Vaarbericht Inísh 2014-17&18 Madagaskar - Richards Bay, Zuid-Afrika.

Dinsdag 15 september - woensdag 8 oktober, Madagaskar - Maputo, Mozambique, 940 mijl. Wat me nog nooit is overkomen, vandaag zat de laptop muurvast en toen ik hem herstartte was ik alle tekst van vaarbericht 17 kwijt. Nog steeds een bestand van 20 kb, maar alleen lege pagina's te vinden. Hopelijk komt het weer eens te voorschijn, maar ik heb geen zin om het hele verhaal opieuw op te schrijven.

Dus even wat highlights. Bij een mooi eilandje voor de kust van Madagaskar . . .

. . . hebben we Mystic met Randy en Jenny weer ontmoet (zie Rodriguez).

Randy heeft onze koelkast gerepareerd, dat maakt het leven weer wat comfortabeler.

We hebben een dag in een prachtige baai gelegen, waar we Baobabs en maki's hebben gezien. De maki's zomaar vlak boven ons hoofd in een grote boom, helemaal niet eenkennig.

Foto

Daar vlakbij een prachtige bungalow, gebouwd van riet en bamboe. De bewoner was niet thuis, maar de oppasser liet ons graag een kijkje nemen.

Een (voor ons idyllische) ontmoeting in die baai met een moeder en dochter in een visprauw:

Daarna langs de kust in dagtochten tot Baie de Baly, waarvan nog een paar foto's:

waar we Solace met Paul en Gina weer hebben ontmoet, samen met hen zijn we begonnen aan de oversteek.

Zeven dagen varen met weinig wind. Solace heeft ons midden op zee vier cans diesel afgestaan, nog nooit zo lang zo weinig wind gehad.

Daarna vijf dagen ongemakkelijk voor anker achter een eiland bij Inhambane voor de kust van Mozambique vanwege harde tegenwind . . . en nu liggen we opnieuw verwaaid,

ditmaal in Maputo.

Hier kunnen we tenminste aan wal, het inklaren was een eitje en Maputo is een leuke stad. Alleen het ankeren is weer niet zo fijn, want de rivier is open naar het zuidoosten, en daar tunnelt de wind doorheen, terwijl we iedere zes uur omdraaien door de stroom.

Onderweg hebben we alle soorten wind en water gehad en vooral heel veel walvissen gezien,

soms heel dichtbij.

Momenteel zijn we teleurgesteld dat we nog steeds niet in Zuid Afrika zijn en dus niet naar Nederland kunnen. Zo gauw het verantwoord is doen we de laatste 200 mijl en dan zo snel mogelijk naar huis vliegen.

Donderdag 9 oktober - zondag 12 oktober, Maputo - Richards Bay S.A. 204 mijl. We liggen in Maputo op de rivier, aan de monding met de zuidoostenwind vanaf de baai recht naar binnen aan lage wal. Solace probeert verderop bij de small craft harbour een beschutter plekje te vinden maar daar is het veel te ondiep. dus gaan we naar de andere kant van de rivier bij de ferrysteiger (zodat we daarmee naar de stad kunnen). Maar ook die ankerplaats is niet ideaal. We liggen wel aan de hoge wal maar het stroomt 2 knopen en verderop hebben ze met zand in kunststof zakken geprobeerd een oeverbescherming te maken. Met het gevolg dat de bodem vergeven is van de plastic zakken waarop ons anker dan weer gaat krabben. Na drie keer ankeren liggen we eindelijk goed vast. Maar ik durf niet meer van boord, dus gaan donderdag de Solaces naar de stad en vrijdag de dames samen.

Dan zien we een gaatje in de tegenwind: zaterdagochtend draait de wind naar oost en noordoost, tot zondagavond blijft dat zo, dus kunnen we net de tweehonderd mijl naar Richards Bay halen, al is het krap. Om half vijf in de ochtend gaan we ankerop en de dertig mijl de baai van Maputo uit kunnen we heerlijk zeilen met een zuidwesten windje en de ebstroom 1-2 knopen mee. Maar als we buiten op die verraderlijke Indische oceaan komen valt de wind geheel weg en wordt het weer diesel verbranden. Tot overmaat van ramp krijgen we in plaats van de beroemde Agulhasstroom mee, eerst een halve en later een hele knoop stroom tegen. Shit! Shit! Zo wordt het wel een erg stressy tocht, want als we te laat aankomen in RB hebben we echt een probleem! Veel wind tegen veel stroom geeft golven waar we niet tegenin kunnen, dus zitten we min of meer opgesloten: doorgaan kan niet en terug naar Maputo geeft stroom tegen (hoewel??). Ik had op internet al uitgebreid gezocht naar detailinformatie over die stromingen hier, maar kennelijk verandert het regelmatig en is er geen gedetailleerde documentatie van de stromingen beschikbaar . . . behalve dan op de C-map-kaarten, want als ik die nog eens goed bestudeer ze ik blauwe rondjes, die, als ik ze aanklik, ondermeer richting en kracht van de stroming aangeven. En uit al die rondjes samen kan ik opmaken dat er hier een grote neer zit met een diameter van zo'n twintig mijl. Aan de kustkant naar het noorden, aan de buitenkant naar het zuiden, We hadden dus twintig mijl de kust uit moeten gaan en 2 knopen stroom mee gehad. Dat had zeker geloond, maar nu is het te laat, dus maar weer veel diesel verstoken om RB op tijd te halen. Gelukkig gaat in de vroege zondagmorgen de stroom eruit en dan meelopen en de wind opsteken. zodat we een uurtje later met ruim twee knopen stroom mee en ruim twintig knopen wind achterop, met eigenlijk teveel zeil op, uitgeboomd, gemiddeld acht en soms wel tien knopen lopen. Gaan we het dan toch nog halen op tijd? Maar dan komt het slechte nieuws van het peri-peri-net: de zuidwester steekt al 's middags op, tussen twee en vier. Verzachtend is, dat het maar langzaam opbouwt, de eerste uren 10-15 knopen. Nog nooit zo'n zenuwslopende tocht gehad. Ook Paul klinkt erg gespannen door de marifoon. Als het dan zo'n twee uur is en wij bij St. Lucia's Kaap zijn, nog zo'n 15 mijl te gaan, valt vrij snel de wind helemaal weg om een half uurtje later weer op te steken, maar dan tegen. krreunnn. Dus weer volop de diesel erbij. Al gauw wordt het gehobbel merkbaar en na een halfuurtje gaan we nog maar 3-4 knopen op bijna vol motorvermogen met als hulp en steun een gereefd grootzeil, waar ook alweer een scheur in zit, maar dat laten we maar even zo, die wordt niet groter. En o, wat kruipen we dan vooruit en o, wat is het spannend! Eerst 10-15 knopen wind, maar na een uurtje af en toe boven de twintig, later af en toe 25. Stress stress. Toch kruipen we langzaam maar zeker richting veilige haven. Over de marifoon horen we dat Solace om vijf uur binnenloopt (hebben ook drie uur gezwoegd). Wij moeten dan nog zo'n acht mijl. Intussen hebben de walvissen plezier voor tien, want we zien overal om ons heen de spuiters, bolle ruggen en gevorkte staarten uit het water. We kunnen er even niet ten volle van genieten.

En dan, eindelijk, tussen zeven en acht uur 's avond schuift ook Inísh heel langzaam tussen de havenpieren, waarna het water vlak wordt en de wind afneemt zodat we met normale snelheid en motorvermogen de laatste mijl naar de marina kunnen afleggen. Grootzeil naar beneden en via de marifoon geloodsd door Paul vinden we al snel de voor ons gereserveerde ligplaats naast Solace waar vele behulpzame handen ons helpen om Inísh vast te knopen. Wat een opluchting, wat een euforie. We did it! We made it! No damage, behalve die scheur in het grootzeil, maar de zeilen moeten toch vervangen, dus daar malen we ff niet om. We worden door Solace uitgenodigd om meteen mee te gaan dineren in één van de havenrestaurants, maar daar zijn we te uitgeput voor. We willen alleen nog maar een borrel om het te vieren en dan slaaaapen! De klok rond!

Maandag 13 oktober - vrijdag 17 oktober, Richards Bay S.A. We liggen zo heerlijk hier, lekker in een marina, waar je zo van boord kunt, de waterslang in je tank kunt hangen, de stroom zo uit een kabel komt, de restaurantjes lonken aan de wal, de laundry om de hoek is, de convenientstore om de volgende. En de Zuid-Afrikaners klaar staan om je een lift naar de stad te geven, af te zetten bij de gaswinkel voor een vulling van je gasfles en dan naar de gigantische supermarkt om weer verse spullen te kopen. Het inklaren gaat soepel, al merken we wel wat van animositeit tussen de witte en de zwarte officials. Tegen ons zijn ze allemaal allerhartelijkst. De twee zwarte douanedames des te meer als we ze laten weten dat we het ANC-volkslied Nkosi Sikelele Afrika, God bless Africa, het mooiste volkslied ter wereld vinden. En wie zou dat niet? Zoek maar op bij YouTube. Ineens hebben we weer een druk landleven. Want naast bovenstaande activiteiten moeten we de vliegreis regelen en we willen Inísh gedurende ons Nederland-verblijf op het droge. En we moeten nieuwe zeilen regelen. En veel diesel.

Dinsdag neemt Lawrence, een Zuid-Afrikaans schrijver en zeiler, ons onder zijn hoede.

's Avonds gaan we uit eten met Paul en Gina waar we zo geweldig mee hebben opgetrokken tijdens de oversteek. Our treat. Veel vlees voor weinig geld is het menu hier. Woensdag wachten op diesel, 's middags Inísh verkassen naar de jachtclub, waar ze donderdag uit het water gaat. En dan, eindelijk, gaat crewInísh vrijdagochtend in alle vroegte op de shuttlebus naar Durban en 's avonds in het vliegtuig naar Holland!