Köttbullar

Zweedse gehakballetjes

Sylvia Witteman

(voor 6-8 personen)

2 uien, ragfijn gesnipperd

1 kilo rundergehakt

2 grote kruimige aardappels, gekookt en afgekoeld

5 sneden oud witbrood

1 afgestreken eetlepel kruiden- of groentebouillonpoeder

klontje boter

2 eieren

kwart liter slagroom

peterselie

vers gemalen peper

eetlepel bloem

Fruit de ragfijn gesnipperde ui in wat boter langzaam glazig en laat ze afkoelen. Prak de aardappelen fijn in een grote kom, doe de uien erbij met het gehakt, het broodkruim, de eieren, bouillonpoeder, fijngesneden peterselie, een klein scheutje slagroom en wat peper. Proef of het mengsel voldoende op smaak is (dat gaat handig door een klein balletje even in de magnetron te garen), voeg eventueel nog wat bouillonpoeder toe. Het eindresultaat moet een hartige snacksmaak krijgen. Draai met vochtige handen balletjes ter grootte van bitterballen. Leg ze op een bord een uurtje in de ijskast om op te stijven.

Smelt in twee koekenpannen een klontje boter en braad de balletjes in een minuut of tien bruin en gaar. Schep ze uit de pan, giet flink wat van het vet af maar laat een beetje over. Roer hier de bloem door, vervolgens de rest van de slagroom en laat een paar minuten inkoken. Doe de balletjes terug in de saus, laat nog even doorwarmen en dien op met aardappels, rijst, friet of pasta. Een kwak cranberrygelei, voor de liefhebber.

Scandinavië - Klein gerecht