105 Maak het leger leger

MAAK HET LEGER LEGER


“Kijk, daar gaat ‘ie!”

Met een knikje over bakboord naar het schuimspoor

dat zich razendsnel verwijdert in de richting van het doel

richt de admiraal de aandacht op de daadkracht van zijn mannen -

van een enk’le in’t bijzonder.


“Da’s precíes het soort van inzet dat ik graag zie van mijn jongens.

Zulke absolute overgave, binding, plichtsgevoel.

Had mijn hele scheepsbemanning maar zo’n graad van dedicatie,

zoveel hartstocht in z’n donder!”


Als om dit laatste woord wat extra kracht te geven

weerklinkt op zee, wat verderop, een helse knal,

waarop het vloothoofd enthousiast een triomfantelijk gebaar maakt,

als betreft het hier een heugelijk geval.


“Er is helaas een groot tekort aan dit soort toegewijde krachten”,

merkt hij op, “want geen rekruut welhaast voldoet aan het profiel.

Ach”, verzucht hij

- waarbij ik me gaarne aansluit -,

“was elke marinier maar

zo torpedofiel!”


© Vin 2007