Tellen

Twintig jaar lang de dans ontsprongen

Pas op je tellen

bij het ouder worden

Kunt u zich uitkleden?

Als men ouder wordt, dient men steeds meer op zijn tellen te passen. Onderschat dat niet. Ik was nog geen zestig jaar, toen ik op een formulier van een zorginstelling onder meer de vraag moest invullen of ik nog in staat was de dichtstbijzijnde bushalte lopend te bereiken.

Zo is het verder gegaan. Bij het klimmen der jaren werd de van buitenaf opdringende zorg klemmender. Met de beste bedoelingen overigens.

Je moet alerter worden met al die goedheid.

Onlangs mocht ik negentig jaar worden. Een niet te onderschatten voorrecht, Mijn doen en laten is wat trager en bedachtzamer geworden. En het horen moeizaam. Van wat er in de omgeving wordt gezegd, versta ik weinig.

Mijn aangeboren nieuwsgierigheid wordt niet meer bevredigd. Er wordt beweerd dat van alles wat wordt gezegd tachtig procent geklets is en het horen nauwelijks waard.

Het resterend percentage verneem ik graag, maar het dringt slecht tot mij door.

Het is irritant.

Dat is alles en best te verdragen.

Het leven is wel gecompliceerder geworden.

Het is meer oppassen.

Ik was uitgenodigd voor een boottocht over de Vecht. Het was een stralende dag. Ze hadden me, gegeven m'n ouderdom, eigenlijk niet verwacht. Was toch gekomen en had een mooie plaats toegewezen gekregen in een goed gevulde bak van een sloep.

Het was heerlijk.

Wel werd mij herhaaldelijk – er waren ook kennissen van vroeger aan boord – de vraag gesteld of ik nog wel kon staan. Als ik die vraag bevestigend had beantwoord, volgde: “Kunt ook nog lopen?”. Anders zou ik hier niet zijn, luidde mijn niet zo vriendelijk klinkend antwoord.

Intussen heb ik geleerd mijn leeftijd te verzwijgen en als ernaar gevraagd wordt, de waarheid niet precies mee te delen.

Het leven is niet alleen gecompliceerder geworden, maar ook griezeliger. In de vele jaren, dat ik tot de bejaarden wordt gerekend, heb ik geleerd alert te zijn tegen de omringende medische zorg.

Mijn leefregel is: "Blijf de dokters en hun helpers zoveel mogelijk uit handen."

De juistheid van deze stelling heb ik inmiddels bewezen.

Maar een opname kan noodzakelijk zijn; en je kunt via 112 in een ziekenhuis terecht komen. Daar is niet meer vanzelfsprekend dat je de behandeling krijgt die je wenst om verder te leven. Want uit de papieren van de hulpbehoevende blijkt, dat de patiënt de negentig is gepasseerd.

Een leeftijd, waarop de gemiddelde mens al jaren niet meer leeft.

Een overdreven vrees, een aangeprate angst?

Op de noodpost van het academisch ziekenhuis in Leiden wordt de binnenkomende patiënt van zeventig jaar en ouder getest.

Het vragen duur twee minuten. De hulpverleners willen weten hoe kwetsbaar de nieuwe patiënt is en peilen zijn kans op verlies aan zelfstandigheid als hij weer thuis is en wat zijn of haar kans is te blijven leven.

Medici zijn rijk aan statistieken.

Ze hebben geturfd dat drie maanden na het bezoek aan de noodpost van het ziekenhuis van alle 70-plussers tien procent was overleden. Dat valt toch niet tegen.

Negentig procent kon gered worden.

Niettemin de ouderen bij opname voor een behandeling testen. En hoe. In twee minuten. Vragen als:

    • Hoeveel medicijnen neemt u per dag?
    • Kunt u u nog aankleden?
    • Kunt u de maanden van het jaar van achteren naar voren opnoemen.?

Ik heb ervaring met degelijke vragen. Niet als noodgeval in een medische opvangpost, maar als vrijwilliger in een algemeen statistisch medisch onderzoek. Voor een algemeen goed doel.

De onderzoekers hadden me meer dan een half uur na de afgesproken tijd laten wachten en er kon geen woordje van excuus af. Ik was in alle staten, want de volgende afspraak kon ik mislopen, de begrafenis van een levenslange goede vriend en vroegere collega, met wie ik tot het laatst contact had. Mijn hoofd was alleen maar bij dat definitieve afscheid later die dag

.

De verstandelijke vermogens van de vrijwilliger werd getest en mijn bloeddruk weer gemeten. Dat soort wetenschap. Ze vroegen welke dag het was, op welke verdieping van het gebouw we ons bevonden, beginnend met 93 met sprongen van zeven naar beneden te tellen en meer van die onbenulligheid.

De antwoorden waren er naast. Mijn leven hing er niet van af.

In mijn hoofd was het wel een kwestie van leven en dood. Wisten de onderzoekers veel?

In meer noodposten en poliklinieken worden door de medici deze testen afgenomen.

Het niet meer opereren van de oudere mens is aan de orde gesteld. Niet alleen door de hulpverlening, maar ook door de politiek. Het is een interessant onderwerp. Het is beter de oudere patiënt een operatie of een ingrijpende kuur niet aan te doen, is de redenering. Geen overbehandeling.

Bovendien, de medische kosten worden gedrukt. Wat wil men nog meer?

Het 'gevaar' komt deze keer niet van D’66 maar van GroenLinks. Het lid van de Tweede Kamer Corinne Ellemeet heeft een initiatiefnota geschreven, die ze de vrolijke titel Lachend tachtig heeft gegeven.

Het plan is, dat iedere oudere, die in een ziekenhuis komt meteen wordt getest op kwetsbaarheid. Dat moet gebeuren in een gesprek met een gespecialiseerde ‘ouderenarts’.

Corinne Ellemeet, die zegt vanuit de ouderen te denken, wil niet dat haar moeder eindeloos wordt geopereerd, er zwakker uit komt en nooit meer herstelt.

In het dagblad NRCHandelsblad wordt de vraag gesteld: “Maar wat wil de moeder zelf?” Die vindt het misschien helemaal niet erg om er zwakker uit te komen. “Als ze er maar uit komt.” Dat zal de moeder met klem de gespecialiseerde “ouderenarts” moeten vertellen, dat ze het niet eens is met de beslissing van haar moeder.

Een grote vraag is wanneer een mens oud is. Het GroenLinkse kamerlid is uit op een wettelijke regeling, waarin een leeftijd wordt genoemd. Zeventig jaar, 65-plus of toch maar tachtig. In twee ziekenhuizen wordt nu de grens voor oud bij zeventig jaar gelegd.

Het dringt tot me door, dat ik twintig jaar mooi de dans ben ontsprongen. De situatie , ook voor de negentigers begint precair te worden nu een partij als GroenLinks zich geroepen voelt wat in de medische wereld gaande is wettelijk te gaan regelen.

Het is inderdaad zaak op je tellen te letten en op te passen. Hoe ouder hoe kwetsbaarder. .

Het is denkbeeldig dat je op straat komt te liggen en snel vervoer naar het ziekenhuis gewenst is. Ik heb een kennis van mijn leeftijd, die haar intimi heeft laten weten, dat zij dat niet wil.

Dat is te bar. Aan het ziekenhuis ontkom je niet wil je blijven leven. Ik heb de onvermijdelijke kaartjes in mijn portemonnee gecontroleerd. Ze tonen niet alleen minder geslaagde foto's van mijn hoofd, maar vermelden tot mijn niet geringe schrik mijn geboortedatum: het rijbewijs – die een paar dagen geleden verlopen is -, het kaartje van de zorgverzekeraar, van het openbaar vervoer en zelfs mijn museumkaart.

Alleen de bankkaartjes om te pinnen en geld uit de muur te halen zijn onschuldig.

Als ik onverhoopt op straat moet worden opgeraapt,

wordt allereerst in mijn portemonnee getast,

neemt men de negentig jaar waar.

Om mijn hals hangt geen plaatje met het verzoek aan de snel verschenen hulpverleners van de ambulance niet over te gaan tot reanimatie.

Misschien zou het ook verstandig zijn

kaartjes met de geboortedatum

thuis te laten.

Zelfbescherming,

weerbaarheid

op je tellen passen,

bij wijze van spreken.

Bert de Jong

Terug naar Weerwater >>>>> Home