gepubliceerd:  04-12-2021

Fotoblog 1158

de Leeuwenberghkerk

van Utrechts pesthuis via kerk naar concertzaal

De 'Leeuwenbergh' werd in 1567 als pesthuis gebouwd uit de nalatenschap van Agnes van Leeuwenberch (ca. 1500 - 1562). De Leeuwenbergh lag aan de rand van de stad, nog net binnen de omwalling, met de achtergevel (die nu voorgevel is) tegen de stadsmuur. De oorspronkelijke voorgevel van het pesthuis (nu de achtergevel) was naar de stad gericht en keek uit over een langerekt erf, dat als moestuin werd gebruikt en tevens (tot in de zeventiende eeuw) als kerkhof dienst deed. Een deel van dat erf is nu nog herkenbaar in de ommuurde binnenplaats achter Leeuwenbergh, waar ook het gebouwtje 'Klein Leeuwenberg' zich bevindt. Pas toen in de negentiende eeuw de wallen waren geslecht, werd de oorspronkelijke achteringang hoofdingang en andersom.

Tot tenminste 1666 heeft het tweebeukige, geheel onderkelderde gebouw ook daadwerkelijk als pesthuis gefungeerd. Daarna werd het, nadat het enige jaren leeg had gestaan, door de Franse bezetters gevorderd en gebruikt als militair hospitaal. In 1678 wordt het door brand verwoest. Herbouw volgt volgens het oorspronkelijke plan. Vervolgens staat het opnieuw ruim een eeuw lang leeg. In 1793 dragen de regenten van het gasthuis het gebouw over aan de stad Utrecht in ruil voor een stuk grond buiten de singels. 

Het gasthuis doet vervolgens enkele jaren dienst als kazerne voor de lijfwacht van koning Lodewijk Napoleon. Waarschijnlijk is toen de oorspronkelijke binnenruimte uitgebroken. Die bestond uit vier ruime ziekenzalen. Door de vensters en de deuren, die geopend konden worden, was er steeds voldoende gelegenheid voor ventilatie. In 1845 staat het stadsbestuur Leeuwenbergh af aan de curatoren van de universiteit om er een scheikundig laboratorium van te maken. In dat jaar kregen de van oorsprong rechthoekige kruisvensters de spitsboogvorm en verdwenen de bakstenen gevels onder een witte pleisterlaag. De verdiepingsvloer, al in de kazernetijd aangebracht, bleef intact. In 1881 - 1885 volgde een restauratie. De muren werden van hun pleisterlaag ontdaan, maar de vensters herkregen vreemd genoeg niet hun oorspronkelijke vorm: de ijzeren spitsboogramen kregen bakstenen neogotische traceringen. In 1903 verhuisde het chemisch lab naar een nieuwe locatie. Het gebouw stond enkele jaren leeg.

In 1908 stond de stad opnieuw het gasthuisgebouw aan de universiteit af, ditmaal om er een farmacologisch instituut in te vestigen. In 1929 kreeg dit instituut een nieuw laboratorium aan de Vondellaan en werd Leeuwenbergh opnieuw verlaten. In 1930 nam de Nederlandse Protestantenbond het pand als kerkgebouw in gebruik, na een verbouwing onder leiding van de architect G.W. van Heukelom. Bijzonder: een kerkgebouw zonder toren.

Vanaf 2004 was het gebouw eigendom van de Stichting Vrienden van Leeuwenbergh die het in 2007 heeft laten restaureren. Het gebouw werd gebruikt voor concerten en lezingen. Vanaf 1 februari 2008 was Leeuwenbergh verhuurd aan Muziekcentrum Vredenburg, dat de zaal tot de ingebruikname van TivoliVredenburg op 1 april 2014 gebruikte ter vervanging van de kleine concertzaal voor onder meer kamermuziek. Daarna werd het pand eigendom van Stadsherstel Utrecht, dat het verhuurt ten behoeve van een centrum voor kamermuziek, met een podium en opnamefaciliteiten.  Sinds 2013 is de Leeuwenbergkerk een zelfstandige evenementenlocatie en concertzaal. Het pand wordt momenteel als kamermuziek locatie verhuurd aan de cellist Gavriel Lipkind.

foto: microtoerisme.nl
foto: microtoerisme.nl
foto: microtoerisme.nl
foto: duic.nl

Iedere week een mooie stad bekijken? Abonneer u op de Microtoerisme Nieuwsbrief!

Vul uw email adres in en bevestig met 'Subscribe'. U krijgt daarna op dat email adres eerst nog een mailtje dat u moet bevestigen. Pas dan is de inschrijving voltooid.