Samenvatting en aanbevelingen
1. Definitie palliatieve sedatie
"Het toedienen van sedativa in doseringen en combinaties die vereist zijn om het bewustzijn van een terminale patiënt zoveel te verlagen als nodig om n of meerdere refractaire symptomen op een adequate wijze te controleren".
2. Opzet palliatieve sedatie (als doelbewust medisch handelen)
- niet: het veroorzaken van een diepe en continue slaap
- wel: het onder controle brengen van n of meerdere refractaire symptomen en dit door doelbewust het bewustzijn zoveel en zolang als nodig te verlagen. Centraal staat dus de notie van proportionaliteit. Palliatieve sedatie kan diep of licht zijn, tijdelijk of tot overlijden, intermittent of continu.
3. Verdere afbakening palliatieve sedatie
De volgende situaties en praktijken worden uitdrukkelijk niet als palliatieve sedatie beschouwd:
- bewustzijnsvermindering die het gevolg is van ziekte en/of neveneffect van bepaalde medicatie (bvb. pijnmedicatie)
- het gebruik van sedativa voor pijnlijke of belastende procedures
- het gebruik van neuroleptica om delier rechtstreeks te behandelen
- het gebruik van slaapmedicatie 's nachts
4. Refractaire symptomen
- Refractaire symptomen zijn symptomen die ernstig lijden veroorzaken en op normale wijze, zonder bewustzijnsverlaging (sedatie), niet afdoende kunnen worden verlicht.
- Niet alleen fysieke, maar ook psychische en/of existentile symptomen kunnen refractair zijn.
- Een interdisciplinaire benadering en gespecialiseerd palliatief advies zijn aangewezen om te bepalen of een symptoom inderdaad refractair is.
5. Voedsel en vocht
- In de meeste gevallen gaat het stopzetten van voedsel en vocht aan de beslissing tot palliatieve sedatie vooraf.
- Het stopzetten en nalaten van kunstmatige voedsel- en of vochttoediening is geen integraal onderdeel van palliatieve sedatie maar een aparte beslissing.
6. Palliatieve sedatie en euthanasie
- Er is een drievoudig onderscheid (intentie, handeling, resultaat) tussen palliatieve sedatie en euthanasie. Palliatieve sedatie heeft slechts uitzonderlijk een levensverkortend effect.
- Het is n mogelijk n noodzakelijk elke verwarring tussen beide te vermijden.
7. Stappenplan: voorwaarden
- De patiënt is stervende
- De patiënt lijdt ondraaglijk ten gevolge van n of meerdere refractaire symptomen. Overleg met alle betrokkenen (patiënt, zorgverstrekkers, naasten), een interdisciplinaire benadering en gespecialiseerd palliatief advies zijn aangewezen om te bepalen of een symptoom inderdaad refractair is en palliatieve sedatie aangewezen is.
- Zowel wilsbekwame als wilsonbekwame patiënten kunnen het slachtoffer zijn van refractaire symptomen en dus in aanmerking komen voor palliatieve sedatie. Bij wilsbekwame patiënten is de genformeerde toestemming van de patiënt vereist.
- Uitzonderlijk kan een acute palliatieve sedatie geboden zijn.
8. Stappenplan: de uitvoering van de palliatieve sedatie
- Bij palliatieve sedatie wordt uitgegaan van een proportionele, trapsgewijze benadering, die steeds gericht is op het bereiken van een maximaal comfort van de patiënt.
- Als sedativum is Midazolam (Dormicum ) de eerste keuze en dit voor zowel lichte als diepe palliatieve sedatie.
- Zowel bij de voorbereiding van de palliatieve sedatie, bij het sederen zelf (inclusief opvolging) en bij de nazorg dient men zeer zorgvuldig te werk te gaan. Tal van details, o.m. wat betreft de gebruikte medicatie en de aanvullende maaatregelen, vereisen een nauwgezette en volgehouden aandacht. Overleg met een anesthesist is niet zelden aangewezen.