Ontbinding

Na de ontbinding van de staat, de ontbinding van de Fueros

Net zoals in het noorden van Euskal Herria (Navarra) waren er regelmatig opstanden in het westelijke deel (het huidige Euskadi), iedere keer dat de Castilliaanse macht, op het even welke manier, probeerde het Baskische forale systeem, de “Fueros” te ondergraven. De Basken probeerden ook munt te slaan uit de internationale toestand. De eerste grote opstand ten gunste van de onafhankelijkheid voor de 4 provincies (Araba, Bizkaia, Gipuzkoa en Nafarroa) valt te situeren in de “Guerra de la Convención” (1793-1795), tussen Frankrijk en Spanje. Gipuzkoa ging akkoord om de grens voor de Fransen open te stellen en Araba, Bizkaia en Nafarroa verklaarden zich neutraal als er respect getoond werd voor de Fueros.

Guerra de la Convención

De Pyreneeënoorlog, ook bekend als de Oorlog van de Conventie, was een militair conflict tussen revolutionair Frankrijk en Spanje van 1793 tot 1795. Het conflict was onderdeel van de Eerste Coalitieoorlog, waarmee een groot aantal Europese staten probeerden de Franse Revolutie te beëindigen en de monarchie in Frankrijk te herstellen.

De Eerste Coalitieoorlog

De Eerste Coalitieoorlog (1792-1797) was een militair conflict tussen revolutionair Frankrijk en een bondgenootschap van Europese mogendheden, later bekend geworden als de Eerste Coalitie. Deze coalitie tegen Frankrijk bestond uit Oostenrijk, Pruisen, Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, Groot-Brittannië, Spanje, Portugal, Napels-Sicilië, Piëmont-Sardinië en enkele kleinere staten.

Bij de Vrede van Bazel in 1795 kreeg Spanje terug de heerschappij over Hegoalde (dat intussen door de Fransen bezet was), als ze beloofden geen represailles uit te voeren tegen de Basken en de identiteit van Euskal Herria zouden respecteren. Maar de inkt van de handtekening is nog niet opgedroogd of Spanje breekt zijn woord. Het neemt maatregelen om met ijzeren hand de “afvalligen” onder het gezag van de Spaanse kroon te dwingen.

Op 19 maart 1812 wordt de “Constitución Española”, de grondwet van Cádiz afgekondigd met, hoewel niet uitdrukkelijk vermeld, een directe aanval op het forale systeem (Fueros) van Euskal Herria. In de grondwet van 1837, Constitución Española van 1837, zal dit veel uitdrukkelijker aan bod komen. En er wordt ook gesproken over de Spaanse natie als ondeelbare eenheid.

De Carlistenoorlogen

En dan laat het Carlisme (*) van zich horen. De Basken worden meegesleept in de Carlistenoorlogen, niet omwille van de religieuze of dynastieke inzet ervan, maar wel omwille van de opportuniteit om de eigen identiteit (vereenzelvigd in de Fueros), de traditionele instituten en de persoonlijkheid als volk te verdedigen. Voor de Basken waren de Carlistenoorlogen noch min noch meer een gegeven meer in de strijd voor soevereiniteit. Daardoor speelde de strijd, hoewel een Spaans dispuut, zich hoofdzakelijk af op Baskisch grondgebied, en kreeg het een karakter van een grootse volkse opstand.

(*) Het Carlisme is een traditionalistische beweging in Spanje, vooral in Navarra, die wordt geleid door een pretendent van de Spaanse troon. Het Carlisme wortelt in de “Pragmatieke Sanctie”, een bepaald soort keizerlijke beschikking of een plechtige ordonnantie, die koning Ferdinand VII in 1830 uitvaardigde. Een Pragmatieke Sanctie is een toevoeging aan het familierecht van de Habsburg dynastie. Als gevolg van de “Pragmatieke Sanctie” konden ook vrouwen de troon bestijgen. Zodoende zou Ferdinand worden opgevolgd door zijn dochter Isabella II.

Zijn broer Carlos, hierdoor uitgesloten van de troon, accepteerde dit echter niet en riep zich na de dood van Ferdinand in 1833, onder de naam Karel V, uit tot koning van Spanje. Zijn reactionaire, klerikale en regionalistische aanhangers noemde men Carlisten. Kort na Carlos' afkondiging brak de Eerste Carlistenoorlog (1833-1840) uit. Zijn zoon Carlos (VI) voerde van 1846 tot 1849 zonder succes de Tweede Carlistenoorlog, maar de Derde Carlistenoorlog (1872-1876), onder Carlos (VII), bracht vrijwel geheel Noord-Spanje in handen van de Carlisten. Na de troonsbestijging van Isabella's zoon Alfonso XII in 1874 moesten ze echter het onderspit delven.

Eerste Carlistenoorlog

De Eerste Carlistenoorlog was een burgeroorlog in Spanje die van 1833 tot en met 1839 duurde. In het begin van de 18de eeuw voerde de Spaanse koning Filips V de Salische wet in. Dit deed hij om de Habsburgers tegen te houden om de Spaanse troon in handen te krijgen. Een eeuw later had koning Ferdinand VII geen mannelijk nakomelingen, maar wel twee dochters; Isabella (de latere Isabella II) en Louise Ferdinanda (grootmoeder van de latere Spaanse koning Alfonso XIII). Vanwege deze toestand voerde hij de Pragmatieke Sanctie door, waarbij de Salische wet werd afgeschaft. Zonder deze Pragmatieke Sanctie zou Carlos, broer van Ferdinand VII, de volgende in lijn zijn voor de troon. Carlos probeerde, met steun van zijn medestanders (zoals de minister van Justitie Francisco Tadeo Calomarde), Ferdinand VII te overhalen om deze Pragmatieke Sanctie in te trekken. Maar de zieke Ferdinand VII weigerde van gedacht te veranderen en stierf op 29 september 1833, waardoor Isabella koningin werd. Aangezien ze nog een kind was, werd haar moeder (Maria Christina van Bourbon-Sicilië) regentes.

Er was echter een sterke absolutistische partij die haar posities en macht niet wou verliezen. De leden wisten dat Maria Christina en Isabella liberale hervormingen wilden doorvoeren en zochten naar een andere kandidaat voor de troon. Hun logische keuze, met de Pragmatieke Sanctie in het achterhoofd, was dan ook Carlos. Ondertussen was er een beweging ontstaan om de Baskische Fueros (een geheel van privileges) te ondergraven en de douanegrens aan de Pyreneeën te leggen. Sinds de 18de eeuw had een nieuwe opkomende klasse aan het Spaanse hof interesse in het verzwakken van de Baskische adel in hun invloed en handel. Deze nieuwe hofmensen steunden andere grote machten tegen de Basken.

De Kerk koos officieel geen kant, maar vele priesters steunden Carlos. De inwoners van de Baskische provincies en Navarra kozen de kant van Carlos vanwege het traditionalisme en het historisch respect voor de katholieke Kerk. Ook had de clerus in de Baskische gebieden traditioneel een zeer sterke invloed, wat de aanhang van Carlos alleen maar vergrootte. Ideologisch gezien stond Carlos dan ook dicht bij hen.

Aan de andere kant verenigden liberalen en gematigden zich om de hervormingen van Isabella en Maria Christina te verdedigen. Zij controleerden de instellingen, bijna het hele leger en de steden. De Carlisten stonden dan weer sterker op het platteland. De liberalen waren in theorie sterk genoeg om de oorlog binnen twee maanden te winnen, maar werden gehinderd door een inefficiënte overheid en de grote mate van verspreiding van de Carlisten. Dit gaf Carlos genoeg tijd om zijn troepen te consolideren en het bijna zeven jaar uit te houden in de noordelijke en oostelijke provincies.

De oorlog was lang en bij momenten wreed. De Carlisten behaalden belangrijke overwinningen in het noorden, waar ze geleid werden door de briljante generaal Tomás de Zumalacárregui. Tijdens het beleg van Bilbao werd generaal Tomás de Zumalacárregui geraakt door een verdwaalde kogel. De wonde was niet ernstig, maar genas niet goed en uiteindelijk stierf de generaal op 25 juni 1835. In het oosten slaagde de Carlistische generaal Ramón Cabrera er in het initiatief te houden, maar zijn manschappen waren te klein in aantal om een beslissende overwinning te behalen. Na de dood van Tomás de Zumalacárregui sloegen de liberalen toe om langzaam het initiatief in de oorlog over te nemen. Zij waren echter niet in staat om de oorlog te winnen tot in 1839. De oorlog eindigde met de "Abrazo de Vergara" (de omhelzing in Vergara) op 31 augustus 1839 tussen de liberale generaal Baldomero Esparetero, hertog van Luchana en de Carlistische generaal Rafael Maroto.

Tweede Carlistenoorlog

De Tweede Carlistenoorlog of La Guerra de los Madrugadores (Matiners in het Catalaans), verwijzend naar het bijzondere vroege ochtenduur, was een korte burgeroorlog die hoofdzakelijk in Catalunya werd uitgevochten tussen de Carlistische generaal Ramón Cabrera en de regering van Isabella II. De opstand begin in september 1846 en eindigde in mei 1849. Het doel van de oorlog was een huwelijk af te dwingen tussen Isabella en de Carlistische troonpretendent Carlos, een huwelijk dat er nooit gekomen is.

Derde Carlistenoorlog

De Derde Carlistenoorlog voltrok zich op het grondgebied van Spanje zelf. De Carlisten forceerden de gevechten en veroverden verscheidene steden in het binnenland van Spanje, waaronder als voornaamste steden: La Seu d'Urgell en Estella in Navarra. Isabella II was in ballingschap en de Carlistische troonpretendent Carlos proclameerde het herstel van de intussen afgezwakte 'fueros'. Maar de Carlisten slaagden niet in hun opzet en op 27 februari 1876 moest ook Carlos in ballingschap.

De oplossing van het conflict werd beslecht dankzij hulp van buitenlandse machten (Engeland, Frankrijk, Portugal) en een wapenstilstand van het leger van Navarra, in ruil voor het respecteren van hun Fueros. Eens te meer verbrak Spanje dit compromis, en het opstandige leger was nauwelijks ontwapend of er werd werk gemaakt van een project tot assimilatie van Euskal Herria. De imperialistische geestdrift van Spanje uitte zich in een wet, “Ley de confirmación de fueros”, waarin te lezen stond: “Spanje bevestigt de Fueros voor de Baskische provincies en voor Navarra, in zo verre dit de constitutionele eenheid (Constitución Española van 1837) geen schade berokkent”.

Ley de 25 de octubre de 1839. Denominada de Confirmación de Fueros.

Doña Isabel II por la Gracia de Dios y de la Constitución de la Monarquia Española, Reina de las Españas y durante su menor edad, la Reina viuda doña Maria Cristina de Borbón, su Augusta Madre, como Reina Gobernadora del Reino, a todos los que en la presente vieren y entendieren sabed: que las Cortes han decretado y Nos sancionado lo siguiente:

Articulo 1º: Se confirman los Fueros de las provincias Vascongadas y de Navarra sin perjuicio de la unidad constitucional de la monarquía.

Artikel 1°: De Fueros voor de Baskische provincies en voor Navarra worden bevestigd, in zo verre dit de eenheid van de constitutionele monarchie geen schade berokkent

Articulo 2º: El Gobierno tan pronto como la oportunidad lo permita, y oyendo antes a las provicincias Vascongadas y a Navarra, propondrá a las Cortes la modificación indispensable que en los mencionados fueros reclame el interés de las mismas, conciliándolo con el general de la Nación y de la Constitución de la Monarquía, resolviendo entretanto provisionalmente, y en la forma y sentido expresados, las dudas y dificultades que puedan ofrecerse, dando de ello cuenta a las Cortes.

Artikel 2°: De regering zal, van zohaast zich de opportuniteit voordoet en luisterend naar de Baskische provincies en naar Navarra, aan de Cortes voorstellen de noodzakelijke aanpassingen aan voorgenoemde Fueros door te voeren in het belang van die Fueros zelf, door ze te verzoenen met het algemene belang van de Natie en de Constitutie van de Monarchie, er intussen voorlopig voor zorgdragend, naar de letter en naar de geest, dat twijfels en moeilijkheden die zich kunnen voordoen, worden opgelost.

Por tanto mandamos a todos los Tribunales, justicias, Jefes, Gobernadores y demás Autoridades, así civiles como militares y eclesiásticas de cualquier clase y disnidad, que guarden y hagan guardar, cumplir y ejecutar, la presente leyen todas sus partes. Tendréislo entendido para su cumplimiento y dispondréis se imprima, publique y circule.

Daarom sturen wij aan alle tribunalen, gerechthoven, gouverneurs...deze tekst, opdat zij over die wet zouden waken, ze toepassen en ze uitvoeren....

Yo la Reina Gobernadora. Rubricado de la Real mano.

En Palacio a 25 de octubre de 1839.

Pas twee jaar na de “Ley de confirmación de fueros” werd de “Ley de Modificación de Fueros de Navarra uitgevaardigd, waarbij Navarra definitief ophield een koninkrijk te zijn, of wat daar van overbleef en een gewone Spaanse provincie werd. De grens, die tot nu toe de Ebro als scheiding tussen Castilië en Navarra had, werd verplaatst naar de Pyreneeën. Er moest belasting betaald worden aan Madrid en de militaire diensplicht werd in het leven geroepen. Het verzet op deze nieuwe ingreep was immens, en zal tot uitbarsting komen in de Tweede Carlistenoorlog (1846-1849), zonder succes, en in de Derde Carlistenoorlog (1872-1876), eveneens zonder succes, maar met verstrekkende gevolgen.

Ley de Modificación de Fueros de Navarra

Ley de Modificación de Fueros de Navarra, meer bekend onder de naam Ley Paccionada Navarra, dateert van 16 augustus 1841 en vloeide voort uit de Ley de confirmación de fueros, van 25 oktober 1839, die de handhaving van het forale systeem (de Fueros) trachtte te verzoenen met het nieuwe liberale regime geïnstalleerd door de “Constitución Española” van 1837. De invoering van die wet kwam tot stand na lange onderhandelingen tussen de “Diputación de Navarra” en regering. Verspaanste edellieden, zoals de secretaris van het provinciebestuur (diputación), José Yanguas y Miranda, interpreteerden de inhoud van de wet als een pact (vandaar paccionada), waarbij de staat haar lot liet afhangen van het respect voor de Fueros. Maar deze wet voorzag in alle politieke, institutionele, wetgevende en rechterlijke hervormingen die de Liberale Monarchie trachtte te realiseren sinds de Eerste Carlistenoorlog. Het jaar 1841 luidde definitief de doodsklok over de Fueros van Navarra. In de drie andere provincies van Hegoalde was Spanje er nog niet in geslaagd de Fueros af te schaffen. Het zou nog tot 1876 duren.

De laatste poging van de Baskische staat, de Derde Carlistenoorlog, werd bij de nederlaag in 1876 in de kiem gesmoord, en als straf werd praktische het volledige forale systeem afgeschaft in Araba, Bizkaia en Gipuzkoa (in Navarra al volledig uitgehold in 1841).

Nu Navarra (Spaans gebied) een Spaanse provincie geworden was, bleef er alleen nog een klein gedeelte over van dat grote Koninkrijk Navarra: het in Frankrijk gelegen Nafarroa Beherea. Met de Franse Revolutie in 1789 was het koninkrijk Navarra van de aardbol verdwenen.

De zoveelste recuperatiepoging om de soevereiniteit te herstellen, was eens te meer op een verpletterende nederlaag uitgelopen. De Basken werden er depressief van, maar uit al die tegenslagen ontsproten de eerste nationalistische gevoelens. De wil om een vrij volk te kunnen zijn, ontwikkelde zich tijdens de eerste decades de 19de eeuw.

>>>>>>>>