Citaat van de maand

Citaat van de maand

De derde woensdag in september zijn weer de algemene politieke beschouwingen gehouden. Minister Bos van financiën heeft zonder problemen de rijksbegroting door de Tweede Kamer gekregen. Het Kabinet kan verder zijn plannen uitvoeren. Niets aan de hand daar in Den Haag. De oppositie had (terecht) kritiek, maar slaagde er, zoals gewoonlijk niet in het beleid te wijzigen.

Alles koek en ei zo op het eerste gezicht. Maar in de Tweede Kamer zijn vreselijke dingen gebeurd, waarover de parlementaire verslaggevers en politieke commentatoren nauwelijks hebben geschreven.

Wilders, de fractievoorzitter van de Partij van de Vrijheid beschuldigde alle mensen van Marokkaanse afkomst. Hij sprak in de Tweede Kamer over “het Marokkaanse tuig dat scheldend, spugend onschuldige mensen in elkaar rammend door het leven gaat. Zij accepteren maar al te graag onze uitkeringen, onze huizen, onze dokters, maar niet onze normen en waarden.” Wilders noemde de Marokkanen geen nieuwe Nederlanders, “moslimkolonisten. Zij zijn namelijk niet naar Nederland gekomen om te integreren, maar om de boel over te nemen en om ons te onderwerpen.” Wilders pleitte in de Tweede Kamer tegen de 'islamitische intifada' het leger in te zetten om de “steden en dorpen in de provincies van Nedwerland op te ruimen en schoner te maken.”

Dat is een oproep tot etnische zuiveringen, waaraan oorlogsmisdadiger Mladic nog een voorbeeld kan nemen.

Aldus een bijdrage aan de discussie op het hoogste politieke niveau. Als afgevaardigde in het Parlement kan men zeggen, wat men wil. Men is onschendbaar en niet strafbaar. Wanneer een Marokkaanse jongen een minder gepaste opmerking maakt (en wie op jeugdige leeftijd doet dat niet?) zal hij dat weten en merken, zoals dat in de praktijk blijkt. Leg hem dan maar uit dat een zekere Wilders hem naar hartenlust mag beledigen en uitschelden en de autoriteiten oproepen hem en zijn vrienden en familieleden te deporteren.

Het is van de laatste tijd, dat politici en journalisten de moed moeten hebben de maatschappelijke problemen te onderkennen en te benoemen. De Marokkaanse jeugd vormt een probleem. Daar wordt uitvoerig over geschreven, uitgezonden en gediscussieerd. Met reden. Als echter in de Tweede Kamer de muren trillen van racistische uitspraken wordt er nauwelijks over gerept. Columnist Ephimenco signaleerde de uitlatingen van Wilders in het dagblad Trouw , maar waagde zich niet aan het woord 'racisme'.

In NRCHandelsblad stelde columnist Elsbeth Etty op haar beurt het schrijnende probleem duidelijk aan de orde. Wat is er aan te doen? Het racistische Kamerlid is toch onschendbaar. Alles. Zij wijst op het Reglement van Orde van de Kamer. De Kamervoorzitter kan een lid tot de orde roepen als de man of vrouw beledigend is of aanspoort tot onwettige handelingen. De voorzitter kan hem het woord ontnemen en uitsluiten van de beraadslagingen.

Voorzitter Gerdi Verbeet (van de PvdA) deed echter niets. Uit angst dat Wilders weer zou komen met de vrijheid van meningsuiting. Alle geachte afgevaardigden geloofden het wel (waren misschien ook bang) en kwamen niet op de idee een kwestie van orde te stellen.

Elsbeth Etty concludeert dat de angst voor Wilders het aanzien van het Parlement en buiten de Tweede Kamer geldende rechtsnormen ondermijnt. Dat is niet gering. Zij had verder nog kunnen schrijven dat het racisme van het Kamerlid van de Partij van de Vrijheid weer een versterkte echo krijgt in het land. Dat is gevaarlijk,

Elsbeth Etty schrijft en het wordt mijn citaat van de maand, dat het vermelden in chocladeletters waard is:

Het racisme loopt nu

werkelijk de spuigaten uit

Nou ja, wordt snel gevraagd, is deze bewering niet wat overdreven. Moest de columnist niet weer extra aandacht trekken?

Na de politieke beschouwingen was er al snel het zoveelste spoeddebat in de Kamer over de overlast van de Marokkaanse jongeren in de wijken naar aanleiding van problemen in Gouda. In zijn hoofdcommentaar citeert het liberale dagblad NRCHandelsblad het VVD-Kamerlid Griffith, die in 's lands vergaderzaal uitriep :”Het land staat in brand.” De commentator constateert dat mevrouw Griffith het verst ging de oorlogstaal van de Partij van de Vrijheid te imiteren. Ik citeer verder het commentaar: “De Kamer als geheel was in de greep van de overtreffende trap”. Op alle fronten werd de aanval ingezet. De 'harde kern' van de Marokaans-Nederlandse probleemjongeren moeten in 'internaten worden heropgevoed' . Ook hun ouders moeten worden 'aangepakt'. Buurtrechters, vliegende brigades en stadsmariniers zouden het onrecht moeten bestrijden.

Over het gedebatteer in de Tweede Kamer schrijft NRCHandelsblad:

Nog één rondje Wilders-retoriek en ook het laatste restje statelijk denken verdampt.

Gouda was de aanleiding van het spoeddebat. In de hitte van het debat zijn de feiten vergeten en de incidenten weer opgeblazen tot nationale rampen. Het liberale dagblad meldt nuchter, dat de criminaliteit in Gouda sinds 2005 met 45 procent is gedaald. Er is dus vooruitgang, de hysterie ten spijt.