Symptomen
- Vaak adolescent
- Exsudaat beide tonsillen
- Koorts
- Pijnlijke, vergrote lymfeklieren in hele halsregio
- Moeheid > 7 dagen.
Diagnose
- De gouden standaard voor het vaststellen van mononucleosis infectiosa is EBV-serologie. Dat is pas zinvol vanaf de tweede ziekteweek omdat een vroegere bepaling vaak fout-negatief is. Bepaal dan zowel het IgG als het IgM. De uitslag van dit onderzoek duurt minimaal enkele dagen.
- EBV uitgesloten bij < 10% atypische lymfocyten (leucocytendifferentiatie) en aangetoond bij positieve EBV-IgG en -IgM;
Verloop
- Mononucleosis infectiosa is een doorgaans mild verlopende ziekte, veroorzaakt door het epstein-barrvirus (EBV), die vanzelf geneest.
- Slechts in een kleine minderheid van de gevallen treedt een langdurig beloop op, waarbij moeheid op de voorgrond staat.
- In 5 tot 10% van de gevallen ontstaat icterus
- Vaker bestaan asymptomatische leverfunctiestoornissen. Er is geen verband tussen de ernst van de ziekteverschijnselen en de mate van de leverfunctiestoornissen. Leverfunctiestoornissen herstellen spontaan na 5 tot 6 weken.
Behandeling
- Adviseer de dagelijkse activiteiten zoveel mogelijk te continueren
- Behandeling met Amoxixilline geeft bijna altijd een exantheem (dit berust echter niet op een penicilline allergie). Bij gebruik van smalspectrum AB (Peni-Oral) komt een exantheem bijna niet voor. Als het toch ontstaat is de kans op een allergie veel groter.