De sonnetten

"Fair Youth Sonnets" verwijst naar de naamloze jonge man aan wie sonnetten 1-126 zijn gericht. De eerste 17 ervan worden tot de ”Procreation Sonnets” gerekend. In de reeks 78-86 wordt een "Rival Poet" opgevoerd.

"Dark Lady Sonnets" is een reeks die begint met de introductie van 'the Dark Lady' in sonnet 127.

Zo er sprake is van een "plot" in Shakespeares 154 sonnetten, dan zou die er zo kunnen uitzien:

    1. Sonnetten 1-17 (de voortplantingssonnetten) vormen de proloog tot het drama, waarin de dichter een jongeman aanmaant om te zorgen voor nageslacht;

    2. Sonnetten 18-126 beschrijven de liefde van de dichter voor een jongeman: vanaf de aanvankelijke extase, naar de eerste achterdocht, de ontrouw, en ten slotte het bittere einde van de relatie;

    3. Sonnetten 127-152, waarin nu een donkere dame zijn minnares is, maar die liefde blijkt slechts lust te zijn;

    4. Sonnetten 153 en 154 maken geen deel uit van de plot.

Uitleg over de sonnetvorm vind je op deze pagina.

Lees hier over de uitgave van de sonnetten.

Opzoeken van een sonnet met eerste versregel kun je hier.

Overzicht

1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 8 · 9 · 10 · 11 · 12 · 13 · 14 · 15 · 16 · 17 · 18 ·19 · 20 · 21 · 22 · 23 · 24 · 25 · 26 · 27 · 28 · 29 · 30 · 31 · 32 · 33 · 34 · 35 · 36 · 37 · 38 · 39 · 40 · 41 · 42 · 43 · 44 · 45 · 46 · 47 · 48 · 49 · 50 · 51 · 52 · 53 · 54 · 55 · 56 · 57 · 58 · 59 · 60 · 61 · 62 · 63 · 64 · 65 · 66 · 67 · 68 · 69 · 70 · 71 · 72 · 73 · 74 · 75 · 76 · 77 · 78 · 79 · 80 · 81 · 82 · 83 · 84 · 85 · 86 · 87 · 88 · 89 · 90 · 91 · 92 · 93 · 94 · 95 · 96 · 97 · 98 · 99 · 100 · 101 · 102 · 103 · 104 · 105 · 106 · 107 · 108 · 109 · 110 · 111 · 112 · 113 · 114 · 115 · 116 · 117 · 118 · 119 · 120 · 121 · 122 · 123 · 124 · 125 · 126 · 127 · 128 · 129 · 130 · 131 · 132 · 133 · 134 · 135 · 136 · 137 · 138 · 139 · 140 · 141 · 142 · 143 · 144 · 145 · 146 · 147 · 148 · 149 · 150 · 151 · 152 · 153 · 154

Vertaler: Jules Grandgagnage

"Shakespeare's sugared sonnets"

Vanaf The Taming of the Shrew in 1590 tot The Two Noble Kinsmen in 1613 schreef Shakespeare bijna 40 toneelstukken. In 1593-1594 werden de Londense theaters regelmatig gesloten vanwege uitbraken van de pest, en het is in deze periode dat Shakespeare twee lange verhalende gedichten schreef: Venus and Adonis, en Lucrece. Mogelijk ging hij over tot publicatie in druk van deze gedichten omdat hij op die manier hoopte de aandacht van rijke patroons te vangen. De sonnetten werden omstreeks dezelfde tijd geschreven. De eerste melding ervan vinden we in Francis Mere's Palladis Tamia uit 1598. Hierin verwijst Mere naar "Shakespeare's sugared sonnets among his private friends". Sonnetten sonnet 138 en 144 werden in 1598 of 1599 gedrukt en opgenomen in de door W. Jaggard uitgegeven collectie The Passionate Pilgrim, maar de eerste volledige publicatie van de sonnetten was de Quarto-editie van 1609.

Auteursrecht: zie homepage

Integrale Nederlandse vertalingen van Shakespeares sonnetten


De in totaal 154 gedichten werden diverse keren integraal naar het Nederlands vertaald:


  • L.A.J. Burgersdijk (1879)

  • J. Decroos (1930)

  • Albert Verweij (1933)

  • Gerard Messelaar (1958)

  • W. van Elden (1959)

  • H.J.H. van Oyen (ca. 1960)

  • Jan Jonk (1984)

  • Peter Verstegen (1995)

  • H.J. de Roy van Zuydewijn (1997)

  • Arie van der Krogt (1997)

  • Hans-Jurgen Schoenmakers (2006)

  • Willem van der Vegt (2008)

  • Coenraedt van Meerenburgh (2012)

  • Bas Belleman (2020)

  • Jules Grandgagnage (2021)


Gedeeltelijke vertaling van Shakespeares sonnetten:

* H. Moulijn-Haitsma Mulier, 50 sonnetten (1923)

* Jan Campert, 6 sonnetten (1947)

* P.C. Boutens, 38 sonnetten (1968)

* Hugo Claus, 15 sonnetten (1986)

* Guido de Bruyn, 42 sonnetten (2006)

* Robert Laterveer (13 sonnetten, 2007)

* Erik Honders, 142 sonnetten (2008)

* Cornelis W. Schoneveld, 20-tal sonnetten (2012)