Op een vroeg uur in de morgen werd een jongen uit zijn zadel geschoten. Hij kwam op de grond terecht en verloor het bewustzijn. Zijn paard steigerde en rende toen weg. Na een poosje kwam de jonge cowboy weer bij en hij keek erg verward om zich heen. Voorzichtig kwam hij overeind en voelde hij hoe pijnlijk zijn knie was. Langzaam strompelde hij naar de dichtstbijzijnde ranch. Maar op den duur viel hij neer.
Op de Ponderosa begon het dagelijkse leven. Geen van de Cartwrights kon vermoeden wat er zou gaan gebeuren op de ranch. Na het ontbijt gingen de broers Adam, Hoss en Little Joe weg om te werken. Opeens zagen ze de jongen liggen.
“Hoss, Joe, kom mee. Daar ligt iemand”, zei Adam.
Ze reden naar hem toe en stegen af. De jongen had weer het bewustzijn verloren. Little Joe ging terug naar huis om de wagen te halen. Ben Cartwright was zeer verbaasd toen hij zijn jongste zoon zag komen.
“Jongen, is er iets?”, vroeg hij toen Joe bij hem was gekomen.
“Er is een joch gewond. Adam en Hoss zijn bij hem”, legde Joe uit.
“Neem de wagen maar mee”, zei Ben.
Ondertussen verzorgden Adam en Hoss de jongen die desondanks nog steeds bewusteloos was.
“Is dat niet een van de Taylor jongens?”, vroeg Hoss opeens.
“Daar zou je best eens gelijk in kunnen hebben, Hoss. Maar de Taylor ranch is aan de andere kant van Virginia City. Dus wat doet hij hier?”, vroeg Adam verbaasd.
Het antwoord wist geen van beiden te geven. Op dat moment kwam Joe aanrijden met de wagen. Voorzichtig legden de Cartwrights de jongen op de wagen. Vrij langzaam reed men terug naar de Ponderosa. Ben wachtte hen al op.
Toen hij de jongen zag zei Ben:“OK. Breng hem maar de logeerkamer. Joseph, jij gaat Doc halen.”
Adam en Hoss brachten de jongen naar de logeerkamer. Erg langzaam kwam hij bij en opnieuw keek hij verward om zich heen.
“Hoe voel jij je knul?”, vroeg Ben die bij het bed stond.
“Mijn knie doet pijn. Ik werd uit het zadel geschoten. Waar ben ik?”, vroeg de jongen die weer wakker geworden was.
“Op de Ponderosa. Adam, Hoss en Little Joe vonden je en brachten je hier. Jij bent toch een van de Taylor jongens?”, vroeg Ben kalm.
“Ja. Ik ben de jongste zoon, Josh. Ik moest een kudde koeien halen. Waar is mijn paard Treasure?”, vroeg Josh.
Maar dat wist niemand. De pijn in de knie van Josh begon erger te worden.
Toen Doc Paul Martin was gekomen onderzocht hij de jonge Taylor.
“De kogel zit nog in je knie. Ik vraag me af hoe je hebt kunnen lopen”, zei Paul toen hij de kogel zag zitten.
“Het was meer strompelen dan lopen”, zei Josh met een pijnlijke glimlach.
“Ik zal de kogel er uithalen. Het is wel pijnlijk”, zei Paul nuchter.
Hoewel Josh pijn had liet hij niets merken.
“Zo. De kogel is eruit. Ik zal de wond hechten en verbinden. Je zal voorlopig hier moeten blijven”, zei Paul toen de kogel eruit was.
De wond viel nogal mee. Josh viel algauw in slaap.
Buiten de kamer op de gang vroeg Paul aan Ben:“De kogel is er uit maar hij zal voorlopig hier moeten blijven totdat de wond dicht is. Is dat een bezwaar voor jullie?”
“Nee, helemaal niet. Mary en Kirk moeten wel op de hoogte gebracht worden van het feit dat Josh hier is”, antwoordde Ben kalm terwijl ze naar beneden liepen.
“Josh zal hier een paar dagen moeten blijven totdat hij weer redelijk kan lopen”, zei Paul tegen de jongens in de woonkamer.
Aan de andere kant van Virginia City vroeg iedereen op de ranch van de familie Taylor, die de naam Cannery droeg, zich af waar Josh bleef met de kudde. Niemand wist echter dat hij door zijn eigen vader neergeschoten was. Die was er jaren geleden vandoor gegaan.
Na de lunch zei de oudste zoon Bret:“Ma, oom Kirk, ik ga Josh zoeken. Hij is waarschijnlijk verdwaald.”
“Wees voorzichtig jongen”, zei Mary.
Kirk gaf zijn neef een geweer mee. Bret ging naar de stad om te kijken of zijn jongere broer daar was. In de Silver dollar Saloon kwam Bret een oude bekende tegen.
“Hi Bret”, zei Little Joe.
“Hi Joe. Heb je toevallig Josh gezien? Hij wordt al uren vermist”, zei Bret.
“Hij is op de Ponderosa. Iemand schoot hem in zijn knie”, zei Little Joe.
Bret keek hem verbaasd aan en zei:“Geweldig! Dat kunnen we nu niet gebruiken.”
Hij legde onder een glas bier uit wat er gaande was op de Cannery.
“Dat is niet zo best. Wat ben je van plan?”, vroeg Little Joe.
Bret zuchtte diep en zei:“Ik weet het écht niet. Soms zijn ma en oom Kirk zo hopeloos ouderwets. Het botst dan echt met mijn ideeën en die van Josh. Nu hij uitgeschakeld is zitten we echt diep in de problemen.”
Na de lunch besloot Ben naar de Cannery te gaan om de familie Taylor te informeren over wat er met Josh gebeurd was.
“Adam, jij houdt Josh in de gaten. Ik ben op de Cannery”, zei Ben tegen zijn oudste zoon.
De ranch van de familie Taylor lag aan de andere kant van Virginia City.
Toen Ben op de Cannery arriveerde zei Kirk Taylor verbaasd:“Ben Cartwright, wat brengt jou hier? Er is toch niets ernstigs gebeurd. Josh is nergens te bekennen sinds vannacht.”
“Het gaat in feite om hem”, zei Ben terwijl hij van zijn paard afsteeg.
Ze liepen naar binnen waar Mary was.
“Hallo Mary. Is Bret er ook?”, vroeg de eigenaar van de Ponderosa.
“Nee, hoezo? Is er iets?”, vroeg ze ongerust.
Ze gingen zitten.
“Vanmorgen vonden mijn jongens Josh met een kogel in zijn knie. Hij is bij ons thuis. Het kan zijn dat Martin Brennan weer terug in Virginia City is”, zei Ben kalm.
“Hij verdween zeventien jaar geleden. Hij heeft nooit iets om mij, Bret en de ranch gegeven. Hij weet misschien niet eens dat Josh zijn zoon is”, zei Mary geschokt.
“Bret is zijn broer aan het zoeken”, zei Kirk ongerust.
“Brennan zal niet stoppen voordat hij de ranch in handen heeft. Ook al moeten er slachtoffers vallen”, zei Ben kalm.
“Hoe gewond is Josh?”, vroeg Mary bezorgd.
“Hij is in zijn knie geschoten. Het is niet zeker of hij ooit nog helemaal zal herstellen”, antwoordde Ben.
Josh was altijd al zwak in de botten geweest. Maar schieten kon hij als de beste.
Na een paar uur slapen werd Josh wakker en hij voelde zich beter. Opeens ging de deur open en Adam kwam binnen.
“Hallo Adam”, zei Josh opgewekt.
“Hoe is het met jou en je wond?”, vroeg Adam terwijl hij op bed ging zitten.
“Het doet pijn maar ik kan er wel tegen. Waar is je vader? Is hij naar onze ranch?”, vroeg Josh terwijl hij ging zitten.
“Ja. Hij vond dat je moeder en oom er recht op hadden te weten wat er met je gebeurd is. Je bent tenslotte nog minderjarig”, antwoordde Adam.
Josh knikte en keek weg.
“Het gaat slecht op de ranch. Het is hopeloos. De oogst blijft mislukken en ons vee wordt keer op keer gestolen”, zei de jonge Taylor na een poosje.
“We vinden wel een oplossing”, zei Adam terwijl hij opstond en de slaapkamer verliet.
Nu hij in bed lag had Josh alle tijd van de wereld om na te denken over wat er met de ranch gebeuren moest. Maar hoe langer hij er over nadacht hoe minder oplossingen er in zijn hoofd opkwamen. Hij besloot op eigen initiatief advies te gaan vragen aan de Cartwrights. Josh wist dat dit tegen de zin van zijn moeder en oom in was maar dat kon hem op dat moment niets schelen. Het ging om zijn toekomst en om die van Bret. Dat was op dat moment even belangrijker. Mary Taylor zou dat nooit inzien en haar broer Kirk ook niet.
Toen Ben weg was ging Kirk naar de stad om Bret te zoeken. Hij vond zijn neef in de Bucket of Blood Saloon. Op een gegeven moment kwam Martin Brennan de saloon binnen maar geen mens herkende hem. Althans dat dacht hij. Maar aan de bar stond zijn zwager Kirk Taylor die hem wél herkende. Hij liet echter niets merken.
Martin vroeg aan Kirk:“Ik heb gehoord dat de Cannery te koop straat. Ik koop hem. Waar kan ik de eigenaar vinden?”
“Ik wist niet eens dat die ranch te koop stond. Zover ik weet is er geen sprake van verkoop”, antwoordde Kirk rustig.
“Die ranch is te koop als ik me ermee bemoei”, zei Martin.
“Dan zal de eigenaar toch een prijs moeten noemen. En dat zal niet gebeuren want ik ben toevallig de eigenaar van de Cannery”, zei Kirk vastbesloten.
Martin verliet beledigd de saloon.
Kirk zei tegen Bret:“Dat was je pa. Hij liet jou en Mary in de steek toen Josh op komst was. Ik vraag me af of hij echt de ranch wil.”
“Welke man laat nu zijn gezin in de steek?”, vroeg Bret.
Kirk knikte. Dat wist hij maar al te goed. Hij had met zijn zus beide jongens opgevoed. Ze konden goed met hun schietijzers omgaan. Ook pokeren, paardrijden en vechten gingen Bret en Josh goed af. Hun opvoeding was zeer hard geweest. Maar het had wel zijn vruchten afgeleverd.
De aanwezigheid van Martin Brennan in Virginia City zorgde voor veel spanningen. Hij was altijd al een naam geweest voor problemen. Heel Nevada wist wat hij zeventien jaar eerder had gedaan voor zijn familie. Toch kon niemand hem te pakken krijgen. De gouverneur van Nevada had een prijs op zijn hoofd gezet. Maar tot nu toe was Martin buiten Nevada gebleven. Waar je ook kwam in Virginia City, overal hing er een hevige spanning. Sheriff Clem Foster wist dat ook goed en bereidde zich er op voor. Evenals de Cartwrights en de familie Taylor. Alhoewel Mary en Kirk de moed allang geleden hadden opgegeven. Dit lieten ze echter aan niemand merken. Maar Bret en Josh wisten wel beter, zo jong als ze waren.
De volgende morgen zat Josh buiten op de veranda toen Martin Brennan aan kwam rijden.
“Woon jij hier knul?”, vroeg Martin vanaf zijn paard.
“Nee, ik logeer hier tijdelijk. Iemand heeft mij kreupel gemaakt”, antwoordde Josh argwanend.
Hij kneep met dichtgeknepen ogen naar de vreemdeling. Martin kwam van zijn paard en liep glimlachend naar de jongen toe.
Josh richtte zijn geweer op hem en zei:“Waag het niet om dichterbij te komen. Ik knal je overhoop.”
Martin deed nog een stap dichterbij en Josh maakte het geweer schietklaar.
“Josh, omlaag dat geweer. Laten we eerst vragen wat hij wil”, hoorde de jongen Ben zeggen.`
Josh deed met tegenzin het geweer omlaag.
Ben kwam erbij en vroeg aan Martin:“Wat kan ik voor u doen?”
“Ik zoek Bret Taylor”, antwoordde Martin rustig.
“Ik ben Bret niet”, antwoordde de jongen argwanend.
“Ik heb je hulp in elk geval nodig. Ik wil de Cannery hebben en jij gaat me erbij helpen”, zei Martin.
“Over mijn lijk. Ik ken je niet eens”, reageerde Josh fel.
“Sir, het lijkt me beter als u nu de ranch verlaat. Deze jongen is nog herstellende”, zei Ben op dat moment.
Martin verliet woest het erf.
Ben keek Josh aan en vroeg:“Hij zal het opnieuw proberen. Josh, wat weet je van je vader?”
“Niets eigenlijk. Hoezo Mr Cartwright?”, vroeg Josh verbaasd.
“Wel, ik weet niet of ik degene ben die het je zeggen moet maar die man, Martin Brennan, is je vader. Hij liet je moeder en broer in de steek toen jij op komst was. Hij weet waarschijnlijk niet eens dat jij zijn zoon bent”, zei Ben rustig.
Josh was zeer verbaasd en wist geen woord uit te brengen. Nu wist hij zeker dat de Cannery in groot gevaar was en dat realiseerde Ben zich ook. Hij besloot de jongens te helpen.
Toen Josh zonder steun kon lopen kwam zijn broer hem halen.
In de woonkamer vroeg Ben aan Bret:“Hoe houdt je moeder zich?”
“Ze houdt zich groot tegenover mij maar oom Kirk zei dat ze elk moment kan instorten als Brennan niet snel verdwijnt”, zei Bret zenuwachtig met zijn hoed draaiend.
Ook wist hij niet waar hij kijken moest.
De rancher keek de jonge cowboy aan en zei:“Als er iets is kun je op ons rekenen voor steun.”
“Bedankt Mr Cartwright. Ik denk dat we het spoedig nodig zullen hebben”, was het antwoord van Bret.
Josh kwam hinkend naar beneden met Little Joe en zei:“Mr Cartwright, bedankt voor de gastvrijheid. Ma en oom Kirk hebben me harder nodig.”
“Ik weet het. Mijn jongens zullen jullie naar huis begeleiden voor het geval Brennan onderweg iets doet of probeert”, antwoordde Ben bedaard.
De jongens gingen weg maar Ben vertrouwde het niet. Martin Brennan stond bekend als een zwendelaar en was net zo betrouwbaar als de kerstman in de zomer. Ben besloot naar de stad te gaan en de sheriff op de hoogte van alles te brengen. Clem had echter niets gehoord van Brennan maar hij wist wat voor schoft het was.
“Als Josh en Brennan tegenover elkaar staan is er een slachtoffer. De vraag is alleen: wie?”, vroeg Clem.
Ben knikte en zei:“Bret kwam Josh halen. Ze zijn allebei gespannen. Ik heb mijn zoons meegestuurd voor het geval Brennan iets uithaalt.”
Echter Martin Brennan was nergens te bekennen maar hij was wel iets van plan. Hij was van het soort dat met niemand over zijn plannen sprak.
Terug op de Cannery hoorden Bret en Josh alles.
Kirk zei:“Martin heeft jullie moeder vreselijk behandeld. Toen Josh op komst was smeerde hij hem op een dag.”
De broers keken elkaar aan.
Bret zei:“Als hij hier komt knal ik hem overhoop.”
“Hij kwam naar me toe toen ik op de Ponderosa was. Hij wil dat ik hem help om de ranch in zijn handen te krijgen. Hij dacht dat ik jou was”, reageerde Josh fel.
“Dat doe je toch zeker niet?”, vroeg zijn broer.
“Nee, ben je gek?”, vroeg Josh hem.
“Rustig jongens. Met ruzie zoeken komen we nergens. Het gaat om de ranch”, zei Kirk.
“De Cartwrights zullen ons helpen mocht dat nodig zijn”, stelde Bret vast.
“Ik denk niet dat we hun hulp nodig hebben. Martin is altijd alleen”, was het commentaar van Mary.
Zowel Bret als Josh dacht daar anders over. Mary wist dat de jongens nooit anders gingen denken als ze ergens hun mening over hadden gevormd. In een ongezien moment zag Bret kans om weg te gaan van de Cannery. Hij had allang in de gaten dat ze de hulp van de Cartwrights wél nodig hadden. Zijn broer had dezelfde mening. Uit voorzorg zadelde hij zijn paard en laadde hij de wapens van hem en zijn broer.
Terwijl Bret naar de Ponderosa was bracht Martin een zeer onverwacht en ongewenst bezoek aan de Cannery. In de woonkamer dronken Mary en Kirk in alle rust een kop koffie toen Martin doodleuk kwam binnenwandelen.
Kirk richtte direct zijn geweer op zijn zwager en vroeg:“Wat kom jij hier doen, schoft?”
“Nog steeds even opvliegend als vroeger. Kirk, je bent echt niets veranderd. Ik kom nu de ranch overnemen. Ik wens geen protest van jullie”, antwoordde Martin hen onder schot houdend.
Wat hij niet wist was dat Josh aan de deur alles afluisterde. De jongen realiseerde zich dat nu alles van hem afhing. Stilletjes sloop hij weg en op zijn paard reed hij als een speer naar de Cartwrights.
Bret had hen alles verteld toen Josh hijgend aan kwam rijden.
Ben stopte zijn paard en vroeg:“Josh, rustig aan. Wat is er?”
“Brennan heeft de ranch overgenomen. Hij houdt ma en oom Kirk onder schot”, vertelde Josh nahijgend.
“Josh en Bret, laat jullie paarden hier en neem twee verse paarden van hier mee. Adam, Hoss en Joseph, jullie gaan met hen mee. Ik ga Clem hiervan op de hoogte stellen”, zei de eigenaar van de Ponderosa.
Dat gebeurde meteen.
Toen Ben in de stad kwam ging hij direct naar het kantoor van de sheriff. Clem keek op toen de rancher binnenkwam.
“Ben, wat kan ik voor je doen?”, vroeg de sheriff.
“Josh en Bret kwamen naar de Ponderosa om te melden dat Martin Brennan Mary en Kirk onder schot houdt. Ze zijn op weg naar de Cannery met mijn jongens. Josh zei dat Brennan de ranch overgenomen had”, zei Ben.
“Dan is Josh niet meer te houden”, zei Clem.
Hij kende de jongens ook.
Vrij vlug reden de Cartwrights en de Taylor jongens het erf op. Ze merkten dat er iets goed fout zat. Het was abnormaal stil. Josh wilde direct aanvallen maar Adam en Hoss konden hem tegenhouden.
“Rustig Josh. Er is grote kans dat Brennan er is met je moeder. Je vader is gevaarlijk”, zei Adam tegen hem.
Josh kalmeerde maar het ging niet van harte. Er hing een hevige spanning in de lucht. Opeens zag Bret Martin in allerijl wegrijden.
“Kom Josh”, riep hij.
Ze zetten de achtervolging in. Door hun harde opvoeding konden de Taylor jongens sneller rijden dan iedereen in de omgeving.
Ondertussen waren de Cartwrights op de Cannery. Ze konden niet vermoeden wat ze zouden aantreffen. Ze zochten elk een deel van de ranch door. Toen Little Joe de woonkamer binnenkwam werd hij bijna misselijk van wat hij zag.
“Adam, Hoss, in de woonkamer”, riep hij naar buiten.
Zijn broers kwamen aanrennen en zagen ook de zwaar verminkte lijken van Mary en Kirk Taylor. Martin had ze totaal kapot geschoten.
“Ik hoop dat Bret en Josh hier over heen komen”, zei Hoss geschokt.
“We zijn er voor hen om ze op te vangen”, was het kalme commentaar van Adam.
Hij deed de deur dicht en ze reden naar de stad om het slechte nieuws te brengen.
Ben en Clem gingen naar buiten waar Martin de straat in kwam rijden. Hij keek voldaan van zichzelf, té voldaan. De spanning was te snijden op straat. Niemand zei een woord totdat de Taylor jongens ten tonele verschenen. Martin zag Bret nergens maar hij liep naar Josh die bij zijn paard stond.
“Kies je voor mij of je oom? Ik kan je rijk maken. Hij niet”, zei Martin tegen Josh die hem met dichtgeknepen ogen aankeek.
Josh stond vertwijfeld in de hoofdstraat. Hij wist niet welke keuze hij moest maken: koos hij voor zijn vader, dan liep hij de kans om weer neergeschoten te worden maar aan de andere kant was er de ranch en zijn familie. Ben Cartwright en Martin Brennan stonden tegenover elkaar. Ieder stond aan een straatkant en beiden keken de jongen aan. Vanuit zijn ooghoeken zag Bret dat Martin op het punt stond om zijn jongere broer dood te schieten. Zeer kalm en koel ging hij naar zijn vader en richtte zijn revolver op hem.
“Laat je wapen vallen Brennan. Anders geef ik je een eerste klas richting begraafplaats”, zei Bret tegen Martin.
Martin duwde hem omver maar Josh trok zijn revolver en schoot zijn vader neer. Het was doodstil op straat voor enkele minuten. Maar even later kwamen de Cartwrights aanrijden.
Hoss zei tegen Ben:“Op de Cannery zijn Mary en Kirk doodgeschoten.”
Toen zag hij pas Bret en Josh.
Martin was nog bij kennis en zei hatelijk:“Nu is de ranch van mij!”
“Mooi niet rotzak”, zei Bret.
Josh strompelde naar Martin en sloeg hem zo hard dat hij doodstil bleef liggen. Ben en Adam gingen erheen.
Ben zei tegen Josh:“Jongen, het is over. Hij is dood.”
Josh ging op de stoep zitten en liet zijn emoties zien. Bret ging naast hem zitten en ook bij hem kwamen de emoties los.
Clem kwam erbij en zei rustig:“We laten hem begraven. Ik zal er geen werk van maken. Wat mij betreft was het zelfverdediging.”
“Bedankt Clem. De jongens blijven tot de begrafenis van Mary en Kirk op de Ponderosa”, zei Ben kalm.
Nadat Mary en Kirk waren begraven kwamen Bret en Josh tot rust. Op de Ponderosa konden ze rustig nadenken over hun toekomst.
“Josh, wat ben jij van plan?”, vroeg Bret op een morgen.
“Ik weet het niet. Maar één ding is zeker: ik ga nergens heen zonder jou”, zei Josh.
“Ik laat je niet in de steek”, zei Bret.
“Er is een ranch die nog wel twee stalknechten kan gebruiken”, zei Ben die hun gesprek had gehoord.
De jongens keken de rancher aan en Bret vroeg:“U bedoelt hier op de Ponderosa, Mr Cartwright? Ik vind het best. Wat jij Josh?”
“Ik vind het ook best”, was het antwoord van Josh.
“Hierbij zijn jullie aangenomen. Bret en Josh, totdat jullie meerderjarig zijn zal ik voor jullie zorgen”, zei Ben.
De Taylor broers gingen ermee akkoord.