rondkijken in ....

Oirschot

alles is gratis

Stadswandeling in Oirschot

Een VIA-VIA stadswandeling Oirschot van 2 km.

De geschiedenis heeft vele sporen nagelaten in Oirschot. In de straten en steegjes, op de smalle kerkenpaden, op de Markt met de monumentale Petrusbasiliek en vooral op het aloude Vrijthof. Het is de rijkdom van een dorp waarop menige stad jaloers kan zijn. 

download: stadswandeling Oirschot


InZicht video niet beschikbaar

naar alle andere InZicht video's


Fotoshow van Oirschot

understanding Dutch is not necessary

Oirschot 2023

foto: Jan Geerling cc-by-sa-4.0 

Geschiedenis van Oirschot

Hoewel er al sinds de prehistorie bewoning is geweest op het grondgebied van het huidige Oirschot, zijn schriftelijke documenten pas relatief laat aanwezig. Op dat ogenblik was Oirschot, vanuit een Frankische nederzetting, al uitgegroeid tot een plaats van regionale betekenis. Zo is er sprake van de heilige Odulfus, die omstreeks 805 pastoor van Oirschot was. Er is sprake van documenten die gewag maken van de verering van Odulfus te Oirschot zo vroeg als 1150 en 1270. Dit zijn echter jongere kopieën van oudere documenten, die mogelijk op vervalsingen berusten. Archeologische vondsten bevestigen overigens bewoning tijdens de 8e en 9e eeuw in de omgeving van de Mariakerk. Ook was er zeker al vanaf het begin van de 13e eeuw een kapittel van elf kanunniken. Vanuit de parochie van Oirschot zijn de parochiekerken gesticht van Oostelbeers, Middelbeers, Vessem en Wintelre. Enige invloed van de Abdij van Echternach en de Abdij van Sint-Truiden zal er wel geweest zijn, maar dit betrof slechts enkele boerderijen.

Ook in wereldlijke zin was Oirschot niet onbelangrijk. Het was een vrijheid en hoofdplaats van Kempenland. Men kende een jaarmarkt. In 1513 werd een regthuis gebouwd dat, afgezien van dat in 's-Hertogenbosch, het enige was in de Meierij van 's-Hertogenbosch. De heer van Oirschot had twee kastelen: Kasteel Oud Beijsterveld nabij Oirschot en Kasteel Ten Bergh nabij Spoordonk. Mogelijk is deze heerlijkheid vanuit de Spoordonkse Watermolen ontstaan. De heren van Oirschot hebben ook Vught in handen gekregen, maar verloren dat geleidelijk toen de Hertog van Brabant in 1196 zijn eigen machtscentrum in die omgeving stichtte: de stad 's-Hertogenbosch. De hertog kreeg definitief invloed in Peelland en Kempenland in 1232. Zo werd Oirschot een zogeheten halve heerlijkheid: de helft van de rechten was in handen van de Hertog van Brabant en de andere helft van de Heer van Oirschot, die overigens lang uit machtige adellijke families heeft bestaan.

Oorspronkelijk vormde het Vrijthof bij de Mariakerk het centrum van de plaats, later werd de Sint-Petruskerk gebouwd en uiteindelijk verplaatste het centrum zich naar de directe omgeving van deze nieuwe kerk. Het is mogelijk dat de hertog betrokken was bij de bouw van de Sint-Petruskerk, om ook op kerkelijk gebied een nieuw machtscentrum te stichten. In 1320 verkocht het oude adellijke geslacht de heerlijkheid Oirschot aan Rogier van Leefdaal die een vertrouweling van de hertog was. Via vererving kwam de heerlijkheid aan de familie Van Merode en via een gerechtelijke verkoop in 1672 aan de familie Sweerts de Landas, een protestantse familie, die het Kasteel Oud Beijsterveld tot 1831 behield, al waren de heerlijke rechten toen vervallen. Hierna werd het een missieklooster.

Omstreeks 1600 was Petrus Vladeraccus actief in Oirschot. Hij zette zich in voor de contrareformatie en voerde de richtlijnen van het Concilie van Trente door. In 1633 echter kwamen, onder militaire begeleiding, de eerste protestanten in Oirschot, en met de Vrede van Münster in 1648 was het tij volledig gekeerd. Er volgde een periode van economische neergang en toen op het einde van de 18e eeuw de nieuwe straatweg van 's-Hertogenbosch naar Luik werd aangelegd, liep deze op ruime afstand van Oirschot. De plaats werd door Eindhoven, en door het in 1821afgesplitste Best, overvleugeld. In de 20e eeuw kwam het toerisme op, terwijl uiteindelijk ook industrialisatie optrad, oorspronkelijk bestaande uit traditionele bedrijven zoals de meubelindustrie, later ook metaalindustrie, zoals Heras, en een bedrijf voor verplaatsbare cabines, De Meeuw. De komst van het Wilhelminakanaal (1923) stimuleerde de industriële bedrijvigheid. Ook breidde de plaats zich snel uit doordat werknemers van de Generaal Majoor de Ruyter van Steveninckkazerne in Oirschot kwamen wonen.