Othello 2e bedrijf

TWEEDE BEDRIJF

EERSTE TONEEL

Een zeehaven op Cyprus.

Montano en twee heren.


MONTANO

Wat s er op zee te zien vanaf deze klip?

EERSTE EDELMAN

Absoluut niets. Met deze hoge zee valt er geen zeil te onderscheiden
tussen de hemel en de zee.

MONTANO

Het was ook winderig aan de wal.
Een hevige windstoot schudde onze vestingwerken.
Welk houten schip kan het aan wanneer golven
zo hoog als bergen erop neerbeuken?
Hoe denk je dat dit zal aflopen?

TWEEDE EDELMAN

De Turkse vloot zal worden verstrooid.
De wind zweept de golven zo hoog op dat ze tot aan de wolken reiken
en tegen de sterren aan de hemel uiteenspatten.
Het is alsof het water de brandende beer wil overspoelen
en de vaste Poolster wil blussen.

MONTANO

Als de Turkse niet in een haven is gaan schuilen,
dan zullen allen verdronken zijn.
Geen schip kon deze storm overleven.

(Een derde edelman komt binnen)

DERDE EDELMAN

Nieuws, jongens! Onze oorlog is afgelopen!
Die vreselijke storm is zo tekeergegaan tegen de Turken
dat zij hun plannen hebben moeten opgeven.
Een van onze schepen heeft gemeld
dat de meeste van hun schepen gezonken zijn.

MONTANO

Wat? Is dit waar?

DERDE EDELMAN

Dat schip zeilt nu de haven binnen. Het komt uit Verona.
Michael Cassio, luitenant van de Moor Othello, staat al op de wal.
De Moor zelf is nog steeds op zee. Hij heeft de opdracht gekregen
om hier als gouverneur naar Cyprus te komen.

MONTANO

Daar ben ik blij om, hij zal een waardig gouverneur zijn.

DERDE EDELMAN

Cassio brengt wel goed nieuws over de Turkse nederlaag,
maar hij is bezorgd over Othello's veiligheid:
ze werden van elkaar gescheiden tijdens de storm.

MONTANO

Ik hoop bij God dat hij behouden terugkomt.
Ik diende onder hem, en die man voert het bevel als een echte soldaat.
Laten we naar de wal gaan, om naar het pas aangekomen schip te kijken
en wachten op de komst van Othello's schip.
We zullen naar de zee staren tot de zee en de lucht samensmelten.

DERDE EDELMAN

Kom, laat ons dat doen. Want iedere minuut
komt er nu wel een nieuw schip binnen.

(Cassio op)

CASSIO

Mijn dank aan allen, jullie moedige verdedigers
van dit krijgshaftige eiland die de Moor zo genegen zijn!
O, laat de hemelen hem in bescherming nemen
tegen dit helse weer, want ik geraakte hem kwijt
op een stormachtige zee.

MONTANO

Is zijn schip ertegen bestand?

CASSIO

Zijn schip is stevig gebouwd en zijn stuurman
is vaardig en heeft veel ervaring.
Mijn hoop, die de dood niet zomaar laat winnen,
op een goede afloop, blijft daarom standvastig.

(Stemmen achter het toneel: "Een zeil! Een zeil! Een zeil!")

Een bode komt op.

CASSIO

Wat heeft dit kabaal te betekenen?

BODE

De stad is leeggestroomd. Aan het strand staat een menigte te roepen:
"Een zeil"!

CASSIO

Laat het alstublieft de gouverneur zijn!

TWEEDE EDELMAN

Het scheepskanon lost zijn saluutschot. Dan zijn het tenminste vrienden.

(Men hoort een schot)

CASSIO

Ga, heer, en breng ons tijding wie er aan land kwam.

TWEEDE EDELMAN

Dat doe ik meteen.

(Exit Tweede Edelman)

MONTANO

Zeg, beste luitenant, is uw generaal getrouwd?

CASSIO

Heel gelukkig zelfs. Hij bekwam een maagd die ieder ander in
faam en schoonheid overtreft. Ze is een kroonjuweel der schepping,
haar schoonheid is in woorden niet te beschrijven, en wie dit wel probeert
vermoeit zichzelf slechts zonder er ooit in te slagen.

(Tweede Edelman op)

Wel dan? Wie voer er de haven binnen?

TWEEDE EDELMAN

Een man genaamd Jago, de vaandrig van de generaal.

CASSIO

Hij maakte een goede tijd. Je ziet hoe storm, scherpe rotsen
en zandbanken, verraders die loeren op onschuldige kielen,
een mooie vrouw waarderen! Alsof ze gevoel voor schoonheid hadden
vergaten ze voor een ogenblik hun dodelijke aard
en brachten de aanbiddelijke Desdemona
veilig en gezond aan wal.

MONTANO

En wie mag dat dan wel zijn?

CASSIO

Zij over wie ik net sprak - de gebiedster van onze grote gebieder -
plaatste onze generaal onder de hoede van de koene Jago.
Deze komt hier een week vroeger aan dan voorzien.
O, Jupiter, bescherm Othello en bol zijn zeilen
met uw krachtige adem, opdat hij deze baai
kan zegenen met zijn schip, dat hij zich in liefde
in Desdemona's armen kan storten,
dat hij nieuw vuur doet oplaaien
in onze uitgedoofde zielen
en heel Cyprus troost kan brengen! O zie toch, zie!

(Desdemona, Emilia, Jago en Rodrigo komen op)

De grootste schat van het schip is reeds aan wal!
Volk van Cyprus, kniel voor haar!
Heil, edele dame, en moge de zege van de hemel u volgen
Voor, achter u, en waar u ook komt!

DESDEMONA

Dank, dappere Cassio,
en welk bericht hebt u van mijn gemaal?

CASSIO

Ik weet alleen dat hij nog niet geland is,
maar hij is op komst en voor zover ik weet maakt hij het goed.

DESDEMONA

O, maar... ik ben ongerust! Hoe zijn jullie uit elkaar geraakt?

CASSIO

De grote strijd tussen de zeeën en de hemelen
dreef ons uiteen.

(Een stem achter de coulissen: "Een zeil! Een zeil!")

CASSIO

Luister! Er is een ander schip op komst!

TWEEDE EDELMAN

Ze begroeten de citadel met een schot;
Ook zij zijn dus vrienden.

CASSIO

Ga op zoek naar nieuws.

(Exit Tweede Edelman)

Vaandrig Jago, welkom.-En u ook welkom, mevrouw.

(Hij kust Emilia)

Zoek er niets achter, beste Jago, dat ik je vrouw kus.
Het is mijn opvoeding die me zulk vertoon van hoffelijkheid bijbracht.

JAGO

Als ze je zoveel gaf van haar lip als ze mij van haar tong geeft,
dan zou je het al beu zijn.

DESDEMONA

Maar ze spreekt helaas geen woord.

JAGO

Nee, ze praat te veel.
Ze is altijd aan het praten wanneer ik wil slapen.
Ik geef toe dat in uw aanwezigheid, mevrouw, ze zich wat inhoudt.
Maar ze scheldt me dan in stilte uit.

EMILIA

Je hebt anders geen enkele reden om zoiets te zeggen.

JAGO

Kom nu, zeg! Jullie vrouwen zijn allemaal hetzelfde.
Buiten gedraag je je als een plaatje
en binnen als een klepperende bel.
In je eigen keuken ben je een wilde kat,
een heilige bij het ruziën, speels in je huishouden
en schaamteloos bedrijvig in bed.

DESDEMONA

Foei, jij lasteraar!

JAGO

Neen, het is de waarheid. Noem mij anders maar een Turk: zodra jullie opstaan,
begint het spelen en het werken in bed.

DESDEMONA

Mijn lof zul jij dus niet schrijven.

JAGO

Dat kun je me beter niet laten doen.

DESDEMONA

Wat zou je dan over me schrijven om me te prijzen?

JAGO

Edele dame, verlang dit niet van mij;
Want zonder mijn kritiek ben ik niets meer.

DESDEMONA

Probeer het toch maar. Er is toch iemand naar de haven gegaan?

JAGO

Zeker, mevrouw.

DESDEMONA

Ik ben niet zo gelukkig als ik lijk hoor.
Ik probeer heel hard om niet te tonen hoe bezorgd ik wel ben
om Othello's veiligheid. Kom op, zeg nu eens wat je echt van mij vindt.
Hoe zou jij mij prijzen?

JAGO

Geef me even tijd om mijn vindingen
uit mijn trage hersenbrei los te peuteren.
Heb geduld, mijn muze draait op volle toeren
en weldra bevalt ze van mijn scherp vernuft: ziedaar ! -
Hier komt het:
Als een vrouw even slim als mooi is,
dan gebruikt ze haar looks om te krijgen wat ze wil.

DESDEMONA

Goed gevonden! Maar wat als de vrouw slim maar lelijk is?

JAGO

Zelfs als ze lelijk is, zal ze sluw genoeg zijn
om haar grauwe vel te laten dekken
door een blanke mannenhuid.

DESDEMONA

Het wordt alsmaar erger!

EMILIA

En wat als ze mooi is maar dom?

JAGO

Geen enkele mooie vrouw is dom, want haar domheid
maakt haar des te aantrekkelijker voor mannen.

DESDEMONA

Dat zijn afgesleten grapjes waar alleen dronken dwazen
in een kroeg nog mee kunnen lachen. Welke ellendige lof heb je dan voor haar
die zowel lelijk als dom is?

JAGO

Geen dwaze vrouw was ooit zo lelijk
dat ze niet de rol van een slimme mooie vrouw kon spelen.

DESDEMONA

O, grove onwetendheid! Je prijst de slechtste het hoogst.
Maar welke lof zou je dan kunnen geven aan een waarlijk goede vrouw,
die zelfbewust alle kwaad trotseert van wat anderen over haar zeggen?

JAGO

Een vrouw die mooi is maar nooit trots,
die zwijgt hoewel ze welbespraakt is,
die geen gebrek aan goud heeft, maar matig leeft,
en haar grijpklare wensen met gemak de rug kan keren,
die in haar gekrenkte woede toch geen wraak nastreeft,
en haar ongenoegen gebiedt om heen te gaan,
zij wier wijsheid nooit zo verblind wordt dat ze
het hoofd van de kabeljauw verruilt voor de staart van een zalm,
zij die kan denken en nooit haar geest onthult,
die verliefden in haar spoor ziet volgen en nooit omkijkt
Dat zou voorwaar een schepsel zijn zoals er nooit een bestond -

DESDEMONA

Om wat te doen?

JAGO

Om dwazen te zogen en huishouden te doen.

DESDEMONA

Wat een lam en krachteloos besluit! Luister niet naar hem, Emilia,
ook al is hij je echtgenoot. Wat denk je van hem, Cassio? Is hij geen vreselijke man?

CASSIO

Hij spreekt ronduit, mevrouw. Hij is meer een soldaat dan een wijze man.

(Cassio neemt Desdemona bij de hand)

JAGO (terzijde)

Hij neemt haar hand. Goed zo, ga je gang en fluister samen. Hoe dun dit web ook lijkt,
meer heb ik niet nodig om een dikke vlieg als Cassio te vangen!
Ja, blijf maar glimlachen naar haar, Cassio. Ik zal je kluisteren in je eigen gevlei.
Je zegt 'Voorwaar'! Zo is het' Inderdaad!' Je zal wensen dat je je drie vingertjes
niet zo vaak had gekust wanneer ik je luitenantschap van je afstroop!
Wat een voorbeeldige kus, wat een hoffelijkheid. Wat? Alweer je lippen naar je eigen hand?
Ik wenste dat die vingers lavementspuiten waren!

(Trompetgeschal)

De Moor! Ik herken zijn trompet.

CASSIO

Het is waar.

DESDEMONA

Laten we hem tegemoet gaan en ontvangen.

CASSIO

Daar is hij reeds!

(Othello en gevolg op)

OTHELLO

Mijn schone strijdster!

DESDEMONA

Mijn liefste Othello!

OTHELLO

Ik ben verbaasd, maar dolgelukkig dat je hier voor mij bent.
Mijn liefste, als de kalmte na de storm altijd zo prachtig was,
zou ik willen dat de wind waait totdat hij de doden wekte.
Laat dan maar de zwoegende schuit heuvels van zeeën beklimmen,
hoog als de Olympus, en weer neerstorten vanuit de hemel naar de hel!
Als ik nu zou sterven, zou ik helemaal gelukkig zijn,
want geluk als dit zal ik nooit meer vinden in mijn leven.

DESDEMONA

Moge de hemel ons geluk en onze liefde elke dag nog doen groeien!

OTHELLO

Zo zij het, zoete machten!
Ik kan niet meer over mijn geluk praten. Het wordt me teveel. Ik hoop dat er nooit meer tweedracht zal zijn
tussen ons dan de kussen die ik je nu geef.

(kust haar)

JAGO

(terzijde) O, wat ben je nu goed gestemd!
Maar ik span de snaren van die muziek aan zoals ik wil
In alle eerlijkheid.

OTHELLO

Kom, laten we naar de vesting gaan.
Goed nieuws, vrienden! Onze oorlogen zijn voorbij, de Turken zijn verdronken.
Hoe is het met mijn oude kennissen van dit eiland?
Schat, je zult geliefd zijn in Cyprus; Ik heb grote liefde onder hen gevonden.
O mijn lieveling, ik ratel maar door en door omdat ik zo blij ben. -
Jago, zou je goed kunnen zijn om mijn koffers van de schepen te halen?
En breng de kapitein van het schip naar de vesting.
Hij is een goede man die ik zeer respecteer. -
Laten we gaan, Desdemona.
Ik zeg het nog één keer: ik ben zo blij je hier op Cyprus te zien!

(Exit Othello, Desdemona en gevolg)

JAGO

(tegen Rodrigo) Ontmoet me in de haven. - Kom hier. U weet dat ze zeggen
dat liefde lafaards dapper maakt. Dus als u dapper bent, luister dan naar mij.
Luitenant Cassio zal vanavond op wacht staan.
Maar eerst moet ik u zeggen dat Desdemona helemaal verliefd op hem is.

RODRIGO

Wat? Op hem? Dat kan niet.

JAGO

Leg uw vinger op uw lippen en luister naar mijn les. Weet u nog dat ze op slag verliefd werd
op de Moor, omdat hij opschepte en haar verzonnen verhalen vertelde?
Had u verwacht dat ze van hem zou blijven houden vanwege zijn gekwebbel?
U bent te slim om dat te denken. Nee, ze heeft iemand nodig die er knap uitziet.
Othello is lelijk. Wat voor plezier kan ze in hem vinden als het bloed koud blijft bij de liefdesdaad?
Om de zaken opwindend te houden, moet ze iemand met een knap gezicht zien,
iemand van haar leeftijd, iemand die eruit ziet en zich zoals zij gedraagt.
Othello? Die is niets van die dingen! Omdat hij deze voordelen niet heeft om hem aantrekkelijk
voor haar te maken, zal ze zich misbruikt voelen en hem beginnen verafschuwen.
Ze zal rondkijken naar een tweede keuze. Nu, als dat waar is - en het is duidelijk waar -
wie zit er dan een betere positie dan Cassio? Een doortrapte schelm die elke kans uitbuit
en met fijne manieren zijn dierlijke lust weet te verbergen. Niemand is zo sluw als hij.
Trouwens, hij is jong en knap, en hij heeft alle kwaliteiten waar naïeve en dwaze meisjes voor vallen.
Hij is een vervelend rotjong en Desdemona heeft haar oog al op hem laten vallen.

RODRIGO

Dat kan ik niet van haar geloven; zij is door en door goed en zedig.

JAGO

Larie! De wijn die zij drinkt komt van druiven. Als zij echt zedig was,
zou zij nooit wat met de moor zijn begonnen. Onzin!
Zag u haar dan niet met zijn handpalm spelen? Hebt u dan niets opgemerkt?

RODRIGO

Natuurlijk zag ik dat, maar dat was enkel beleefdheid.

JAGO

Wulpsheid was het, en die hand was een voorspel op een geschiedenis
vol lust en onzedige gedachten. Hun lippen kwamen zo dicht bij elkaar
dat hun adems zich vermengden. Onreine gedachten, Rodrigo!
Na dit voorbereidend handwerk komt onvermijdelijk het hoofdwerk:
de lichamelijke vereniging. Bah! Maar, heer, volg mijn raad op:
ik heb u uit Venetië hierheen gebracht. Neem deze nacht de wacht op u,
ik zal dit wel in orde brengen. Cassio kent u niet, en ik zal in uw buurt blijven.
Tracht Rodrigo tegen u in het harnas te jagen, zij het door luid te praten
of door zijn reputatie als soldaat te bezoedelen.
Doe wat nodig is om uw kansen voor de toekomst gunstiger te maken.

RODRIGO

Goed dan.

JAGO

Heer, hij heeft een onstuimig temperament en als je hem provoceert kan hij u slaan.
Probeer hem zover te krijgen. Dat zal me in staat stellen om het publiek hier op Cyprus
tegen hem op te zetten. Ik zal ze zo boos maken dat ze alleen maar kalmeren
als Cassio wordt ontslagen. Om te krijgen wat u wilt,
moeten we samen Cassio buitenspel zetten. Hij staat ons fortuin in de weg.

RODRIGO

Ik doe het, als jij me helpt.

JAGO

Ik beloof het. Ontmoet me straks in de citadel.
Ik moet Othello's spullen aan wal brengen. Tot ziens.

RODRIGO

Adieu!

(Rodrigo af)

JAGO

Dat Cassio haar bemint, geloof ik vast. En het is heel waarschijnlijk dat zij ook van hem houdt.
De Moor, hoewel ik de pest aan hem heb, heeft een betrouwbare, liefdevolle, nobele aard.
Hij zou voor Desdemona een zeer geliefde echtgenoot kunnen zijn.
Van haar hou ik ook, niet zozeer uit lust, maar vooral als middel om wraak te kunnen nemen.
Ik verdenk die wulpse moor ervan dat hij mijn plaats in bed heeft ingenomen.
Die gedachte blijft aan me knagen en vreet me vanbinnen op.
Ik zal pas tevreden zijn wanneer ik hetzelfde heb gedaan met zijn vrouw.
Of als dat mislukt, zal ik de moor zo jaloers maken dat het zijn oordeel verziekt.
Als dat stuk Venetiaans onbenul van een Rodrigo doet wat ik nodig heb om mijn plan uit te voeren,
dan zal ik Cassio in mijn macht hebben. Ik zal hem bij de Moor zwart maken,
want ik denk dat ook Cassio mijn nachtmuts heeft opgezet.
De Moor zal me bedanken, van me houden en me belonen,
en zo een ezel van zichzelf maken. Ik zal zodanig zijn rust verstoren
dat hij krankzinnig wordt. Het is een goed plan, hoewel nog wat vaag.
Van een boosaardig plan zie je het hele gezicht pas wanneer het ten uitvoer wordt gebracht.

(exit)


TWEEDE TONEEL


Een straat

(Een HERAUT met een bekendmaking voor het volk.)


Het behaagt onze nobele en dappere generaal Othello, na het nieuws over
de volledige ondergang van de Turkse vloot, dat iedereen nu deelneemt aan het vieren van deze zege.
Sommigen door dansen, sommigen door het ontsteken van vreugdevuren, elkeen viert feest op de manier
die hem het best bevalt. Want behalve dit gunstige nieuws, viert hij vandaag zijn bruiloft.
Dit laat hij met veel plezier afkondigen. Alle kantoren blijven open en het staat iedereen vrij
om feest te vieren vanaf nu, vijf uur, tot de klok elf zal hebben geslagen.
De hemel zegene het eiland Cyprus, en onze edele generaal Othello!

(Exit)


DERDE TONEEL


Een hal in het kasteel.


OTHELLO

Mijn waarde Michael, houd de wacht in 't oog:
en laten wij het goede voorbeeld geven door
onszelf niet in uitspattingen te verliezen.

CASSIO

Jago weet goed hoe orders op te volgen;
maar niettemin zal ik er persoonlijk op toezien.

OTHELLO

Jago is heel betrouwbaar.
Michael, ik wens je goede nacht: morgenvroeg
wil ik met je praten.

(tegen Desdemona)

Kom, mijn liefste,
nu de aankoop is volbracht,
kunnen de vruchten worden geplukt ;
De winst die onze verbintenis opbrengt
moet nog worden geïnd.
Goede nacht.

(Exit Othello, Desdemona en gevolg. Jago komt op.)

CASSIO

Welkom, Jago, we moeten naar de wacht.

JAGO

Nog niet, luitenant; het is nog geen tien uur:
de generaal scheepte ons zo vroeg af
om met zijn Desdemona te kunnen samen zijn.
Maar laten we hem daar niet om misprijzen.
Hij heeft nog geen bruidsnacht gehad met de vrouw
die zelfs Jupiter zou behagen.

CASSIO

Zij is een heel verfijnde dame.

JAGO

En vol vuur voor het liefdesspel.

CASSIO

Inderdaad, zij is een bloeiend en bevallig wezen.

JAGO

En die blik van haar. Alsof ze je uitdaagt om met haar de strijd aan te gaan!

CASSIO

Een uitnodigend oog, maar o zo bescheiden.

JAGO

En als zij spreekt, is dat dan geen kreet om liefde?

CASSIO

Zij is volmaakt.

JAGO

Wel, dat ze dan geluk tussen de lakens vinden!
Kom, luitenant, ik heb een kruik wijn die we met de steun van een
aantal dapperen van Cyprus zullen leegdrinken op
de gezondheid van onze zwarte Othello.

CASSIO

Niet vannacht, goede Jago. Ik zou met plezier een andere regel
van wellevendheid volgen zo die bestond, maar
ik heb geen kop die goed de drank verdraagt.

JAGO

Kom op, het zijn vrienden. Eén bekertje kan geen kwaad!
Ik zal voor jou drinken.

CASSIO

Ik heb vannacht maar één beker gedronken en die was dan nog vermengd.
En kijk wat een verschil dit al maakt.
Nee, mijn kwaal is te ongelukkig en ik durf deze zwakheid niet nog meer belasten.

JAGO

Maar man toch! Vannacht is het feest en de jongelui verlangen er zo naar.

CASSIO

Waar zijn zij?

JAGO

Hier aan de deur. Roep hen binnen, wil je?

CASSIO

Ik zal het doen, maar met tegenzin.

(Exit Cassio)

JAGO

Als ik hem maar één beker kan opdringen,
zal hij met wat hij vannacht al heeft gedronken,
zo vol ruzie en belediging stromen
als de hond van mijn jonge meesteres.
En mijn zieke dwaas Rodrigo,
die door liefde bijna binnenstebuiten is gekeerd,
heeft, gekweld door Desdemona, vannacht ook al
te diep in de kruik gekeken. En hij heeft nu de wacht.
De rest van de wachten en wat edele heren van Cyprus
die snel in hun eer zijn gekrenkt heb ik ook dronken gevoerd.
Ik plaats Cassio in deze dronken bende en zet hem aan tot actie
zodat hij iedereen op het eiland beledigt.
Als mijn wens uitkomt, zal mijn schip vrij wegvaren op gunstige wind en stroom!

(Cassio komt terug, met Montano en andere heren)

CASSIO

Hemeltjelief, ik heb reeds te veel op...

MONTANO

Op mijn woord, niet te veel, slechts één pintje, Zo waar ik soldaat ben.

JAGO

Hé, breng wijn!

(Hij zingt)

En laat mij het kannetje klinken, klinken,
En laat mij 't kannetje klinken,
Een soldaat is een man,
En 't leven een korte span,
Kom laat een soldaat dan drinken.

Wijn, jongens!

CASSIO

Waarachtig, een fraai liedje.

JAGO

Ik leerde het in Engeland. Daar hebben ze een talent voor drinken.
De Denen, de Duitsers en de waggelbuikige Nederlanders —
Kom op! Drink! Drink! — zijn niets in vergelijking met de Engelsen.

CASSIO

Zijn Engelsen werkelijk zo'n zware drinkers?

JAGO

Zij drinken de Denen met gemak onder tafel, zonder enige moeite.
En ze overtreffen alle Duitsers als het op drinken aankomt.
De Nederlanders? Die liggen al te braken als de Engelsen ze nog eens vol laten doen!

CASSIO

Laat ons drinken op de gezondheid van onze generaal!

JAGO

Oh lieflijk Engeland!

(hij zingt)

Koning Stephen was een goede koning en zijn broek was erg goedkoop,
Maar hij dacht dat zijn kleermaker hem teveel aanrekende, dus noemde hij hem een boer.
En dat was een man van adellijke rang, veel hoger dan jij.
Dus wees blij met je versleten mantel,
Omdat trots de natie verpest.
Meer wijn!

CASSIO

Bij God, dit lied is zelfs beter dan het andere.

JAGO

Wil je het nog eens horen?

CASSIO

Neen, want wie zoiets doet, is zijn plaats onwaardig. - Goed: de hemel gaat boven alles,
en er zullen zielen zijn die haar verwerven, en andere die niet zalig zullen worden.

JAGO

Zeer juist, goede luitenant.

CASSIO

Wat mij aangaat, – en zonder de generaal of enig man van rang te willen beledigen, -
ik hoop zelf zalig te worden.

JAGO

En zo wil ik ook, luitenant.

CASSIO

Ja goed, maar alsjeblieft niet voor mij. De luitenant moet vóór de vaandrig naar de hemel gaan.
Maar laten we ophouden met drinken en aan de slag gaan - God vergeef onze zonden! -
Heren, laten we aan de slag gaan. Trouwens, ik wil niet dat iemand denkt dat ik dronken ben.
Dit is mijn rechterhand, en dit is mijn linkerhand. Ik ben niet dronken.
Rechtop staan lukt me goed, en ik kan prima praten.

(Allen)

Zeker! U spreekt voortreffelijk!

CASSIO

Welnu, goed dan. Je moet niet denken dat ik dronken ben.

(Exit Cassio)

MONTANO

Naar het terras, heren; kom, laat ons de wacht uitzetten.

JAGO

Zie je die man die net is vertrokken? Hij is een goede soldaat,
goed genoeg om de rechterhand van Caesar te zijn.
Maar hij heeft een ernstige zwakte. Het is jammer.
Ik vrees dat Othello hem te veel vertrouwt, en dat zal uiteindelijk slecht zijn voor Cyprus.

MONTANO

Is hij vaak zo?

JAGO

Hij drinkt zo elke avond voordat hij gaat slapen. Hij zou de hele nacht
en de hele dag kunnen opblijven als hij zichzelf niet in slaap dronk.

MONTANO

De generaal moet hierover worden ingelicht. Misschien is het hem nooit opgevallen,
of wil hij alleen Cassio's deugden zien. Vind je niet?

(Rodrigo komt binnen)

JAGO

(zorgt dat alleen Rodrigo hem kan horen)

Hallo Rodrigo. Volg alstublieft de luitenant. Wees snel! Vooruit!

(Exit Rodrigo)

MONTANO

En het is jammer dat de Moor een man koos met zo'n diepgeworteld drinkprobleem als zijn bevelhebber.
We moeten absoluut iets tegen de Moor zeggen.

JAGO

Ik zou niets zeggen, zelfs niet als je me het hele eiland zou geven.
Ik respecteer Cassio en wil graag helpen om zijn drankzucht te genezen.
Maar... wat is dat voor lawaai?

(Cassio komt binnen, Rodrigo achtervolgend)

CASSIO

Verdomme, jij schurk, jij boef!

MONTANO

Wat is er aan de hand, luitenant?

CASSIO

Te denken dat die dwaas het lef had om mij manieren te leren!
Ik zal hem afranselen tot de striemen eruitzien als een vlechtwerk!

RODRIGO

Mij afranselen?

CASSIO

Hoor ik je nog, schurk? (slaat hem weer)

MONTANO

Stop met slaan, luitenant! (hij houdt Cassio in bedwang)

CASSIO

Laat me los of je krijgt er ook van langs!

MONTANO

Kom, kom, het is welletjes geweest. Je bent dronken.

CASSIO

Dronken???

(ze vechten)

JAGO

(fluisterend tegen Rodrigo)

Ga iedereen vertellen dat er hier een opstand is!

(Exit Rodrigo)

Nee, luitenant - God, heren - Help - Luitenant -
Heer, Montano - Help, mannen! - De nachtwacht komt eraan!

(Iemand luidt een bel)

Wie is dat, die de klok luidt? — Diablo, ho!
De stad zal opstaan: om Gods wil, wees stil luitenant!
Het brengt u eeuwige schande.

(Othello treedt op, met gevolg)

OTHELLO

Wat is hier aan de hand?

MONTANO

Ik bloed; ik ben dodelijk gewond...
Ik maak hem kapot!

(valt weer aan)

OTHELLO

Hou hiermee op, bij uw leven!

JAGO

Stil, luitenant, stil! — Montano, — heren!
Vergeten jullie alle eerbied voor uw post en plicht?
Stil! Stil! De generaal spreekt tot u; stil
Foei, schaam u!

OTHELLO

Ho, wat is dat? Hoe is dit allemaal begonnen?
Zijn wij Turken geworden? Doen we onszelf aan hetgeen
De hemel de Ottomanen heeft belet?
Schaam u als christenen, staak dat barbaars geruzie;
Wie zich nu nog roert en zijn woede botviert,
Die waagt zijn leven; één stap wordt zijn dood.
En laat die akelige klok ophouden. Zij keert de rust van het eiland
in angst.. — Wat is hier gebeurd?
Rechtschapen Jago, stervensbleek van verdriet,
Spreek, wie begon dit? Bij uw trouw, beveel ik je: spreek.

JAGO

Ik weet niet; daarnet nog vrienden,
In vrede en liefde, als bruid en bruidegom,
die zich voor het bed uitkleden: en toen, opeens —
als had een planeet hen behekst tot razernij —
de zwaarden blank, en op elkaars borst gericht.
Een bloedig gevecht! ik weet niet hoe
deze zinloze twist begon; nog liever had
ik in glorieuze strijd deze benen verloren
die mij hier hebben gebracht.

OTHELLO

Hoe komt het, Michael, dat je jezelf niet meer bent?

CASSIO

Vergeef mij, heer, ik kan niet spreken.

OTHELLO

Waarde Montano, je was anders altijd zo beschaafd;
De ernst en de bedaardheid van je jeugd
kent heel de wereld, en je naam ligt
vol respect op ieders lippen.
Hoe komt het dat jij je goede naam te grabbel gooit
en inruilt voor die van een ordinaire nachtbraker?
Antwoord mij hierop.

MONTANO

Achtbare Othello, ik ben zwaargewond.
Uw vaandrig, Jago, kan u alles vertellen, —
Terwijl ik mijn woorden spaar, want zij doen mij kwaad;
Van alles wat ik weet: of waarvan ik niet weet
dat door mij vannacht miszegd of misdaan is,
als eigenliefde tenminste geen gebrek is,
en zelfverdediging geen zonde,
wanneer geweld ons overvalt.

OTHELLO

Bij de hemel!
Mijn bloed begint mijn rede te overheersen;
En hartstocht, die mijn oordeelskracht verduistert,tracht mij de weg te wijzen.
Als zij mijn drift ontvlamt,
Of hef ik slechts deze arm, dan zullen de besten onder jullie
de zwaarte van mijn toorn voelen. Vertel me nu:
hoe deze beschamende twist begon. Wie stookte het aan?
En hij, wiens schuld bewezen wordt,
al was hij mijn eigen tweelingbroeder,
zal mijn gunst verliezen. Hoe? — in een stad vervuld van krijg,
waar vrees het hart van het volk vervult,
persoonlijke, eigen oorlogjes voeren
bij nacht, op de plaats die onze veiligheid moet waarborgen?
Het is gruwelijk. — Jago, wie begon het? Spreek.

MONTANO

Indien je partij kiest uit vriendschap, of vanuit collegialiteit
Iets meer of minder dan de waarheid zegt,
Dan ben je geen soldaat.

JAGO

U raakt me in alles wat me dierbaar is,
Nog liever liet ik mijn tong wegsnijden
Dan dat zij Michael Cassio kon beledigen.;
Maar ik ben ervan overtuigd dat de waarheid
Hem niet zal schaden.
Generaal, dit is wat er is gebeurd:
Montano was net met mij in gesprek,
Toen er een man opdook, die luid om hulp riep
En Cassio volgde hem met getrokken zwaard,
Om hem bij te staan. Nu, deze edelman (Montano)
Verspert Cassio de weg, en brengt hem tot staan;
Zelf liep ik ook achter de schreeuwende man achterna
Opdat hij met zijn lawaai niet de hele stad
Op de been zou brengen. Hij was zo kwiek
Dat ik moest opgeven, en ik ging terug, vooral
Door het geluid van klingen en vallende zwaarden,
En het gevloek van Cassio, wat ik voor deze nacht
Nog nooit van hem had gehoord. Kort daarop
Kwam ik terug en vond hen strijdend,
Houwend en stotend; net zoals zij waren, toen
Uzelf hen kwam scheiden.
Meer over deze zaak kan ik niet zeggen:
Maar een mens is maar een mens, en elkeen heeft zijn fouten:
Hoewel Cassio hem enig onrecht deed,
Zoals men soms in razernij zijn vrienden slaat,
Geloof ik toch zeker dat Cassio
Door hem op onbekende wijze werd gekrenkt,
Meer dan zijn geduld vermocht te dragen.

OTHELLO

Jago, ik weet
dat je eerlijkheid en liefde de zaak geringer maakt
om Cassio's schuld te verlichten. Cassio; 'k Bemin u,
Maar voortaan zul je mijn officier niet meer zijn.

(Desdemona treedt op, met gevolg)

Zie, ook mijn geliefde is door het kabaal opgeschrikt.
[tegen Cassio] Ik zal een voorbeeld van je maken.

DESDEMONA

Wat is er gaande, liefste?

OTHELLO

Alles is goed, mijn beminde, ga maar terug naar bed..

(Tot Montano)

En wat uw wonden betreft, heer,
daar zal ik zelf je chirurg voor zijn.
Leid hem weg.

(Montano wordt weggeleid)

Jago, hou de stad nauwkeurig in de gaten,
en leg ieder het zwijgen op die door het lawaai werd opgeschrikt.
Kom, Desdemona; het is het lot van een soldaat,
om in de zwoele slaap verstoord te worden door de strijd.

(Exit Desdemona met gevolg)

JAGO

O, bent u gewond, luitenant?

CASSIO

Ja, en niet meer te genezen.

JAGO

Verduiveld, laat het niet waar zijn!

CASSIO

Mijn goede naam, mijn goede naam, mijn goede naam!
O ik heb mijn goede naam verloren! mijn onsterfelijk deel
ben ik kwijt, en wat rest is dierlijk. —
Mijn goede naam, Jago, mijn goede naam!

JAGO

Ik dacht eerlijk gezegd dat je dodelijk gewond was,
dat zou veel erger geweest zijn
dan het verliezen van je reputatie!
Reputatie is een lamme en valse kwaliteit
die je van anderen opgedrongen krijgt
vaak zonder verdienste verkregen
en zo weer verloren zonder reden.
Je reputatie heb je helemaal niet verloren
tenzij je zelf vindt dat dit zo is.
Welnu man, er zijn genoeg manieren om
terug in de gunst van de generaal te komen.
Dat hij jou ontsloeg was d' uitkomst van zijn drift,
een straf meer politiek bedoeld dan uit
wrevel voor jouw persoon. Zoals iemand
een ongevaarlijke hond schopt
om een dreigende leeuw af te schrikken!
Ga naar hem toe en streel hem met je woorden
en hij is opnieuw de uwe.

CASSIO

Nog liever vroeg ik hem om mij te verachten
dan dat ik onze nobele leider zou bedriegen
om zulke waardeloze dronkaard als ik
opnieuw zijn officier te noemen.
Dronken? Onzin uitkramend als
een dolle papegaai? Vloekend
en tierend tegen mijn eigen schaduw?
O, jij onzichtbare demon van de wijn,
als je geen naam hebt,
zal ik je duivel noemen!

JAGO

Wie was het die je met je zwaard achterna zat?
En wat heeft hij je aangedaan?

CASSIO

Ik weet niet wat... ?

JAGO

Maar hoe is dit mogelijk?

CASSIO

Ik herinner me wel een aantal dingen,
maar niets is nog duidelijk. Er was een ruzie,
maar ik weet niet waarover.
O, vervloekte wijn, die de mens
als een vijand in de mond neemt
en dan zijn hersens steelt!
Hoe kan het dat we eerst vrolijk juichend feesten
om kort daarop te veranderen in beesten!

JAGO

Zeker, maar nu lijk je toch goed hersteld.
Hoe komt het dat je er zo vlug bovenop bent geraakt?

CASSIO

De duivel genaamd Dronkenschap
maakte plaats voor de duivel met de naam Gramschap.
Zo toont de ene ondeugd mij de andere,
waarna ik mezelf nog meer veracht.

JAGO

Kom, kom, je bent te hard voor jezelf.
Natuurlijk was het beter geweest, gezien je rang,
de gesteldheid van dit land,
en de plaats en tijd waarop het gebeurde,
dat het niet zou zijn voorgevallen.
Maar nu het toch is gebeurd,
moet je proberen deze zaak in je voordeel uit te spelen.

CASSIO

Als ik hem vraag om me in rang te herstellen,
dan zal hij zeggen dat ik een dronkaard ben.
Ook al had ik evenveel monden als de hydra,
zijn antwoord zou ze alle het zwijgen opleggen.
Eerst een zinnig mens, kort daarop een dwaas,
en dan een beest! Hoe vreemd! Elke beker wijn
is ongezegend een ingrediënt van de duivel.

JAGO

Kom nou, wijn op zich is een goede metgezel
wanneer je ermee weet om te gaan.
Je hoeft er dus niet zo tegen uit te varen.
En, goede luitenant, je weet toch dat
ik je vriend ben?

CASSIO

Daar ben ik van overtuigd, meneer. Ik? Dronken?

JAGO

Het kan elke man op elk moment overkomen, vriend.
Kijk, ik zal je vertellen wat je moet doen.
De echtgenote van Othello is nu zijn generaal.
Hij heeft zich volledig overgegeven aan haar
en brengt zijn dagen door in het bewonderen
van haar elegantie en al haar bevallige lichaamsdelen.
Ga gerust pleiten bij haar
en zij zal je je positie terug bezorgen.
Zij is zo vol gratie, goede wil en vriendelijkheid
dat ze de band die tussen jou en de generaal bestond
zeker opnieuw wil smeden, want nietsdoen
zou zij onrecht vinden.
Dus smeek haar deze breuk tussen jou en haar gemaal te helen,
en zij zal ervoor zorgen dat de genegenheid tussen jullie
nog sterker zal zijn dan voordien.

CASSIO

Jij geeft mij goede raad.

JAGO

En dat doe ik vanuit oprechte liefde en eerlijke vriendschap voor jou.

CASSIO

Ik geloof het graag. En morgenvroeg zal ik bij Desdemona
mijn zaak bepleiten.
Wee mij, indien het fortuin zich tegen mij keert.

JAGO

Je hebt gelijk, dat is het juiste ding om te doen.
Goedenacht, luitenant, ik moet nu op wacht.

CASSIO

Goede nacht, oprechte Jago.

(Cassio af)

JAGO

Wie is er die mij zegt: jij bent een schelm?
Wanneer de raad die ik geef vrij is en oprecht,
en de beste koers uitstippelt naar
het herwinnen van het hart van de Moor?
Desdemona is toch zo gemakkelijk te bewegen
om zich voor de goede zaak in te zetten.
Zij is zo mild als de natuur zelf
en steeds bereid om anderen te helpen.
De Moor is zo verknocht aan haar
dat zij hem zelfs zijn doop kan laten afzweren,
en verzaken aan zijn verlossing
Zijn ziel is zo verbonden met haar
dat zij hem alles kan laten doen.
Als een godin vermag zij te spelen
met zijn zwakheid. Wie zegt dan dat ik een schurk ben
wanneer ik Cassio de weg wijs
die niets dan goeds voor hem brengt?
Een duivel gelijk ben ik die hem verlokt
tot zwarte zonden, en zoals alle duivels
hul ik me eerst in schijnheiligheid
om des te meer kwaad te brengen!
Want terwijl die goede hals
Bij Desdemona smeekt om zijn herstel,
En als zij bij de Moor met warmte pleit,
Zal ik in diens oor het vergif van mijn woorden druppelen
over hoe ze walgt van zijn begeerte voor haar.
En hoe passioneler ze Cassio's zaak bepleit,
hoe meer hij haar zal verdenken.
En zo zal ik deugd in kwaad veranderen.
en weef ik uit de draden van haar goedheid
een web dat iedereen zal omstrikken.

(Rodrigo treedt terug op)

Rodrigo! Hoe gaat het met je?

RODRIGO

Ik neem deel aan de jacht,
niet als de hond die het wild opjaagt,
maar als degene die wordt opgejaagd.
Mijn geld is bijna op, en deze nacht
ben ik ernstig afgerost. Het enige dat
ik daarbij heb gewonnen is ervaring, wat me
zal moeten volstaan wanneer ik zonder geld
en met wat meer wijsheid terugkeer naar Venetië.

JAGO

Hoe arm zijn zij die geen geduld hebben!
Wonden genezen niet ineens,
maar langzaam met 't verlopen van de tijd.
Je weet toch dat we met ons verstand
en niet met hekserij te werk gaan?
En dat vraagt tijd die geen haast kent.
Is het dan niet allemaal goed gegaan?
Cassio heeft jou geslagen
en je hield er een kleine wond aan over,
en precies daardoor is hij in ongenade gevallen!
Wat onder de zon groeit komt tot rijpheid,
maar wat eerst bloeit doet dat sneller, en
zo zal ook onze zaak eerst zijn vruchten afwerpen!
Wees dus geduldig. Hemel! Het is al morgen!
Hoe kort zijn de uren wanneer je
bezig bent en je amuseert!
Keer nu terug naar uw slaapkwartier
en probeer te rusten.
Vooruit, ga heen! En spoedig zal je van mij
meer nieuws vernemen!

(Rodrigo af)

Twee dingen moeten er worden gedaan:
Mijn echtgenote moet bij Desdemona voor Cassio gaan pleiten,
en daar maak ik haar wel warm voor,
terwijl ik zelf een onderonsje regel met de Moor,
en ervoor zorg dat hij Cassio samen met zijn gade ziet.
Zo! Mijn plan is bereid! Dat het niet door domheid
of traagheid moge mislukken!

(Exit Jago)


-> Othello 3e bedrijf