S. aureus bacteriëmie

Onderzoek

  • Anamnese: koorts, koude rillingen, nachtzweten, pulmonale klachten (pneumonie, hartfalen), huidafwijkingen (porte d'entree, cellulitis), gewrichtspijn/-zwelling (artritis), pijn heup (psoasabces), rugpijn (spondylodiscitis), buikpijn (milt-/nierinfarct), hoofdpijn (septische embolieën), lichaamsvreemd materiaal (prothese, centrale lijn, pacemaker, ICD, stents, bypass), intraveneus drugsgebruik, voorgeschiedenis klepvitia

  • Lichamelijk onderzoek: souffle, hartfalen, endocarditis stigmata, porte d'entree

  • Aanvullend onderzoek: bloedkweken 3x, ECG, fundoscopie, IgM reumafactor

  • Noteer Dukes criteria

Risicofactoren gecompliceerd beloop

  • community acquisition

  • aanwezigheid van een permanent vreemd lichaamsmateriaal, zoals kunstklep, cardiac device, vaatprothese of gewrichtsprothese

  • een voorgeschiedenis van endocarditis, een hartklepaandoening of recent intraveneus drugsgebruik

  • een onbekend focus van infectie

  • aanwijzingen voor septische embolie en/of strooihaarden

  • het starten van adequate behandeling >48 uur na afname van de initiële positieve bloedkweek

  • een positieve follow-up bloedkweek >48 uur na start adequate behandeling

  • het persisteren van koorts >72 uur na afname van de initiële positieve bloedkweek

  • een niet verwijderd focus

Beleid

  • Behandeling:

    • Flucloxacilline 6.000 mg/24h of 12.000 mg/24h (endovasculair focus). Alternatief: cefazoline 4000 mg/24h (na 1000 mg oplaad) of vancomycine.

    • Source control waar mogelijk: drainage abces/artritis, verwijder of verwissel perifere of centrale intravasculaire katheters, verwijder kunstmateriaal waar mogelijk

  • Echocardiografie: TTE binnen 72 uur (<24 uur bij verdenking endocarditis) na vaststellen bacteriëmie. Overweeg TEE bij tenminste één risicofactor, met name bij patiënten met een pre-existente structurele klepafwijking, voorgeschiedenis van endocarditis, kunstklep of intracardiale device. Bij negatief initieel onderzoek en persisterende verdenking dienen TTE en/of TTE binnen een week te worden herhaald.

  • Diagnostiek

    • Follow-up bloedkweken (2 sets) ten minste elke 48 uur na start antibiotica tot negatief

    • Overweeg PET-CT <2 weken bij patiënten met tenminste één risicofactor, met name bij patiënten met kunstmateriaal in sit (uiterlijk 2 weken na start antibiotica).

    • Overweeg consult oogheelkunde

  • Behandelduur

    • Ongecompliceerde S. aureus bacteriëmie: 2 weken (geen orgaanmanifestatie en geen risicofactoren)

    • Gecompliceerde S. aureus bacteriëmie: 4-6 weken