eutha

Vraag naar meer ruimte

voor beëindiging

van het leven

Discussies

om

bang

van te

worden

Wapen jezelf met nuchterheid.

Neem de tijd voor een beslissing over de behandeling.

Zoek heldere informatie over je ziekte.

Vraag over je ziekte in het rond.

Zet je huisarts aan het googlen of rondbellen.

Dit advies geeft Bert Keizer als je voor de keus staat je verder door de oncoloog tegen kanker te laten behandelen of niet en je leven op te geven.

Deze raadgevingen van Keizer, die verpleeghuisarts is, komen niet zo maar uit de lucht vallen. Zijn collega Hans van den Bosch (63 jaar) lijdt aan een op korte termijn dodelijke kanker. Hij werd behandeld door een oncoloog, maar onttrok zich verdere aan haar zorg.

„Hij verwijt haar alleen maar oog te hebben voor zijn woekerende cellen en het daarbij horende protocol. Ze had zich moeten afvragen of de behandeling, die zij protocollair denkend aan hem voorstelde, eigenlijk wel het levenseinde zou opleveren dat hij voor zichzelf onder deze omstandigheden zou wensen.”

Aldus bericht Keizer over het conflict van zijn collega met de oncoloog.

Van den Bosch heeft zijn oncoloog niet voor haar zorg en hulp in zijn moeilijke tijd kunnen bedanken en neemt haar de handelswijze zelfs kwalijk. Zijn verwijt schrijft hij in een open brief, die is gepubliceerd in Medisch Contact, het tijdschrift voor geïnteresseerden in de medische wetenschap.

Van den Bosch was al gepromoveerd, toen hij aan de opleiding tot huisarts begon. Verder verdiepte hij zich in de epidemiologie en volgde neen medisch-ethische opleiding.

Deze kankerpatiënt was deskundig en dus zeer goed bewapend tegen de oncoloog. Maar in welke positie tegenover de oncoloog of specialist ook bevindt zich de weerloze patiënt, die een beslissing tussen verder leven of sterven moet nemen.

Vandaar de adviezen van Bert Keizer. Zeer goed bedoeld. Maat wat doen we er mee?

De verpleeghuisarts heeft zijn collega-artsen, die oncoloog zijn, niet hoog zitten. Je moet voor die lui oppassen. Keizer waarschuwt:

„Oncologen kijken erg goed naar uw lichaam, maar nauwelijks naar uw ziel. Zij hebben of nemen daar de tijd niet voor en verwijzen u voor de pijn naar de psycholoog….”

Zou het zo zijn? Toen de oncoloog klaar was met het uitsnijden van mijn melanoom en alles er om heen en de operatie geslaagd achtte, belde hij direct Mieke op om dit te vertellen.

Dat kan niet zielloos worden genoemd.

Bert Keizer beweert echter in zijn column, dat er niet één oncoloog is, die als specialist heeft getoond goed gezelschap te zijn voor lijdende mensen.Toe maar.

Over mijn oncoloog geen kwaad woord over. Zijn bijzondere „aandacht voor de woekerde cellen en het daarbij horen protocol”, ik citeer uit de open brief in Medisch Contact”, heeft mij juist gered.

De achtergrond van de open brief van de verpleeghuisarts in Medisch Contact is de strijd, die wordt gevoerd aan het eind van de menselijke levens. Niet alleen onder de direct betrokkenen, maar ook onder de medici onderling. Zo blijkt.

Het gaat over de toepassing van de euthanasiewet in de praktijk, over de keuze van een vervroegde beëindiging van het leven.

De wet is in discussie. Er doen zich hiaten voor. Daarover gaat het op de televisie; daarover wordt geschreven. Tussen kinderartsen is een discussie ontstaan over de mogelijke levensbeëindiging van kinderen onder de twaalf jaar. Voor baby’s, die nog niet kunnen praten, bestaat een regeling (het Groningen-protocol). De vraag: Waarom voor alle kleine kinderen niet?

Een regeling, een wettelijke bepaling, houdt in dat er meer vrijheid komt voor de niet natuurlijke dood.

In een televisie-uitzending van de rubriek Nieuwsuur zei arts Marijke Tonino hierover:

„Omdat we als buitenstaanders gaan oordelen over de kwaliteit van leven van anderen. En hellend vlak. Wie de volgende groep? Verstandelijk gehandicapten? Families worden hier heel bang van.”

Wilsonbekwamen. Regelmatig ben ik op bezoek in de gesloten afdeling van dementerende ouderen.

Er heerst een serene sfeer.

Het gaat daar wat rommelig, maar vredelievend toe.

Men leeft in een eigen wereld.

Van niet één kreeg ik de indruk ongelukkig te zijn.

Van zo’n bezoek word ik niet bang.

Wel van de discussies die elders worden gevoerd.

Bert de Jong

Terug naar Weerwater >>> Home