Het onderaanzicht van een ruimtelijke figuur is de weergave van dat ruimtelijke figuur, wanneer men het van onderen bekijkt. Zo kent men ook het bovenaanzicht en het linker- en rechterzijaanzicht.
Van deze dobbelsteen, ervan uitgaande dat het vlak met de zes ogen de voorkant is, heeft als onderaanzicht een vlak met daarop drie ogen (op een dobbelsteen is het totaal aantal ogen van tegenoverliggende vlakken altijd gelijk aan zeven):