Het Systeem van Reckeweg gaat grotendeels over het proces van ZELFVERGIFITING.
De Duitse arts Dr.Reckeweg onderscheidt daarin zes fasen:
1. Uitscheidingsfase / excretiefase
Dit is een inwendig reinigingsproces. Het teveel aan gifstoffen wordt op een natuurlijke manier uitgescheiden door de nieren (urine), de huid (transpireren), de darmen (ontlasting), de longen (koolzuur) en de baarmoeder (menstruatie). Zijn deze organen overbelast, gebruikt het lichaam zijn zogenaamde noodventielen verkoudheid, niezen, zweten, slijmafscheiding uit neus, mond en keel, overmatig en dik traanvocht, braken, vaginale afscheiding, heftige en klonterige menstruatie, stinkende adem, onfrisse lichaamsgeur, puistjes, oorsmeer, overmatige huidtalg-productie, diarree, stinkende ontlasting, donkere en stinkende urine, oorsmeer, speeksel, roos en witte vloed. Andere symptomen zijn lichtgeraaktheid en irritatie, ’s ochtends moe bij het opstaan, gebrek aan eetlust.
2. Reactiefase / ontstekingsfase
Lukt het niet om de gifstoffen via de uitscheiding kwijt te raken, dan gebruikt het lichaam andere hulpmiddelen. Een ontsteking is een doelmatige reactie van ons organisme om afvalstoffen onschadelijk te maken. Bacteriële en virale ontstekingen ontstaan bij voorkeur op zwakke plekken van het lichaam, zoals neuritis (zenuwaandoening), artritis (gewrichtsontsteking), hepatitis (leverontsteking), bronchitis (ontsteking luchtpijp(tak)), colitis (dikke darm ontsteking) en nefritis.
In de reactiefase horen naast koorts en griep en ontstekingsreacties zoals neusverkoudheid, longontsteking, blaasontsteking enzovoort, ook eczeem en huiduitslag thuis. Op het psychisch vlak uit de reactiefase zich in woedeaanvallen, huilbuien en conflicten met de omgeving.
Het geven van antibiotica betekent het onderdrukken van de natuurlijke weerstand van het lichaam en is een onjuiste behandeling, die aanleiding geeft tot het ontstaan van chronische ziekten.
Natuurgeneeskundig gezien proberen we deze reactie te ondersteunen.
3. Neerslagfase / verslakkingsfase / pseudostille fase
Lukt het niet om afvalstoffen via uitscheiding en ontsteking onschadelijk te maken dan kiest het lichaam voor een andere oplossing, namelijk het afzetten van schadelijke stoffen in de minder belangrijke vet- en bindweefsels en in de onderhuidse celweefsels. Alle stoffen die vanuit het bloed naar de organen gaan passeren het bindweefsel.
Dit proces heet verslakking. Hierdoor wordt echter het bindweefsel beperkt in zijn filterfunctie. Indien dit proces van verslakking niet wordt teruggedrongen of tot staan wordt gebracht zullen ook andere weefsels verslakken, zoals de (slag)aderwanden, gewrichten, wervels, de hartspier, de zenuwen en de zintuigen. Tenslotte worden er afvalstoffen opgeslagen in het intercellulaire weefsel van organen met een aangeboren of verworden zwakte.
Deze fase wordt ook wel pseudostille fase genoemd, omdat we er weinig van merken.
Uitingen van de neerslagfase zijn neus- , strottenhoofd- en keelpoliepen, maagdarmzweren, endeldarmpoliepen, beginnend astma, levervlekken en andere huidverontreinigingen, steenvorming in de nieren, gal en galblaas, oedemen, jichtknobbels, plaatselijke verhardingen in het spierweefsel, reumaverschijnselen van de weke delen, ruimte in de gewrichten, chronische gewrichtsontsteking, aderverkalking, chronische klierzwellingen, hoge bloedruk door slechte nierwerking, baarmoederpoliepen, endometriosis, pijnlijke menstruaties, vergrootte keelamandelen, vergroeiingen van de wervelkolom, goedaardige tumoren (lipomen, myomen, poliepen), goedaardige prostaatvergroting, vetkussens, grauwe staar enz. Op emotioneel niveau uit deze fase zich in het niet meer durven reageren op indrukken, het oppotten van gevoelens, een gevoel van onbevredigdheid.
1 - 3 Humorale ziektestadium. Tot nu toe speelt alles zich af in het vloeistofsysteem van het lichaam. Fase één tot en met drie behoren daarmee tot de humorale fase. Ziekten in deze fasen noemen we acute ziekten. Acute ziekten hebben het vermogen en het doel het lichaam te genezen, afvalstoffen op te ruimen en de doorstroming te bevorderen. Natuurgeneeskundig proberen we deze processen juist te ondersteunen door de uitscheiding te stimuleren.
Na fase drie komen we in de cellulaire fase, dat wil zeggen dat de afvalstoffen de cel binnen dringen. Vaak ontstaat dan vernietiging van weefsel. De ziekten die daarbij horen noemen we de chronische ziekten. Het lichaam komt in een soort vicieuze cirkel. Meer afvalstoffen, minder doorstroming, daardoor blijven er meer afvalstoffen liggen, nog minder doorstroming enzovoort.
4. Impregnatiefase / verzadigingsfase
De gifstoffen dringen de cel binnen. Evenals bij de depositiefase blijft de schade hier beperkt tot een groepje cellen of een orgaan. De cel kan nog herstellen. Als gevolg daarvan worden organen beschadigd. Zo ontstaan maagdarm-zweren, maagontstekingen (gastritis), colitis, leverbeschadigingen, astmatische bronchitis, gezwollen lymfeklieren, kalkverarming in het beendergestel (osteomalacie), chronische slijmvliesontstekingen, astma, maagdarm zweren, zenuwontstekingen, vormen van migraine, geheugenzwakte, epilepsie, beginnende multiple sclerose, gevorderde atherosclerose, hartspierzwakte (myocardiopathie), gebreken aan de hartkleppen, vormen van bloedarmoede, leverfunctiestoornissen, galziekte (cholecystopathie) schildklierstoringen, chronische ontstekingen van de eierstokken, vergroeiing van de rugwervels (spondylopathie), reumatoïde artritis enzovoort.
Genezing in deze fase kost meer tijd en gaat gepaard met reacties zoals die in fase 1 en 2. Deze reacties moeten de ruimte krijgen. Ontgiftiging is noodzakelijk. Dit terugdringen is nu veel moeilijker dan in het humorale ziektestadium.
5. Degeneratiefase
De cellen zijn zo beschadigd dat zij niet meer kunnen herstellen. Gifstoffen dringen de cel binnen. De lever wordt daarmee ook overbelast. Aandoeningen die samenhangen met deze fase van vervuiling zijn levercirrose, verschrompelde nieren, open been, multiple sclerose, ziekte van Parkinson, verlammingen van organen, epilepsie, doofheid, blindheid, coördinatiestoornissen, verlaagde schildklierwerking, beroerte, volledige apathie, een onvermogen om gevoelsmatig te reageren en vereenzelviging met deze staat van zijn.
De therapie moet zich richten op het stoppen van het degeneratieproces.
6. Ontwrichtingsfase / Neoplasmafase
Afvalstoffen beschadigen de celkern. De celdeling wordt verstoord en er kan woekering/wildgroei van cellen ontstaan. Gifstoffen kunnen zwakke plekken in het weefsel aangrijpen en kanker veroorzaken.
Tumoren en gezwellen horen in deze fase. De gezwelvorming is de eindfase van een meestal langdurig proces.
Opmerking:
In dit proces van zelfvergiftiging hoeven niet alle fasen te worden aangedaan. Je kunt bijvoorbeeld van fase twee naar fase vier gaan. Omgekeerd is dit ook zo.
Lees het hele artikel op NDN Systeem van Reckeweg.
Zie ook verkorte versie, schematisch NDN: Schema_van_de_lichamelijke_ziektestadia.