Slagen voor de kennisbasistoets uitwerking

Uitwerking

Uitwerking 1

Stel er zijn 200 derdejaarsstudenten die de toets maken.

Uitwerking 2

Als je 75% van een getal wilt berekenen kun je dat getal met 0,75 vermenigvuldigen.

Als je 10% van een getal wilt berekenen kun je dat getal met 0,9 vermenigvuldigen.

Als je 20% van een getal wilt berekenen kun je dat getal met 0,8 vermenigvuldigen.

Als ik wil weten hoeveel studenten na de drie gegeven pogingen gezakt zijn bereken ik:

aantal studenten x 0,75 x 0,9 x 0,8 = aantal studenten x (0,75 x 0,8) x 0,9 = aantal studenten x 0,6 x 0,9 = aantal studenten x 0,54

Conclusie: na drie pogingen is 54% van de studenten gezakt, en dat betekent dat 46% van de studenten geslaagd is.

Uitwerking 3

De uiterst rechtertak van dit boomdiagram representeert het percentage gezakten na drie pogingen.

Dat is dus 80% van 90% van 75% van het aantal deelnemende studenten,

oftewel 0,8 x 0,9 x 0,75 x het aantal deelnemende studenten = 0,54 x het aantal deelnemende studenten.

We zoeken het aantal geslaagden dus dat moet dan 0,46 x het aantal deelnemende studenten zijn, oftewel 46%.

Het percentage geslaagden kun je ook vinden door de drie takken die naar geslaagd voeren, bij elkaar op te tellen.

Noem a het aantal deelnemende studenten.

Dan is het percentage geslaagde studenten:

0,25 x a + 0,10 x 0,75 x a + 0,2 x 0,9 x 0,75 x a = 0,25x + 0,075 a + 0,135a = 0,46a

Ook met deze takken vind ik dat het percentage geslaagde studenten 46% is. 

Terug naar de opgave

Verder naar de uitwerking als filmpje

Terug naar de Quickscan