Inleiding
De Vader-Zoon bergwandeling speelde zich dit jaar af rond Ponte di Legno. Deze plaats ligt niet alleen tussen de natuurparken Stelvio en Adamello in maar ook op het breukvlak Afrika - Europa en op de frontlinie van Italie en Oostenrijk in de 1e wereldoorlog. Het behoort tot het skigebied van Passo Tonale maar bleek mede door het beperkte aantal liften nog de uitstraling van een vriendelijk bergdorp te hebben. De ski-woestijn bleek beperkt tot Passo Tonale zelf.
De voorbereiding vergde weinig meer dat de folders van de Tourist Information te lezen en een ondersteunende kaart te kopen. De mogelijkheden voor dagtochten aan zowel de Adamello als de Stelvio kant zijn namelijk legio. De beschikking over een op het vliegveld van Bergamo gehuurde auto en het in bedrijf zijn van verschillende liften droeg daar extra aan bij. Al met al resulteerde de realisatie zonder plan in een mooi V&Z gebeuren.
Gemaakte Tochten
Gegevens Tochten
Het enige lastige aan de reis was het huren van een auto op het vliegveld van Bergamo. Ondanks de bordjes met beschikbaarheid bleken een aantal bekenden maatschappijen te worstelen met autogebrek. Het slecht weer scenario van twee uur met de bus kon na wat gezoek bij de minder bekende concurrenten gelukkig in de kast blijven. Uiteindelijk begonnen we in onze hybride Prius met een uurtje vertraging aan de rit van ruim een uur in het spitsuur.
Hotel Christallo werd na wat horten en stoten over de drukke Strada Provinciale met nog met enige speling voor het avondmaal bereikt. Het hotel, de services, het uitzicht en zeker niet te vergeten de uitstekende keuken maakte de goede beoordelingen op Internet vanaf het begin af waar.
Het eensgezinde besluit was om er een inloopdag van te maken. De lift naar naar Rifugio Valbione voor de koffie en vandaar een rondwandeling te maken leek daarin te passen. De optie om te voet af te dalen werd daarbij open gehouden. De weersvoorspelling sprak van redelijk goed weer in de morgen en van onweersbuien in de middag. Kortom vrij gebruikelijk bergweer bij onstabiele lucht.
De uitvoering begon na het tweede liftstation volgens plan met koffie in een half zonnetje bij Rifugio Corne d'Aola.. Daarna besloten we het hoger op te zoeken naar het derde liftstation. Hier liep de mogelijkheid voor een rondtocht voor gemakzuchtige wandelaars dood. Wij besloten daarop de rondweg boven het dal te nemen. Deze weg is aangelegd tijdens de 1e Wereldoorlog waarin Oostenrijk en Italië elkaar bevochten. Hun schootsveld verschaften ons nu een prachtig uitzicht. Toen werden van hier uit de dorpen in het dal in het dal volledig in puin geschoten.
Na het middagmaal bij Conca di Pozzuolo besloten we rechttoe rechtaan af te dalen. Het weer werd er niet beter op of beter gezegd het begon er dreigend uit te zien. De steile afdaling verliep goed maar met het weer liep het minder goed. Een geweldige onweersbui werd ons deel. De regencapes werkten goed maar toch bereikten wij het 1e liftstation met het onderstel van verzopen katten. Tijdens het verpozen in Ristorante Capanna Valbione hebben wij op het toilet de schoenen geleegd en de sokken uitgewrongen. Deze reset bleek voldoende om te voet verder af te dalen. De afdaling werd afgesloten met een rondtoer met bier in onze thuisbasis Ponte di Legno.
Malga Caldea trok ons aan omdat de start vanaf 1584 m de eerste honderden meters stijgen door het bos bespaarde. De off road weg vanuit Temu daarheen was geen afschrikking. Voor hetere vuren dan bij de off road afdaling van 1000 m met een Cadillac in de Grand Canyon zouden we niet komen te staan met de hybride Prius.
Toch werd het vuurtje aardig opgestookt. Niet alleen door de gelukkig spaarzame tegenliggers op het rotsige karrenspoor maar ook door het nogal heftig bokken van de auto. Boven op de parkeerplaats Malga Caldea aangekomen bemerkten wij een half lege band en kregen begrip voor het rode lampje op het dashboard. Door het ontbreken van een handleiding was dit tot dan een raadsel geweest. Het direct terugkeren had geen zin want naar beneden hobbelen met de half lege band was sowieso ons lot.
Het nat koude weer met mistige wolkenslierten was weer niet om over naar huis te schrijven. De klim was echter een goede opwarmer. Bij de Chiesetta dei Caduti Per La Costruzione Delle Centrali Elettriche tussen Lago d'Avio en Lago Benedetto in troffen wij de Club Alpino van streek in de leeftijd van V. Het werd een aangenaam treffen waarbij Z de ouwetjes met begrip gadesloeg. Hierna trokken wij verder omhoog via een kletsnatte rotsklim. Het loon was een sompige alpenwei met uitzicht op de verdere klim naar Lago Venerocolo. Na het middagmaal in de beschutting van een herdershutje besloten wij echter weer af te dalen. We wilden noch de elementen als de halve lege band tarten. Vlak bij de parkeerplaats troffen wij onze nu uitbundig feestende alpenjagers weer. Er was dus geen ontkomen aan om even in de kring te komen. Dit zeker omdat zij een mogelijke reddingboei zouden kunnen zijn bij verdere panne met de band.
Op de parkeerplaats bleek de band gelukkig nog steeds half leeg. Het werd dus een afdaling met fluwelen handschoentjes aan het stuur om de rotspunten zoveel als de breedte van de weg het toestond te vermijden. Met enige oplichting bereikten wij de bewoonde wereld en een benzinestation. Daarna hielden wij tevreden een dagafsluiting. Buiten gespeeld, vrienden gemaakt en avonturen beleefd. mannen blijven kinderen.
Case di Viso ligt aan de Stelvio kant en was makkelijker aan te rijden dan Malga Caldea voor wat betreft het wegdek. Verder was het eenzelfde smalspoor waar het passeren van tegenliggers enige aandacht voor de bermen vroeg. Case di Viso is een klein trendy dorpje aan het eind van de weg en een populair startpunt voor dag- en trektochten. Het scoren van de morgenkoffie bij Bar Ristorante "Ercavallo" was dan ook geen probleem. De naam en inrichting van de bar weerspiegelde het thema van de dag volledig.
Na het bereiken van het eerste meer Lago Inferiore di Ercavallo besloten wij om niet verder omhoog te gaan naar het Lago Alto maar er een rondtocht van te maken via Rifugio Bozzi. Dit werd een mooie panoramatocht op hoogte die eindigde in de kazematten bij de rifugio. Na een aangenaam verpozen met uitzicht op de hevig bevochten pas op de grens van Zuid Tirol en Lombardije bezochten we het kleine oorlogsmuseum bij de hut. Hier kreeg de gruwelijkheid van het oorlog voeren in de bergen pas echt een gezicht
De afdaling naar Case di Viso was verder een ontspannen middagwandeling. De conclusie tijdens de dagsluiting was: "Geen slecht weer en geen mooi weer maar wel een mooie en leerzame dag".
De auto en de liften boden veel kansen. Een van kansen was Passo Tonale waar we via de lift de sprong naar de Presena gletcher konden maken. De lift ging niet verder dan Passo Paradiso maar dat was genoeg voor de ochtendkoffie in de gelijknamige bar. De naam van de pas bleek echter bedrieglijk Zelfs zonder hoogtevrees jaagt de steile afdaling in het gruis schrik aan. Het uitzicht op Passo Tonale is schitterend maar ook hier is een kanttekening bij te plaatsen. Passo Paradiso bleek in werkelijkheid een fort te zijn met een ongekend schootsveld. Het kleine museum gaf een kijk op de barre omstandigheden en het indrukwekkende monument voor de genadige dood van het kanonnenvlees.
De Presena gletcher bereiken werd een onmogelijk zaak. Tussen het 1e en 2e liftstation werd het skigebied op de schop genomen. De feitelijkheid is dat dan alle bergpaadjes uitgewist waren met rotsblokken. Na een tijdje tevergeefs rotsklimmen gaven we het op en keerden na wat gegeten te hebben terug. Jammer maar daar tegenover stond de ervaring met het fort Passo Paradiso.
De lift bracht ons terug in Passo Tonale. Het oord bestaat uit een verzameling hotels op de langgerekte vlakte die de pas vormt. 's Winters zal het levendig zijn maar nu bood het een redelijk desolate aanblik. Het monument voor de gevallenen uit de 1e Wereldoorlog is het enige dat in het oog sprong.
Het icoon uit de Giro d' Italia konden we natuurlijk niet laten schieten. De pas oplopen vroeg echter te veel tijd en dus besloten we de pas op te rijden en daar te gaan rondstruinen. Het oprijden bleek alweer peentjes zweten te zijn. De weg was te smal voor twee auto's en dus was het hopen op geen tegenligger en hoppen van passeerstrook naar passeerstrook. Gelukkig was het niet druk. Het koude sombere weer was daar zeker debet aan. De uitzichten waren ondanks dat net als de hoogte adembenemend.
Boven lieten we het idee van een dagtocht snel varen. Op 2652 m is het met kil weer, een harde wind en geen spiertje zon gewoon onaangenaam. Na een fotosessie met Fausto Coppi en de Madonna delle Vette=Pieken en koffie in Rifugio Bonetta reden wij snel naar beneden.
Bij de afslag Val delle Messi naar Rifugio Valmalza zag het weer er weer beter uit en dus besloten we daar vandaan een rondje te lopen via Baitello Linge. Dit bleek tot de rifugio een goede greep.
Op weg naar de baitello begon het weer echter weer tegen te werken. Wij besloten daar met uitzicht op de andere helft van het rondje het plan te wijzigen in een heen en weertje. Tenslotte is bij terug het blikveld 180 graden gedraaid.
Bij de dagsluiting keken wij alweer terug op een mooie dag.
De Narcanello waterval vormde de afsluiting van de dagtochten. Het was redelijk weer en een mooie tocht door hoofdzakelijk begroeiing. Het werd rustig kuieren tot aan de Prima Cascata del Narcanello, luieren, eten en weer terug. In de dagsluing bij wijze van weeksluiting concludeerden wij dat het weer niet stralend was geweest maar geen belemmering vormde voor een serie mooie tochten.
De terugreis verliep ten opzichte van de heenreis nog voorspoediger omdat de huurauto vlot kon worden afgeleverd en Ryanair zijn beloftes waar maakte. In Eindhoven zwaaiden wij elkaar met een tevreden gevoel uit.