in de gaten kon houden. Op een gegeven moment kwam Mitch naar zijn vader toe en ging hij ook aan tafel zitten. Adam keek naar de jongen maar zei niets.
“Wat ben je aan het doen?”, vroeg Mitch na een poosje.
“Ik schrijf de geldzaken in de boeken”, zei Adam.
“Waarom?”, was de volgende vraag.
“Omdat opa dan precies kan zien hoeveel geld wij uitgeven en krijgen”, zei Adam.
Hij zag dat Mitch het niet begreep en legde uit:“Als jij straks nieuw kleren nodig hebt moet ik het bedrag ervan in dit boek zetten voor controle.”
“Kan opa dat dan niet zelf doen?”, vroeg Mitch.
Zijn vader glimlachte en antwoordde:“Ja wel, maar hij vindt het niet leuk.”
“En jij wel? Ik heb maar een rare vader”, reageerde Mitch luchtig.
Adam trok hem naar zich toe en zei:“Als ik raar ben dan ben jij nog raarder omdat jij mijn zoon bent.”
“Nietes”, zei Mitch.
Adam begon zijn zoon te kietelen waardoor de jongen luid begon te lachen.
“Papa, ophouden!”, gilde Mitch na een tijdje.
“Ik zal ophouden als jij braaf gaat spelen”, zei Adam.
Mitch ging weer spelen en Adam werken.
Nadat alle administratie bijgewerkt was zei Adam:“Mitch, ik ruim de boeken op en dan gaan we naar opa toe.”
De jongen volgde hem en vroeg:“Weet je waarom we naar opa gaan?”
“Nou?”, wilde Adam weten.
“Omdat opa niet naar ons toekomt”, antwoordde de jongen luchtig.
“Wou je nog mee?”, vroeg Adam.
Mitch knikte met lachende ogen.
“Dan moet je dat tegen mij niet meer zeggen”, zei Adam plagend.
Hij droeg de boeken naar binnen en ruimde ze op. Hierna pakte Adam een tas met wat koekjes en broodjes en flesjes met drinken voor zijn zoon.
Toen vader en zoon Cartwright bij de kudde arriveerden hield men net een lunchpauze. “Mitch, we komen precies op tijd”, zei Adam.
Hij stopte de vos en steeg af. Hierna tilde hij Mitch van hem af. Ben kwam naar ze toe en nam Mitch over van zijn oudste zoon.
“Ben je weer helemaal beter?”, vroeg de rancher.
De jongen knikte en werd weer neergezet. Samen liepen ze naar de anderen, gevolgd door Adam.
Ben gaf zijn zoon een kop koffie en zei:“We zitten op schema. Maar je hulp is welkom.”
“Alle administratie is weer bijgewerkt. Mitch is ook helemaal genezen. Hij praat vijf kwartier in een uur zonder te stoppen”, antwoordde Adam.
Ze keken allebei naar Mitch die zich kostelijk vermaakte met Hoss en Little Joe.
Na de lunchpauze zei Adam:“Mitch, je moet nu echt bij opa blijven.”
“Goed papa”, zei de jonge Cartwright.
Mitch bleef nu wel bij Ben en speelde bij de voorraadwagen. Hierdoor kon Adam nog beter meehelpen met het brandmerken waardor het karwei snel geklaard was.