Formeel rekenen

Je kunt een reken-wiskundeprobleem op verschillende niveaus oplossen. Er worden drie niveaus onderscheiden: concreet, schematisch en formeel. Op het formele niveau wordt gerekend met getallen door gebruik te maken van rekenfeiten, rekeneigenschappen en getalrelaties zonder daarbij een model of context te hanteren. Zie ook bij contextgebonden handelen.

Een leerling kan bijvoorbeeld de opgave “Er zijn 3 auto’s en in elke auto zitten 4 mensen.” oplossen door het tekenen van die auto’s met in elke auto vier personen en dan het totale aantal personen tellen. Wanneer de oplossing zich meer los van de contextsituatie bevindt (meer binnen het formele rekenen dat in de contextsituatie verscholen is), dan zou men de oplossing formeel kunnen noemen. In dit geval zou de leerling zeggen “Dat zijn 3 x 4 = 12 personen.”

Tussen deze twee (uiterste) niveaus van oplossen zijn verschillende niveaus te onderscheiden.