Verzamelen met Jezus

Belgische Christadelphians

Verzamelen met Jezus Christus

Verzamelen met Jezus Christus de Verlosser

English version of Chapter 3: Gather together with Jesus.

Voorgaand hoofdstuk: De vervoering of de toegang met Christus.

Wegvoering met Jezus of de Opname met Christus

Wij geloven dat Jezus stierf en werd opgeheven tot leven. Wij geloven ook dat wanneer God Jezus opnieuw terug brengt, hij allen met hem zal brengen wie geloof in Jezus hadden alvorens zij stierven. (1 Thessalonicenzen 4:14 naar de Contemporary English Version)[1]

Wij mogen niet in onwetendheid zijn voor wat er na de dood gebeurt (1 Thessalonicenzen 4:13-18)[2] door Jezus zullen diegenen die ontslapen (gestorven) zijn bij God kunnen komen. Door Jehovah's Woord kunnen wij namelijk in leven blijven indien wij het aannemen, er in geloven en er naar leven.

In Christus Jezus zijn wij gestorven maar hebben wij ook het leven. Indien wij geloven dat het eerste kind van Maria en Jozef uit Nazareth, dat geboren is in Bethlehem, de beloofde Verlosser, de Gezalfde en de geliefde zoon van God is, dan kunnen wij in zijn naam door ons doopsel witgewassen worden van onze voorgaande zonden en herboren worden om in getrouwheid verder te leven. Door Jezus offerdaad aan de martelpaal is de straf voor onze zonde betaald en is het enige gevolg van de erfzonde welke door Adam en Eva over ons gekomen is, de natuurlijke dood[3].

Wij kunnen er niet onderuit te sterven.[4] Ieder van ons zal dat doen. Maar dezen die geloven in Jezus en zijn verordeningen nakomen door enkel de Ene Ware God lief te hebben en Zijn geboden te onderhouden[5], zullen in de dood zijn als in een diepe slaap, hun gedachten zullen ophouden te kunnen denken of handelen[6]. Ook al zullen zij niet rechtstreeks naar de hemel gaan bij de dood, maar eerst tot stof en as keren[7], zullen zij als in een diepe slaap zijn, om dan bij de terugkomst van Jezus te mogen opstaan uit de doden, om na het oordeel toegelaten te worden in het Koninkrijk van God.[8]

In zekere zin zou men dan kunnen zegen dat de overledene slaapt en eigenlijk nooit sterft[9], zoals Johannes bij wijze van spreken ons dit duidelijk maakt. De gelovigen zullen Jezus stem horen in hun rustplaats, het graf. Maar ook de andere mensen zullen dan die stem herkenbaar waar nemen.[10]

Toen Jezus hier op aarde was had hij beloofd dat hij zou terug komen.[11] Bij zijn wederkomst zullen ook wij allen wederkomen om elkaar weer aan te treffen en elkaar te herkennen. God zal de doden met Jezus terug brengen of terug voeren en met Hem meevoeren.[12] Door Gods macht worden zij die in een toestand van rust zijn wakker gemaakt[13] en dezen die nog in leven zijn samen gebracht. God leidt hen naar zich toe.[14]

In zijn brief aan de Thessalonicenzen wil Paulus zijn medegelovigen gerust stellen en vraagt hij hen elkaar te troosten en te bemoedigen als geliefden sterven. Dezelfde liefde voor God en Zijn creatie zal tijdens hun leven de gelovigen moeten verenigen· en één maken als Christus Jezus terug komt en de regering van het Koningschap zal opnemen. Daarvoor hebben wij in Christus onze hoop op de opstanding gesteld, doordat wij het Goede Nieuws hebben vernomen dat Christus Jezus weer levend is geworden.[15] Het zijn diegenen die geloven dat Jezus uit de dood teruggekomen is en hem kunnen bekend maken; die in hun leven betekenis kunnen vinden daar zij ook beseffen dat hun zonden zullen worden vergeven. Die gestorven gelovigen zullen niet reddeloos verloren zijn. Als wij alleen voor dit leven onze hoop op Christus hebben gevestigd, zijn wij meer te beklagen dan wie ook. Maar zo is het gelukkig niet! Christus is weer levend gemaakt[16], als eerste van de velen die gestorven zijn. Want zoals de dood door een mens is gekomen[17], is ook het nieuwe leven dank zij deze mens gekomen. Jezus voorziet namelijk in de opstanding en het leven.[18] Zij die geloven in de Messias nemen Jezus aan als de te volgen weg die ons de waarheid brengt en het leven.[19] Zoals alle mensen, als nakomelingen van Adam, sterven, zo zullen ook alle volgelingen van Christus levend worden gemaakt. Vanuit het stof zullen wij opstaan en hem kunnen erkennen die de Allerhoogste is.[20] Ieder op zijn beurt. Eerst is Christus Zelf levend geworden en zo de eerstgeborene van de doden geworden[21]. En als Hij terugkomt, zullen allen die bij Hem horen, ook levend worden (of opstaan uit de doden)[22], ook al zijn ze als Adam gestorven[23]. Maar al de mensen zullen voor de rechterstoel moeten verschijnen om geoordeeld te worden.[24] Daarna komt het einde. Wanneer Christus alle vijandige overheersing, gezag en macht heeft uitgeschakeld, zal Hij Zijn koningschap aan God de Vader overdragen.[25]

Als gelovigen moeten wij ons hart niet bezwaard laten worden, want wij kunnen vertrouwen op God en op zijn zoon die Hij naar deze aarde gezonden heeft. Wij geloven dat Jezus opgestaan is uit de doden en opgerezen is ten hemel, waar Zijn Vader woont. Hij is er heen gegaan om alles voor ons in orde te maken en hij heeft ons beloofd terug te komen wanneer hij daarmee klaar zal zijn. Jezus zal terug komen om ons op te halen. Ook heeft hij ons de belofte gegeven dat wij dan voor altijd bij hem zullen mogen zijn. [26] Daarin geloven maakt het mogelijk voor ons om de dood als iets te zien dat wij moeten over ons laten komen als een onschuldige slaap. En zo horen wij klaar en voorbereid te zijn voor wij zullen rusten om op hem te wachten.[27]

Maar wij moeten er wel bewust van zijn dat niet iedereen na die opstanding uit de dood dat eeuwige licht, of eeuwig leven, zal mogen blijven aanschouwen. In Mattheüs vinden wij “Dan zullen er twee zijn op de akker: de één wordt opgenomen, de ander achtergelaten;” (Mt 24:40 CANIS)[28] Er zullen de gelovigen zijn naast hen die niet wilden geloven, en dezen zullen dan de waarheid onder ogen moeten zien en de gevolgen van hun daden en keuzes moeten dragen. Voor hen zal het te laat zijn.[29] Zij hebben een heel leven gehad om zich te bedenken en de juiste keuze te maken. Bij de oordeelsdag zal het te laat zijn om nog even vlug van atheïst of van afgoden aanbidder Gods lieveling te worden. Voor lafaards, versaagden, hoereerders, moordenaars, perversen, verdorvenen, gevoellozen van hart, hoogmoedigen, koppige ontkenners en tegenstanders van God wacht dan enkel de tweede en eeuwige dood[30]. Het vervallen tot niets. Er zal namelijk niets lelijks of slechts in Gods Koninkrijk komen. Alleen de mensen die in het levensboek van het Lam staan, mogen dat Rijk binnengaan. [31]

Bij Jezus terugkomst en bij onze opwekking uit de doden zal uit dat stof een nieuwe mens moeten gemaakt worden. Wij hebben een heel leven achter de rug en mensen hebben ons in bepaalde stappen in ons leven gekend. Nochtans zullen wij elkaar allemaal terug erkennen en elkaars liefde kunnen delen. Om dit mogelijk te maken zal God ons lichaam hervormen in een andere gedaante dan het sterfelijke lichaam van weleer. Paulus onthulde een geheim met te zeggen dat wij niet allemaal eerst zullen sterven. Namelijk zal niet iedereen vernietigd worden bij Armageddon. Daar zullen mensen deze verschrikkelijke strijd kunnen overleven. Toch zullen ook zij niet kunnen ontsnappen aan de opstanding en transformatie. Namelijk zal iedereen veranderd worden. [32]

Vandaag zijn wij echter nog lang niet aan dat punt van verandering. Uur en dag van de wederkomst van Christus Jezus weten wij niet. Dat maakt dat wij in spanning leven en soms verward zijn betreft onze toekomst. Wij bevinden ons nu in de gewone aardse woonst, de tent van verlangen, waar wij omringd worden door allerlei beproevingen. Maar al te graag zouden wij hebben dat wij nu reeds de voordelen van dat ‘hemelse paradijs’ zouden hebben. Vol verlangen moeten wij uitkijken om dat hemelse lichaam aan te trekken. Het moet een van onze grootste verlangens zijn in ons leven.[33] Voor het ogenblik kunnen wij enkel het kleed der redding[34] aan doen en proberen meer zoals Christus te worden. Hiernaar kunnen wij God verzoeken, door gebed, ons met de mantel der liefde toe te dekken. De wapendracht van Christus aantrekkend kunnen wij onder broeders en zusters er voor zorgen dat wij één lichaam van Christus vormen en ons lichaam ook aanbieden als slachtoffer voor deze materialistische wereld, om de spirituele wereld van God te vinden.[35]

Laat ons daarom uitkijken en luisteren naar dat laatste schallen van de bazuin Want, dat zal plaatsvinden in een ondeelbaar ogenblik, in een oogwenk. Immers, de bazuin zal klinken en de doden zullen uit de dood worden opgewekt ter beoordeling en veranderd worden. [36]

Wij zijn dankbaar dat Christus voor ons gestorven is en dat God hem weer tot leven heeft gebracht om Koning en Heerser te worden over doden en levenden.[37] Laat ons tot Christus gaan[38] plus uit zien naar dat ogenblik dat ook wij tot leven zullen gebracht worden om ons tot Christus te laten voeren en met hem verenigd te zijn.[39] Laat ons niet bedroefd zijn[40] en laat ons hopen dat wij bij de uitverkorenen zullen mogen behoren die over de gehele wereld zullen verzameld worden, uit al de voorbije en nog te komen tijden.[41]

Laat ons daarom de symbolen van brood en wijn ter herinnering nemen, en als het ware het vlees van Jezus eten en het bloed van zijn lichaam drinken ter nagedachtenis van zijn offerdood en ter bestendiging van onze hoop naar een nieuw leven in de opstanding der doden.[42]

Volgende hoofdstuk: Vervoering in de wolken.

[1] Zij ook die slapen in Jezus zal God met Hem brengen (καὶ ο θεὸς τοὺς κοιμηθέντας διὰ του Ι ησου α ξει σὺν αυ τω).

[2] “Broeders, wij willen u niet in onwetendheid laten over het lot van hen die ontslapen zijn; gij moogt niet bedroefd zijn zoals de andere mensen, die geen hoop hebben. Wij geloven immers dat Jezus is gestorven en weer opgestaan; evenzo zal God hen die in Jezus zijn ontslapen levend met Hem meevoeren. En dit kunnen wij u meedelen volgens een woord van de Heer: wij die in leven blijven tot de komst van de Heer, wij zullen de doden in geen geval voorgaan. Want wanneer het bevel gegeven wordt, als de stem van de aartsengel weerklinkt en de bazuin van God, dan zal de Heer zelf van de hemel neerdalen, en eerst zullen de doden die in Christus zijn verrijzen; daarna zullen wij die nog in leven zijn tegelijk met hen in een oogwenk op de wolken in de lucht worden weggevoerd, de Heer tegemoet. En zo zullen wij voor altijd samen zijn met de Heer. Troost elkander dan met deze woorden.” (1Th 4:13-18 WV78)

[3] “Want het loon van de zonde is de dood, maar de gave van God is het eeuwige leven in Christus Jezus onze Heer.” (Ro 6:23 WV78)

“Want omdat door een mens de dood is gekomen, komt door een mens ook de opstanding der doden.” (1Co 15:21 WV78)

[4] “Want eenzelfde lot treft mensen en dieren: beiden ademen hetzelfde leven, beiden sterven dezelfde dood. De mens heeft dus niets voor op het dier. Alles is ijdel.” (Pre 3:19 WV78)

[5] “Ik weet dat zijn opdracht eeuwig leven betekent. Wat Ik dus verkondig, verkondig Ik zoals de Vader het Mij gezegd heeft.’” (Joh 12:50 WV78)

[6] “wijkt zijn adem, hij wordt weer tot aarde: op die dag zijn zijn plannen voorbij.” (Ps 146:4 WV78)

[7] “In het zweet zult ge werken voor uw brood, tot gij terugkeert naar de grond, waaruit gij zijt genomen: gij zijt stof, en tot stof keert gij terug.’” (Ge 3:19 WV78)

“Het stof keert terug naar de aarde waar het vandaan kwam en de levensgeest naar God die hem schonk.” (Pre 12:7 WV78)

[8] “Wendt Ge uw aanschijn af, zij bezwijken, onttrekt Gij hun de adem, zij sterven: zij keren weder tot stof;” (Ps 104:29 WV78)

“wijkt zijn adem, hij wordt weer tot aarde: op die dag zijn zijn plannen voorbij.” (Ps 146:4 WV78)

“Want eenzelfde lot treft mensen en dieren: beiden ademen hetzelfde leven, beiden sterven dezelfde dood. De mens heeft dus niets voor op het dier. Alles is ijdel. Beiden gaan naar dezelfde plaats: ze zijn voortgekomen uit stof en keren terug tot stof.” (Pre 3:19-20 WV78)

“Levenden weten tenminste nog dat ze doodgaan, maar doden weten helemaal niets meer. Ze hebben niets meer te verwachten, zelfs hun naam wordt vergeten.” (Pre 9:5 WV78)

“Grijp met beide handen de kansen die je nu krijgt, want in de onderwereld waarheen je op weg bent is het gedaan met denken en doen, met kennis en wijsheid.” (Pre 9:10 WV78)

[9] “en ieder die leeft in geloof aan Mij, zal in eeuwigheid niet sterven. Gelooft gij dit?’” (Joh 11:26 WV78)

[10] “Verwondert u niet hierover: er zal een uur komen, waarop allen die in de graven zijn, zijn stem zullen horen.” (Joh 5:28 WV78)

[11] “En als Ik ben heengegaan en een plaats voor u heb bereid, kom Ik terug om u op te nemen bij Mij, opdat ook gij zult zijn waar Ik ben.” (Joh 14:3 WV78)

[12] “Want als wij geloven dat Jezus gestorven en opgestaan is, zal ook God op dezelfde wijze hen die in Jezus ontslapen zijn, [terug]brengen met Hem.” (1Th 4:14 HSVNTPS)

“Want indien Jezus, zoals wij geloven, is gestorven en opgestaan, dan zal God ook de in Jezus ontslapenen met hem meevoeren.” (1Th 4:14 LEI)

“Zoals allen sterven in Adam, zo zullen ook allen in Christus herleven. Maar ieder in zijn eigen rangorde: als eerste en voornaamste Christus, vervolgens bij zijn komst, zij die Christus toebehoren;” (1Co 15:22-23 WV78)

[13] “Maar wij geloven toch dat Jezus gestorven is en uit de dood opgestaan? Dan volgt daaruit dat God degenen die als christenen zijn gestorven, samen met Jezus bij zich zal halen.” (1Th 4:14 GNB)

“For if we have faith that Jesus underwent death and came back again, even so those who are sleeping will come again with him by God’s power.” (1Th 4:14 BBE) “do who have nothing to hope for. For since we believe that Yeshua died and rose again, we also believe that in the same way God, through Yeshua, will take with him those who have died.” (1Th 4:14 CJB)

[14] “Want als wij geloven dat Jezus is gestorven en is opgestaan, moeten wij ook geloven dat God door Jezus de doden naar zich toe zal leiden, samen met Jezus zelf.” (1Th 4:14 NBV)

[15] “En als wij verkondigen dat Christus uit de doden is opgestaan, hoe kunnen dan sommigen onder u beweren, dat er geen opstanding van de doden bestaat? Als er geen opstanding van de doden bestaat, is ook Christus niet verrezen. En wanneer Christus niet is verrezen, is onze prediking zonder inhoud en uw geloof eveneens. Dan volgt zelfs dat wij over God een vals getuigenis hebben afgelegd; want dan hebben wij tegen God in getuigd dat Hij Christus ten leven heeft gewekt, wat Hij niet gedaan heeft, indien, zoals zij beweren, de doden niet verrijzen. Want als de doden niet verrijzen, is ook Christus niet verrezen, en als Christus niet is verrezen, is uw geloof waardeloos en zijt gij nog in uw zonden. Dan zijn ook zij die in Christus ontslapen zijn verloren. Indien wij enkel voor dit leven onze hoop op Christus hebben gevestigd, zijn wij de beklagenswaardigste van alle mensen. Maar zo is het niet! Christus is opgestaan uit de doden, als eersteling van hen die ontslapen zijn. Want omdat door een mens de dood is gekomen, komt door een mens ook de opstanding der doden. Zoals allen sterven in Adam, zo zullen ook allen in Christus herleven. Maar ieder in zijn eigen rangorde: als eerste en voornaamste Christus, vervolgens bij zijn komst, zij die Christus toebehoren; daarna komt het einde, wanneer Hij het koningschap aan God de Vader zal overdragen, na alle heerschappijen en alle machten en krachten te hebben onttroond. ” (1Co 15:12-24 WV78)

[16] “Maar God heeft Hem ten leven opgewekt na de smarten van de dood te hebben ontbonden; want het was onmogelijk dat Hij daardoor werd vastgehouden.” (Hnd 2:24 WV78)

[17] “Door een mens is de zonde in de wereld gekomen en met de zonde de dood en zo is de dood over alle mensen gekomen, aangezien allen gezondigd hebben.” (Ro 5:12 WV78)

[18] “Jezus zei haar: ‘Ik ben de verrijzenis en het leven. Wie in Mij gelooft, zal leven, ook al is hij gestorven,” (Joh 11:25 WV78)

[19] “Jezus antwoordde hem: ‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven. Niemand komt tot de Vader tenzij door Mij.” (Joh 14:6 WV78)

“En dit is het eeuwig leven, dat zij U kennen, de enige ware God en Hem die Gij hebt gezonden, Jezus Christus.” (Joh 17:3 WV78)

“Want door Hem hebben wij het leven, het bewegen en het zijn; zoals sommige van uw eigen dichters hebben gezegd: Want wij zijn van zijn geslacht.” (Hnd 17:28 WV78)

[20] “Uw doden zullen herleven, mijn gestorven lichamen weer opstaan. Allen die slapen in het stof, zullen vol vreugde ontwaken. Want de dauw die u bedekt, is een lichtende dauw: de aarde brengt de schimmen weer tot leven.” (Jes 26:19 WV78)

“Ik schenk u mijn geest, zodat ge weer leeft, en laat u op uw eigen grond gaan wonen. Dan zult ge erkennen dat Ik, Jahwe, doe wat Ik zeg, luidt de godsspraak van Jahwe.’” (Eze 37:14 WV78)

[21] “en van Jezus Christus, de getrouwe getuige, de eerstgeborene van de doden en de vorst van de koningen der aarde. Aan Hem die ons liefheeft en van de zonden heeft verlost door zijn bloed,” (Opb 1:5 WV78)

[22] “Verwondert u niet hierover: er zal een uur komen, waarop allen die in de graven zijn, zijn stem zullen horen. Dan zullen zij die het goede deden, er uit te voorschijn komen tot de opstanding ten leven, maar die het kwade deden tot de opstanding ten oordeel.” (Joh 5:28-29 WV78)

[23] “Zoals allen sterven in Adam, zo zullen ook allen in Christus herleven.” (1Co 15:22 WV78)

“Jezus zei haar: ‘Ik ben de verrijzenis en het leven. Wie in Mij gelooft, zal leven, ook al is hij gestorven,” (Joh 11:25 WV78)

“Want het loon van de zonde is de dood, maar de gave van God is het eeuwige leven in Christus Jezus onze Heer.” (Ro 6:23 WV78)

[24] “Maar de hemel en de aarde van nu zijn door hetzelfde woord opgespaard voor het vuur en bewaard voor de dag van het oordeel en de ondergang der goddelozen.” (2Pe 3:7 WV78)

“Ik bezweer u voor het aanschijn van God en van Christus Jezus die levenden en doden zal oordelen, bij zijn verschijning en bij zijn koningschap:” (2Ti 4:1 WV78)

“De volkeren waren in toorn ontstoken, maar uw toorn is gekomen en de tijd om de doden te oordelen en om het loon te geven aan uw dienstknechten, de profeten, en de heiligen en hun die uw naam vrezen, kleinen en groten, en om te verderven die de aarde verderven.’” (Opb 11:18 WV78)

[25] “Dan zal het koningschap, de heerschappij en de luister van al de rijken onder de hemel gegeven worden aan het volk van de heiligen van de Allerhoogste. Zijn koningschap is een eeuwig koningschap en alle machten zullen hem dienen en gehoorzamen.’” (Da 7:27 WV78)

[26] “’Laat uw hart niet verontrust worden. Gij gelooft in God, gelooft ook in Mij. In het huis van mijn Vader is ruimte voor velen. Ware dit niet zo dan zou Ik het u hebben gezegd, want Ik ga heen om een plaats voor u te bereiden. En als Ik ben heengegaan en een plaats voor u heb bereid, kom Ik terug om u op te nemen bij Mij, opdat ook gij zult zijn waar Ik ben.” (Joh 14:1-3 WV78)

[27] De parabel of gelijkenis van de tien maagden of bruidsmeisjes.

“Dan zal het met het Rijk der hemelen zijn als met tien meisjes die met hun lampen uittrokken, de bruidegom tegemoet. Vijf van hen waren dom, de andere vijf verstandig. Want de domme namen wel hun lampen mee, maar geen olie; de verstandige echter namen met hun lampen tevens kruiken olie mee. Toen nu de bruidegom op zich liet wachten, dommelden zij allen in en sliepen. Maar midden in de nacht klonk er geroep: Daar is de bruidegom! Trekt hem tegemoet! Meteen waren al de meisjes wakker en maakten hun lampen in orde. De domme zeiden tegen de verstandige: Geeft ons wat olie, want onze lampen gaan uit. Maar de verstandige antwoordden: Neen, er mocht eens niet genoeg zijn voor ons en jullie samen. Gaat liever naar de verkopers en haalt wat voor jezelf. Maar terwijl zij onderweg waren om te gaan kopen kwam de bruidegom, en die klaar stonden, traden met hem binnen om bruiloft te vieren; en de deur ging op slot. Later kwamen ook de andere meisjes en zeiden: Heer, heer, doe open! Maar hij antwoorde: Voorwaar, Ik zeg u: Ik ken u niet. Weest dus waakzaam, want gij kent dag noch uur.” (Mt 25:1-13 WV78)

[28] “Dan zullen er twee op de akker zijn: de een wordt meegenomen, de ander achtergelaten;” (Mt 24:40 WV78)

“Ik zeg u: als er in die nacht twee in een bed liggen, zal de een worden meegenomen en de ander achtergelaten.” (Lu 17:34 WV78)

“De Heer weet dus zowel de vromen uit de beproeving te redden alsook de boosdoeners ter kastijding te bewaren voor de dag van het oordeel,” (2Pe 2:9 WV78)

[29] Lees de geliikenissen over oordeel en toekomst: 1. De Bruidsmeisjes (Mat 25:1-13); 2. De wijze en trouwe dienstknechten (Mt 24:45-51; Lu 12: 42-48); 3. De heer die op reis is (Mr 13: 34-37)

[30] “Wie oren heeft, hore wat de Geest tot de kerken zegt: Wie overwint, zal van de tweede dood geen schade lijden.” (Opb 2:11 WV78)

“Zalig en heilig die deel hebben aan de eerste opstanding! Over hen heeft de tweede dood geen macht. Zij zullen priesters zijn van God en Christus, en met Hem als koningen heersen, duizend jaren lang.” (Opb 20:6 WV78)

“Toen werden dood en onderwereld in de vuurpoel geworpen. Dit is de tweede dood, de poel van vuur.” (Opb 20:14 WV78)

“Maar de lafhartigen, de trouwelozen, de verdorvenen, de moordenaars, de hoereerders, de tovenaars, de afgodendienaars en alle leugenaars, hun deel is in de poel die brandt van vuur en zwavel. Dit is de tweede dood.’” (Opb 21:8 WV78)

“Weet gij niet dat zij die onrecht plegen het koninkrijk Gods niet zullen erven? Maakt uzelf niets wijs! Hoerenlopers, afgodendienaars, echtbrekers, schandknapen, knapenschenders,” (1Co 6:9 WV78)

“Hun hart is verhard, zonder toegang, en hun hoogmoed spreekt uit elk woord;” (Ps 17:10 WV78)

[31] “Niets onreins zal er binnenkomen, en niemand die plichtig is aan de onnoembare leugen, maar alleen zij wier namen geschreven staan in het boek des levens van het Lam.” (Opb 21:27 WV78)

[32] “En nu deel ik u een mysterie mee: wij zullen niet allen sterven, maar wel allen van gedaante veranderen,” (1Co 15:51 WV78)

[33] “Zolang wij in dit lichaam zijn, zuchten wij dan ook, vol verlangen naar de beschutting van onze hemelse woning,” (2Co 5:2 WV78)

[34] “Ik verheug mij uitbundig om Jahwe, ik jubel en juich om mijn God, want Hij heeft mij bekleed met gewaden van redding, mij gehuld in een mantel van heil, zoals de bruidegom een kroon opzet en de bruid zich met haar opschik tooit.” (Jes 61:10 WV78)

[35] “En nu, broeders, smeek ik u bij Gods erbarming: wijdt uzelf aan Hem toe als een levende, heilige offergave, die Hij kan aanvaarden. Dat is de geestelijke eredienst die u past.” (Ro 12:1 WV78)

“Gij zijt gekocht en de prijs is betaald. Eert dan God met uw lichaam.” (1Co 6:20 WV78)

“In werkelijkheid echter heeft God de ledematen en organen elk afzonderlijk hun plaats in het lichaam aangewezen, zoals Hij het gewild heeft.” (1Co 12:18 WV78)

“om de heiligen toe te rusten voor het werk der bediening, tot opbouw van het lichaam van Christus,” (Efe 4:12 WV78)

[36] “En nu deel ik u een mysterie mee: wij zullen niet allen sterven, maar wel allen van gedaante veranderen, opeens, in een oogwenk, bij de laatste bazuin; want de bazuin zal weerklinken en de doden zullen verrijzen in onvergankelijkheid, en wij, wij zullen van gedaante veranderen.” (1Co 15:51-52 WV78)

[37] “Daarvoor is Christus gestorven en weer levend geworden: om Heer te zijn over doden en levenden.” (Ro 14:9 WV78)

[38] “Niemand kan tot Mij komen, als de Vader die Mij zond, hem niet trekt; en Ik zal hem doen opstaan op de laatste dag.” (Joh 6:44 WV78)

[39] “en weten dat hij die de Heer Jezus heeft opgewekt ook ons, net als Jezus, zal opwekken en ons samen met u naar zich toe zal voeren.” (2Co 4:14 NBV)

[40] “Want als wij geloven dat Jezus is gestorven en is opgestaan, moeten wij ook geloven dat God door Jezus de doden naar zich toe zal leiden, samen met Jezus zelf.” (1Th 4:14 NBV)

[41] “Hij zal zijn engelen uitzenden met luid trompetgeschal om zijn uitverkorenen te verzamelen uit de vier windstreken, van het ene uiteinde van de hemel tot het andere.” (Mt 24:31 WV78)

[42] “Wie mijn vlees eet en mijn bloed drinkt, heeft eeuwig leven en Ik zal hem doen opstaan op de laatste dag.” (Joh 6:54 WV78)

Voorkeur gevende aan het Woord van God in plaats van aan het woord van mensen en aan tradities.