MYSTIEK LICHAAM

("Samen", 10 september 2010)

Socioloog en journalist Herman Vuijsje werd door TROUW gevraagd naar de toekomst van de kerk. Dat werd geen vrolijk verhaal: hij ziet voor die kerk als instituut geen enkele toekomst meer. Het stap voor stap verdwijnen van de kerk is volgens Vuijsje al 80 jaar aan de gang, en zal onverminderd door gaan. Maar het christendom, zegt Vuijsje, kan wél overleven...

Hoe moet ik me dat voorstellen? Kan christelijk geloof blijven bestaan zonder kerk? Vuijsje lijkt aan te sluiten bij de gedachte dat de kerk 'moreel kapitaal' heeft, wat ten goede komt aan de samenleving. Sterker nog, hij stelt christendom en moraal aan elkaar gelijk... Maar is dat wel zo? En kun je je bovendien niet afvragen of, wanneer het kapitaal krimpt, de rente wel op peil blijft? Met andere woorden: is om die 'toegevoegde waarde' van het geloof aan de samenleving ten goede te laten komen, geen levende geloofsgemeenschap nodig?

Daar had Godfried Bomans jaren geleden al oog voor. Hij schreef: 'Je kunt zeggen: we draaien toch nog? Er zijn toch nog allerlei fatsoensnormen? Maar als een kameel geen eten meer krijgt en geen water, kan hij nog een hele tijd op die bult doorlopen. Zo iets doen wij. Wij teren op het vet van de vroomheid, die voorbij is, maar nog in allerlei vormen onder ons bestaat. Maar over twintig jaar, als ook die resten zijn opgeteerd, hoe staan we er dan voor?'

Ook al wordt de kerk marginaal, ze kon toch wel eens noodzakelijk zijn om het geestelijk leven te blijven voeden. Zonder kerk, en zonder gelovigen die daar op zondag zichtbaar samenkomen, als getuigenis voor de seculiere wereld, kon de notie 'God' wel eens snel vervluchtigen... Trouwens, wel eens gehoord van 'zoutend zout', waar maar een grammetje van nodig is?

Ik vraag me af of je, zoals Herman Vuijsje doet, zomaar een is-gelijk-teken tussen christelijk geloof en moraal mag zetten. Natuurlijk heeft 'geloven' ook te maken met concreet gedrag, maar om heel het geloof nu te laten opgaan in uitsluitend normen en waarden, lijkt me vreemd. Sterker nog, een kerk die dat doet, geloof gelijk stellen met moraal – en dat soort geluiden hoor ik nog al eens – een kerk die dat doet graaft haar eigen graf. Die wordt braaf, politiek correct, drammerig of zelfgenoegzaam. Die snijdt het hart van de zaak weg, en maakt haar eigen bestaan volstrekt overbodig...

Het geloof is geen cirkel, maar een ellips. Er is niet één brandpunt, het zijn er twee: God én naaste. Wanneer het evenwicht tussen die beide verstoord is, wordt het geloof een vertoning, niet meer dan aaien over de eigen, ofwel vrome, ofwel activistische bol... Het geheim is dan weg, het mysterie platgeslagen, en de ruimte ook, want het wordt ééndimensionaal: óf omhoog, óf in het rond...

Herman Vuijsje is socioloog, hij bekijkt de kerk vanuit zijn optiek. Maar laten we ook maar vanuit theologie en geloofsleer naar de kerk kijken. We verstaan haar dan niet alleen als een menselijke organisatie. Maar ook als het lichaam van Christus. En deel hebben aan het mystieke lichaam van de Heer kon wel eens de essentie van 'kerk' zijn! Dat hebben onze Rooms-katholieke broeders en zusters misschien wel beter begrepen dan wij protestanten...