192 Wat was was...

WAT WAS WAS...


Altijd fijn, zo’n museum,

een oord van vermaak,

van lering en studie der kunsten.

Het publiek krijgt een keur

aan bijzonders te zien -

een uitstalling te zijner gunste.

Zie, daar prijkt Attila.

Mensen staan te staren.

Hun kijkt hen op zijn beurt

fier en roerloos aan.

Naast hem Marco Polo,

Caesar en Columbus.

Hannibal en Kublai Khan.

In zaal 2 zien we scènes

uit duistere eeuwen,

vol beulswerk en helse torturen.

Men verblijdt de bezoekers

met gruwel en vrees

waar men ongegeneerd naar kan gluren.

Negen fraaie zalen,

alle met een thema,

leiden ons langs helden,

tijden lang vergaan.

Stijlvolle sculpturen

komen haast tot leven -

maar wat zie ik dáar nu staan?!!

We bevinden ons nu in zaal 10 - die moet nieuw zijn;

hier ben ik nooit eerder geweest.

En ach, smart en wee, wat ik hier zie is dat

waarvoor’k tijdenlang reeds had gevreesd:

een hippe collectie van sterren van heden,

met vips en bn’ers - van zulks -,

vandaag nog bekend, maar reeds morgen vergeten,

gemaakt in fabriekjes, in bulk.

Stopcontactje zoeken…

Graai doen in m’n draagtas…

Wachten tot ik kans zie…

Ja! Ik ben alleen.

Kiezen welke druifluis…

Bingo! Gerard Joling!

En nu fluks en wel meteen

overgaan tot daden,

knopje om en richten…

Oeps, dat gaat wat traagjes.

Standje drie - dát scheelt!

Goed dat ik die föhn heb;

kwestie van minuten

- hopla! -, en het wassenbeeld

wás een beeld.

© Vin 2015