TOEKAN
Voor m’n raam van’t hotel ‘Paradiso’
klonk een hels, hersentergend kabaal.
Elke ochtend en - bah! - elke avond
was’t alsof er een stoorzender aan stond,
knetterhard en met zonder signaal.
M’n vakantie werd stevig verziekt dus
door een vogel - dat bleek ‘t te zijn -
die beslist niet van’t zingende soort was.
Als dat beest nu nog éen minuut voortkrast,
zo besloot ik - hij kreeg me niet klein -,
zal ‘ie weten hoe spuug ik ‘t zat ben!
En zo stond ik nog binnen het uur
met een toeter van pittig postuur
megafonisch in laag-spaans te schelden
tegen’t beest dat me dagenlang kwelde,
maar nu plotseling zweeg als ‘t graf,
daar nog slechts hoogstverbouwereerd zat en
nog heel even wat tegengas gaf,
maar daar werd ‘ie héel rap hees en moe van.
Waaruit blijkt dat zo’n snavel ook toekan!
© Vin 2011