242 Gewapende aanslag

GEWAPENDE AANSLAG


Het weekend ben ik door.

Helaas, het is weer maandag.

Ik kan hem weer verwachten,

die zeikerd van een vent.

Gewapend met de wet

en met een fikse aanslag.

Hij doet maar fijn, van mij krijgt hij geen cent.

Hij waart langs vele deuren -

helaas ook die van mij.

Oké, ik heb wat schulden,

een duizendje of tien.

Geen mens serveert hem koffie,

laat staan met koek erbij.

Ik laat hem er niet in, mij niet gezien!

Ik leg m’n zakjes zand nu vlug strategisch voor me neer,

om veilig voor’t geweld te kunnen schuilen.

Ik sloop m’n vloer en graaf nog snel wat kuilen -

ik stel me tegen grof geweld te weer.

Nóg blijft het stil, maar schijn bedriegt, ik moet nu op gaan letten.

Geheid, hij ligt reeds klaar met zijn geschut.

Maar veilig diep vanuit mijn schuttersput

bereid ik me hier voor op al zijn zetten.

Hij maant maar, met zijn minne maanraketten!

© Vin 2018