20 mei – 6 oktober, Simon's Town – Hoorn. Het was een moeizame vlucht van Kaapstad naar Amsterdam, Josien had veel last van haar rug, hoewel de vliegtijd wel snel omging door het grote filmaanbod en de goede catering.
Misschien moest het zo zijn dat we langere tijd thuis verblijven, want Josiens rug wordt steeds slechter en ik heb een flinke longontsteking opgelopen. Nu kunnen we in ieder geval onze “eigen” medische zorg benutten. We gaan naar de huisarts, ik krijg drie penicilline kuren en Josien een verwijzing naar een neuroloog, wel een aantal weken wachten helaas.
Mijn kuren werken niet, dus wordt ook ik doorgestuurd, naar een longarts, mw. De Fraiture, een pittige jonge dame, die me veel vertrouwen inboezemt, alle registers opentrekt om me te helpen: CAT-scan, bronchoscopie, longpunctie, diverse bloed- en urineonderzoeken, medewerking van het Havenziekenhuis in Rotterdam (gespecialiseerd in tropische ziekten), maar toch kan ze niet ontdekken wat me mankeert. Gelukkig verbetert mijn situatie na verloop van tijd spontaan steeds meer, waarschijnlijk is het een virus dat door het lichaam moet worden bestreden. Begin november krijg ik nog een controle.
Josiens situatie is vervelender. De neuroloog geeft haar, na eerst eindeloos wachten op het consult, telefonisch uitslag van het onderzoek, waar ze maar nauwelijks wijs uit wordt, neerkomend op een pijnbehandeling en niet de door ons gewenste operatie. Vervolgens weer wachten op een afspraak met een anesthesioloog (pijnbestrijdster), een aardige vrouw, die van mening verschilt met de neuroloog over de te behandelen zenuw, daarover zal terugmelden aan ons, maar dat verzuimt, zodat Josien op het 'moment suprême' van de daadwerkelijke pijnbehandeling, door weer een ander, wordt geconfronteerd met een geheel andere verdoving dan de voorgestelde. Nou ja, in godsnaam dan maar, als ze maar van die pijn afraakt, haar rug staat inmiddels in een s-bocht en ze kan nog maar net lopen in huis, buiten moet ze in een rolstoel. Het kan drie tot vier weken duren voor de behandeling werkt, zegt men, maar na vijf weken hebben we nog geen resultaat. We hebben het dan helemaal gehad met de neurologie van het Westfries Gasthuis en gaan naar de huisarts voor een second opinion. De huisarts suggereert een kliniek in Naarden, waar we binnen een week terecht kunnen bij de neuroloog, die een operatie adviseert. Eíndelijk, dat wilden we vanaf het begin al! Wanneer kunnen we terecht bij de chirurg? Volgende week, schikt u dat? Nou, héél graag, hoe eerder hoe liever! De chirurg wil opereren, dat moet wel op twee tussenschijven, aan beide kanten. Wanneer kunnen we terecht voor de operatie? Schikt a.s. dinsdag? Nou, héél graag, hoe eerder hoe liever! Dus is Josien dinsdag 15 september geopereerd en hoewel ze daarna verrekt van de wondpijn, lijkt de operatie gelaagd. Nog een weekje tanden bijten. We hadden onze terugreis geboekt op 1 september, maar als gevolg van dit alles (voorlopig) verplaatst naar 17 november. Genoeg over onze kwalen. Hoewel ons sociale leven wel flink is ingeperkt. We zien daardoor de kinderen en kleinkinderen veel minder dan we zouden willen. Wel kan ik dit jaar eindelijk eens aanwezig zijn bij de verjaardag van Marije én Joost. Ook bij de geboorte van Josiens prachtige kleinzoon Siem moeten we ons “in bochten wringen”, Josien letterlijk, om hem voldoende te kunnen verwelkomen.
Voor zover niet gehinderd door de longen neem ik deel aan een aantal optredens van de Shantymen Kaap Hoorn (www.kaaphoorn.nl), waarvan die bij binnenkomst van de pinas-replica “De Halve Maen” en de “Nacht van de Kaapvaarders” wel de meest gedenkwaardige zijn . . .
. . . Beide evenementen zijn in het kader van het 400-jarig jubileum van de ontdekking van de Zeestraat rond Kaap Hoorn door de Hoornse schipper Schouten en koopmanszoon Lemaire. Weet je meteen dat Kaap Hoorn zijn naam te danken heeft aan ons mooie V.O.C.-stadje. Schouten en Lemaire wilden die V.O.C. trouwens “omzeilen” met deze ontdekking middels de oprichting van de “Austraalse Compagnie”, hetgeen ze uiteindelijk niet gelukt is. Het bleek tenslotte ook wat ver naar Indië via deze route. En de ronding van Kaap Hoorn van oost naar west is ook menig zeeman opgebroken! Denk maar aan de Bounty.
De Halve Maen is niet gebruikt voor bovengenoemde reis (wel de “Eendracht” en de “Hoorn”), maar is vergelijkbaar met de Hoorn. Deze replica is in New York gebouwd om te vieren dat eveneens ongeveer 400 honderd jaar geleden de Hudson Baai en de eerste westerse nederzetting daar, het latere New York, werden ontdekt door, je raadt het al, de Engelse schipper Hudson, die in opdracht van de V.O.C. was uitgestuurd om een noordelijke doorgang naar Indië te vinden, maar op eigen initiatief, waarschijnlijk onder één hoedje spelend met de Engelsen, uitweek naar het westen en zo tenslotte de later naar hem genoemde Hudson opvoer.
Omdat deze replica beschikbaar was heeft de stad Hoorn in het kader van genoemd jubileum het schip voor vijf jaar van de eigenaar gehuurd en, met onze buurman Bram als schipper, naar Hoorn gehaald. Het ligt nu tentoongesteld aan de kade van het Oostereiland, naast de loods van het Varend Erfgoed, onder de vleugels van het Westfries Museum. En Bram is zo attent om me uit te nodigen voor een zeiltochtje op het Hoornse Hop met dit prachtige schip.
Met dochter Marije en kleindochter Senne maak ik een mooie wandeling door de Kennemer Duinen van Overveen naar Parnassia, en over het strand naar Bloemendaal.
en tenslotte Hollandse Renée en Jaap van die mooie Koopmans “de Ware Jacob”, die we in Whangarei (N.Z.) hebben leren kennen en met wie we weer een stevig robbertje bridgen.
We kunnen ook eindelijk eens deelnemen aan de gepensioneerden-dag van Rijkswaterstaat, waar we veel oude collega's ontmoeten, feest van herkenning, vol herinneringen. En heel toepasselijk het scheepvaart-museum in Amsterdam bezoeken. Een leuke dag! Een paar weken later krijgen we een brief met de mededeling dat Rijkswaterstaat stopt met de gepensioneerdendag. Dit was de laatste, gepensioneerdenzorg wordt kennelijk te duur.
Met Josiens rug gaat het langzaam beter na de operatie, dus gaan we op 17 november weer naar Inísh vliegen.
Maar eerst heb ik nog een bruiloft op de figuurlijke valreep. Mijn zoon Joost gaat eindelijk trouwen met schippersdochter Anna. Ze zijn al jaren een gezin, samen met mijn lieve kleinkinderen Sara (6) en Maurits (bijna 4), maar wilden hun relatie toch bekronen met een boterbriefje ten overstaan van hun geliefden en vrienden. Het wordt een onvergetelijke middag.
Met gemengde gevoelens vliegen we op 17 en 18 november terug naar Kaapstad, en hoewel we vlak langs Irak vliegen, worden we gelukkig met rust gelaten. .
Op d'n diek (Westfriese Omringdijk), bij de Ven (Enkhuizen):