Formule omtrek cirkel = diameter x π
Eerst van beide fietsen de omtrek van de achterwielen uitrekenen met de formule.
Vader: 71 x π= 222,94 cm
Zoon: 61 x π = 191,54 cm
Nu moet er gekeken worden hoe vaak de omtrek van beide achterwielen in 10 km past.
222,94 cm = 2,2294 m
10 km is hetzelfde als 10000 m
10000 : 2,2294 ≈ 4486
Het wiel van de vader gaat in die 10 km dus 4486 keer rond.
191,54 cm = 1,9154 m
10 km is hetzelfde als 10000 m
10000 : 1,9154 ≈ 5221
Het wiel van het kind gaat in die 10 km dus 5221 keer rond.
Nu moet er nog gekeken worden naar het aantal keren dat er getrapt moet worden.
Het achterwiel van beide fietsen gaat drie keer rond bij één omwenteling van de trappers.
Vader: 4486 : 3 ≈ 1496
Zoon: 5221 : 3 ≈ 1741
Het kind moet dus 1741 – 1496 = 245 keer vaker trappen dan zijn vader.
Terug naar de opgave