rondkijken in ....

kasteel Heeswijk

alles is gratis

Stadswandeling niet beschikbaar

naar alle andere stadswandelingen

InZicht video over kasteel Heeswijk

 Nederlands gesproken


ZichtOp video niet beschikbaar

naar alle andere ZichtOp video's

Fotoshow van kasteel Heeswijk

understanding Dutch is not necessary


foto: Jan Geerling cc-by-sa-4.0 

Geschiedenis van Kasteel Heeswijk

Zo rond 1080 besluiten de bewoners van het Aa-dal op de plaats waarop nu Kasteel Heeswijk staat een versterkte plek te bouwen om te kunnen schuilen voor rovers en ander ongewenst volk. Volgens oude geschriften is Graaf Almericus van Heeswijk in het jaar 1156 de eerste (van naam) bekende kasteelbewoner. Hij sterft op 30 jarige leeftijd. Eind 1200 trouwt achter-achterkleindochter Agnes van Heeswijk met Walraven van Bentheim, de heer van Dinther. Zo worden Heeswijk en Dinther een bestuurlijke eenheid.

Tot omstreeks 1359 was Heeswijk-Dinther een vrije heerlijkheid, daarna kwam het aan de hertog van Brabant. Bekend is dat rond 1370 in de regio een oorlog woedt tussen de hertog van Brabant en de hertog van Gulik. In 1405 wordt ridder Hendrik van der Lecke de heer van Kasteel Heeswijk. Het landgoed breidt zich uit van Moergestel tot aan Asten. De Habsburgers proberen hun erfgrondgebied in de Nederlanden uit te breiden en stuiten op verzet van o.a. de hertog van Gelre. Hij stuurt de gevreesde veldheer Maarten van Rossum op pad, die in 1543 met een aanval op Antwerpen plunderend door het Brabantse land trekt. De defensieve kwaliteit van het kasteel wordt danig op de proef gesteld.

De 17de eeuw is misschien wel de meest roemruchte in de geschiedenis van Kasteel Heeswijk. Het is de eeuw van de 80 jarige oorlog, van de Oranjes Maurits en Frederik Hendrik, Jan ’t Serclaes, Mathijs van Asperen en Lodewijk de 14de, de Zonnekoning in hoogst eigen persoon. De oorlog gaat niet aan Brabant voorbij. Lange tijd is het nog onrustig in Europa. Europese vorsten bevechten elkaar om de erfenis van de Spaanse koning Karel II. Met de Vrede van Utrecht komt er in 1713 een einde aan die oorlog. Ook op het Brabantse land lijkt de rust te zijn wedergekeerd.

De erfgenamen van de familie Speelman bieden het kasteel met het landgoed in 1826 te koop aan. Op een schilderij in het kasteel is goed te zien hoe het eruit zag rond 1800. Pas in 1834 meldt zich een serieuze koper. Het is de Belg André baron van den Bogaerde van Terbrugge die in 1830 is benoemd tot Gouverneur van de Koning in Brabant dat zich toen nog uitstrekte tot aan Brussel. Een bizar testament stelt dat de erfgenamen van jonker Alberic pas in december 1963 het kasteel mogen bewonen. De familie vecht het testament aan en krijgt het eigendomsrecht over de roerende goederen. Tussen 1897 en 1903 wordt de ‘Collection Van den Bogaerde’ op een aantal grote, opzienbarende veilingen verkocht. De opbrengst is meer dan zeshonderdduizend gulden. De talloze wapens, harnassen, schilderijen, meubels, beelden, porselein, aardewerk, zilverwerk, smeedwerk, enkele duizenden flessen wijn, duizenden sigaren et cetera, ooit de pronkstukken van het kasteel, raken zo wereldwijd verspreid. Wat niet verkoopbaar is, blijft in het kasteel achter.

In 2000 gaat de hoofdburcht weer open voor publiek en krijgt het zijn museumfunctie terug. Tal van activiteiten vinden er plaats. De restauratie van het Poortgebouw, Koetshuis, IJzertoren en Wapenzaal is in 2005 voltooid.