Hoofdrekenen

Hoofdrekenen is inzichtelijk rekenen met getallen (en niet met cijfers) waarbij gebruik gemaakt wordt van parate kennis, relaties tussen getallen en eigenschappen van bewerkingen.

Hoofdrekenen is niet hetzelfde als rekenen uit het hoofd. Er mogen best tussenberekeningen op papier worden gezet: hoofdrekenen is rekenen met het hoofd. Bij hoofdrekenen volgt men min of meer zijn eigen weg om tot een oplossing te komen, dit in tegenstelling tot cijferen waarbij ieder dezelfde reeks procedures volgt om tot een antwoord te komen.

Bij handig rekenen gaat het om hoofdrekenen waarbij gebruik gemaakt wordt van eigenschappen van getallen en bewerkingen.

Bij flexibel rekenen is iemand in staat parate kennis te gebruiken, relaties tussen getallen en eigenschappen van bewerkingen zonder daarbij het meest voor de hand liggend te rekenen.

Bij cijferend rekenen wordt receptmatig gerekend met cijfers volgens een oplossingsmethode die opgebouwd is uit een vaste rij elementaire handelingen, die zeker tot het ene goede antwoord voert. Cijferend rekenen staat in dit opzicht lijnrecht tegenover hoofdrekenen (handig rekenen). Bij hoofdrekenen rekent men met de (waarde van de) getallen en niet met de cijfers van de getallen. Men gebruikt tijdens de tussenberekeningen de eigenschappen van de bewerkingen (zoals optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen).

Opgave(n) bij dit kernbegrip