Essentiële suikers zijn (goede) suikers, die het lichaam niet zelf kan aanmaken. Ze zijn van groot belang voor onze gezondheid. Ze zorgen voor de communicatie tussen de cellen, bijvoorbeeld het immuunsysteem en belangrijk voor het goed functioneren van de spijsvertering (met name beschermen slijmvliezen), het verteren van voedingstoffen.
Essentiële suikers kan het lichaam niet zelf aanmaken. Ze moeten dus via voeding ingenomen worden.
Er zijn 8 essentiële suikers zijn: mannose, glucose, xylose, galactose, fucose, N-acetyl galactosamine, N-acetyl glucosamine en N-acetyl neuraminezuur (siaalzuur).
Niet-essentieel maar ook belangrijk voor de darmen zijn arabinogalactan, inuline, pectines.
Deze zitten bijvoorbeeld in: groenten, paddenstoelen, bonen (peulvruchten), cocosmeel, bosbessen en een appel (voornamelijk in de schil). Deze essentiële suikers zijn ook rijk aan vitaminen en mineralen, antioxidanten, etc.