Vertrek 03-07-2018 vanaf Amsterdam, Sunweb 15 dagen, Transavia, terug 17-07-2018
Dinsdag 3 juli 2018
La Palma
La Palma is het meest noordwestelijk eiland van de Canarische eilanden. De vlucht duurt 4 ½ uur. La Palma is een groen vulkaaneiland. Niet al te groot, ongeveer 42 x 24 kilometer. Het is half bewolkt als we aan komen vliegen. De hoogste top van het eiland, op 2426 meter hoogte, is nog zichtbaar boven het wolkendek. Dan dalen we naar de landingsbaan pal naast zee. Het vliegveld ligt in het oosten, nog geen 10 kilometer ten zuiden van de hoofdstad Santa Cruz de la Palma. En transferbus brengt ons naar het appartement dat we voor twee weken hebben gehuurd. Het ligt aan zee tussen het vliegveld en de hoofdstad in.
Woensdag 4 juli 2018
Los Cancajos
La Palma is een rustig eiland. De mensen komen er voor de natuur en het vulkaanlandschap. Aan de kuststrook waar wij zitten, bij Los Cancajos, is dat te zien aan de zwarte basaltrotsen in zee, het zwarte kiezelstrand en de direct hoge bergen naar het midden van het eiland toe. De huizen zijn heel kleurrijk en goed onderhouden. Het geeft een vriendelijk beeld met de goed verzorgde tuinen met tropische bomen, bloemen en planten.
Het appartementencomplex met centraal een zwembad en daar omheen tussen de palmbomen in allerlei tinten verschillende gevels verwondert me op de eerste ochtend. Vanuit de achterdeur kan ik het zwembad in duiken. De prijs van het appartement met vliegreis was bijzonder laag. Het ontbijt en avondeten dat we bijgeboekt hebben is relatief duur in vergelijking, ongeveer de helft daarvan. Het restaurant is aan de overzijde van de weg.
De temperatuur is zoals vaker hier bijzonder aangenaam. De Canarische eilanden liggen op de hoogte van Zuid-Marokko, westwaarts de Atlantische Oceaan in. Ze behoren bij Spanje. Geografisch gezien is het meer Afrika dan Europa. Door de koelere Atlantische winden is het er in de zomermaanden veel beter vertoeven dan bijvoorbeeld Griekenland of Turkije. De zonkracht is natuurlijk wel hoog ook al blijft de temperatuur vandaag onder de 27 °C.
We wandelen langs de boulevard naar Santa Cruz de la Palma, de hoofdstad met maar liefst 17000 inwoners.
Een kleine twee uur heen en voor mij een dik uur terug omdat ik alleen terugloop. Inge gaat met de bus, 1,37 euro waarbij je nog eurocenten terugkrijgt.
Donderdag 5 juli 2018
Zee en strand
De zee beukt en slaat op de kust. Een kracht die in de appartementen te voelen en te horen is. Het voortdurend duwen en trekken van golven met de kracht van de Atlantische Oceaan. Aan de kustlijn steekt het water blauw af bij het zwarte vulkaangesteente. Het opschuimend wit, de groene en blauwe tonen van het zeewater, dat stijgt en daalt, heftig in beweging is, lijkt nooit in rust te zijn. Om de zoveel slagen spat het water als een fontein metershoog op. Een donderslag achterlatend dat echoot in de lucht. Het bovenliggende wandelpad biedt oogstrelende vergezichten, een blauw paradijs met witte schuimvlokken. De groene bergen in het achterland gehuld in optrekkende mist.
Als de wolken opgeklaard zijn trekken sommigen naar het strand. Echt druk is het niet op het zwarte kiezelstrand. De mensen op de handdoeken lijken gele lichamen te hebben door de donkere achtergrond. In de baai lijkt de zee rustig, maar de gele vlag wappert en de gele pionnen geven de grens aan tot hoe ver je mag zwemmen. Daarachter is weer de woeste zee zichtbaar, het golfslagbad waar je niet terecht moet komen.
De golven in de baai zijn niet zo rustig als het lijkt. Je zwemt er heerlijk in de krachtige golven, als een dolfijn zo fijn. Maar niet te dol, de open zee dat is meer het terrein van de dolfijn. Een landdier hoort aan wal en niet als een vis in het water met uitzondering van een walvis, die hier ook gespot kunnen worden. Maar meer zijn hier de hagedissen op de rand van zee en land. Zonnend op een steen snellen ze heen, vragend voor een banaan, waar ze mee heen gaan.
Vrijdag 6 juli 2018
Krabben en hagedissen
Over de asfaltweg omhoog, de zon is heet. De trappen af, naar de baai. Op het zwarte strand is een parasol waar nog schaduw is. In zee zwem ik over grote golven tot de laatste gele baken, waar schuim wild vlokt en waar het de zwarte rotsen op kolkt. Terug ga ik, kruip naar land, wordt teruggegooid in zee. Waar hoor ik thuis: landdier, vis of reptiel? Opdrogen in het zwarte zand onder de parasol waar de schaduw weggelopen is. Tussen de stenen zijn de hagedissen, gevangen op het eiland; zij die de zee niet missen. Veel en groot vertonen zij zich in spleten en op rotsen. Er zijn erbij die een staart missen, maar vreemder nog dat sommigen bij mensen naar eten vissen. Er zijn ook poelen waar nog meer halve landdieren krioelen. Of zijn het halve zeedieren of ook reptielen? Ik moet even achter mijn oren krabben. Waar je ook kijkt, waar het zeewater even gevangen is, bewegen ze. Er zijn zwarten, er zijn roden. Zijn het krabben of kreeften? Het zijn krabben en krabben. Een krab zette ooit zijn scharen in een staart van een hagedis. De staart viel af en kronkelde naar zee. De staart van de hagedis werd een vis en schaarde zich onder de zeedieren. De hagedis kreeg jeuk aan zijn staart die weg was. Een waar gemis om zo zonder staart over het land te kruipen, hij bleef nog lang aan zijn kont krabben. Zo’n beet is een kleine hindernis voor een hagedis. Met een rotvaart groeit er een nieuwe staart. Algauw werd La Palma een eiland van krabben en hagedissen.
Zaterdag 7 juli 2018
WK voetbal
Het WK voetbal in Rusland is in volle gang en daar houden we rekening mee. Het is uitkienen op welke tijd we het beste naar het restaurant kunnen gaan. Gisteren gingen we na de wedstrijd België-Brazilië, het was al 21:00 uur. Je hoopt dan toch dat er geen verlengingen komen en penalty’s, want dan zou het voor België slecht kunnen aflopen en het restaurant zou gesloten zijn. Gelukkig konden we met volle maag terugdenken hoe België met 2-1 in de reguliere tijd had gewonnen.
Nu komt de laatste kwartfinale Kroatië-Rusland, we gaan eerst eten dan zien we de 2e helft nog. Ik heb zo’n vermoeden dat er verlengingen en penalty’s in zitten. De maaltijd is al betaald, dus die willen we niet missen. Goede beslissing, de eerste helft gemist, het vervolg met inderdaad verlengingen en penalty’s was spannend. We zouden niet meer hebben gegeten. Ondertussen whatsappen met zus en M. wie er gaat winnen. Poetin of Kroatië. Deze keer heb ik het mis, want ik zei zoals vorige keer: ‘Rusland wint met penalty’s’. Toen tegen Spanje had ik het goed. Nu was ik er dichtbij omdat het toch nog penalty's werden nadat Kroatië in de verlengingen op voorsprong was gekomen. Mis omdat Kroatië wint.
De halve finales worden:
België-Frankrijk
Engeland-Kroatië
De sfeer op tv is niet zoals thuis. Vooral met België is dat jammer. De Spaanse commentaren zijn druk en onverstaanbaar en dominant. De geluiden van het stadion zijn weggedrukt. De beelden uit Rusland zijn mooi en goed verzorgd. Er zijn weinig saaie wedstrijden. Het spel is snel. Het invoeren van camerabeelden met de videoscheids heeft een zeer positief effect. Er worden nu meer eerlijke beslissingen genomen. Grote landen werden vroeger vaak geholpen door een onjuiste beslissing van de scheidsrechter. Bij een twijfelgeval kon het kleine land het wel vergeten. Nu kan dat niet meer zo gemakkelijk met de meekijkende camera’s.
Vier goed spelende landen in de halve finale, allemaal Europees. Eindelijk na lange tijd is voetbalnatie Engeland er weer bij. Ze nemen het op tegen Kroatië.
In de andere halve finale het kleine België tegen de zuiderburen Frankrijk. Spannend zal het zijn!
Ik kan iets geruster kijken, want de wedstrijden zijn een uur vroeger, zodat we na afloop ook al is het met penalty’s, nog op tijd zijn om op ons gemak te eten.
Zondag 8 juli 2018
Nogmaals wandelen naar Santa Cruz de la Palma.
In een tred treden we de trappen eerst omhoog. Soepeler en lichter door het vele bewegen kunnen we nu beter de hoogte in stappen. Een wagen zou onze benenwagen niet bij kunnen benen. Daar is weer een trap met 198 treden, die een bus niet zou kunnen betreden. We lopen ver en in de hoofdstad Santa Cruz ook nog op en neer. Hoog en laag met kerkjes, pleinen en kruizen.
De boot van Columbus en kanonnen, liggen op het land te zonnen, op de rand van de zee, terwijl ik zwem als een schip op golven zeer hoog en laag, die me krachtig naar open zee trekken, in een Spaans verleden als een kogel naar Amerika zou zijn geschoten. Maar ik schiet foto’s, trotseer met camera de zee om krabben op te nemen. Drogend op het zwarte zand de kleurrijke huizen tegen de bergwand. De wolken die laat in de middag komen. De tijd die gaat en me laat dromen. Al wachtend op een langzame bus worden we ontvoerd door een taxi. In een paar tellen zijn we de benenwagen kwijt en snellen we in een racewagen terug naar het appartement. Ineens was de taxi daar, ineens zaten we er met vier personen in voor 1 euro p. p.. Aan het rijgedrag twijfelde ik even of we met een zelfmoordterrorist te maken hadden. Uren en uren gelopen en in een paar minuten waren we weer terug bij af. Goedkoper dan met de bus die er nog niet zou zijn geweest. Toch wel handig die benenwagens waar je niet op hoeft te wachten. Die de treden op en af stappen. Die langs smalle paadjes boven de zee kunnen lopen. Die langs een eng paadje naar beneden zouden willen. Maar dat hij dat niet mag omdat zij denkt dat hij zal vallen. Niet in een slip, dat zou ze niet willen. Zonder slip, dat zou ze willen.
Maandag 9 juli 2018
Fuencaliente vulkanen
La Palma, het eiland heeft de vorm van een diamant. In het zuiden in de onderste punt zijn er vulkanen. De laatste uitbarsting was in 1971.
De openbare bus gaat er vanaf de hoofdstad naar toe. De bus nemen gaat aanvankelijk niet gemakkelijk. We zijn in de veronderstelling vanuit Los Cancajos deze lijn te kunnen nemen. Bij het bushokje aangekomen is echter alleen Santa Cruz mogelijk. De rijrichting is in de tegengestelde richting van de hoofdstad, dus lopen we naar een volgende opstapplaats aan de andere kant van de weg. Daar aangekomen rijdt de bus voor onze neus weg. Een half uur later stappen we in de volgende. Deze bus houdt halt bij de bushalte waarvan we dachten dat het de verkeerde richting was. Niet dus! Daar hadden we gewoon op kunnen stappen. De overstap in Santa Cruz gaat goed. We zijn eindelijk vertrokken.
Het gaat niet snel, de heenweg naar Fuencaliente. Bij vele haltes wordt gestopt. Traag gaan we omhoog, het eiland op. Het is een beetje heiig langs de kust. Vaag worden andere Canarische eilanden zichtbaar: vermoedelijk Tenerife, La Gomera en El Hierro.
In Fuencaliente stappen we uit. Een eenvoudige straat waar zo lijkt niets te beleven is. Gelukkig is er een toeristeninformatie, waar we een kaart krijgen met de weg naar de vulkanen. In de verte zie ik een berg zwart zand, alsof het daar met een paar vrachtwagens op een hoop is gelegd. We wandelen in de hete zon langs een straat waar krachtige bloemen groeien. Dit gebied is ook een wijnstreek door de goede vulkaangrond met vele mineralen. De druivenstokken groeien op de grond.
De berg zand blijkt de vulkaan te zijn en hoe dichter we erbij komen hoe groter hij wordt. De entree is 5 euro p.p., er is ook een visitor center bij. Een weg van zwart gruis gesteente gaat redelijk pittig omhoog en dan aanschouwen we een grote krater die diep naar beneden gaat. Dit is een krater van een vulkaan uitgebarsten in 1677. Op het hoogste punt kijken we uit op de punt van de diamant. In de diepte in de krater zien we bomen klein als planten. Naar de zee in het zuiden is de in 1971 uitgebarsten vulkaan zichtbaar. In het visitor center worden foto’s en videobeelden van deze uitbarsting getoond. Indrukwekkend zijn de lavastromen van vuur die uit het binnenste van de aarde rode rivieren van vloeibaar gesteente voortduwen.
Intussen zijn we zelf ook heet geworden na een korte pauze, waarbij ook zoals boven op de vulkaan en vrijwel overal op het eiland de hagedissen ons vergezellen. Haastig gaan we terug, want spoedig vertrekt er via een andere lijn de bus. Deze keer zijn we op tijd en via deze route gaat het veel sneller. De bus rijdt langs de kust, het uitzicht is mooi. We rijden hoog boven het vliegveld en ongeveer ter hoogte van onze locatie stappen we uit i.p.v. Santa Cruz. We gokken het er op om hier naar beneden te gaan. We vinden een steile weg naar beneden. Hier zijn veel bananenplantages met grote trossen bananen aan de mooie bomen. Aan de meeste bomen hangt een grote paarse bloem die naar beneden is gericht. De grote groene bladeren ritselen in de wind. Bij het geluid kijk ik telkens of ik een dier zie. Hagedissen met blauwe koppen, de mannetjes, vertonen zich bij de stenen afscheiding, waar genoeg kieren zijn om weg te duiken. Maar het is de wind die ruist in het bananenbos.
Langs een steile weg richting vliegveld gaan we nog verder naar beneden, maar de weg buigt naar de verkeerde richting af en we moeten hetzelfde stuk weer omhoog. Het is veel verder dan gedacht omdat er geen goede weg naar beneden is. Met een omweg lopen we uiteindelijk als een stelletje Polen langs de snelweg. Dan eindelijk is er een wandelwegwijzer met Los Cancajos 1,5 km, die wijst naar een steile smalle weg naar beneden. De weg komt uit bij het kustpad, bij de bovenste tree van de trap met 198 treden, waar we afstappen. De zee laten we deze keer letterlijk links liggen, ook al is daar het strandje waar men lekker aan het zwemmen is, want wij moeten bijtanken van een vermoeiende, uitputtende reis. Drinken en eten!
In de avond mag ik genieten van een traditioneel La Palma rode wijn die, ik weet niet of het komt door invloeden van de vulkaan, zeer goed smaakt.
Dinsdag 10 juli 2018
Bananenbomen
Bij nader inzien, het ritselen van de bladeren bij de bananenbomen zijn toch hagedissen. Ik ga in hardloopkledij wandelen via de kust naar de 198 traptreden en dan de andere kant op richting vliegveld. Een weg loopt parallel boven de startbanen. Vrachtwagens met bananen gaan rechtstreeks naar de luchthaven. Ze komen van de berg af, waar wij gisteren ongeveer gelopen hebben. Nieuwsgierig ga ik een steile weg op om te kijken of we gisteren de verkeerde keus gemaakt hebben door om te draaien. Het is een soortgelijke straat, maar niet dezelfde. Het lijkt haast zeker dat we bij het vliegveld waren uitgekomen als we verder waren afgedaald. Ik loop nu over dezelfde weg tot de splitsing met het bordje Airport, die ik nu volg in tegenstelling tot gisteren, toen we dachten, daar hadden we af gemoeten. Maar nu kom ik ook weer op een ander punt uit dan gedacht. Recht onder me zijn de appartementen waar we verblijven. Ik sta een berg hoger en probeer dan maar weer een geschikte weg ernaartoe te vinden. Het is een fikse wandeling van bijna twee uur geworden, in de hitte zonder drinken mee te nemen. Tijdens deze wandeling kwam ik tot de conclusie dat het ritselen bij de bananenbomen afkomstig is van hagedissen, die ik nu telkens zag als ik ook het ritselen hoorde. Het kan natuurlijk zijn dat als de wind de bananenbladeren laat trillen hetzelfde ritselgeluid ontstaat. Misschien hebben de hagedissen dit geluid geïmiteerd als een soort camouflage. Hagedissen zijn slim. Ze staan niet voor niets afgebeeld als symbool van het eiland La Palma.
In de middag een heerlijke stranddag met veel zwemmen, lezen en de krabben, die soms groot en rood zijn als kreeften, als onze huid.
Woensdag 11 juli 2018
Tazacorte - Fuencaliente zoutpannen
Een auto gehuurd voor drie dagen, een Kia Picanto.
Dwars over het midden van het eiland naar de westkust. Een klein stukje tunnel is recht, voor de rest veel bochten en hoogteverschillen. Je rijdt tenslotte over een berg.
In Tazacorte domineren de bananenplantages en mooie hofjes daar omheen. Aan het strand is het ook kleurrijk en gezellig aangekleed, al is het kleinschalig. Het strand is afgezet, daar mag niemand op. Het is indrukwekkend de golven te aanschouwen, die, zo lijkt het, vanuit rust ineens krachtig toeslaan, als een roofdier, en de parasols op het strand plotsklaps onder water zetten. Verraderlijk, de lifeguard gaat ineens rennend een aantal mensen terughalen die het gevaar niet hebben ingezien.
Er is een haven waar boottochten langs de westkust worden gemaakt waar walvissen en dolfijnen te zien zijn. Ze zijn wel aan de prijs.
We gaan verder met de auto langs de westkust naar het zuiden. Aan de westkust is het warmer dan bij ons in het oosten. Het is minder bewolkt en het ligt uit de wind. Je zou verwachten dat er juist meer wind is in het westen, maar hier gelden andere regels. De weg is beter te berijden dan het eerste gedeelte over het eiland, ware het niet dat er over een lang stuk wegwerkzaamheden zijn. Verkeersregelaars telefoneren met een collega een paar honderd verderop, wachtend op het teken om het stopbord om te draaien.
In Fuencaliente gaan we via een klein weggetje op de kaart naar de zuidpunt van het eiland. Hier is de vulkaan die in 1971 uitgebarsten is, die we een paar dagen geleden uit de verte zagen. Het is een zwart berglandschap, indrukwekkend en hoog als je naar de andere vulkaan kijkt. Mooi als je naar de zee kijkt, krachtig en blauw. De onderste punt van de diamant, briljant. Heel mooi om bij de vuurtoren rond te lopen en de zoutpannen te verkennen. Gekleurde baden waar zout wordt gewonnen.
Donderdag 12 juli 2018
Los Tilos
Dag 2 Kia, met de auto naar het noordoosten van het eiland La Palma. Klimmen en zigzaggen, boven de 70 km/u halen we nooit en dit is de rode weg op de kaart, de hoofdweg. Dit eiland is een hoge berg, direct oprijzend uit zee tot een hoogte van 2426 meter halverwege het eiland, met de Roque de los Muchachos als hoogste punt.
De noordelijke helft is hoger dan het zuiden. We rijden zowat langs de kust en daar is het al hoog. Bij San Andres Y Sauces gaan we via een gele weg, een kleinere lokale weg, het binnenland in. Het is heel groen bebost en hoog. Bij Los Tilos parkeren we de auto en gaan met onze bergschoenen aan wandelen. De heenweg gaan we eerst omhoog door een groen berglandschap met ravijnen en hoge groene uitzichten. Het eindpunt is een smal paadje naar een uitkijkpunt met mooi uitzicht over het berglandschap. Dan dezelfde route terug naar de auto. Het is hier een stuk koeler dan aan zee.
Op de terugweg even bij Charco Azul waar baden met zeewater vollopen, maar dat valt tegen. Snel weer rijden naar Las Nieves boven Santa Cruz, een kerkje met pleintje in de bergen waar eens in de vijf jaar pelgrimstochten naar toe worden gehouden. We komen via een heel steile smalle weg aanrijden. Het is een mooie locatie.
Terug naar Los Cancajos, het is inspannend rijden geweest. Even een boek lezen op ons terras van Lago Azul en dan in het zwembad een aantal baantjes trekken.
De angst en vraag is nu: gaan we morgen naar het hoogste punt? Een hele steile zigzagweg staat in de boeken te lezen. Is de Kia daar geschikt voor of gaan we ergens anders rijden? Is het niet te riskant op vrijdag de 13e?
In de avond loop ik nog een keer heen en weer langs de kust en de 198 trappen tot het bord Los Cancajos. Daarna proeven van de vulkaanwijn Teneguia.
Vrijdag 13 juli 2018
Roque de Los Muchachos
Op deze dag van bijgeloof... precies drie maanden geleden op vrijdag de dertiende vlogen we naar Marokko en ook deze dag ga ik de hoogte in. Nu met een Kia Picanto. Ik ga naar het hoogste punt van het eiland: de Roque de Los Muchachos 2426 meter.
Wegens het grote gevaar van het rijden op deze gevaarlijke route ga ik alleen. Het is nog maar de vraag of de Kia de steile wegen op kan en niet achteruit het ravijn in zal storten. Daarom kunnen de ouders beter niet samen deze tocht ondernemen, de kinderen zouden ineens wees kunnen zijn. Dat moeten we niet wagen op vrijdag de dertiende. Bovendien is de lucht daarboven heel ijl. Alle gekheid op een stokje, mijn wederhelft heeft een rustdag.
Een gele zigzagweg op de kaart die van oost naar west over het eiland gaat. In het midden ongeveer is het hoogste punt. Het is een bijzonder goede asfaltweg. Eerlijk gezegd is het de beste weg van deze drie dagen. Lekker ontspannen rijd ik naar boven. Het is heel rustig, de haarspeldbochten zijn goed te nemen. Af en toe stop ik voor een foto. Eerst hoge bomen, bos en een koude mist van de wolken die altijd aan de oostkant van het eiland ontstaan. Hoger en meer naar het midden is de koude verdwenen en schijnt de zon stralend. Onder mij is een wit wolkendek zichtbaar en in de verte steekt de vulkaan van Tenerife zwart boven de witte wolken uit. Bij de Los Andenes is een heel mooi uitkijkpunt over de bergrotsen met flarden van wolken en de zee in twee richtingen. De begroeiing langs de weg is nu kaler met veel gele bloemen. De lucht is helderblauw. Dit is één van de beste plaatsen op Aarde om sterren te observeren. Vlakbij het hoogste punt staan dan ook vele sterren observatoria. Ze zijn nog nieuwe aan het bouwen. Ernaast zijn twee landingsplaatsen voor helikopters. Volop bedrijvigheid als ik er langs rijd.
Bij de Roque de Los Muchachos is een kleine parkeerplaats waar nog net een plekje vrij is. Wat een natuurschoon, wat een plaatje, waarachtig een formidabele plaats om te zijn. Nu, hier, vandaag bij dit mooie weer. Ik kan natuurlijk niet eeuwig hier blijven en daal via de andere kant van de berg af, naar het westen. Korter zou zijn geweest: dezelfde weg terug. Maar nu ik hier ben, wil ik zo veel mogelijk zien. De afdaling hier is steiler. Er wordt ook afgeraden om via deze zijde de berg op te gaan. Ik rijd dus in de goede richting. Ik doe het goed, misschien daarom dat het zo meevalt. Ook de afdaling is niet gevaarlijk. In de tweede versnelling, goed sturen en remmen, tegenliggers zijn er bijna niet. Er zijn wat serieuze haarspeldbochten, maar nee de gevaarlijke verhalen die op het internet de ronde deden, kan ik niet herkennen. Zoals ik ook geen last had van te weinig zuurstof op de top. Ik hoorde daar wel een man moeilijk ademhalen waardoor ik dacht aan het verhaal van ijle lucht. Maar zelfs toen ik daar wandelde en omhoog moest klimmen merkte ik geen verschil met zeeniveau. Veel wandelen is goed voor de conditie.
Via het noordwesten rijd ik naar het midden westen. Ook hier is het weer indrukwekkend hoe ze de wegen door de bergen hebben kunnen aanleggen. Mooie uitzichten over de stad Los Llanos.
Door de tunnel weer richting Santa Cruz. Dit is veel lastiger rijden: de juist weg, de juiste snelheid, flitspalen, plaatselijke bewoners die op je bumper kleven etc. Nou het is allemaal goed gegaan, 140 km gereden en nog voldoende brandstof in de tank om de auto in te leveren.
Zaterdag 14 juli 2018
Santa Cruz
De dag van vandaag is weer normaal. De auto is ingeleverd. Beter gezegd de sleutel ingeleverd. Ze hebben zelfs niet gekeken of de auto er wel staat, ook geen borg vooraf betaald. Het is een relaxed eiland. Geen parkeergeld, benzine 1,17 euro, alles normaal en niet duur.
Met de bus gaan we naar Santa Cruz voordat de winkels om 13:00 uur op zaterdag dicht gaan. Het toerisme is nog niet zo groots om open te blijven. We kopen allebei een armband met lavastenen. Voor mij nieuw, want ik heb nooit sieraden gedragen. Alleen even een trouwring, maar die zat veel te strak. Dit armbandje met ronde lavastenen, waarvan sommige met cirkels, het symbool van de eerste eilandbewoners van La Palma, brengt me dichter bij de natuur. Het herinnert me eraan dat mijn innerlijke natuur dichter is. Natuurlijk ben ik een dichter.
Daarna ga ik te voet terug in stevige pas, want ik ben ook een loper. Het is iets meer dan een uur lopen en op tijd terug voor de wedstrijd om de 3e en 4e plaats op het WK. België-Engeland 2-0. België dat van Frankrijk met 1-0 verloor is verdienstelijk derde geworden, maar had zeker een finaleplaats verdiend.
Na de wedstrijd die om 15:00 uur begon, gaan we naar het strand. Zwemmen tussen de klotsende hoge golven en al drogend een boek lezen.
Dan weer eten en een lichte wandeling om het eten te laten zakken. Een potje koffie zetten in het appartement en een ander soort vulkaanwijn proeven. Waren alle dagen zoals vandaag maar normaal.
Zondag 15 juli 2018
Finale
Een rustdag, niet veel spectaculairs vandaag. Mensen komen, mensen vertrekken. Nieuwe gezichten, de bekenden zijn weg. Vertrokken, nog even en we zijn ook weer weg. Het is meer bewolkt, er valt een drupje, eentje dan. Vreemd, want op zee is het helderder dan ooit en voor het eerst zien we vanaf onze locatie twee Canarische eilanden uit de zee oprijzen. Eerst was daar alleen maar zee te zien.
Vroeg in de middag: zee en strand. Op het strand ligt nu veel plastic. Het is eb en daar waar de zee zijn rommel neerlegt, ligt een strook met kleine plastic deeltjes, niet groter dan 1 cm. Normaal zouden dat schelpen moeten zijn, maar de nieuwe norm is plastic. Ook tijdens het zwemmen zie ik plastic in zee drijven.
Laat in de middag is er de WK-finale: Frankrijk-Kroatië. Kroatië is veel beter en de sympathieke ploeg. Frankrijk wint met 4-2 en is de nieuwe wereldkampioen.
Maandag 16 juli 2018
Los Llanos
Weer een uitstapje met de bus. Eerst lijn 500 naar Santa Cruz, daar overstappen op lijn 300 naar Los Llanos. Los Llanos is groter dan de hoofdstad Santa Cruz en heeft meer inwoners. Het ligt op dezelfde hoogte in het oosten, maar niet direct aan zee. We zijn er al eens met de auto doorheen gereden en dachten dat het niet de moeite was hier heen te gaan. Als je lang genoeg op het eiland bent, kom je er toch een keer terecht, vooral als je geen auto hebt en je er voor 2,10 euro met de bus heen kunt. Los Llanos is bij nader inzien ook de moeite waard om naartoe te gaan. Het heeft mooie straten, gekleurde huizen en sfeervolle pleinen met oude bomen waarvan het bladerdek hele terrassen overdekt. Ze zijn keurig bijgehouden. Op de achtergrond zie je bergwanden van de kratervulkanen, in de diepte de blauwe zee. Er is een strakblauwe lucht, alleen in het westen over de bergtoppen zie je voorzichtig een witte wolk over de bergrichel kijken. Duidelijk de scheidslijn van het eiland. In het oosten is er de wind en de bewolking die niet over de bergen gaat. In het westen is er minder wind of haast geen wind, de blauwe lucht en de temperatuur hoger. In de zomer is het voor ons in ieder geval aangenamer in het oosten. De temperatuur is elke dag rond de 24° C, geen regen. Als het onbewolkt is, is het veel te heet. Vaak is er wat bewolking en de wind kan behoorlijk zijn. Dat is lekker weer. Ook ‘s avonds hebben we nog geen warme kleding aan. En als het langs de boulevard koud dreigt te worden, ren ik even de 198 treden op.
Op de terugweg in Santa Cruz nog een krater armband gekocht, op terras een barraquito gedronken en ik ben daarvandaan te voet teruggelopen.
Dinsdag 17 juli 2018
Terugvlucht
De laatste dag van de vakantie. De vlucht is ‘s avonds en om 17:30 uur worden we bij het appartement opgehaald. Normaal moet je voor 12:00 uur uitgecheckt zijn, maar omdat er geen nieuwe gasten staan te wachten, mogen we er in de middag nog verblijven. Dat is ook wel zo leuk, want nu gaan we naar het strand en kunnen daarna nog douchen en omkleden. Dat doen we dan ook. Afscheid van het strand door er twee maal lang te zwemmen. Nog een keer naar de krabben kijken. Nog een keer stukjes fruit aan de hagedissen voeren. Nog een keer over de boulevard lopen, waar de zee op de zwarte lavarotsen beukt.
We worden opgehaald door een taxi die ons naar de luchthaven brengt. In vogelvlucht nog geen 500 meter. Twee weken lang zagen we de vliegtuigen opstijgen, niet heel veel per dag. Nu stijgen we zelf boven het appartement en langs de kust van La Palma op. Goed is te zien hoe de bewolking tegen het eiland aan gedrukt wordt. De zon schijnt krachtig. Onder ons is een witte donsachtige wolkenmassa. Op de hoge delen van het eiland is het helder. De vulkaanberg tekent zich helder af, als een donkere steen in het tegenlicht van een andere dimensie. Even later is er een prachtige zonsondergang, de zon die in de wolken wegzakt.
In het duister zijn de lichtjes van Lissabon zichtbaar, het silhouet van het land gescheiden door de zee en een rivier.
Tot slot is het uitzicht in de hoge atmosfeer als een zee waarbij de kleuren anders zijn. De zee is zwart met wat lichtstippen, de einder is oranje, vloeiend van geel tot rood. De hemel heeft schakeringen van geel tot helderblauw in de verte en donkerder tot donkerblauw hoog in de lucht. Een paar rode lampjes van het vliegtuig en het geronk van de motor zou even goed van een boot kunnen zijn. Aan de hemel hangt een halve maan en een even heldere poolster om de koers te bepalen.
Zo te zien vliegen we naar Amsterdam en is de vakantie ten einde.
Woensdag 18 juli 2018
Schiphol, trein en bus
Nou nog niet helemaal ten einde, want we moeten nog naar huis. We landen om 01:00 uur Nederlandse tijd. Dit was het probleem vooraf, dat we bijna deze reis niet boekten. Nu is het probleem nu, want er rijden in de nacht geen treinen en een andere oplossing hebben we niet geregeld. Om 05:12 uur gaat de eerste trein. Tot die tijd zitten we op een bijna verlaten Schiphol op een stoel, waar andere reizigers door vrienden en familieleden worden opgehaald. Enkele lieden blijven over. Bewakers lopen rond, een bezemwagen schrobt de vloer, een ander staat de vloer te vegen, een muis loopt langs de muur.... Zo ziet het nachtleven er op Schiphol uit.
Met het rijden van de treinen komt het leven weer op gang. Op de snelwegen staan al files met auto’s. De eerste trein die aankomt zit bomvol. Gelukkig stappen ze allemaal uit. We vertrekken in een lege trein en daarna nog twee maal overstappen.
Om 07:00 uur zijn we in Eindhoven. Vanuit de trein hebben we, na de zonsondergang in het vliegtuig, de zon weer zien opkomen. Ondanks dat het hier zo heet is geweest en alles dor en geel is, is het veel frisser dan we gewend zijn. Te kil en koud voor mijn korte broek. Maar ja, op andere dagen in de nacht lagen we in ons bedje onder een laken of een dunne deken. Ingesmeerd tegen de zonnebrand werden we dan ‘s nachts zwetend wakker. Hier in Nederland is het klimaat geheel anders, wat meteen demotiveert.
De bus is als gepland ook precies op tijd. Dat is dan weer de Nederlandse precisie. In La Palma kon je nog wel eens drie kwartier op de bus wachten. De bus van de ons bekende lijn 17 komt al na een paar minuten aanrijden. We hebben ruimte genoeg achterin met onze reistassen. De bus rijdt een andere route; er zal wel aan de weg worden gewerkt. Toch gaat ie nu wel langs hele vreemde wegen en omdat we achterin zitten duurt het even voordat we van de buschauffeur vernemen dat dit een andere lijn is. Andere mensen zijn ook al uitgestapt. De buschauffeur heeft te laat zijn cijfers op het voorraam veranderd, toen we er al in zaten. Niks 17, de Nederlandse precisie is in vakantietijd niet altijd accuraat. Nu we uitgestapt zijn kunnen teruggaan naar het centrum, maar die bus komt niet. Dan lopen we maar naar huis. Drie kwartier later komen we doodvermoeid thuis. Stinkend autoverkeer, gestreste chauffeurs, vieze lucht, stinkende stad, vergeelde uitgedroogde planten, een schrale atmosfeer en een stad ontregeld door vakantietijd. Het is weer even wennen. Met weinig slaap zijn de contrasten moeilijker te verteren. Maar als we later op de dag weer bijkomen, weer samen met het gezin in ons huisje zijn, beseffen we dat we een hele fijne vakantie hebben gehad.