Leukemie

Acute myeloide leukemie

Hovon

AML: richtijnen voor diagnostiek en behandeling (HOVON; oktober 2018)

Kenmerken

  • Klonale proliferatie van immature hematopoëtische cellen van de myeloïdereeks
  • Vevolg van (meerdere) somatische mutaties in een hematopoëtische progenitor cel
  • Blasten in beenmerg ≥20%, behalve in aanwezigheid bepaalde cytogenetische afwijkingen: t(15;17), t(8;21), inv(16), of t(16;16)
  • Mediane leeftijd 65 jaar

Diagnostiek

Hyperleukocytose

  • Per definitie bij >100 x 10^9/L

Symptomen

  • Leukostase (m.n. symptomen CZS, derhalve fundoscopie; kan ook opreden indien <100 x 10^9/L)
  • Diffuse intravasale stolling
  • Tumorlysis

Behandeling

  • Direct intensieve chemotherapie of Hydrea
  • Hoge dosis corticosteroiden
  • Eventueel leukaferese
  • Start breedspectrumantibiotica
  • Start preventieve maatregelen tumorlysissyndroom

Indeling op basis van genetica

Nomenclatuur cytogeneticat(A;B)(p1;q2) betekent translocatie tussen chromosoom A en B, waarbij de informatie tussen de tweede haakjes (indien gegeven) de exacte locatie aangeeft op chromosoom A en B, waarbij p de korte arm betreft en q de lange arm. De getallen verwijzen naar regio's, banden en subbanden die gezien worden na kleuring van de chromosomen. Voorbeeld: 3p22.13 = chromosoom 3p = p-arm22 = regio 2, band 2 (dus 'twee-twee' en niet 'tweeëntwintig')1 = sub-band
Bron: Harrison's 20th edition

Behandeling

Remissie-inductie met intensieve chemotherapie (7+3 schema)

  • Eerste kuur: cytarabine (ARA-C) gedurende 7 dagen + anthracycline (idarubicine) op eerste 3 dagen
  • Tweede kuur: cytarabine (ARA-C) gedurende 7 dagen + anthracycline (daunorubicine) op eerste 3 dagen
NB: bij 20% van patiënten die in CR komen is dit pas na tweede kuur intensieve chemotherapie

Consolidatiebehandeling:

  • Favorable risk:
    • Auto-HCT (indien ≤65 jaar)
    • Derde remissie-inductiekuur met mitoxantron (MZ) + etoposide (VP16) (indien ≤65 jaar)
    • Allo-HCT (indien ≥66 jaar of mutant-NPM1 nog detecteerbaar na 2 kuren)
  • Intermediate risk
    • Indien measurable residual disease negatief (MRD)-negatief, overweeg auto-SCT
    • Anders: allo-SCT
  • Adverse risk
    • Allo-SCT

Behandeling niet-fitte patiënten met AML: azacitidine, decitabine, lage dosis cytarabine of alleen supportive care (Hydrea of 6-mercaptopurine, transfusies, antibiotica)

Behandeling refractaire AML (geen CR of CRi na twee cycli intensieve chemotherapie) of recidef AML: salvage behandeling obv prognose; indien nog geen eerdere allo-SCT, streef naar CR gevolgd door allo-SCT

Flowchart nieuw gediagnosticeerde AML

Bron: Harrisson's 20th edition, pg 746