Artois
Streek in Frankrijk. Ook Artesië, Arthoys, Arthoisalgemeen=in de Romeinse tijd de civitas Atrebatium met de hoofdstad Nemetacum [Atrecht of Arras]=in de Karolingische tijd is het de pagus Atrebatensis met de graven Odalric en Ecfrid =In 932 is Artesië veroverd door graaf Arnulf I van Vlaanderen=In 1191 staat de Vlaamse graaf Boudewijn de Moedige zijn rechten af aan Filips II August van Frankrijk=in 1226 laat koning Lodewijk VIII Artois na aan tweede zoon Robert =in 1237 wordt het omgevormd tot een graafschap met Robert I als graaf=in 1382 is de streek in handen van Lodewijk van Male, graaf van Vlaanderen=Lodewijk’s dochter erft Artois. Ze is in 1369 gehuwd met Filips de Stoute=in 1477 sterft Karel de Stoute; er is geen mannelijke opvolger. Lodewijk XI van Frankrijk lijft het in =in 1482 begint een oorlog van Maximiliaan tegen Frankrijk=bij de vrede van Senlis in 1493 komt het gebied weer onder Habsburgs-Bourgondisch bewindop voorwaarde dat leenhulde wordt gebracht aan de Franse koning=in 1526 ontsloeg de Franse koning Karel V van de verplichting tot leenhulde voor Artesië en Vlaanderen=In de instructie voor de Vicomte van Gent van 11 april 1577 wordt deze ook gelast de Staten van Artois tot ondertekening van de Unie over te halen  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 538]=kaart van Artois en omstreken in 1711 [DDB]=Artos was één van de Zeventien Provincies in de 16e eeuwbelastingenalgemeen=Op 19 februari 1579 over hoe de quote in de 600.000 p opgebracht moet worden: A recouvrer leurdict quote en icelle somme de six cens mil livres, pour le temps dessus dict, entre les membres d'iceulx Estatz, c'est asscavoir par les ecclésiastiques la moietié (;t l'autre moictié par les nobles et la commune, si comme par lesdicts nobles le tierch et les deux autres tiers par ladicte commune, par telz moyens que chascun membre trouvera convenir à la moindre fouile du peuple  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 280]=Op 6 maart 1598 deed Marnix rapport van zijne reis naar Artois, overleggende een brief van de Staten van dit gewest, die gelezen werd. Op 7 maart 1598 werd het accoord, door Artois gezonden, om advies aan Matthias en den Raad van State gezonden.  Dit accoord van Artois is van den volgenden inhoud : de heffing van generale middelen is niet mogelijk om redenen die herhaaldelijk uiteengezet zijn; de heffing van twee “solz”op iedere ton bier is te bezwarend; lening bij de geestelijken is gelet op hetgeen ze eerder betaald hebben geen optie; gouden en zilveren werken van de kerk niet; 20.000 man uit de dorpen en 40.000 uit de steden; ook niet acht “patards”op iedere woning en 12 deniers op ieder “bonnier de terre". [SG 1578-1579, deel 2, blz. 289-291].=Op 12 maart 1598 brief aan Artois: er moet hoognodig geld komen, accoord is onvoldoende  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 293].=Op 18 april 1578 wordt de prelaat van St. Vaast verzocht spoedig naar Atrecht te gaan, teneinde de zending der gelden van Artois te verhaasten, wat hij beloofde te doen; de pensionaris van Douay zou een brief voor hem zenden aan de „députez génöraulx" van de Staten van Artois, evenals ook Matthias zou doen [SG 1578-1579, deel 2, blz. 311].bede=In de quotisatie van 2.780.000 p. heeft  Artois een quote ter grootte van een zesde deel van Vlaanderen, uitkomend op 154.444 p 6 s 10 d [SG 1576-1577, deel 1, blz. 496]=Op 26 augustus 1577 vergaderen de Staten van Artois over de bede  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 498]=Op 5 oktober 1577: te schrijven aan de „députez généraux" van Artois, om de bewoners van Vaulx en Hervares (= Hervé?), Franse dorpen, enclaves van Artois, niet te quotiseren   [SG 1576-1577, deel 1, blz. 503]=Op 4 oktober 1577 gaat een brief naar Artois met de oproep om hun quotes in de bede van 2,78 mnl. onmiddellijk te zenden [SG 1576-1577, deel 1, blz. 504]=Op 12 november 1577 werd het accoord van de Staten van Artois  gelezen en onderzocht; sedert geaccepteerd volgens het advies van de Kamer der Beden [SG 1576-1577, deel 1, blz. 508]=Op 1 december 1577 werd het accoord „des quotes" van Artois aan de Kamer der Beden om advies gezonden  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 511]=Nog werd op 12 december 1577 het acoord der Staten van Artois na onderzoek van de Kamer der Beden geaccepteerd „en conformité des apostilles marginales"  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 514]=op 27 december 1577 schrijven aan Beaumont en de Staten van Artois. „pour faire haster le 2. mois (blijkbaar van de 400.000) ensemble de credence" (blijkbaar voor Beaumont)  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 514]=op 5 januari 1578 het request van den burggraaf van Gent om 2 maand tractement;  beschikt hem 1 maand te geven, begrepen in de door Bossu overgelegde staat; dit bij wijze van voorschot uit de eerste penningen van Artois [SG 1578-1579, deel 2, blz. 135]=op 25 februari 1578 werd betreffende de propositie van Fresin, dat de voor hem bestemde f 6000 voor Brussel gebruikt waren, besloten hem te assigneren op de gelden van Artois, wel te verstaan dat hij door Matthieu de Vos binnen 10 dagen een staat zou doen overleggen, zowel van de hem door de prelaten van Brabant als door anderen geleende granen  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 157]=op 25 februari 1578  wordt Van der Beken gelast de bende van ordonnantie van Havre 9430 p. voor 3 maanden gage te betalen uit de gelden van de belastingen van Artois in mindering van de quote in de 400.000 p., vervallen 25  januari 1578. Op aandrang van de burggraaf van Gent werd besloten hiertoe aan de „députez généraulx" van Artois te schrijven  [SG 1578-1579, deel 2, blz.  158]=op 27 maart 1578 Van der Beken te gelasten de f 5.000, die hij op zijn krediet opgenomen heeft voor de Staten van Artois, Henegouwen en het Doornikse. terug te betalen uit de eerst inkomende penningen van Artois [SG 1578-1579, deel 2, blz.  167]=op 20 april 1578 werd over de lijst, overgelegd door Leoninus namens Matthias, behelzende het getal van  compagnieën „d'hommes d'armes" en 3 compagnieën „de chevaulx légiers", besloten: hun één maand gage te betalen uit de beden van Artois, mits de assignaties op Artois eerst betaald waren;  Van der Beken zijn „lettre" hiertoe te geven aan de ontvanger van Artis Sedert hieraan toegevoegd: 1 maand tractement voor de burggraaf van Gent als generaal van de cavalerie à 1600 p. art. [SG 1578-1579, deel 2, blz. 173]=Van der Beken de betaling (die 32621 p. 12 s. 8 d. bedroeg) te doen uit de uit Artois komende penningen, op voorwaarde dat de betaling per hoofd geschiedde en dat de compagnieën op de dag van de betaling gemonsterd zouden worden  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 174]=Op 9 mei 1578 na de middag werd  een brief van de burggraaf van Gent ontvangen om f 9000 als rest van f 25.000, die de Staten voor hem op Artois hadden geassigneerd. Naar aanleiding hiervan werd Van der Beken gelast „acquit pertinent" van f 16.000 te geven „sur les noms et suyvant Ie contenue" van de brief; betreffende de f 9000 te schrijven aan de Staten van Artois, om deze aan de burggraaf te betalen  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 180-181]=op 10 mei 1578 assigneerden de Staten Inchy voor de betaling van hem en zijn soldaten à f 3005 op de Staten van Artois; hiertoe aan hem te schrijven, om de betaling te doen op de achterstallen van de door hen toegestane beden: Van der Beken zijn „acquit" tot bespoediging zaak te zenden aan de ontvangers van Artois. Op 12 mei 1578 Inchy „pour l'advenir" te assigneren op Artois voor de betaling van hem en zijn soldaten en hem hiervan acte te verlenen, die in de Kamer der Beden geregistreerd zal worden [SG 1578-1579, deel 2, blz. 180-181]=de ordonnantie op Van der Beken, om zijn quitantie te geven aan burgemeester, schepenen en die van het baljuwschap van St. Omer, om 7340 p. van 40 gr., die zij betaald hadden aan Manuy, luitenant van Egmond, en diens kapiteinen voor 1 maand gage, beginnende 11 mei 1578 en om Manuy voortaan te assigneren voor 1 maand à 8830 p. op de beden van Artois op aftrek van de quotes, werd aan de Kamer der Beden om advies gezonden  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 184]=Geschreven werd aan de Staten van Artois om f 3000 voor te schieten op hun quotes voor het onderhoud van de soldaten van Argenlieu en f 3000 voor de dag van de monstering  [[SG 1578-1579, deel 2, blz. 187]=op 7 juni 1578 conformeerden de Staten zich met het advies van Matthias en zijn Raad benevens dat van de burggraaf van Gente en Capres op het request van de „lieutenant-général' van Lilliers, om aan Plantin bevel te geven over 100 mannen tot bewaking van de stad Lilliers; deze te betalen uit de gelden van en op de voet van het gewone garnizoen van Artois, zonder dat Plantin tractement als gouverneur zou hebben, maar de Staten zouden later op zijne diensten letten; dit op voorwaarde, dat hij er zou resideren en zijn soldaten niet zou laten uitgaan zonder toestemming van de gouverneur van Artois  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 187]=op 15 januari 1579 werd de Kamer der Beden gemachtigd te schrijven aan Artois en Valenciennes, om de rest van hun quote van de 2 maanden te furneren  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 269].=op 15 februari  1579 werd de „acte" ( = accoord) van de Staten van Artois, getekend door Marchant, medegedeeld aan de Kamer der Beden om advies  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 278].=op 20 februari 1579 verd het accoord van Artois gelezen en hierop resolutie genomen volgens de apostilles, bij de artikelen gevoegd.. Op 21 februari 1579 werd Matthias verzocht door de audiencier akte van acceptatie te doen uitvaardigen, met clausule om haar te registreren in de Kamer der Beden.  Tout ce que dessus présupposé d'estre effectué, lesdicts Estatz du pays et conté d'Artois, considérant la nécessité présente et afin que riens ne mancque ou deffaille de leur costel, se sont unanimement condescenduez d'accorder lesdicts six cens mil livres par mois pour Ie dict temps de trois mois, prétenduz pour leur contingent, selon leur quote ancienne et accoustumée. Op de artikelen van dit accoord besloten, dat de 600.000 p. geleverd zouden worden volgens de oude quote, terug te krijgen uit de beden en de gemene middelen   [SG 1578-1579, deel 2, blz. 279-280].=op 28 februari 1579 werden brieven van Matthias aan de gewesten om hun quotes in de 600.000 p. "pour Ie mois passé" gelezen; de Staten vonden dit goed [SG 1578-1579, deel 2, blz. 286].=op 17 maart 1598 biedt Artois f 50.000 per maand in plaats van de gemene middelencapitation =hoofdgeld=Résolu que les Srs ., sur ce que aulcuns députez des Arthoys ont allégué ne vouloir assembler les Estatz sur l'accord de la capitation, ne soit qu'il, ayent les consentement, du c. et généraulx de tous les Estatz Généraulx et qu'il ayent veu par estât que lesdicts Estatz ayent furny leur deu comme eulx, que eulx sont tenuz en vertu de l'Union de s'assembler sur l'accord de la capitation requis et que néantmoings cependant les Estats démonstreront avoir satisfaict autant et plus que lesdicts d'Arthois, et de postposer l'accord, vu que à ung chacun est notoir que le pays doibt troys foys plus que les Estatz n'ont contribué, n'a nulle apparence, mais seroit contrevenir à l'Union et aussy seroit donné occasion de la totalle ruine dudict pays [SG 1576-1577, deel 1, blz. 483-484]=op 28 juni 1577 schreven de Staten een zeer uitvoerige brief aan de Staten van Artois, om bij hen aan te dringen op aanneming van het - door de meesten, ook door Don Jan reeds aangenomen - hoofdgeld. Zij verdedigden het vooral hiermede, dat geen ander middel te bedenken viel, „attendu mesmes que tout nostre crédit, a ussy bien que celuy de Sa M1 '', cesse en Anvers et partout ailleurs", terwijl de belasting van een ieder „à l'advenir de son estât et qualité sans exception d'aulcunes personnes.......nous a aussy semblé de tant plus expédient et practicable, que par là sera pourveu aux grandes controverses et débatz qu'il y a tousiours eu, quant on a voulu descouvrir le bien des personnes, ce que aussy ne convient pour beaucoup de considérations, y ioinct la longueur de temps qu'il y fauldroit exposer, pendant laquelle l'ayde seroit mesme consumée, par l'accroissement de la debto que debvons acquiter". Zij deelden verder o.a. mede, dat een sommiere staat van het door de gewesten opgebrachte hun zou overgelegd worden en kondigden ten slotte aan, dat Don Jan verzocht was de Staten opnieuw bijeen te roepen en dat Goignies en Provins benevens Nicolas de Lengaigne, deken van Notre Dame te Atrecht, een van de gedeputeerden van Artois en gecommitteerde in de Kamer van de Beden, in bezending zouden komen   [SG 1576-1577, deel 1, blz. 488].=Op 9 juli 1577 werden Montigny en Caprès met Yman gecommitteerd naar de Staten van Artois, ten einde deze te bewegen in het hoofdgeld toe te stemmen; wijl Yman naar huis ontboden was, een brief van verontschuldiging aan zijne meesters te schrijven   [SG 1576-1577, deel 1, blz. 490].=De Staten schrijven Don Jan op 16 juli 1577  over de weigering van Artois  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 490].gemene middelen=Op 4 december 1576 werd besloten Doornik, Rijssel, Douay en Orchies en Artois door Willerval (die echter later op den dag door Fresin vervangen werd) te bezenden, ten einde hen te doen toestemmen in de gemene middelen [SG 1576-1577, deel 1, blz. 124]=op 9 januari 1577: brieven te schrijven aan de Vicomte van Gent en aan de prelaten en edelen van Artois, om evenals de steden de 100e penning en de generale middelen toe te staan [SG 1576-1577, deel 1, blz. 462]=Op 12 februari 1577 namen de Staten enige beschikkingen betreffende de collectatie van de gemene middelen in Artois naar aanleiding van een remonstrantie van de Staten van dit gewest  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 467]=Op 15 februari 1577 moet de gecommitteerde tot de ontvangst van de honderdste penning en de generale middelen in Artois alle gelden aan Van der Beken afdragen  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 467]=Op 6 juli 1577werd besloten aan de Staten van Artois te schrijven, om met alle spoed 30.000 p. art. als rest van de 100e penning en van de generale middelen te zenden en nog een aanzienlijk bedrag, omdat alle andere gewesten veel meer dan de 100e penning en de generale middelen betaald hadden  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 489]=Artois is 30.137 p., 8 st., 4 d., achter en wordt aangespoord nog bovendien 63.729 p., 3 d., op te brengen, „ce qui est à l'advenant que les aultres ont faict", de quote van Artois berekend op een 6de van die van Vlaanderen [SG 1576-1577, deel 1, blz. 489]=Op 12 maart wordt beslist dat Marnix verzocht zal worden naar Artois te gaan voor de gemene middelen [SG 1578-1579, deel 2, blz. 292] =Gelezen werden de accoorden van Artois en Vlaanderen, het eerste van 3 april over de gemene middelen en de andere middelen, onlangs gevraagd, en wel voor de tijd van drie maanden, te beginnen op de dag, dat alle andere gewesten er in zouden hebben toegestemd; het tweede over de gemene middelen voor een jaar met enkele voorwaarden   [SG 1578-1579, deel 2, blz. 304=Op 2 mei 1598 vastgesteld, dat Alloigne naar Artois zou gaanhonderdste penning=op 9 januari 1577: brieven te schrijven aan de Vicomte van Gent en aan de prelaten en edelen van Artois, om evenals de steden de 100e penning en de generale middelen toe te staan [SG 1576-1577, deel 1, blz. 462]=De Staten van Artois op 20 januari 1577 vergaderd in de abdij van St. Vaast te Atrecht volgens oproepbrieven van de Raad van State van 9 januari 1577, om te horen, wat de Vicomte van Gent betretende de 100e penning, de gemene middelen ,,et aultres" zou proponeren : après pluisieurs communications et conférences ensamble, tant audict jour que par deux assemblees précédentes, désirans eulx accommoder avec les aultres pais pour les affaires et urgentes nécessitez présentes, ont unanimement consenty et acordé la levée du c. des meubles et immeubles en la forme et manière qu'il s'est levé en l'an soixante noeuf sans aulcun récollement. Entendu que en icelluy acord seront comprins les immeubles qui estoient confisquéz audict an soixante noeuf et depuis remys es mains des propriétaires ou de leurs héritiers. A condition que les revenuz des hopitaulx, maladries, povres et aultres semblables dédiez et aplicquéz à la substentation desdietz povres en seront exemptz. | Volgen nog versobillende andere gewestelijke voorwaarden voor de heffing]. Et en oultre ont consenty et acordé la praticque des moiens généraulx audict pais d'Artois pour les lever en la forme et manière que leur a esté envoie par escript, pour demy an seullement, sans tourner en conséquence ny aulcunement promener ausdietz d'Artois à debvoir cy-après passer par leur quote anchienne et acoustumée, et à lever lesdietz moiens généraulx du jour que iceulx seront baillez à ferme et que l'on entend estre général en ung meisme jour par toutes les provinces du Pais Bas. Et comme les députez desdietz Estatz à la collecte et levée desdietz moiens désirent pour leur descharge eulx conduire en conformité des aultres provinces, il plaira leur envoier instruction bien ample pour selon icelle eulx pooir reigler. Ont encoires lesdietz Estatz ratiffié l'acord, faict par leurs députez, assambléz à Bruxelles, en la somme de trois cens mil livres pour une partie et pour aultre de six cens mil livres à l'advenant du sixième de Flandres, à icelles quotes paier et furnir endedens ung mois après la réception des lettres d'octroy et d'acceptation. | Volgen voorwaarden betreffende de heffing van deze twee quotes in bet gewest|. Ce présent acord faict à la cherge et condition expresse que toutes les aultres provinces du Pais Bas joinctz et uniz facent semblable acord et non aultrement et que tous les acordz ou pourparléz, faictz en général ou particulier  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 462]=op 27 januari 1577 werd het accoord van Artois gelezen en besloten er na onderzoek de volgende dag op te antwoorden. Waarna op 28 januari 1577: Que l'on accepte l'accord de ceulx d'Arthoys et que l'on les assistera pour obtenir du Conseil d'Estat lettres d'acceptation, par eulx requises, moyennant que, en cas que les biens des hospitaulx et aultres semblables places debvroient estre exemptez du c [100e penning], les aultres biens de semblables hospitaulx et semblables lieux es tous aultres pays seront aussy exemptez, dudict c.  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 462]Op 9 mei 1577 werd besloten, dat de collecteurs van de 100e» penning een 100°" penning van het door hen bijeengebrachte zouden krijgen op rekening van elk gewest. Na onderzoek van de staat van Artois betreflende de 100en penning bevalen de Staten aan Guillaume le Vasseur, ontvanger in Artois, onmiddellijk 10.000 p. art. op aftrek van den 100e penning aan Van der Beken te leveren  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 481].=Op 6 juli 1577 werd besloten aan de Staten van Artois te schrijven, om met alle spoed 30.000 p. art. als rest van de 100e penning en van de generale middelen te zenden en nog een aanzienlijk bedrag, omdat alle andere gewesten veel meer dan de 100e penning en de generale middelen betaald hadden  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 489].Op 27 december 1577: Sur l'escript du recepveur général d'Arthois touchant le c. est dict que les Estatz ordonnent à leur greffier C. Weellemans de signer les lettres exécutoriales pour le faict de l'entremise du recepveur du c. en Arthoys en forme et manière, comme elle est faict  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 489].Op 27 februari 1579 werd op het request van Valhuon, ontvanger-generaal van Artois, beschikt, dat, gezien het advies van de Kamer der Beden, Van der Beken gelast werd hem te veroorloven in zijn rekening van de100e penning te brengen de 45 p. art., in het advies genoemd  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 286].Op 24 april 1578 de declaratie van de achterstallen in de 100e penning, toegestaan door Artois, werd na de middag gezonden aan de Kamer der Beden.  30 april verenigden de Staten zich met het advies van de Kamer op de declaratie van Guillaume le Vasseur, ontvanger van den 100e penning in het kwartier van Artois [SG 1578-1579, deel 2, blz. 312].verpachting=Op 14 april 1577: L'instruction, faicte pour le Vicomte de Gaud, a esté leute et arrestée; et quant à la demeure de la ferme de l'impost de bled au pays d'Arthoys, lesdicts d'Arthoys pourront passer, parmy payant par aultre moyen ladicte demeure pour le temps de deux moys, sans préjudice aultrement de l'instruction; et pour le temps, advenir, on advisera, comment on en usera [GS 1576-1577, deel 1, blz. 479].  bestuurbuitencolleges-in de Chambre des dépêches - Pasquier Gosson [SG 1576-1577, deel 1, blz. 152]-in de Kamer der Beden: Goulatre in de plaats van Alloigne  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 6]-in de Staten-Generaalop 9 september 1578 besloten de Staten te schrijven aan de Staten van Artois, om hun gedeputeerden namens de steden, één voor Atrecht en één voor St. Omer, in de „assemblee générale" te zenden  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 16]op 20 juni 1578  is de Caulers gedeputeerde  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 192]gouverneur=Op `3 november 1577 besloten de Staten naar aanleiding van een brief van Caprès te schrijven aan de steden van Artois, om Caprès te gehoorzamen, als belast met het gouvernement van Artois gedurende de afwezigheid van de Vicomte van Gent [GS 1576-1577, deel 1, blz.  567]. ontvangerGuillaume le Vasseur is in 1577 ontvanger in Artois [GS 1576-1577, deel 1, blz. 662].  ontvanger-generaal=Op 11 december 1577  is Walhuon, ontvanger-generaal van Artois en van de 100e penning aldaar  [GS 1576-1577, deel 1, blz.  518]. Raad van Artois=In Artois is de samenstelling van de Staten in 1577 als volgt, voor de geestelijkheid: Jean Six. Nicolas de Lengaigne, deken van „Notre Dame" te Atrecht. - »Jacques de Dostrel. - Balduin, abt van Hennin-Liétard.. voor de adel: Robert de Melun, vicomte van Gent, stadhouder van Artois. - Jean de St. Orner, ridder, heer van Moerbeke, burggraaf en gouverneur van Aire. - Antoine d'Assignies. - Eustache de Croy. - Charles de Lievin, heer van Famars. - Eustache de la Viefville, heer van Watou. Guislain de la Viefville - Antoine de Bailleul, heer van Lesdain - Oudard de Bournonville. Loys du Maisnil - François d'Ongnies, heer van Beaumont, voor de steden: Pasquier Gosson - Antoine Aubron - Jean de Couronnel, pensionaris van Atrecht - Antoine de Caulers - Jean Pénart - Waleran Maupetit - Hugues Hournes - Waleran Obert, schepen van Atrecht [SG 1576-1577, deel 1, blz. 148-149]=In Artois is de samenstelling van de Staten in 1578 als volgt, voor de geestelijkheid: : Jean Goulatre, kanunnik van Atrecht.  - Jean Sarrasin, prelaat van St. Vaastvoor de adel: Francois d'Ongnies, heer van Beaumont en Beaurepaire. - Antoine d'Assignies, heer van Alloigne (of Allouaigne). voor de steden: 'Antoine de Caulers, pensionaris van Artois - Antoine Aubron, pensionaris van St. Omer. [SG 1578-1579, deel 2, blz. 4]=Jean Grusset, gezegd Richardot, was sinds 1582 president van de Raad van Artois en lid van de Conseil Privé. Op 15 mei 1597 werd hij tot president van de laatste Raad benoemd [BMHG 1936, blz. 351]. domeinconfiscatieOp 11 december 1577 werd het request van Walhuon, ontvanger-generaal van Artois en van den 100°» penning aldaar, medegedeeld aan de Kamer der Beden ter fine van advies. Evenzo de specificatie van de salarissen van de ambtenaren, fiskalen van de Raad van Artois, door de Staten-Generaal gedeputeerd als commissarissen tot de inbeslagneming der goederen van in hun brief genoemde, gerefugieerde personen met hulp van Walhuon [SG 1576-1577, deel 1, blz. 518]financiënobligaties=op 5 januari 1578 verzoek om de 9000 pond, in obligaties van Artois resterend, te zenden, om de compagnieën van ordonnantie van Bailleul en Evre te doen marcheren ; hiertoe te schrijven aan de Staten van Artois, om spoedig geld op deze obligaties te furneren, omdat ze binnen twee weken of daaromtrent zullen vervallen [SG 1578-1579, deel 2, blz. 136]gemeentegraafschap=in 1239 door Lodewijk IX tot graafschap verheven en afgestaan aan zijn broer Robert. Daarna komt het aan Vlaanderen, vervolgens aan Bourgondië, en tenslotte in 1678 voorgoed aan Frankrijk.=Robert II is in 1282 graaf van Artois [Winkler Prins, Geïllustreerde 1884, blz. 156]=in 1317 Robert van Artois [DDB]=in 1397 Philip van Artois [DDB]=in 1471 Charles van Artois [DDB]=een rekenpenning uit 1636 van het Graafschap  Artois [DDB]=een rekenpenning uit 1705 van het graafschap Artois met koning Ludwig XIV [DDB]=Carl Philipp graaf van Artois 1750-1800 [DDB]=in 1773 portret van Marie Thérèse Comtesse d'Artois [DDB]=in 1773 en 1776 portret van Charles Philippe Comte d'Artois [DDB]oorlog=Op 30 oktober 1576 legden de gedeputeerden van Artois hun nieuwe commissie van 27 oktober over, die voldoende bevonden werd. Zij werden hierin gemachtigd met de anderen te handelen over de pacificatie en het vertrek van de Spanjaarden, terwijl er verder opnieuw op werd aangedrongen, dat de lichting op de vroeger aangegeven voorwaarden zou mogen geschieden [SG 1576-1577, deel 1, blz. 14].=Op 2 december 1576 wordt besloten dat de compagnie van kapitein De Vaux te Mechelen twee maanden gage zal krijgen, te betalen door de Staten van Artois op aftrek van hun quote; aldus werd beschikt op het rekest van de luitenant van die compagnie [SG 1576-1577, deel 1, blz. 102].=Iemand van de Staten van Artois zal 300 p. art. voor de matrozen geven "et sy payera le trésorier Van der Beken II c £ arth." Artois zal de bende van ordonnantie van Bailleul betalen [SG 1576-1577, deel 1, blz. 109-110]=op 15 januari 1577 werd op een request van kapitein Allayne, te Mechelen, besloten zijn compagnie hoofd voor hoofd na monstering twee maanden gage te betalen van de eerst in te komen penningen van Artois  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 327].=op 16 Januari 1577: de bende van ordonnantie van de Vicomte van Gent te betalen van de eerste penningen van Artois, nadat de twee eerste assignaties hierop, nl. voor de matrozen en voor Terlon, voldaan zullen zijn   [SG 1576-1577, deel 1, blz. 427].=op 20 januari 1577 besloten de Staten de compagnie in garnizoen te Hesdin-fort twee maanden te betalen uit de penningen van Artois  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 327].=op 8 maart 1577: Sur ce que les capitaines Franchoys sont en ceste ville poursuyvant à grandz fraitz et intérest la récompense, arrestée pour leur service, de mille livres arth., puisque monsieur le Vicomte de Gand présente d'accepter et faire furnir ladicte somme des premiers deniers que procéderont des moyens généraulx du pays d'Arthoys, sy ont messieurs les Estats Généraulx ausdicts capitaines assigné et assignent par cestes ladicte somme sur lesdicts Estatz d'Arthoys; et parmy raportant ceste avecq acquit par le recepveur ou commis desdicts Estatz d'Arthoys ausdicts moyens généraulx, sçavoir les impostz, luy sera telle somme alloué en son compte particulier là et ainsy qu'il appartiendra. Faict en l'assemblée desdicta Estatz Généraulx  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 294].=op 18 maart 1577 werd besloten de compagnie van Bourse van het regiment, van den vicomte van Gent, gaande naar het kasteel van Antwepen, twee maanden soldij te betalen van de eerste penningen van Artois  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 336].=op 10 april 1577: D'Aurault, kapitein van een compagnie in het kasteel van Antwerpen, wordt op zijn request verwezen naar de Staten van Artois, die in hun staat de betaling van oude compagnieën en daaronder de zijne opnemen  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 341].=op 10 mei 1577 werd besloten, dat de oude garnizoenen van Artois voor drie resterende maanden zouden betaald worden volgens de nieuwe voet en staat van 19 januari 1577 [SG 1576-1577, deel 1, blz. 349].=op 18 mei 1577 werd, gehoord de brief van de Prins, melding makende van Hohenlohe, die 12.000 daalders moet hebben, besloten de obligatie te geven à 10 of 12% ; de Staten van Vlaanderen, Artois en Lille, Douay en Orchies werden verzocht hun particuliere obligaties te willen geven tegen brieven van indemniteit  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 167].=op 29 mei 1577 gelastten de Staten Van der Beken aan kapitein De Bourse van het regiment van de Vicomte van Gent, nu met zijne compagnie in het kasteel te Antwerpen, drie maanden gage, nl. over de periode februari-april 1577 te betalen, elke maand 1337 p., te lichten van de commissarissen-generaal tot de heffing van de honderdste penning en de generale middelen in Artois  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 353].=Op 31 juli 1577 werd besloten aan de Staten van Artois te schrijven, om de 15000 p. art. te furneren aan Hohenlohe volgens de hem gegeven assignatie; dit in aftrek van wat zij op 4 september 1577 schuldig zouden zijn voor rest van den 100e penning   [SG 1576-1577, deel 1, blz. 367].=Op 15 augustus 1577: Havre met Meetkercke gecommitteerd naar Brugge, om geld van de kooplieden te lenen, „soit par voye amiable ou aultrement" ; vandaar te gaan naar de Staten van Artois volgens de hun gegeven instructie  In plaats van Havre, wiens aanwezigheid te Brussel vereist werd, werd op 18 augustus Fresin gecommitteerd voor de zending naar Artois [SG 1576-1577, deel 1, blz.  450].=Op 17 augustus 1577 werd op het request van de Vicomte van Gent beschikt, dat de Staten zich verenigden met het advies van de Raad van Oorlog, dat, gezien de verklaring van de Vicomte, dat zijn kolonelscompagnie per maand 2170 p. art. kostte, Van der Beken kan quitantie geven aan de ontvanger van Artois voor twee maanden betaling van die compagnie met aftrek van 1000 p. art., „sur ce par les Estatz receues"  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 373].=op 3 september 1577 werd Van der Beken gelast de 6 compagnieën van het regiment van Mario Carduino, uit de penningen van Artois, volgens de rollen te betalen. De zes rollen zijn op 2 september 1577 in handen van de Kamer van de Beden gesteld [ [SG 1576-1577, deel 1, blz. 281].=op 16 september 1577 gelastten de Staten de compagnieën van Bailleul en Evre ieder twee maanden gage te betalen volgens vorige assignatie op de Staten van Artois en dit van 20.000 p. art., resterende van de quote van Artois in de 780.000 p. art.; het hiervan overblijvende aan Capres voor zijn regiment te betalen.  Op het request van Egmond werd beschikt, dat Van der Beken hem voor elk van de zeven compagnieën, waarvan 6 van Mario Cardiuno waren, 200 p. art. zou betalen. Dit besluit werd na de middag herhaald naar aanleiding van een request van Capres: de quote van Artois wordt dan genoemd als 43.000 p. art.  Van der Beken werd gelast Capres 2767 p. 8 s. art. te betalen ..à son compte de son régiment" en wel van de quote van het Doorniksche in 780.000 p. art. [SG 1576-1577, deel 1, blz. 383].=De informatie over de „foulles et compositions'', door enige soldaten bedreven, gezonden door de provinciale Raad van Artois, werden in handen van La Motte gesteld om te onderzoeken en er in te voorzien [SG 1576-1577, deel 1, blz. 392]=Op 13 november 1577 is op de remonstrantie van Willerval voor de betaling van ƒ1400 aan Jan Francisco Capello beschikt: deze te betalen uit de eerst inkomende gelden van Lille, Douay en Orchies en Artois; aan Liedekercke en Michiel van Breen te schrijven, om de genoemde som tot betaling van Capello, wien dit ook geschreven zou worden, achter te houden [SG 1576-1577, deel 1, blz. 459]=op 20 november 1577 werd op het request van kapitein Pierre d'Estlingen onder Capres beschikt: Van der Beken te gelasten de suppliant de door hem gevraagde maand te betalen; dit uit de eerste gelden van het accoord van Artois [SG 1576-1577, deel 1, blz. 413]=Besluit van 19 december 1577 om de laatste remonstrantie „en Arthois (1. thiois) tant pour les gens de pied que de cheval' aan de Staten van Artois om advies te zenden  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 422]=op 22 december 1577 naar aanleiding van de brieven van Capres wordt besloten hem te schrijven, dat men hem obligaties van Artois zendt tot een bedrag van 20.000 p., opdat hij zich in zijn naam verplichte, om 11.000 p. aan zijn compagnie te furneren en de rest te Brussel te bezorgen  [SG 1576-1577, deel 1, blz. 424]=op 28 december 1577 een „mémoire": voor te stellen, of de Staten goedvinden de bendes van Rumenghien, Moerbeke, Evre naar het kamp te zenden, hen voor twee maanden betalende uit de quote van Artois in de 400.000 p. art. en van „autres neuff' mille £, estans de XX mille £, portées par leurs obligations"   [SG 1576-1577, deel 1, blz. 430]=op 10 januari 1578 vonden de Staten goed, dat de quote van Artois in 200.000 p. art., door de meeste gewesten ingewilligd, voor de compagnieën „d'hommes d'armes" van Rumenghien, Moerbeke, Bailleul en Evre, resp. 50, 40, 30 en 20 man, gebruikt zou worden, om ze tegen de vijand te kunnen aanwenden voor drie maanden  [SG 157-1579, deel 32, blz. 139]=op 25 januari 1578 werd de Staten van Artois toegestaan 18.500 p. te betalen aan de compagnieën van Rumenghien en Moerbeke als 2 maanden gage op aftrek van de 2e maand van hun quote in de 400.000 p. art.; hiertoe ordonnantie verleend op Van der Beken op aftrek van de quote van 100.000 p., vervallen 25 december 1577 [SG 157-1579, deel 32, blz. 145]=Op 10 februari 1578 werd Van der Beken gelast Montigny en zijn drie compagnieën to Soignies, hoofd voor hoofd, 10.000 p. art. betalen voor 4 maanden gage na aftrek van de door hen reeds ontvangen „prestz"; het bedrag te nemen van de gelden, gekomen van de Staten van Artois  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 149]. =Op 26 juni 1578 gelastten de Staten naar aanleiding van het request van Adrien de Chistelles, gehoord het advies van de Kamer der Beden en de bedoeling van de gedeputeerden van Artois, deze laatsten de 50 soldaten van het kasteel van Renty in de andere garnizoenen van Artois op te nemen, hen te monsteren en te betalen als vroeger [SG 1578-1579, deel 2, blz. 194]. =Op 1 juli 1578 werd een brief van Inchy ontvangen om betaling voor het garnizoen van het kasteel van Kamerijk, aangezien de assignatie op Artois vruchteloos gebleken was  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 196]. =op 9 juli  1578 werd naar aanleiding van de brief van burgemeester en schepenen van St. Omer besloten opnieuw aan de Staten van Artois te schrijven, om niettegenstaande hun excuses 1678 p. te furneren en de betaling van het garnizoen van de stad van maand tot maand te continueren op aftrek van de gemeene middelen  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 197-198].=op 31 juli 1578 word een brief van Inchy ontvangen om betaling voor de soldaten in de citadel van Kamerijk, aangezien hij geen betaling van de Staten van Artois, op wie hij geassigneerd was, kon krijgen  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 206].=op 1 augustus 1578: Havre betaalde aan Schenck f 1500, om zijn ruiters naar bet kamp te doen gaan, onder belofte van indemniteit van Herchem aan Havre; op 13 december dit bedrag op de mondelinge propositie van Herchcm uit de generale middelen van Artois terug te betalen, waartoe Laurin zijn „lettre de recepte" te geven  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 204].=op 22 augustus 1578 werd een brief van Inchy ontvangen met de opmerking dat enige betaling, gedaan aan het garnizoen van Bapaume de soldaten hier oproerig heeft gemaakt; zij krijgen niets, noch van Artois noch van Henegouwen en dat de soldaten in de citadel van Kamerijk wilden muiten om betaling en dat er opeenhoping („amas") van paardenvolk in Frankrijk plaats had, om zich  op Artois te werpen . Besloten werd de Staten van Artois te schrijven, om hen te betalen uit de generale middelen en de confiscaties; verder een bedankbrief aan Inchy met copie van de brief aan Artois  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 212-213].=op 2 oktober 1578 werd besloten tot een rencharge aan Artois, om een maand gage aan Inchy voor te schieten  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 212-213].=Op de remonstrantie van Anthoine d'Alennes, kolonel van een regiment infanterie, werd beschikt, dat de Staten niet binnen jaar en dag konden overgaan tot de betaling van „debtes passées" noch obligaties hiertoe geven, wat men alleen gedaan had ten opzichte van afgedankte regimenten; dus geduld te oefenen, te meer omdat zijn oude compagnie betaald werd door de Staten van Artois ten laste van de Generaliteit. op 16 oktober 1578 word op het request van d 'Alenne beschikt conform Oranje"s advies: Laurin te gelasten hem een maand gage te betalen tot een bedrag van 338 p. art.  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 228-229].=Op 26 november 1578  het request van de burggraaf gezonden aan de Kamer der Beden, ter fine van advies. Op 27 november 1578 hem, gezien het advies van de Kamer der Beden, ƒ 6.000 te betalen in mindering van zijn vordering uit de generale middelen van Artois; indien hij hiermede niet tevreden was, hem te verzoeken geduld tn hebben tot na de betaling van de ruiters [SG 1578-1579, deel 2, blz. 241].=Op 9 januari 1579 werd vastgesteld een instructie voor Beaumont naar de Staten van Artois, waarvan het eerste gedeelte geheel gelijk was aan die voor Rassenghien: Est aussy expédient et du tout nécessaire que lesdicts d'Arthois envoient en toutte diligensse et promptitude leurs cotte es quatre cens mille livres, escheue dès le 25e de Décembre dernier, mesmes de advancher, sy aucunement leurs est possible, aultre leurs cottes qui escherat le 25e du mois présent, considerré que les aultres provinches ont faictetfont tous leurs debvoirs et que sans paiement le camp est sur le poinct de tourner en évidente rompturre et les gens de guerre prest de se disperser par les provinces et délaiser en campaigne l'entrée au pays libre à l'ennemy, aiant ses forches prestes et amasées pour destruire et ruinner iceluy pays  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 265].=op 2 maart 1579 werd de gedeputeerden van Artois gelast de obligaties à 37.500 p. art. voor Spinola te leveren volgens het met dezen op 23 februari 1579 gesloten akkoord. Op 29 maart 1579 werd op het request van Baptiste Spinola om 12.086 p. 2 st., restant in lakens van Vlaanderen, en 80.000 p. van de schuld van Brabant om te zetten in obligaties van Artois, van Vlaanderen en van Rijssel, Douay en Orchies, elk voor een derde, wegens zijn gift van 14.000 p., die hij de Staten aanbood, besloten: hiertoe aanbevelingsbrieven aan de er bij betrokken gewesten te zenden. Op 10 april 1579 wordt op het request van Spinola besloten aan Artois acte te verlenen namens de Staten met belofte, dat een derde van f 80.000 door Artois van de eerst te bewilligen bede kon afgehouden worden, mits deze geregistreerd werd in de Kamer der Beden en de Staten-Generaal naar advenant van de gift van f 14.000 profiteerden  [SG 1578-1579, deel 2, blz. 252].rechtspraakHof van ArtoisGeorge Rataller, geboren in 1528, was achtereenvolgens raadsheer in het Hof van Artois en in de Grote Raad van Mechelen en sedert 1569 president van het Hof van Utrecht, welk ambt hij onder allerlei politieke beroeringen tot zijn dood op 6 oktober 1581, heeft bekleed [BMHG 1904, blz. 111].BRONNENgeraadpleegde bronnenBMHG; DDB;  Navorscher 1851; NNBW1911; SG1576-1625literatuurBaelde, Domeingoederen, pp. 48-52 (16e e), 61 (id), 198-235(1551)Baelde, Financiële, pp. 21 -22 (1531 -51)Blockmans/Prevenier, Armoede, pp. 508 e.v. (15e-16e e)Braure, Etude, p. 176 (1498)Coutumes générales d'Artois, 1535Danckerts, Justum, Geographische und historische  Beschreibung der zehen Spanische Provintzen, Amsterdam o.J. [DDB]Demangeon, Albert, La Picardie et les régions voisines Filon, Francois, Histoire des états d'Artois depuis leur origine jusqu'à leur suppression en 1789, Paris, Arras, Durand/Topino. 1861Fruin, Zeventien, pp. 11 (1569), 21 (1558)Gachet, Rapport, p. 55 (15e e)Geographische und historische Beschreibung der zehen spanischen ProvinzenGoes, Register II, p. 634 (1549)Harduin, Alexandre X, Mémoires pour servir à l'histoire de la Province d'Artois, Arras 1763Henne, Histoire I, p. 72 (1435); II, pp. 306 (1519), 366 (1521); III, pp. 270 (1522), 288-289 (1522), 289 (1523), 290 (id), 302 (id), 306 (id), 320 (id); IV, pp. 7 (1524), 29 (id), 45 (1525), 55 (id), 99-100 (id), 135 (1527), 229 (1529); V, pp. 134 (1520-30), 138 (1531); VI, pp. 112 (1536), 168 (id); VII, pp. 130 (1521), 131 (16e e), 134 (1536); IX, pp. 125-126 (1551-52); X, pp. 18 (1553), 281 (1555)Hennebert, Jean Baptiste Francois, Histoire General de la Province d'Artois, Lille 1786Hermand, Alexandre, Histoire Monétaire de la Province d’Artois et des seignuries qui en dépendaient, Béthune, Fauquemberques, Boulogne, Saint-Pol et Calais, Chanvin fils, Saint-Omer 1843 [DDB]Kooperberg, Margaretha, p. 136 (1504)Lanz, Correspondenz I, p. 279 (1528); II, p. 668 (1536)L' Art De Vérifier Les Dates Des Faits Historiques, Des Chartes, Des Chroniques, Et Autres Anciens Monumens, Depuis La Naissance De Notre-Seigneur ; Band 2 Le Boucq de Ternas, Amédée, Histoire des choses les plus remarquables advenues en Flandre, Hainaut, Artois et pays circonvoisins, depuis 1596 jusqu'à 1674, mise en lumière par le sieur-Pierre Le Boucq, Douai 1857Meerkamp van Embden, Goudsche, p. 218 (1536) Meilink, P.A., Notulen en Generaal Advies van de Staten-Generaal van 1557/1558, in: BMHG 1934, blz. 263-369]Plouvain, Pierre Ant. Sam. Jos., Notes historiques relatives aux offices et aux officiers du Conseil provincial d’Artois, Douai  Deregnaucourt 1843Roger, Paul André, Archives historiques et ecclesiastiques de la Picardie et de l'Artois, Amiens Duval 1842Roger, Paul André: Noblesse & chevalerie du comté de Flandre, d'Artois & de Picardie, Amiens 1843Smidt/Strubbe, Chronologische I, p. 127 (1476) Trenard, Histoire, p. 98 (1296-99) Verhofstad, Regering, p. 149 (1558)overige bronnen Archieven.nl; Navorscher 1851-1854; BGN