Sonnet 141-154
Verwijten en drogredeneringen worden in deze laatste reeks afgewisseld door gedichten met een wat afwijkend karakter, zoals Sonnet 143 over de huisvrouw die haar kind in de steek laat. Ook Sonnet 145 heeft een eigen toon (en ook een kortere regellengte). Sonnet 151 is weer sterk erotisch van toon. Deze laatste reeks over de Dark Lady is toch overwegend beschuldigend en wordt nog het best samen- gevat in de laatste regels van Sonnet 147: “Zwart als hel en nacht blijk je te zijn.”
De sonnettenreeks wordt afgesloten met twee lyrische Amor/Cupidogedichten. Waarom? Misschien om het aantal van 154 te halen (dat zijn 11 sonnettenkransen van telkens 14 sonnetten) of omdat ze toevallig onderin in de schoenendoos lagen.
De Sonnetten van Shakespeare bevatten het hele scala van menselijke gevoelens en bijpassende onderwerpen: van liefde tot haat, van verlangen naar eeuwigheid tot de neiging tot zelfvernietiging, van de verheerlijking van geestelijke vriendschap tot de afkeer van lichamelijke lust, van de behoefte om op te gaan in een ander tot de zelfkwelling om daar weer los van te komen. Zelfs vierhonderd jaar na dato brengen de sonnetten die menselijke gevoelens tot leven.