Het laag slapen en de onrustige nacht betekende laat op maar niet rustig wakker worden. Het kamp trok veel kijkers naar ons doen en laten en onze spullen. Sonam en Kami vonden het allemaal wel best. Vooral de aandacht van de dames leidde tot een flirtage tussen Nepal en Tibet. Deze werd ondersteund met thee en en kokkerellen. Het doorlopend staren leidde tot komische situaties. Het terugstaren door de lens van het fototoestel verjaagde de dames direct. Het werd dus een leuk spelletje van kijken en bekeken worden.
Later op de morgen werd de omgeving verkend. In Nyalam en Tingri hadden de mensen niet veel maar hier hadden zij niets. Wat hutjes, geiten en kale stukjes land. Het was nauwelijks voor te stellen hoe deze mensen de winter doorkomen.
Intussen was onze gids er op uit getrokken om de yaks te regelen. Dit gaf bij onze terugkomst in het kamp natuurlijk gelijk problemen. Hoe verrassend, de yaks lieten nog wat wachten. Dit gaf weer discussie rond de planning van de tocht maar wij hielden voet bij stuk en dat lostte de problemen spontaan op.
Later op de dag verslechterde het weer en begon het te regenen en te waaien. Op 3600 m is dat geen goed voorteken als je verder omhoog weer. De weersverandering bracht wel rust in het kamp en via de normale route eten, natafelen en in het dons werd de dag afgesloten.