Mitch en Pam Cartwright reden naar Virginia City om naar de verjaardag van Jenny Wilkins te gaan. Ze was een vriendinnetje van de tweeling en ze speelden vaak en veel bij elkaar. Plotseling stonden de Cartwrights oog in oog met George Willis. Hij blokkeerde hun doorgang.
“Meneer, zou u alsjeblieft opzij willen gaan zodat wij er langs kunnen?”, vroeg Mitch zo beleefd mogelijk.
“Geef die 2 paarden aan mij want ik heb gehoord dat jullie ze gestolen hebben”, snauwde George.
Mitch en Pam keken elkaar stomverbaasd aan.
“Dat is niet waar want….”, begon Mitch maar hij kreeg geen kans om zijn zin af te maken want het moment erop schoot George hem van zijn paard.
Pam gleed uit het zadel en bekommerde zich om haar broer die in zijn linkerpols was geschoten. De schutter greep zijn kans, klom uit zijn rijtuig en bond de paarden vast. Hierna reed hij snel weg.
Adam en Hoss zagen de paarden vastgebonden en herkenden de dieren meteen.
“Waar heb je deze paarden vandaan?”, vroeg Adam direct.
“Ik betrapten 2 kinderen op het spelen ervan. Ik vroeg beleefd of ze de dieren aan mij wilden geven. Dat weigerden ze en toen schoot ik de jongen neer”, antwoordde George zonder blikken of blozen.
“En zijn zusje? Wat heb je daarmee gedaan?”, vroeg Adam.
“Niets. Hoezo? Ontvangt Ben Cartwright tegenwoordig zijn gasten op deze vijandige manier?”, vroeg George op zijn beurt.
“Kom Adam. We gaan ze zoeken”, zei Hoss om de confrontatie niet nog erger te maken.
De broers maakten de paarden los en stegen op hun eigen rijdieren. Hierna verlieten ze het erf.
Ondertussen liepen Mitch en Pam naar Virginia City. Althans dat probeerden ze. Maar Mitch had teveel pijn om verder te kunnen.
“Wie was die vent?”, vroeg Mitch.
“Iemand die het verschil niet kent tussen kinderen en paardendieven”, antwoordde zijn zus.
Heel toevallig zag Pam hun vader en oom komen.
“Mitch, daar komen papa en oom Hoss”, zei ze.
De Cartwright broers stopten hun paarden en stegen af.
“Jongens, wat is er gebeurd?”, vroeg Adam.
Mitch antwoordde:“Een oude man hield ons tegen en beweerde dat wij Caramel en Chiney hadden gejat. Toen schoot hij me neer. Pam steeg af en toen jatte hij onze paarden. Ik vroeg alleen beleefd of hij opzij wilde gaan.”
Hij liet zijn pols zien.
“We gaan wel even langs de dokter”, zei Adam.
Na de medische behandeling ging de tweeling terug naar huis. Hoss had de ouders van Jenny verteld wat er gebeurd was waardoor Mitch en Pam niet konden komen.
Op de ranch stapte George uit zijn rijtuig en klopte hij op de voordeur. Tot zijn grote opluchting werd hij wel erg welkom geheten door Ben Cartwright. Ze kenden elkaar al jaren maar door omstandigheden hadden de mannen jaren geen contact gehad.
“Ben, hoe is het met jou?”, vroeg George.
“Zeer goed. Mijn oudste zoon Adam is helaas pas weduwnaar en heeft een tweeling van 10. Hoss en Joe zijn nog vrijgezel”, antwoordde Ben.
“Een gezin was nooit wat voor mij en dat is nog steeds zo. Ik heb een gruwelijke hekel aan kinderen. Hoe jong of oud ze ook zijn”, bekende George.
Ben reageerde met:“Gelukkig zijn mijn kleinkinderen keurig netjes en beleefd opgevoed.”
George zei:“Wel Ben, als jij dat zegt zal het wel zo zijn.”
“Ze zijn naar een verjaardag van een vriendinnetje. Maar je zal ze vanavond wel ontmoeten”, zei Ben.
Toen de Cartwrights het erf opreden herkenden Mitch en Pam het rijtuig.
“Papa, die oude vent die mij neerschoot zat in dat rijtuig. Je gaat ons toch niet vertellen dat hij te gast is bij ons?”, vroeg de oudste van de tweeling.
“Dat is hij wel. Maar schoot hij jou wel neer? Iedereen kan het wel gedaan hebben. Je bent tenslotte ook een Cartwright”, antwoordde Adam.
“Ik zag hem ook”, reageerde Pam.
Ze stegen intussen af en bonden de paarden vast.
Voordat ze naar binnen gingen vroeg Adam aan zijn kinderen:“Kan ik erop rekenen dat jullie geen valse beschuldigingen uiten aan onze gast?”
“Valse beschuldigingen? Wij vertellen de waarheid”, reageerde Mitch fel en gekwetst.
“Jij blijft maar buiten totdat je afgekoeld bent!”, zei Adam streng tegen zijn zoon.
Mitch zei:“Zolang die paardendief hier logeert zal je mij niet binnen zien!”
Hij ging op de rand van de veranda zitten.
“Ik blijf dan ook maar buiten”, zei Pam nuchter.
Ze ging naast haar broer zitten. Adam en Hoss gingen wel naar binnen en werden geconfronteerd met hun gast.
“Adam en Hoss, we hebben een gast George Willis”, zei Ben.
De broers knikten alleen maar.
“Ik dacht dat ik Mitch hoorde. Ze zijn toch naar die verjaardag van Jenny Wilkins. Of is er wat gebeurd?”, vroeg Ben.
“Ze waren inderdaad onderweg naar Jenny maar Mitch beweert dat Mr Willis hem neerschoot. Ik geloof hem niet”, antwoordde Adam.
“Ik heb wel een gruwelijke hekel aan ze maar dat betekent niet dat ik ze neerschiet. Hij zal me wel met een ander verwarren”, zei George.
Ze besloten het onderwerp te laten rusten.
Buiten zei Mitch:“Ik blijf hier niet langer dan nodig is.”
Pam stelde voor:“Ik mag wel naar binnen. Als ik nou jouw en mijn tas pak. Dan gaan we er samen vandoor met Cody.”
“Doen we”, zei Mitch.
De tweeling voerde het plan uit. Adam zag zijn dochter wel maar deed alsof hij haar niet zag. Via de achtertrap kwam Pam buiten met 2 tassen. Ondertussen had Mitch hun hond Cody gevonden.
“Cody, we gaan weg en jij gaat mee. Papa gelooft ons niet meer”, zei hij tegen de hond.
Cody likte hem als antwoord. Mitch leidde de paarden en Cody buiten het erf waarna Pam ook snel kwam. Kort erop verliet de tweeling de Ponderosa in het gezelschap van Cody.
Tegen etenstijd besloot Adam naar buiten te gaan om met zijn kinderen te praten. Een blik op de paarden leerde de oudste Cartwright jongen dat zijn kinderen weg waren. Hij besefte dat Mitch de waarheid had gesproken. Hoss kwam ook naar buiten en zag ook dat er maar 2 paarden stonden in plaats van 4. Hij ging het rijtuig bekijken. Toen vond Hoss het wapen. Hij pakte het en rook eraan.
“Adam, hier ligt een pasgebruikte revolver. Willis heeft dus wel degelijk Mitchy neergeknald”, zei Hoss.
Ze gingen naar binnen met het wapen.
“Pa, de tweeling is weg. Ik vond deze pas gebruikte revolver in het rijtuig. Mr Willis, is deze van u?”, vroeg Hoss.
George begreep dat hij nu diep in de problemen zat en greep hardhandig in.
Hij pakte het wapen af en snauwde:“Hoe durven jullie mijn bezittingen door te zoeken? Zeker omdat jullie Cartwrights zijn?”
Ben vroeg streng:“George Willis, heb jij of heb jij niet mijn kleinzoon neergeschoten?”
“Ik heb dat inderdaad gedaan. En alleen omdat hij eiste dat ik opzij ging zodat ze er door konden”, antwoordde George.
“Mitch vertelde dat u hen beschuldigde van paardendiefstal. En u kwam met hun paarden hier”, reageerde Adam.
George vroeg kwaad:“Ben, wie geloof je? Een oude vriend of een kleinkind van een jaar of 8?”
De rancher antwoordde:“Ik ken mijn kleinzoon al vanaf zijn geboorte en weet wanneer hij liegt.”
“Hm, ik had het kunnen weten. De Cartwrights nemen altijd het recht in eigen hand. Ik had die 2 rotkinderen gelijk moeten doodschieten. Nu moeten ze maar 3 lijken vinden bij thuiskomst”, zei George.
Hij wilde schieten maar Adam en Hoss waren sneller. George stierf ter plekke.
“Hoss, jij brengt zijn lichaam naar de sheriff. Adam, jij en ik gaan de tweeling zoeken”, zei Ben.
Zo gezegd, zo gedaan.
Ben en Adam vonden de tweeling op een open plek in het bos. Ze zaten op een omgevallen boom.
“Jongens, wat is er?”, vroeg de rancher ongerust.
“Mijn pols is weer open”, zei Mitch met een pijnlijk gezicht.
Ben en Adam stegen af en bekeken de pols van Mitch.
“Doc had het toch verbonden?”, vroeg Adam verbaasd.
Mitch bekende verlegen:“Ja, maar het begon zo te jeuken.”
Ben verbond het opnieuw terwijl Adam de tweeling alles vertelde.
Hij eindigde met:“Het spijt me dat ik jullie niet geloofde.”
“We accepteren je excuses. Mogen we nog thuiskomen?”, vroeg Pam.
“Jullie horen gewoon op de Ponderosa thuis”, antwoordde Ben.
Het was duidelijk dat alles weer in orde was op de Ponderosa.