harmelen

Harmelen leverde twee rampen op en...

een gen om je niet voor te schamen

Harmelen is uitgeroepen tot het leukste dorp van Utrecht. Nu is deze provincie op zichzelf al leuk. Dat wil wel wat zeggen.

Het bericht drong tot me door, omdat mijn opa, ooit door mij omschreven als "de beste bidder die ik heb gekend in de christelijke levenspraktijk",

mijn opa dan uit Harmelen komt. Hij was daar werkzaam als klompenmaker, maar trok aan het eind van de voor vorige eeuw naar Amsterdam om daar zijn heil te zoeken en startte een groenten- en fruitzaak in de Wilhelminastraat.

Het was opa te benauwd geworden in Harmelen. Het was in de tijd van de Doleantie, dat Abram Kuyper rebelleerde tegen de Hervormde Kerk. Opa was aanhanger van de 'nije leer' en moest dat in Harmelen bezuren. Als hij ' s zondags op pad was naar een bijeenkomst kreeg hij rotte tomaten tegen zijn goeie goed gesmeten.

Opa vertelde me, dat hij de boom nog kon aanwijzen, waaronder hij stond en zich 'bekeerd' wist tot de Heere. Maar dit ter zijde.

Harmelen dan. Columnist Wim Boevink ging per bus naar het dorp om de leukigheid daar te proeven. Een krant als Trouw is bezaaid met stukjesschrijvers. Boevink sla ik dikwijls over, omdat er dagelijks nog genoeg te lezen over blijft. Deze keer had hij mijn volledige aandacht. Wat zou ik nog van mezelf kunnen ontdekken in Harmelen? Iets eigens?

Je weet maar nooit hoe dat over de generaties en eeuwen heen met de genen kon werken.

In de wetenschap moet nog veel worden ontdekt.

Wel moet ik erkennen, dat het gereformeerde gen van opa zijn uitwerking bij mij niet heeft gemist, hoewel dit ook niet wetenschappelijk is vastgesteld. Een bidder ben ik nooit geweest, maar genen kunnen een grote impact hebben.

Boevink leverde me niets op over het dorp. Hij gunde de Harmelaars van harte zich het leukste dorp van de provincie te noemen, het mooiste was het zeker niet. Harmelen is bekend geworden door de treinramp van 1962 in de buurt van het dorp, maar de tweede ramp van het dorp was volgens Boevink de grootschalige sanering en de verbreding van de straten in het centrum bij de kerk. Daarmee kunnen ze het in Harmelen doen.

Een troost is, dat het aantal in de zeventiger jaren en later door ijverige burgemeesters en wethouders verpeste dorpskernen niet te tellen is.

Boevink kan nog heel wat romantische bustochtjes naar dorpen maken.

Met deze rampen had opa niets van doen.

Mij leverde het leuke Harmelen totaal niets op. Geen spoor van de mogelijke `leuke volksaard', die me via opa zou zijn geworden.

Blijft over, als zoiets zou bestaan, het gereformeerd getinte gen.

Niet iets om je voor te schamen.

Bert de Jong.

Terug naar Weerwater