Dagbladzegel-Dyckaetge
dagbladzegelEen landelijke zegelrecht, geheven op dagbladen. Ook krantenzegelalgemeenIn 1812 in Nederland ingevoerd onder de Franse bezetting. 
heffingsobjectHet recht wordt geheven op de dagbladen, nieuwsbladen en tijdschriften. Later is het heffingsobject uitgebreid met advertenties.  
maatschappelijke impactDe krant werd door het relatief hoge tarief nog meer dan reeds het geval was een krant voor de rijken. En het uitbrengen van nieuwe kranten werd door de belasting bemoeilijkt. Bij de afschaffing in 1869 werden kranten ongeveer de helft goedkoper. De kranten verschenen vanaf die tijd niet -zoals gewoonlijk- drie, maar alle dagen van de week. En er was een duidelijke toename van drukwerk waar te nemen.protestVanaf 1850 groeiend ongenoegen. In 1867 wordt het anti-dagbladzegel-verbond opgericht. 
tariefHet tarief bedroeg in 1832 tweeënhalve cent per krant.  Niet alleen voor de lezer, maar ook voor de uitgeverij was dat een flink bedrag. Soms ging de helft van de bruto-omzet er aan op.  Men ziet dat in kranten uit die tijd  ook de randen bedrukt zijn. Daardoor waren minder vellen nodig en kon de druk van de belasting wat worden gematigdIedere krant had aanvankelijk op alle vellen, later op twee, een stempel als bewijs van betaling van het recht. De uitgeverij moest met de vellen naar het plaatselijk belastingkantoor om het stempel te laten zetten.
vrijstelling Uitgaven in klein formaat zijn vanaf 1844 vrijgesteld ["lilliputterpers"]. In 1845 wordt de wet zodanig gewijzgd dat voortaan elk formaat onder de heffing valt.
wetgevingIn 1869 komt minister van Bosse met een wet tot afschaffing van het zegelrecht op gedrukte stukken en advertenties in nieuwspapieren . Koning Willem III probeert de Eerste Kamer te weerhouden van instemming, bang voor onrust die meer kranten zouden kunnen veroorzaken.  Hij slaagde er niet in de afschaffing tegen te gaan.  Het dagbladzegel werd per 1 juli 1869 afgeschaft. 
BRONNENgeraadpleegde bronnenBMHG; DDB; Navorscher 1literatuurAnoniem, Belastingen, blz. 68 (19e e)Hemels, J.M.H.J., De Nederlandse pers voor en na de afschaffing van het dagbladzegel in 1869, Assen 1969Kluit, Couranten (1666-1867)Poel, Sijmen, blz. 88Rooij, M., Kranten: dagbladpers en maatschappij, Amsterdam 1947Sickenga, Omwenteling, blz. 11, 134Wikipedia
dakergeltBRONNENgeraadpleegde bronnenBMHG; DDB; Navorscher 1literatuurMoll, Rechten, blz. 119 (15e e)Stallaert, Glossarium, blz. 322 (1440)
departement du ZuyderzeefinanciënVan 23 februari 1814 dateert het te Aurich geschreven verzoek om schadeloosstelling aan het departement door C.B. Meyer wegens een vervaardigde maar niet afgezonden guillotine [DDB] 
personeel-van 7 april 1811 tot februari 1812 is Jacob Carel Abbema [1749-1835] sous-préfet [Repertorium]
BRONNENgeraadpleegde bronnenBMHG; DDB; Navorscher 1internetliteratuur

derde verhoging

=Zelfs heeft het College [van Commercie] eens den algemeenen toestand van den handel besproken naar aanleiding van een memorie van het lid Isaac Fouquier, die zijn denkbeelden over de verbetering van den handel daarin had nedergelegd. Hij wenschte vermindering van de convooien en licenten en vooral afschaffing van het drukkende veilgeld. Het College achtte evenwel den tijd daarvoor nog niet gekomen en vond het raadzamer dit punt voorloopig to laten rusten, waarschijnlijk in de overtuiging, dat requestreeren in deze zaak toch niet zou baten, daar de Staten-Generaal de opbrengst van deze middelen vooral in dies tijd van dreigenden oorlog niet konden missen. [...]. Deze verhooging der convooien en licenten met een derde is ingevoerd in 1652 bij het uitbreken van den eersten Engelschen oorlog en in wezen gebleven tot 1681. Toenmaals afgeschaft, is zij in 1685 weer ingesteld en niet voor 1725 opgeheven [Brugmans, Notulen, blz. 199, 232, 311]
=De derde verhoging is 6 Juli 1651 ingesteld [BMHG 1916, blz 25]
BRONNENgeraadpleegde bronnenBMHG; DDB; Navorscher 1literatuurBecht, Statistische , blz. 16 (1656-1687), 150 e.v. (1651)Brugmans, H., De notulen en munimenten van het College van Commercie te Amsterdam, 1663-1665, in: BMHG 1897, blz. 181-330.Dillen, Eenige, blz. 221-230 (17e e)Dillen, Naschrift, blz. 22 e.v. (18e e)Dillen, Rijkdom, blz. 281Dillen, Stukken, blz. 70 (1651), 73 (1681), 99 (idEngels, Geschiedenis, blz. 89 (1651), 94 (1725)Faber, Graanhandel, blz. 534 (1651)Voorthuysen, Mercantilisme, blz. 68Westermann, Statistische, blz. 6 e.v. (1651)
derdenverhaalBRONNENgeraadpleegde bronnenBMHG; DDB; Navorscher 1literatuurSickenga, Omwenteling, blz. 144
dertiende penningBRONNENgeraadpleegde bronnenBMHG; DDB; Navorscher 1literatuurLinden, H. van der, De oorsprong van de dertiende penning in Abcoude en omgeving, in: De kerk en de Nederlanden, Hilversum, blz. 129-141
deuren en vensters-belastingBRONNENgeraadpleegde bronnenBMHG; DDB; Navorscher 1literatuurAnoniem, Belastingen, blz. 32-33 (19e e)Boudewijnse, Regeering, blz. 69 (1894-1895)Engels, Geschiedenis, blz. 232 (19e e), 245 e.v. (1812-1843)Engelsman, Ontstaan, blz. 126 (1812)Moll, Honderd, blz. 38 (1813)Navorscher XLVIII, blz. 694 (18e e)Nierop, Honderd, blz. 9 e.v. (1811)Nuyens, Inventaris, blz. 77 (1814-1815), 144 (19e e)Wiersum, Honderd, blz. 174 e.v. (1814)

deurlichting/vuurgieten

BRONNENgeraadpleegde bronnenBMHG; DDB; Navorscher 1literatuurBlécourt/Meijers, Memorialen, blz. 206 (1436)Pols, Westfriesche I, blz. CXXIX (m.e.);II, blz. 29 (15e e)

deurwaarder

BRONNENgeraadpleegde bronnenBMHG; DDB; Navorscher 1literatuurAvis, Directe, blz. 131 e.v. (15e-16e e)Engels, Geschiedenis, blz. 32 (1359)Evers, Bijdragen, blz. 15 (Rep)Gosses, Welgeborenen, blz. 47 (1359)Heringa, Zelfstandig, blz. 85 (1750-1760)Nypels, Rijksfiscaal, blz. 116-118 (19e e)Tjepkema, Handboek (19e e)
dienstbarenDe dienstbaren behoorden tot die landerijen, waarop zij geboren waren, en maakten de geringste soort van ingezetenen uit; zij waren tot zekere jaarlijkse opbrengsten aan de eigenaar verplicht en mochten als lijfeigenen zonder zijn toestemming het land niet verlaten; ook moesten zij, zowel in de huizen als op het veld, al die diensten verrichten, die een hard of goedertieren Heer van hen verlangde; zij hadden nochtans hun eigendom, hoe gering die ook zijn mocht [blz. 6-7]
BRONNENgeraadpleegde bronnenBMHG; DDB; Navorscher 1literatuurEngels, Geschiedenis, blz 6-7 (m.e.)

dienstbodegeld

BRONNENgeraadpleegde bronnenBMHG; DDB; Navorscher 1literatuurAndreae/Downer, Plakkatenlijst, blz. 90 (1696), 117 (1792)Anoniem, Belastingen, blz. 30, 34-35Boudewijnse, Regeering, blz. 69 (1894-1895)Dillen, Rijkdom, blz. 275Engels, Geschiedenis, blz. 186 (1791-1792), 201 (1806), 207 (1807-1808), 212 (1811), 217 (1814), 250-253 (1806-1843)Engelsman, Ontstaan, blz. 128 (1812)Evers, Kroniek, blz. 10 (1744;1793)Kuile, Overijssel, blz. 280 (18e e)Sickenga, Omwenteling, blz. 68, 73, 96, 99, 114, 129, 161T.S. Overijssel III, blz. 13 (1701)Zuylen, Inventaris II, blz. 2058-2060
diepgeld
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurJansen, Amsterdamse, blz. 426 (1803)
dijkgeld(Graaf Floris V) gelast Gerart Voren Mabelien zoen, om heer Ghisebrecht bracht Bokel en anders ingelanden in zijn ambacht te vermanen, het klooster van Rinsborch niet meer dijklasten op te leggen, dan die van Ouderschye betalen. Ghegeven in ons Heren iare tvelfhondert acht ende tachtich des Wonsdaghes na sente Margrieten daghe [Nat. Archief].
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurANF 1885, blz. 300 (1607)Archief, Memorie, blz. 96-100Blécourt/Meijers, Memorialen, blz. 436 (1438)Blink, Geschiedenis I, blz. 4323 e.v. (m.e.)Diepeveen, Vervening, blz. 38 (m.e.), 39 (1499), 53 (1514), 59 (16e e)Donker, IetsEngels, Geschiedenis, blz. 58 (1515)Faber, Drie I, blz. 145 e.v. (16e-18e e)Fruin, Informacie, blz. IX; 5 (1514), 30 (id), 62 (id), 68-69 (id), 71 (id) Gallé, Beveiligd, blz. 74, 95-96 (14e-16e e), 146(14e-15e e), 154-155, 173, 177, 187, 189, 206Goede, Nederlandse II, blz. 89-95 (m.e.), 136 (1478)Goede, Swannotsrecht I, blz. 81 (1396), 251 (m.e.), 302 (15e e), 312 e.v. (m.e.), 340 (id), 390 e.v. (1513)Gouw, Reiskosten, blz. 24-29 (16e e)Hoefer, Aanteekeningen, blz. 162; Bijl. LII, blz. 123 e.v.Keuning, Meting (13e-17e e)Nationaal Archief, Den Haag, Abdij van Rijnsburg, 1179-1577, nummer toegang 3.18.20, inventarisnummer A.VIII.74 (1288)Sickenga, Omwenteling, blz. 99, 168Smidt, Rompaey, Chronologische III, blz. 407 (1539)Smidt/Strubbe/Rompaey, Chronologische II, blz. 50 (1507)Taxandria X, blz. 274 e.v. (17e-18e e)T.S. Zeeland II, blz. 255 (17e-18e e)Verheye van Citters, Memorie (16e e)Zuylen, Inventaris I, blz. 2 (1399), 21 (1496), 49 (1500), 219 (1512), 478 , 645; II, blz. 795, 1494, 2044, 2099, 2134
dijkhoudingZie Dijkgeld
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuur
dijklastenZie Dijkgeld
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuur
dijkpenningenZie Dijkgeld
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuur
dijkrechtDijkrecht van Bomelreweerd, gegeven door graaf Reinald op 1327 december 8 (1327. dinsdag na Sint Nijcolausdach)  nr 133Dijkrecht van Thielreweerd, door graaf Reinald gegeven op 1327 december 8 (1327. dinsdag na Sint Nijcolausdach) nr. 134Dijkrechten, door graaf Reinald van Gelre op 8 december 1327 gegeven aan Zantbomel en Bommelreweerd (1327. dijnxdaechs na Sente Nijcolausdaghe) nr 161
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurGelders Archief, Charterverzameling 0243, sub 1.1., nr. 133-134 (1327), nr. 161 (1327)
dingtalspenningBRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurT.S. Overijssel II, blz. 312-313 (16e e)
directe belastingenBRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurPoel, Sijmen, blz. 65
directiegeld BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurBecht, Statistische, blz. 149 e.v. (1631)Dillen, Stukken, blz. 99 (1681)
directeur-Lodewijk Constantijn Rabo Copes van Cattenburgh vervulde die functie in het departement Zuiderzee-Adriaan Karel Daneels van Wijkhuijse [1838] wordt in 1887 benoemd tot directeur der registratie en domeinen voor Gelderland en Overijssel.-Pierre Jean Auguste Clavareau [1837] wordt in 1894 benoemd tot directeur bij de directe belastingen, invoerrechten en accijnzen in Friesland later voor Overijssel en Drente
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurKobus/de Rivecourt, Biographisch A-H, blz  341Mulder, Honderd, blz. 105 (1819-1820)Navorscher III, blz. 377 e.v. (19e e)Nierop, Honderd, blz. 6 (1811)Nuyens, Inventaris, blz. 127 (1824-1844), 143 (1814-1825)Poel, Advocaat, blz. 4 (19e e), 26 (id)Wie is dat, blz. 102 [1894], 115 [1870]
directeur der douaneBRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurBrauw, Departementen, blz. 88-89 (1809), 176 (1815)
directeur der militaire finantiënalgemeenmr. Andries Sijbrand Abbema (1736-1802) is Directeur der Militaire Finantiën [AaBio1.24; Winkler Prins, Geïllustreerde 1884, blz. 83]BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurAa, A.J. van der, Biographisch Woordenboek der Nederlanden, deel I, Haarlem 1852, blz. 24Kobus, J.C./jkhr W, de Rivecourt, Biographisch Handwoordenboek van Nederland, Zutphen 1870, deel 1 [A t/m H], blz. 5
directeur der rijksbelastingen -Jhr. Onno van de Santheuvel [1807-1883] is directeur der rijksbelastingen [Leeuw34]
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurLeeuw 1883, nr .1, blz. 34
directeur-generaal der publieke schatkist

Robert Voute (1747-1823) vervulde deze functie [Horst, Republiek, blz. 226]


BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurANF 15 september 1883Brauw, Departementen, blz. 88 (1807), 142 (id), 169 (1810)Kluit, Bespr. Poel, blz. 231-233 (19e e)Merkus, Schets, blz. 115 (1806)
directeur-generaal der publieke schuld
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurBrauw, Departementen, blz. 88 (1807), 142 (id), 169 (1810), 170 (id), 175 (1814)Merkus, Schets, blz. 115-117 (1807)
directeur-generaal van 's Rijks belastingenalgemeenJean Henri Appelius [1767-1828] wordt in 1815 in die functie benoemd. Hij werd in 1808 minister van Financiën onder koning Lodewijk. Later onder Willem I, vanaf 1824, vervulde hij opnieuw die functie [Kobus/Rivecourt1.50]BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurAa, A.J. van der, Biographisch Woordenboek der Nederlanden, deel I, Haarlem 1852, blz. 335Kobus, J.C./jkhr W, de Rivecourt, Biographisch Handwoordenboek van Nederland, Zutphen 1870, deel 1 [A t/m H], blz. 50] 
divertissementsgeldBRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurDirks, Belasting (1674)
dobbelschoolHertog Albert gaf in 1359 het dobbelschool te Rotterdam aan Aarnd Vischaarde van Strienmonde voor zijn leven [blz. 40] 
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurAndreae, Hollandsche, blz. 445 (m.e.)Blécourt, Bewijsstukken, blz. 441 (1358)Boer, Rekeningen, blz. 36 (1358)David, Geschiedenis, blz. 215 (14e e)Engels, Geschiedenis, blz. 40 (1359)Moll, Rechten, blz. 168 (m.e.)
dobbelsteenimpost
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurBaelde, Domeingoederen, blz. 86 (1551)Engels, Geschiedenis, blz. 145 (Rep)

dode hand

algemeenBelasting op goederen in de dode hand.  
belastingplichtigenRechtspersonen hebben gunstige behandeling. Oplossing: instellingen dode hand onderwerpen aan een bijzondere belasting. Mislukt. Indien ingevoerd dan wilde men  vrijstelling voor publiekrechtelijke organisaties, armeninstellingen en instellingen ad pios usus  [Meester, Treub, blz. 480]
opbrengstVerwachte opbrengst Treub 2 miljoen gulden [Meester, Treub, blz. 480]
vermogenGeheven naar de waarde van het vermogen [Meester, Treub, blz. 480]
vrijstellingenPubliekrechtelijke organisaties en de aan de DTB onderworpen lichamen. Niet: godsdienstige, wetenschappelijke en humanitaire organisaties  [Meester, Treub, blz. 481]

BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurMeester, Th. de, Treub’s belastingvoorstellen, in De Gids 1916, blz. 465-491
dollarIn 1519 werd in Bohemen in het Joachimsdal  een zilvermijn ontdekt. De eigenaar laat munten slaan. De waarde kwam overeen met die van de peso duro. De munt werd Joachimsthaler genoemd. Daarna Thaler of -in platduits- Doler [Navorscher I, blz. 94]
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuur
domeinalgemeen=Over de verwerving van domeingoederen door de vroege vorsten en keizers [Engels, blz. 2-3]Het domein omvatte:  "alle gronden stroomen, wateren, duinen, velden, hoeve en mansa,  voor zoover deze niet als allodiale goederen aan bijzondere heeren of edelen toebehoorden, met de daaropwonende Hofliede, slaven of lijfeigenen, ook genaamd eigenhoorige, eigene lieden, hofhoorige lieden,  onvrije boeren, huisbondenen, huismannen, volschuldigen, cijnsbaren, cijns of tijnsschuldigen, waschtijnsen, keurmedigen of keurmedischen,  schotbaren,  schotboortigen, schotschuldige, liten of laten, luiden en de daarop gelegene steden, sloten of burgten, alwaar zij hunnen intrek konden nemen, soms ook hoflanden genaamd" [Engels, blz. 10]. Tot de inkomsten van de graaf behoren behalve opbrengsten van het domein ook opbrengsten uit regalia: "de opbrengsten der tollen, die der visscherijen zoutziederijen, munt, schipbreukige of gestrande goederen, goederen zonder erfgenaam, goederen van die hun lijf hadden verbeurd en meer anderen" [Engels, blz. 9]=In Frankrijk worden door de Frankische koningen aan degenen die zich door dapperheid en verdiensten onderscheiden aanzienlijke schenkingen gedaan uit het vorstelijk domein. Deze zgn. baronnen regeren daar als soevereine heren [Navorscher 1851, blz. 76]=Het domein brokkelt steeds meer af ten gunste van de graven. Voor vrijwel iedere gunst wordt de vorst een tegenprestatie gevraagd. Soms wordt die tegenprestatie al op voorhand toegezegd. De macht van de graven en ook het domein nemen nog toe doordat heerlijkheden zich onder de bescherming van de graaf stellen. "Zoodat dan ook de Graven in de 14de eeuw bijna als de wettige landsheeren (witachtige of rechte landsheeren) waren te beschouwen"  [Engels, blz. 8-9].
ambtenarenopperhoutvester=Het opzicht over de duinen en andere wildernissen als bossen en waranden behoort aan de opperhoutvester luitenant-houtvester meesterknapen rentmeesters klerken deurwaarders duinmeijers en koddebeijers volgens de inhoud van de Plakkaten gemaakt op het stuk der wildernissen, alle te vinden tot voor het jaar 1605 bij Merula en daar na in het Groot Plakaatboek [Kok13, blz. 4]
raad en rekenmeester Joan Duncan, was volgens Wagenaar, Vad. Hist. deel 19, blz. 94, 's Prinsen gewone Raad en Requestmeester  en Raad en Rekenmeester der Domeinen  [Navorscher 1, blz. 270]
provinciesgelderland=De hertog van Brabant, als leenheer, permitteert op 25 september 1299 aan graaf Reinald, om 100 mansi terrae inculta, en 300 ponden uit de opkomsten van de Veluwe te mogen assigneren aan het hospitale quod mons Dei vocabitur (1299. feria S. post Mathei apostoli & evangelistae) [Gelders Archief].holland=Op 15 mei 1560 vermeldt de rekening van Jan de Witte, ontvanger der wildernissen, onder de profijten en emolumentenvan de houtvester van Holland: "Deselffde heeft noch voor het Consent dat men metten vlouwen snippen vangen mag in de voors. wildernisseenz. plach men te geven van elcke vlouwe ijff snippen, 'twelcke hier voortyds by gemenen paren plach te belopen ontrent twee hondert snippen sjrs. daer nu ter tyt nyet ofte compt, ende dat overmits de snippen soo niet gevangen en worden alsse plagen" [Navorscher 1851, blz. 102]
samenstellingwindhondenIn het Tractaat van de Leenen door P. Bort, blz. 318 , vindt men : Een zeel winden, elk wind f 3,- . . . . f 6,—"; ten bewijze, dat daardoor twee windhonden bedoeld worden. Reeds in 1385 wordt, blijkens een oude notitie van de Domein- of Leenkamer van Holland, onder de heergewaden een zeel winden genoemd. In de placaten en ordonnantien evenwel op de Jagt in Holland en Westfriesland , betekent het woord zeel datgene, wat men thans nog een  strik, dat is vier a vijf stuks, noemt [Navorscher 1, blz. 371]. 
verkopen=Phelips, koning van Castillen, graaf van Hollant, doet (in 1505) door commissarissen tot de domeinen verschillende domeingoederen, erftijns van landen in Zeelend, erfpacht binnen Rotterdam en hofstedehuur in Delft, verkoopen aan Floris van Wingarden, rentmeester der abdij van Reynsburch, ten behoeve der abdij, onder voorwaarde, dat hij ze zal mogen aflossen tegen terugbetaling van den koopsom. Ghegheven in onser stadt van sHertoghenbosche den XXIX dach in Meye int jaer ons Heren duyst vijfhondert ende vive [Nationaal Archief].=Lijsten van domeinen, die bij de 1e, 2e en 3e verkoping zullen worden verkocht met de generale condities van verkoop [ARA, Verslagen 1888, blz. 73]=Verkoopbiljetten van domeingoederen uit 1812 en 1813 [ARA, Verslagen 1888, blz. 73]
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurAlberts, Geschiedenis, blz. 58-59 (m.e.), 65 (14e e), 150-151 (9e e)Andreae/Downer, Plakkatenlijst, blz. 17 (1603-1763), 65 (1592), 75 (1633)Andriessen/Lis, StaatsdomeinANF 9 augustus 1883,; 12 januari 1884; 1889, blz. 142 (16e e), 159 (1676)Anoniem, Belastingen, blz. 79 (19e e)Anoniem, Vonnis (1882)ARA Verslagen 1888, blz. 73; 1919, blz. 66Avis, Directe, blz. 1(12e-13e e), 43 e.v. (14e e), 50 (1375), 52 (1395-1396)Baelde, Domeingoederen (1551-1559)Baelde, Financiële, (1530-1560)Baelde, Onuitgegeven, blz. 138-139 (1533), 142 (1536), 148 (id)Balon, Structure (m.e.)Bannier, Landgrenzen I, blz. 392-393 (1816)Beelaerts van Blokland, Gecommitteerden, blz. 181, 230Bergh, Baljuwen, blz. 239 e.v. (17e-18e e)Blécourt, Aanteeleningen, blz. 324 (19e e), 353-354 (id)Blécourt, Begrip, blz. 79 (m.e.)Blécourt, Bewijsstukken, blz. 27 (9e e), 122-123 (1601), 152 (1618), 161 (944;1006), 162 (1025), 246-247 (1662), 317 (1220)Blécourt, Heerlijkheden, blz. 57-66 (m.e.), 80 (1495), 84 (1750)Blécourt, Rechtshistorische, blz. 202 e.v. (20e e)Blçourt/Japikse, Klein, blz. 25 (1529), 34 (1531)Blécourt/Meijers, Memorialen, blz. XII (1433)Blink, Geschiedenis I, blz. 165 e.v. (m.e.)Chijs, Munten, blz.  12 (m.e.)Blok, Financiën, blz. 37-47 (12e-16e e), 52 (m.e.), 54-56 (id), 58-59 (id), 62 (id)Blok, Geschiedenis I, blz. 80-81 (9e e), 103 (8e e), 105 (10e e), 121 (10e-12e e), 200-203 (13e e), 427-429 (1436), 497 (1494)Blok, Holl. stad Bourg., blz. 33 e.v. (15e e), 63-66 (14e-15e e)Boeles, Heerschappij, blz. 91-92 (16e e)Brauw, Departementen, blz. 173 (1813), 176 (1814), 179 (1815), 188 (1818), 189 (1822), 197 (1830), 205 (1840)Buyten, Graanprijzen, blz. 75 (14e-15e e)Caan, Schets, blz. 36, 67, 84, 97, 129, 159, 175Commissie, Statistieke, blz. 403 e.v. (Rep.)Coopmans, Meiery, blz. 84 (15e-16e e)Coppejans-Desmedt, Oorlogsfinanciering, blz. 325 (1648)Cosemans, Antoon, blz. 627 (1557)De Navorscher 1e jrg  Frederik Muller, Amsterdam 1851, blz. 1-402Deinse, Over, blz. 91 (18e e)Dejong, Zwanezang, blz. 524 (1795), 529 (1794)Deursen, Raad, blz. 87 (17e e)Deursen, State, blz. 72 (1710)Dierickx, Hertog, blz. 181 (1567)Dillen, Bankiers, blz. 241 (14e e)Dillen, Rijkdom, blz. 229Doorninck, Welke, blz. 69-70 (1320-1343)Doorninck/Uitterdijk, Bijdragen II, blz. 191 e.v. 1609Engels, Geschiedenis, blz. 2-3 (10e e), 6 (m.e.), 8-11 (m.e.), 42 (14e-15e e), 55 (1514), 68 (1557), 78 (1579), 151 (1627)Feith, GerichtFlament, A.J., Verkoop der domeinen in den Franschen tijd afkomstig van de Duitsche Orde, de abdij St Gerlach en de Dominicanen te Maastricht in : Maasgouw 1888, blz. 44, 47, 50, 51, 53, 54, en 82Fruin, Informacie, blz. X-XI (m.e.) Fruin/Colenbrander, Geschiedenis, blz. 38 (m.e.)Gabriëls, Edel, blz. 530 (1728)Gachard, Lettres, blz. 305-306 (1483), 339 e.v. (1487), 429 (1488)Gachet, Rapport, blz. 76-77 (15e e)Gallé, Beveiligd, blz. 31-32, 58, 64-65, 169, 181, 210Gelder, Bespr. Pabon, blz 194 (15e-16e e)Gelders Archief, Charterverzameling nr. 0243, sub 1.1. nr. 30Goes, Register I, blz. 102-103 (1527)Goor, Beschrijving, blz. 79, 207, 209Gosses, Stadbezit, blz. 3 (m.e.), 12 e.v. (id)Gosses, Vorming, blz. 244 e.v. (12e-13e e)Gosses, Welgeborenen, blz. 30-31 (m.e.), 33 e.v. (id)Gosses/Japikse, Handboek, blz. 33, 117, 147, 258, 273, 294, 306G.S. Gelderland, Kort, blz. 48 (1647-1777), 53 (1799-1807), 54 (1795-1812)Halma, Tooneel I, blz. 62, 156 (1567)Hazewinkel, Plan, blz. 250Hemptinne/Vandermaesen, Ambtenaren, blz. 180-205Henne, Histoire I, blz. 30 (1501), 63-65 (1505), 97 (1506), 222-223 (1509); II, blz. 124 (1515), 240 (1515-1520), 241 (16e e); III, blz. 12 (1521), 29-30 (1522), 269 (id), 287 e.v. (id), 318 (1523); IV, blz. 7 (1524), 67 (1525), 204 (1528); V, blz. 134 e.v. (1520-1530),; VI, blz. 108 (1536); VII, blz. 132-138 (16e e)Heringa, Twee, blz. 182 e.v. (17e e)Heringa, Tijnsen, blz. 87 e.v. (1802), 125 e.v. (m.e.), 211 (1802)Heyden/Hermesdorf, Aantekeningen, blz. 67, 84, 139 (1355), 180 (15e-16e e)Hoefer, Aantekeningen, blz. 281, 354Hoefer, Vesting, blz. 100 (15e-16e e), 125 e.v.(15e e), 129 e.v. (152)Houtzager, Hollands, blz. 44 (16e e), 76 (17e e), 83 (1664), 175 (1665), 178 (1666)Hugenholtz, Graafschappen, blz. 4 e.v. (13e-15e e)Immink, Eigendom, blz. 54 (m.e.)Iterson, Confiscatie, blz. 561-563 (19e e)Jansen, Middeleeuwse, blz. 45 (843), 47 (m.e.), 61 (10e e), 151 (15e e), 169 (11e e), 175 (m.e.)Jansma, Raad, blz. 50 (15e e), 174 e.v. (id)Jong, Droogmaking, blz. 11 e.v.Jong, Hellevoeterland, blz. 12 (14e e), 29 (17e-20e e), 33 (1724), 38 (1700), 39 (1724), 48 (id), 50 (1475)Jongh, Voorgschiedenis (19e e)Kemper, Nederlandsch, blz. 33 (1457)Kerckhoffs-de Hey, Grote, blz. 12 (1531); Grote (Bio), blz. 22 (1477), 32 (1490)Ketelaar, OudeKingmans, Vroon (1322-1879)Kooperberg, Margaretha, blz. 230 (1507), 237(1508), 239 (id)Kuile, Commanderij, blz. 312 (19e e)Kuile, Overijssel, blz. 264 (18e e)Kuile, Verschijnselen, blz. 152-153 (17e e)Lanz, Correspondenz I, blz. 84 (1524), 282 (1528), 284 (id), 289 (id)Lemmink, Staten, blz. 128 (1474)Lyon/Verhulst, Medieval (11e-13e e)Maasgouw 1879-1881, blz. 40 (1796), 190 (1584), 580 (16e e), 606 (1803); 1882-1885, blz. 1053 e.v. (1800), 1063 (1802-1808); 1888-1889, blz. 197 e.v. (1792); 1890-1891, blz. 3-48 (1797), 70 (1655); 1901, blz. 75 e.v. (1615), 77 (1605)Maddens, Hoe, blz. 412Meerkamp van Embden, Goudsche, blz. 112-113 (1525), 135 (1528), 137 (id), 140 (id), 217 (1536)Meester, Geschiedenis I, blz. 7 (9e e), 22 e.v. (m.e.), 66 (1423), 73 (15e e), 76 (id), 80 (id), 111 (id), 113 e.v. (16e e), 119 (1520), 133 e.v. (1543), 137 (1555), 150 (1574)Meester, Karel, blz. 242 e.v. (16e e)Meilink, Rapporten, blz. 2 (16e e), 7 (1530)Merkus, Schets, blz. 5-16 (m.e.), 32, 44, 77, 84 (1796), 97 (1798), 105-106 (1801)Meyroos, Onze, blz. 10 (1515), 13 (id)Moll, Honderd, blz. 32 (1813), 58 (id)MontéVerloren, Hoofdlijnen, blz. 64Moquette, Strijd, blz. 46 (1511-1521)Muller, Staat, blz. 124 (1574), 389 (1587)Muller, Stukken, blz. 112 (1575)Nagge, Historie I, blz. 112, 203; II, blz. 33 e.v., 100Nationaal Archief, Den Haag, Abdij van Rijnsburg, 1179-1577, nummer toegang 3.18.20, inventarisnummer B.I.128 (1505)Navorscher I, blz. 102 (1560), 192 (1560), 222 (1518); II, blz. 78 (1680) , 124 (15e e), 203 (1811), 286 (18e e); IV, blz. 278-279 (1543-1544); VI, blz. 183 (16e e); IX, blz. 99 (18e e); XV, blz. 217 (1748); XVII, blz. 379 (1681); XVIII, blz. 77-78 (14e e); XXII, blz. 350 (1641); XXV, blz. 113 (m.e.)Nierop, Brieven, blz. 1 (1812)Nuyens, Inventaris, blz. 59 (1814), 64 (1814-1815), 71 (id)Pélerin, Beschrijvinge, blz. 14 (17e e), 16 (id), 52 e.v. (17e-18e e)Pirenne, Constitution, blz. 8 (m.e.)Pirenne, Histoire III, blz. 58 (1496), 208-212 (16e e)Pirenne, Invasions, , blz. 12 (m.e.), 36 (id), blz. 61-68 (8e-12e e)Pirenne, Villes, blz. 325-326 (m.e.)Poel, AdvocaatPoel, Compositie, blz. 60-64 (m.e.)Prevenier, Vorstenspiegel, blz. 290 (m.e.)Poel, Sijmen, blz.  20-38, 48-49 Racer, Gedenkstukken, deel 2, p. 239 (1331) Rees, Geschiedenis I, blz. 18 (1707)Reinsma, Hollands (19e e)Rengers, Schets, blz. 15 (1822)Ru, Willem, blz. 170 e.v. (1847)Scheltema, Staatkundig I, blz. 144  (17e-18e e)Schepper, Grote, blz. 183 (16e e)Schevichaven, Memorieën, blz. 285 (m.e.)Schevichaven, Organisatie, blz. 1 (1340), 46 e.v. (14e-16e e)Schevichaven, Rijk, blz. 40 (8e e)Schevichaven, Rijkstol, blz. 20 (1560), 28 (1752)Schevichaven, Vraagstukken, blz. 39 (9e e), 45 (1247)Schrassert, Codex, blz. 21 (1620)Sickenga, Omwenteling, blz. 11 (1795), 55 (1798), 62, 69, 77, 95, 98, 104Sloet, Toestand, blz. 400 (1543)Smidt/Strubbe/Rompaey, Chronologische I, blz. 37 (1471), 221 (1488), 317 (1497), 336 (1498), 367 (1502)Soly, Verraad, blz. 268 (1559)Stallaert, Glossarium I, blz. 257 (1537), 623 (16e e)Sterck, Opkomst, blz. 157 (1196-1200)Stratingh, Precarie, blz. 313 (m.e.)Tagage, Rond, blz. 501 (1797), 509 (1798)Taxandria V, blz. 16 (1558); XI, blz. 59 (1592)T.G.O. 1836, blz. 396 (1537)Telders, Niet, blz. 199 (1848)Thorbecke, Staatsinrigting, blz. 57-63 (19e e), 94 (id)T.S. Drenthe, blz. 72 (Rep.), 90 (id)T.S. Overijssel, blz. 32-181 (14e-18e e)T.S. Zeeland I, blz. 4(17e e), 77(1596), 89 (17e e), 95-98 (14e-18e e)Venner, Inventaris, blz. 126 (17e e), 138 (1665)Verhofstad, Regering, blz. 95 (1556), 101 (id), 104 (1557), 140-141 (1558), 149 (id)Verhulst, Grafelijke, blz. 197-198 (11e e), 201-202 (12e e)Verhulst, Organisation (11e-13e e)VerLoren van Themaat, Geschiedenis, blz. 153 (1799), 195 e.v. (18e-19e e)206 e.v. (19e e)Wellschmied, Zur, blz. 398-401 (15e-17e e)Water, Lijst, blz. 75 (17e e)Woltjer, Hervorming, blz. 247-248 (1577), 273 (1524), 280 (1578)Wubben, Geschiedkundige, blz. 69 (1312), 71-72 (m.e.)Zuylen, Inventaris I, blz. 66 (1503), 85-86 (1505), 102 (1506), 198; II, blz. 1314Zijp, Hoofdstukken, blz. 35 (1617), 42 (17e e)Zijp, Strijd, blz. 19 (1544), 42 e.v. (1542 (e.v.), 47-49 (16e e), 99, 101, 103-104, 115
dominium
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurPoel, Sijmen, blz.  24, 27
don gratuitVrijwillige gift
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurAltmeyer, Marguerite, blz. 120 e.v. (16e e)Henne, Histoire I, blz. 23 (1500), 29 (1501)Merkus, Schets, blz. 100 (1798)Navorscher VI, blz. 250 (1788-1803)Nierop, Brieven, blz. 93 (1798), 100 (id), 145 (id)Sickenga, Omwenteling, blz. 63, 85T.S. Stad en Lande, blz. 367, 461Zijp, Strijd, blz. 27 (1544), 100 e.v. (1554), 116-123 (1555-1558), 189-192 (1565)
donativen
-de keuren in 1246 door Graaf Willem aan die van Delft verleend, bij welke den Burgers van die plaats vrijheid van alle beden en van alle hofdiensten gegeven werd, mits jaarlijks 50 ponden betalende en bovendien de donativen, welke toebehoorden aan de leden van het Rijk, als 20 ponden in geval hij trouwde, Ridder werd, of ten keizerlijke hove trok en 15 ponden ingeval zijn broeder trouwde, of Ridder werd, of wel zijne zusters of dochters trouwden, alsmede in zijn heervaart te dienen met 40 man [blz. 34]
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurEngels, Geschiedenis, blz. 34 (1246)
dootcoope
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurStallaert, Glossarium I, blz. 366
draagkrachtbeginsel=..en dat elk burger naar evenredigheid van zijn vermogen in dezelve dragen. (...). Het is dan ook niet meer dan billijk, dat de rijkste het meest betale, niet uithoofde hij het meest de bescherming der maatschappij behoeven, of wel meer belang bij hare instandhouding hebben zou, maar omdat hij het meeste heeft. [Engels, blz. XVI]De mingegoeden, zelfs de geringsten, behooren derhalve mede naar evenredigheid van hun vermogen op te brengen, en er zelfs eer in te stellen mede bij te dragen tot instandhouding der maatschappij [Engels]=Men wil, als eisch der Revolutie: ontlasting der minvermogenden, der voorwerpen van eerste behoefte...de lasten.. niet meer gelijk tot nu toe, voornamelijk op den arme zullen drukken [Sickenga, blz. 9] .. de ongelijkheid van lasten moet worden weggenomen; alle ingezetenen moeten voortaan naar evenredigheid van hun vermogen opbrengen [Sickenga, blz. 10] 
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurAnoniem, Belastingen, blz. 13-14, 16, 45, 90 e.v., 108 e.v.Anoniem, Hoe, blz. 6-7 (1848)Blockmans/Prevenier, Armoede, blz. 508-509 (1475)Blok, Holl. stad Bourg., blz. 64-65Dillen, Summiere, blz. 168 e.v.(1622)Engels, Geschiedenis, blz. XVI, 55 (1514), 56 (1515), 177 (1798)Fruin, Informacie, blz. 2-3 (1514), 406 (id)Goede, Swannotsrecht I, blz. 227 (15e e)Goes, Register I, blz. 700-701 (1543)Gosses, Organisatie, blz. 134 e.v. (13e e), 140 (17e e), 151 e.v. (16e e)Gosses, Welgeborenen, blz. 118 (1468)Hoefer, Uittreksel, blz. 275 (1476)Merkus, Schets, blz. 86, 91-92 (1796-1797)Moll, Rechten, blz. 126 (1479)Nederburgh, S.C.H., Tjilegon-Bantam-Java. Iets over des Javaans lasten en over zijne draagkracht Den Haag, Martinus Nijhoff 1888 [DDB]Poel, Sijmen, blz. 15, 134-144, 158-171Rengers, Schets I, blz. 68 (1851)Scailteur, Contribuable, blz. 29 e.v.Sickenga, Omwenteling, blz. 9, 10 [1795], 45 (1798), 51, 63, 79Stallaert, Glossarium I, blz. 296 (1542)Thorbecke, Staatsinrigting, blz. 75-79Verhofstad, Regering, blz. 59 (16e e), 62 (1543), 84 (1556)
droit d'aubergeBRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurPoel, Sijmen, blz. 25
droit de refief et de rachat

Het bedrag dat de ervende leenman bij zijn investuur aan zijn heer moest voldoen (Poel)


BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurPoel, Sijmen, blz. 105 
droits réunisBRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurPoel, Sijmen, blz. 115  
drostambtBRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurRacer, Gedenkstukken, deel 2, p. 219 (1433)
druk van de belastingen
Minister Treub becijfert, dat alles bijeen genomen de rechtstreeks naar het inkomen geheven rijksbelastingen voor de hoogste inkomens in de zwaarst belaste categorie nog niet tot 10 pct. komen, terwijl voor de inkomens van f 5000 het hoogste totale percentage omstreeks 4.65 pct. zal zijn, voor die van f 10,000 omstreeks 5.75 pct. Zulks met inbegrip van weergeld en vlootbelasting [Meester, Treub, blz. 483].
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurBlockmans/Prevenier, Armoede, blz. 519 (16e e)Dillen, Rijkdom, blz. 271, 276, 465, 553, 653Elias, Bijdrage, blz. 32 (18e e)Engels, Geschiedenis, blz. 110 (Rep), 348-350 (19e e)Faber, Drie I, blz. 135 (1569-1573, 248 (1786)Gosses, Groote, blz. 91 (oudh.)Griffiths, Creation, blz. 516 (1795-1806)Hazewinkel, Plan, blz. 240Heyden/Hermesdorf, Aantekeningen, blz. 31Jansen, Middeleeuwse, blz. 198Mees, Briefwisseling, blz. 113 (1827)Nierop, Honderd, blz. 16 (19e e)Poel, Sijmen, blz. 67, 164-166Rengers, Schets I, blz. 68 (1851)Sickenga, Omwenteling, blz. 68Slicher van Bath, Landbouw, blz. 164-165W.D.B.I.U.A. 20 juni 1874Wilson, Taxation (17e-18e e)Zanten, Huishoud, blz. 118 (1819-1821
dubbele heffing=Op 27 februari 1612 oordeelt het Hof van Holland dat Sebastiaan Sijmonsz niet hoeft bij te dragen in de lasten van het ambacht van Monster. Ondanks het feit dat hij daar al circa 30 jaar een woning bezit en het bijbehorende land laat bebouwen door knechten en meiden die hij in de kost heeft. Hij verblijft ook meestentijds daar met zijn kinderen. De hoofdreden voor het afwijzen van de claim is dat Sebastiaan dergelijke lasten reeds betaalt als poorter van Delft [Boheemen]
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurAnoniem, Belastingen, blz. 57, 114Boheemen, Peter J.M. van, Eerste generaties van familie van Bohemen-van Boheemen, in: Ons Voorgeslacht 2018, blz. 201Diepeveen, Vervening, blz. 114 (1514)Engels, Geschiedenis, blz. 113 (1662), 133 (1671)Goes, Register V, blz. 73 (1557)Moll, Rechten, blz. 121 (1449)Sickenga, Omwenteling, blz. 129, 160Voorthuysen, Mercantilisme, blz. 33 (1590)W.D.B.I.U.A. 8 april 1872
duizendste penningBRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuurAndreae/Downer, Plakkatenlijst, blz. 102 (1570)Anspach, Tielsche, blz. 220 (1643-1644)Doorninck/Uitterdijk, Bijdragen I, blz. 188-189 (1748-1749)Elte, Monopolie, blz. 227 (1725)Engels, Geschiedenis, blz. 157 (17e e)Houtzager, Hollands, blz. 73 (1653), 80, 137 (1621), 139-140 (1626), 143 (1621; 1634), 158-162 (1653), 165 (1655), 172 (1661), 181 (1668)Keikes, Bijdrage, blz. 20 (1750)Kuile, Overijssel, blz. 276 (1724), 280 (18e e)Schevichaven, Organisatie, blz. 9 e.v. (1641)Smit, Ambtenaren, blz. 390 (1654)
dyckaetgeZie Dijkgeld
BRONNENgeraadpleegde bronnenDDB; Navorscher 1literatuur

 10 bladzijden