Oscar Romero

Een martelaar voor vrede, sociale gerechtigheid en een menswaardig bestaan

Oscar Romero

Óscar Arnulfo Romero y Galdámez wordt op 15 augustus 1917 geboren in Ciudad Barrios, een stadje in de bergen ten oosten van San Salvador. Hij is dan de tweede van een gezin met zeven kinderen. Zijn vader is telegrafist bij de post, zijn moeder huisvrouw. Als Oscar dertien jaar is, wil zijn vader hem opgeven voor een opleiding tot timmerman. Zoonlief voelt er meer voor om priester te worden. Hij volgt een priesteropleiding aan het seminarie van San Miguel en vertrekt na een aantal jaren naar Rome om daar theologie te studeren. In 1942 wordt hij daar tot priester gewijd. Eigenlijk wil Oscar in Rome verder studeren en promoveren. De oorlogsomstandigheden dwingen hem echter terug te keren naar El Salvador, waar hij als parochiegeestelijke in San Miguel aan de slag gaat. Hij zal er ruim twintig jaar werken.

Oscar Romero op 11-jarige leeftijd.

Wikimedia Commons

Oscar Romero als jonge priesterstudent in Rome (1941).

Wikimedia Commons

Bisschop

In 1966 volgt zijn aanstelling tot secretaris van het bisdom San Miguel. Ook wordt hij hoofdredacteur van een kerkelijk blad dat tamelijk conservatief georiënteerd is. Persoonlijk gaat het Romero nog meer voor de wind: in 1970 wordt hij benoemd tot hulpbisschop van San Salvador. Veel progressieve katholieken zien hem dan als een conservatieve prelaat, die sceptisch staat tegenover de vernieuwingen in de kerk sinds de jaren zestig. Vier jaar later wordt hij aangesteld tot bisschop van Santiago de Maria, dat gelegen is in een arm plattelandsgebied.

Hij kan er van dichtbij het lijden van de landloze armen meemaken. Ook ziet hij het toenemende geweld vanuit de regering tegen sociaal bewogen priesters en leken. Romero ziet dat als een teken dat Kerk en godsdienst onder vuur liggen. Zijn vertrouwen in de goede wil van de autoriteiten neemt door deze ervaringen aanzienlijk af.

Ommekeer

Dat zijn conservatieve imago bij het publiek groot is, blijkt in 1977 bij zijn benoeming tot aartsbisschop van San Salvador. Sociaal bewogen geestelijken, waarvan sommigen marxistische standpunten huldigen, zien in zijn benoeming een poging van het Vaticaan hen tegen te werken. Het is dan ook verrassend als onmiddellijk blijkt dat Romero een uitgesproken tegenstander van onrechtvaardigheid is en zich opstelt als verdediger van de armen.

Een paar weken na zijn benoeming gebeurt er iets wat zal zorgen voor een ommekeer in Romero’s leven. Zijn goede vriend en medestander, de priester Rutilio Grande wordt op 12 maart 1977 in koelen bloede vermoord. Aartsbisschop Romero eist van de regering een onderzoek naar de toedracht van deze moord. Tijdens de missen op de daaropvolgende zondagen roept hij op tot bestraffing van de verantwoordelijken voor de moord. Als blijkt dat de regering daar niet op ingaat, besluit Romero in verzet te komen.

Preken

In de daaropvolgende maanden verzamelen veel gelovigen zich in de kathedraal van San Salvador om naar zijn preken te luisteren. Daarin horen zij hoe hij zijn stem verheft tegen het geweld van de talrijke doodseskaders en de houding van de autoriteiten, en hoe hij het ook opneemt voor de armen. Alle preken worden via een kerkelijk radiostation uitgezonden en beluisterd door veel Salvadorianen. Vanwege de censuur op de pers is dit radiostation de enige bron waaruit men betrouwbare informatie over de situatie in het land kan krijgen. Romero gebruikt het morele gezag van zijn positie als aartsbisschop om zich uit te spreken voor degenen die dat zelf niet kunnen. Hij raakt zo bekend als de ‘stem van de stemlozen’. Zijn keuze om niet in het bisschoppelijk paleis, maar in een ziekenhuis voor armen te gaan wonen maakt diepe indruk.

De kathedraal van San Salvador

Wikimedia Commons

Buitenland

Romero ziet hoe het aantal moorden op priesters, juist onder degenen die het voor de armen opnemen en Romero steunen in zijn verzet, toeneemt. Hij besluit dan de vervolgingen en de schendingen van mensenrechten te documenteren. Bij een bezoek aan het Vaticaan brengt hij zijn dossiers onder de aandacht van paus Johannes Paulus II. Ook richt hij zich in een open brief in februari 1980 tot de Amerikaanse president Jimmy Carter met de oproep de Amerikaanse militaire steun aan het militaire bewind van San Salvador te staken. De Amerikaanse regering vreest een nieuw Nicaragua (daar was een linkse beweging aan de macht gekomen) en negeert Romero’s verzoek.

Het optreden van Romero blijft ook In het buitenland niet onopgemerkt. De sociaal bewogen aartsbisschop wordt door vooral progressieve katholieken in Europa, vooral in België en Nederland, bewonderd. Op 2 februari 1980 ontvangt hij zelfs een eredoctoraat van de Katholieke Universiteit van Leuven. Hij is dan inmiddels ook voorgedragen voor de Nobelprijs voor de Vrede.

Ontmoeting tussen paus Paulus VI en Oscar Romero in juni 1978. Beiden werden ongeveer veertig jaar na hun overlijden heilig verklaard op zondag 14 oktober 2018

Trouw 14-10-2018

Ontmoeting met paus Johannes Paulus II (1979).

Wikimedia Commons

Moordaanslag

Romero wordt in die tijd steeds meer bedreigd. Desondanks duikt hij niet onder. Hij blijft zich inzetten voor gerechtigheid. Hij weet dat hij risico’s loopt, zich inzettend voor de uiteindelijke verbetering van het lot van de mensen. ‘Een bisschop kan sterven, maar Gods Kerk, die het volk is, zal nooit ten onder gaan’, is een van zijn uitspraken in die dagen. In maart 1980 roept hij Salvadoraanse soldaten op om als christenen naar Gods hogere bevelen te luisteren en niet meer mee te werken aan het uitvoeren van onderdrukkende maatregelen en schendingen van de mensenrechten door het bewind.

De daarop volgende dag, 24 maart, draagt Romero de mis op in de kapel van het ziekenhuis ‘La Divina Providencia’. Als hij net na de preek naar het midden van het altaar loopt, wordt hij tot afgrijzen van alle aanwezigen neergeschoten. Het vermoeden bestaat dat extreemrechtse doodseskaders voor de moord op de 62-jarige prelaat verantwoordelijk zijn.

De uitvaartplechtigheid voor Romero op 30 maart 1980 wordt door het publiek massaal bezocht. Maar liefst 250 000 bezoekers verzamelen zich op het plein voor de kathedraal. De vreedzame plechtigheid ontaardt in een chaos als blijkt dat scherpschutters gericht op de menigte schieten en een bloedbad aanrichten. Zo’n dertig doden zijn te betreuren. Romero wordt bijgezet in de crypte van de kathedraal van San Salvador.

El Salvadorianen bij de baar van de op 24 maart 1980 in een kerk doodgeschoten Oscar Romero.

Burgeroorlog

In de daaropvolgende jaren wordt de burgeroorlog voortgezet: in een periode van twaalf jaar kost dat 70 000 mensenlevens. Zeker 18 priesters komen in een periode van ongeveer tien jaar om. Door bemiddeling van de Verenigde Naties komt er in 1992 een einde aan de strijd in het Midden-Amerikaanse land. Een VN-commissie komt een jaar later tot de conclusie dat de voormalige rechtse legerofficier Roberto d’Aubuisson achter de aanslag op Romero heeft gezeten. Zijn doodseskaders hebben in die dagen honderden links georiënteerden vermoord. Er is echter nooit vervolging en berechting gekomen van degenen die voor de moordaanslagen verantwoordelijk zijn.

Enkele maanden na diens overlijden verleende de Universiteit van El Salvador aan Oscar Romero een eredoctoraat, 18 mei 1980

Wikimedia Commons

Erkenning

Wel biedt president Mauricio Funes, de eerste linkse leider in het land sinds de burgeroorlog, in 2010 zijn excuses namens de staat aan voor al het geweld dat heeft plaatsgevonden. Hij doet dat tijdens de onthulling van een muurschildering van Romero in de hal van het internationale vliegveld van het land. Het vliegveld draagt voortaan de naam van de vermoorde aartsbisschop: Monseñor Óscar Arnulfo Romero International Airport (Aeropuerto Internacional Monseñor Óscar Arnulfo Romero). Een eerbewijs aan de man die naar de woorden van de president ‘de stem van de mensen zonder stem in de moeilijkste momenten van de recente geschiedenis’ is geweest.

De vermoorde aartsbisschop wordt al snel voor de katholieken in El Salvador ‘San Romero’ (= heilige Romero). Door velen wordt hij dan al beschouwd als de onofficiële patroonheilige van Midden-Amerika. Paus Johannes Paulus II brengt in 1983 een bezoek aan het graf van Oscar Romero. Hij roept hem in 1997 uit tot ‘dienaar van God’. Het lijkt er dan op dat er een begin is gemaakt met het zaligverklaringsproces, maar dat laat toch jaar op jaar op zich wachten. Het is paus Franciscus geweest die in 2014 de zaak in een stroomversnelling heeft gebracht. ‘Voor mij is Romero een man van God’, aldus de paus. Een jaar later op 23 mei werd Oscar Romero in aanwezigheid van een kwart miljoen mensen tijdens een plechtigheid in San Salvador zalig verklaard.

Ook buiten de katholieke kerk wordt hij volop geëerd, zoals bijvoorbeeld in de Anglicaanse Kerk, waar hij is opgenomen in de liturgische kalender. Aartsbisschop Romero is een van de tien 20e eeuwse martelaren die een standbeeld hebben gekregen boven de grote westelijke deur van Westminster Abbey in Londen.

Op 21 december 2010 roept de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties 24 maart, de dag van de moordaanslag op bisschop Romero in 1980, uit tot de internationale dag voor het recht op de waarheid over grove mensenrechtenschendingen en voor de waardigheid van de slachtoffers.

Aartbisschop Romero wordt in El Salvador nog jaarlijks herdacht, zoals hier tijdens een manifestatie in 2012.

EPA / Roberto Escobar

Aan de westgevel van Westminster Abbey in Londen bevinden zich beelden van 20e eeuwse martelaren. Hier zijn dat Martin Luther King (links), Oscar Romero (midden) en Dietrich Bonhoeffer (rechts).

Wikimedia Commons