Maandag 13-12-10 - woensdag 15-12-10, Isla de la Graciosa. Eerst ontbijten in de kuip en omdat we op de AIS onze Noorse vriend Gery met de Margaretha hadden zien aankomen smeren we ook voor hem een broodje, welverdiend na een zware oversteek!
Dan naar het internetcafé om vaarbericht 19 te verzenden; en dit hier is het twintigste en laatste bericht van 2010. Maar wees gerust, of juist niet, in 2011 beginnen we gewoon weer bij 01.
Het dorpje Sociedad heeft wel iets weg van Culatra bij Faro, in een nette versie. Lage witte huizenblokjes omgeven door palmen, cactussen en vetplanten. Het oogt gezellig en ontspannen. Er zijn een paar kroegen aan de haven met terrasjes die de hele dag bevolkt zijn. En verder een paar winkels voor elementaire levensbehoeften en souvenirs, een bankje, een kerkje, gemeenschapshuis en in de haven een paar toeristenboten. De marina is klein met elementaire voorzieningen en erg goedkoop. De eilanders doen erg Spaans aan, spreken ook alleen maar Spaans, net goed voor ons.
Het eiland is mooi. Een kaal, glooiend landschap met een viertal dooie vulkanen, die er prominent in contrasterende kleuren bovenuit steken. De kust is rotsachtig, op enkele plaatsen onderbroken door kleine strandjes. Het valt ons op dat er in december nog vrij veel gezwommen wordt en als we, nieuwsgierig gemaakt, de watertemperatuur voelen, blijkt het water heerlijk warm, zo’n 23º. We wandelen een stuk langs de kust en dwalen wat door het dorpje. ’s Avonds eten we gigantische moten tonijn die Gery onderweg heeft gevangen. Heerlijk smaken die, maar wanneer vangen wij nu eens ons eerste visje?
Dinsdag huren we, samen met Gery, mountainbikes en fietsen het halve eiland in de rondte. Ik kan het niet laten om daarna de andere helft ook nog te doen. Woensdag wilden we eerst verder zeilen, maar we besluiten een dag langer te blijven en beklimmen één van de vier vulkanen.
Boven kijken we in de dode krater en hebben een schitterend uitzicht over het eiland en omstreken. Ook de plantengroei is heel bijzonder en we zien verschillende ons onbekende vogelsoorten die ook niet in onze Europese vogelboekjes voorkomen. Na de wandeling duik ik even het heerlijk warme en schone zeewater in, haal en passant de laatste stukjes visnet van de schroef, en douche me daarna in de kuip af met onze solarshower. En dat allemaal half december! Het lijkt wel (zomer)vakantie.
Donderdag 16-12-10, Isla de la Graciosa – Arrecife (Lanzarote), 24 mijl. Vandaag vertrekken we wel. Gery is gisteren al richting Tenerife verdwenen en vandaag gaan wij, evenals Mark en Vanessa, met Cornelia (en Sam de hond natuurlijk) waar we in Mohammedia naast lagen.
Om elf uur gaan de trossen los en met een windje drie glijden we op ons gemakkie de engte tussen Gracioso en Lanzerote uit, terug naar het noorden om daarna af te vallen naar oost en zuid om halverwege de oostkust van Lanzerote de “hoofdstad” Arrecife aan te lopen. Natuurlijk gaat onderweg ons vislijntje weer achter de boot en je zult het niet geloven, maar Josien vangt haar eerste minitonijntje.
Paniek alom in de kuip van Inísh want hoe krijgen we hem binnen, dood en geslacht. Maar uiteindelijk lukt het allemaal. Hij blijkt 500 gram schoon aan de haak en als ie ’s avonds op is hebben we nog nooit zo’n lekker visje gegeten!
Intussen lopen we hoog aan de wind op zeil de laatste twaalf mijl naar Arrecife terwijl Mark en Vanessa op de motor langzaam op ons inlopen en een klein kwartiertje na ons de haven bereiken. Er is een oude kademuur waar je gratis mag liggen en via de marifoon spreken we af dat zij langzij de muur gaan en wij bij hun buitenop. Als die klus is geklaard gaan Mark en ik per vouwfiets op zoek naar de havenpolitie om in te klaren (dat kon niet op Gracioso), maar die zijn al gesloten om vijf uur. Mañana.
Na de overheerlijke tonijn zitten we nog heerlijk in het donker in de kuip aan de koffie, en dan het vaarbericht bijwerken.
Vrijdag – zaterdag 17/18-12-10, Puerto de Naos, Arrecife (Lanzarote). Nou, Mark en ik dus de volgende ochtend als eerste weer op de vouwfiets een half uur heuvelop-heuvelaf naar de commerciële haven Puerto de Marmola, melden bij de Policia de Puerto, om in te klaren en voor een stempel in het paspoort (belangrijk volgens de pilot). Later blijkt dat ze helemaal geen politie maar havenautoriteit zijn. Toch moeten we de hele papierwinkel door en als voor Inísh de formaliteiten zijn afgerond blijk ik €27 te moeten betalen voor een plekje naast de Cornelia aan een kale kademuur. Als Mark vraagt wat hij dan moet betalen voor z’n 23 meter schip blijkt dat €84 te zijn, omdat hij rechtstreeks aan de muur ligt en niet naast een ander schip!! En als hij gaat ankeren? Dan is het gratis! Dus Mark gaat ankeren, maar ja, dan ligt Inísh direct aan de kade en moet zo’n €60 gaan betalen, dus, je raad het alweer: Inísh gaat ook ankeren. Wij naar de volgende deur, waarachter dan de inklaringspolitieman moet zitten, alleen is hij er niet. Wanneer dan wel? Tja, hij komt en gaat, probeer het nog maar eens. Op weg terug naar de boot zien we een politieauto, zou dat hem zijn? Ja, we zien de auto helemaal naar het havenkantoor rijden. Wij op een spurt terug naar het kantoor. En inderdaad, de man zit achter z’n bureau, omringd door sigaren en drank en cadeauverpakking. En raadt al dat we een stempel in het paspoort willen. Dat hebben we binnen een halve minuut.
Terug aan boord beginnen we te twijfelen aan onze dappere uitspraak te gaan ankeren: het ligt erg vol met jachten in alle staten van ontbinding, de houdgrond is slecht en het gaat steeds harder waaien. Uiteindelijk besluiten we aan de kade te blijven en ons verlies te nemen, we leven tenslotte heel goedkoop de laatste tijd. Wij weer een half uur heuvelop-heuvelaf naar het havenkantoor. Is inmiddels gesloten, terwijl de dames aan boord ook al een keer of vier bezoek hebben gehad van de Policia de Puerto, dus gaan we de volgende morgen maar weer. Kantoor gesloten. Bij terugkomst treffen we net het vijfde bezoek van de PdP, en klagen we dat het kantoor steeds dicht is. Hij belooft ons dat om twee uur ’s middags het kantoor open zal zijn. Wij dus klokslag twee op kantoor, de administratieve man komt er ook net aan maar weigert ons te helpen: “kom maandag maar terug”. Maar maandag zijn we weg, we willen zondag varen. Even later komt ook de PdP-man van de aanmaningen erbij en uiteindelijk besluit hij dat we gratis mogen liggen, tenzij we er maandag nog zijn, dan moeten we betalen. Pfffffffff . . . Nou, wij zijn maandag echt wel weg hoor!
Voor het overige wandelen we wat door Arrecife, een toeristische havenplaats zonder bijzondere bezienswaardigheden, zitten we wat op terrasjes en doen we de boodschappen.
Zondag 19-12-10, Puerto de Naos – Puerto Calero (Lanzarote), 13 mijl. Om een uur of half elf gaan de trossen los en tuffen we tussen al het geankerde spul door naar buiten. Het is mooi weer met weinig (tegen)wind, die zodanig draait dat het voor Inísh net bezeild is naar de volgende haven, een luxe marina ditmaal. Onderweg worden we op de motor ingehaald door een 40ft Beneteau, die ook gaat zeilen maar er toch niet in slaagt om Inísh te kloppen. Wij een hoge borst. Mark en Vanessa komen motorzeilend achter ons aan en halen ons vlak voor Puerto Calero in, zodat we mooi foto’s van elkaar onder zeil kunnen maken.
We melden ons samen aan bij het havenkantoor en krijgen ligplaatsen naast elkaar, gezellig.
Maandag 20-12-10 – woensdag 22-12-10, Puerto Calero (Lanzarote. We huren samen met M&V voor drie dagen een autootje, zodat we het eiland kunnen verkennen, onze gasflessen laten vullen en andere uithuizige boodschappen doen. ’s Avond verwennen M&V ons met een heerlijke pasta met cocos en kip aan boord van de Cornelia.
Dinsdag hebben wij de auto en rijden het eiland in de rondte. We zien mooie vulkaankraters,
en we hebben magnifieke vergezichten,
ondermeer op Isla de la Graciosa waar we eerder lagen. We zien ook immense toeristenprojecten waar honderden vakantiebungalows staan rechtsgericht met allemaal een steenoven op de patio. Die avond trakteren wij op onze beurt M&V op een pan bami.
Woensdag hebben zij de auto en ben ik de halve dag bezig om de elektrische aansluitingen van AIS en navtex te reorganiseren, want er gingen allemaal controlelampjes knipperen waar dat beslist niet moest. Ik hoop dat alles nu goed functioneert.
Donderdag 23-12-10 – vrijdag 24-12-10, Puerto Calero (Lanzarote) – Las Palmas (Gran Canaria), 101 mijl. We starten deze oversteekdag rustig op, want we moeten toch de nacht doorzeilen en als we te vroeg vertrekken, komen we in het donker aan.
Dus gaan we om 13 uur, na afscheid van Vanessa en Mark te hebben genomen, hoewel we ze misschien wel weer ergens tegenkomen. Eerst hebben we weinig wind en vlak water in de luwte van Lanzerote, maar als we in het kanaal tussen Lanzerote en Fuerteventura komen gaat het stromen (mee gelukkig), hobbelen (er staat een korte steile deining) en waaien, zo’n 15-20 knopen. Die wind houden we een aantal uren, waar deining en stroming langzaam weer afnemen. Al met al kunnen we zo’n 70 mijl zeilen, eerst met halve wind, dan bakstag. Er komt nog een reusachtige bottlenose dolfijn gedag zeggen, maar blijft niet bij Inísh. De nacht is prachtig, volle maan, zodat we goed zicht hebben. We lopen een vijftal andere zeiljachten eruit, er is vrij veel vrachtverkeer en een ferry probeert dwars door ons heen te varen. Op 1,6 mijl afstand roep ik hem op, had ons blijkbaar niet gezien, maar verandert onmiddellijk zijn koers. Leve AIS! Al op veertig mijl afstand kunnen we achter de horizon de lichten van Las Palmas zien, later ook de knipogende vuurtoren en nog later de vele lichtjes van de stad tegen de berghellingen op. In de vroege morgen zien we om de paar minuten een vliegtuig opstijgen.
Om half negen lopen we de haven binnen nadat we eerst nog tussen een aantal binnenlopende vrachtschepen moeten door-manoeuvreren. We melden ons direct bij de marina en dat is maar goed ook, want een andere Hollander die ’s nachts was binnengelopen met de “Sally Lightfoot” krijgt een uitbrander omdat’ie vast een ligplaatsje had genomen naast een bevriend Nederlands jacht, de “Bodyguard” (zie Muros, nw Spanje). We krijgen ook weer het verwijt dat we geen Spaans spreken, maar ik kan het deze keer niet laten erop te wijzen dat de Spaanse toeristen in Nederland ook geen Nederlands spreken. Hoeveel talen moet je leren als je reist? Hoewel, ik had eigenlijk toch wel Spaans willen/moeten leren, vind ik zelf.
Las Palmas is heel anders dan we de laatste tijd gewend zijn, gewoon een grote stad (370.000 inwoners) met veel hoogbouw en eigenlijk geen moer aan. Maar wel een goede en goedkope marina, goede winkels en van hieruit kunnen we misschien gemotoriseerd het eiland verkennen.
En de palmen zijn hier de kerstbomen. We hebben ook aanvulling van voorraden en wat scheepsspullen nodig. Verder is deze marina bijzonder omdat de ARC vanuit hier vertrokken is. Later horen we overigens dat veel ARC-zeilers naar de Kaap-Verden zijn uitgeweken door gebrek aan wind en als gevolg daarvan gebrek aan water en voedsel.
Zaterdag 25-12-10 (Kerstmis) – woensdag 29-12-10, Las Palmas (Gran Canaria). Een rustige kerstdag met 23º c., met een fietstochtje door de stad naar de noordkust, met een heeeeerlijke maaltijd van door Josien bereid kerstkonijn (hij was al geslacht), en met het samenstellen en verzenden van onze Nieuwjaarswens, ditmaal per e-mail, helaas is’ie wat vervormd overgekomen, hij was eigenlijk bedoeld als hiernaast. Zondag is helemaal een rustige dag, want alles is dicht, het lukt niet om een auto te huren of de toerist information te bezoeken, dus wandelen en klussen we wat, lezen de eerste reacties op onze Nieuwjaarswens (fijn om zo toch even contact te hebben) en nemen ons gemak ervan.
Maandag en dinsdag huren we een fiat panda, waar we het hele eiland mee rondtoeren, maandag langs de oostkust een stukje door het binnenland.
Dinsdag langs de indrukwekkende westkust en naar de hoogste toppen van het eiland. De op één na hoogste, Rocque Nublo (1817 m.) beklimmen we (alleen het laatste stukje hoor) en we bewonderen de dramatische rotsformaties (op de achtergrond de Pico de las Nieves, hoogste top (1942 m.))
We zien zelfs de top van de Pico de Teide, de hoogste berg van Tenerife én Spanje, (3717 m.!) boven de wolken uitsteken, op zo’n 60 mijl afstand! Op deze hoogte ben je boven de wolken, is de lucht heel helder en zie je “for miles and miles and miles”. Om er te komen hebben we wel een paar honderd haarspeldbochten en hoogtevreesverwekkende afgronden moeten trotseren. We zij erg onder de indruk van dit spectaculaire eiland.
Woensdag willen we naar Tenerife, maar de wind is tegen, dus doen we nog wat boodschappen, Josien gaat naar de kapper, we fietsen nog wat door de stad en maken ons klaar voor het mini-oversteekje naar Tenerife.
Donderdag 30-12-10, Las Palmas – Santa Cruz (Tenerife), 54 mijl. Om negen uur trossen los, sleutels inleveren bij de receptie en de haven uit. Dat duurt wel even, want de commerciële haven is heel groot! Daarna nog om het schiereiland la Isleta heen en een COG (course over ground) van 300º naar Santa Cruz. Er is weinig wind, dus wordt het weer motorsailen, alleen de laatste 20 mijl kunnen we net aan zeilen.
We worden opgelopen door een prachtige Deense tweemast brik, die later Eye of the Wind blijkt te heten (zie vaarbericht 2011-01) en halverwege komt er een hele grote school dolfijnen, van een ons onbekende soort, gedag zeggen en om de boot dartelen. We kunnen heel duidelijk hun sonar-piep-signalen horen.
Na een minuut of twintig nemen ze weer afscheid en daarna zien we alleen nog veel vracht- en ferryverkeer van en naar Tenerife. Om even na achten lopen we de haven binnen en omdat er geen reactie van de marina komt op onze aanmelding per marifoon duiken we zelf maar een geschikte box in, die later wordt goedgekeurd door de wat slaperige wachtman. Gegeten hadden we onderweg al, want Josien kookt ook lekker onder zeil (macaroni), de koffie zat er ook al in, dus gaan we lekker even flaneren in de stad, en dat valt niet tegen. Het centrum is mooi aangelegd en er zijn veel mensen op straat. Ook de alom tegenwoordige terrasjes zitten vol, wij strijken er ook maar neer voor een biertje. De sfeer is ontspannen en gezellig, helemaal niet de blasé-toeristensfeer waar we wel voor gewaarschuwd zijn. Voor ons terras wordt een leuke show opgevoerd door twee clowns die het publiek en langsrijdende automobilisten heel geestig betrekken in hun act. Ze krijgen dan ook de handen op elkaar. Op oudejaarsdag gaan we eerst achter de Volvodealer aan omdat we nieuwe zinkanodes nodig hebben op de schroef, dan doen we boodschappen in een mercado, hier een soort overdekte markt, heel gezellig en goedkoop. En nu is Josien oliebollen aan het bakken, terwijl ik probeer om dit vaarbericht via een illegale verbinding te uploaden, want er is hier geen wifi helaas. Voor oudejaarsavond wordt al een feesttent in gereedheid gebracht, dus we kunnen hier goed van jaar wisselen. We zullen onze dierbaren overigens wel extra missen morgen, nu we zo ver van huis zijn, al waren we anders ook vaak samen met oudjaar.