Het jaar 2009

Op 8 januari 2009 start het Proces Ibarretxe (president van de Baskische Autonome Gemeenschap). Ook Patxi Lopez (Baskische socialisten) en Arnaldo Otegi (Batasuna) zijn van de partij, omdat zij samen vergaderd hebben over het vredesproces. Met andere woorden: het vredesproces staat hier terecht.

Eveneens op 8 januari 2009 wordt het democratische (?) Koninkrijk Spanje door het Europese Tribunaam voor de Rechten van de Mens te Straatsburg veroordeeld (Spanje veroordeeld) voor de mishandeling en de agressie door de Spaanse politie ten aanzien van de toenmalige 18-jarige Mikel Iribarren Pinillos, en om hem naderhand geen rechtvaardig proces te hebben verzekerd.

Op 10 januari 2009 werd de nieuwe politieke partij “Demokrazia Hiru Milioi” (D3M of Democratie 3.000.000) voorgesteld in een hotel in Bilbao. Ik spreek over een politieke partij terwijl het eigenlijk over een politiek platform (verzameling van radicale nationalistische krachten) gaat dat wil deelnemen aan de komende autonome verkiezingen van 1 maart 2009.

De benaming 3DM slaat op het inwonersaantal van Euskal Herria. Het verzamelen van de noodzakelijke handtekeningen is al van start gegaan. Voor Bizkaia moeten minstens 9.500 handtekeningen opgehaald worden, voor Gipuzkoa 5700 en voor Araba 2500. De promotors van het platform moeten de lijst met kandidaten indienen tussen 21 en 26 januari 2009.

Het grove geschut werd onmiddellijk in stelling gebracht en de “Fuerzas y Cuerpos de Seguridad” of Policía Nacional, de Guardia Civil en de Ertzaintza, kreeg ‘s middags op 9 januari 2009 al de opdracht uit te zoeken of het nieuwe platform geen dekmantel is voor het verboden Batasuna, zodat ook D3M dan kan verboden worden. Dat zou dan al de 11de politieke partij zijn die verboden wordt (allemaal partijen die streven naar onafhankelijkheid).

Op 21 januari 2009 laat ETA, via een communiqué aan de krant Gara, weten dat de verantwoordelijken voor het project Y Vasca voortaan zullen aanzien worden als hun eerste doelwit.

Op het ogenblik dat ETA de 50ste verjaardag (december 1958) van het ontstaan afsluit, wordt op 30 januari 2009 een communiqué naar de krant Gara gestuurd. In dat communiqué maakt de gewapende organisatie de balans op van de 50-jarige strijd en onderstreept de waarde hiervan. Gelijktijdig richt de organisatie een blik naar de toekomst en eist “een vereniging van alle krachten om het tijdperk van de onafhankelijkheid binnen te treden”. Gelijktijdig waarschuwen ze ook de staten (Spanje en Frankrijk) die blijven ageren zonder dat zij de rechten van het Baskische volk erkennen.

In het communiqué wordt verwezen naar 2 projecten die op tafel liggen: het huidige status quo met onderwerping aan beide staten en de Baskische Staat. Zij verwoorden dit als volgt: “Wij zijn er van overtuigd dat, zonder de verplichtingen opgelegd door vijandige staten, het volk de weg van de onafhankelijkheid zal kiezen, via vredelievende en democratische weg. Maar ondertussen moeten wij verder blijven strijden, met alle krachten en alle middelen, omdat deze vijandige staten niet de minste wil vertonen om het woord van Euskal Herria te respecteren. De Spaanse regering, net zoals Franco 50 jaar geleden, verklaart dat ETA op het punt staat te verdwijnen. Maar er zijn nu eenmaal zaken die in 50 jaar niet veranderen. Franco is er niet in geslaagd dit waar te maken. De verscheidene Spaanse regeringen zijn er tot nu tot ook niet in geslaagd, en ze zullen er nooit in slagen”.

“Wie een berg beklimt, weet dat de laatste steile helling de zwaarste is. Maar van op de uitkijktoren van de tijd, kan men alleen besluiten dat iedere stap die wij gezet hebben, ons geleid hebben tot waar we vandaag staan. Een terugblik in ons 50-jarige bestaan vervult de militanten van ETA met trots. De geschiedenis zal deze strijd met lof beschrijven, en de edelmoedigheid van de Baskische militanten prijzen”.

Op 27 februari 2009, twee dagen voor de regionale verkiezingen van 1-M, stuurt ETA een communiqué naar de krant Gara. Zij beschouwen die verkiezingen als ondemocratisch (verbod D3M en Askatasuna om deel te nemen) en als grootschalige politiek oplichting. Wat voorligt, is alleen de keuze voor een parlement van het fascisme, samengesteld op basis van dezelfde legitieme (?) democratie als ten tijde van Franco.

Zij verwerpen dat een stem uitgebracht op de verboden lijsten ongeldig zou zijn, want die stemmen klagen de antidemocratische toestand aan. De enige stem die zij als ongeldig verklaren, is die voor de PNV die er alle belang bij heeft om als enige nationalistische (?) partij naar de stembus te trekken. Zo kunnen zij hun imperium behouden, en verder slaafs de directieven van Madrid uitvoeren.

Bij de Verkiezingen 1 maart 2009 gaan de Basken naar de stembus om een nieuwe regering te kiezen voor Lakua (de naam van het district te Vitoria-Gasteiz, waar de regeringszetel gevestigd is). De huidige regering is een coalitie van drie partijen: PNV/EA/EB-B, Partido Nacionalista Vasco, Eusko Alkartasuna en Ezker Batua-Berdeak, en staat onder de leiding van Lehendakari Juan José Ibarretxe (PNV).De gebruikelijke heksenjacht is weer van start gegaan, en zoals gewoonlijk wordt één groep geviseerd: de linkse Abertzale. Zij hebben twee partijen laten registreren, D3M en Askatasuna, maar die twee partijen zullen even snel van de registers verdwijnen dan als ze er werden op geplaatst.

Op 12 april 2009 hebben de nationalisten hun zoveelste Aberri Eguna (nationale feestdag, altijd op paaszondag) gevierd. De oproep van het “Foro de Debate Nacional” om er een eensgezinde feestdag van te maken, is niet in dovemansoren gevallen, alleen de PNV en EA meenden afzonderlijke plechtigheden te moeten houden.

Op 18 april 2009 verdween de Baskische politieke vluchteling Jon Anza. Dat meldde zijn familie en Askatasuna. Zijn advocaat heeft een onderzoek geëist om de verdwijning op te helderen. De verdwijning roept nare herinneringen op en heel veel vragen.

Op 7 mei 2009 legt de nieuwe Lehendakari Patxi López, onder de “Eik van Gernika”, de eed af. Later op de dag maakt hij zijn nieuwe Baskische regering bekend.

Op 22 mei 2009 overleed Luis Beroiz na een slepende ziekte. Luis Beroiz (Agoitz-Navarra 1943) mag zonder overdrijving een "Padre Coraje" (Vader Courage) genoemd worden. De aanslepende strijd die hij tegen de straffeloosheid van de politie voerde, kreeg hem niet klein. Wel de slepende ziekte waaraan hij leed. In 2002 kwam hij onverwacht, via zijn zoon, ‘in contact’ met de Baskische politie, de Ertzaintza en sindsdien had hij “geen tijd meer om paddenstoelen te gaan plukken”, zoals hij onlangs zelf ironisch zei. Beroiz was licentiaat in de rechten en dat zou hem nog goed van pas komen!

Op 25 mei 2009 publiceert de krant “Gara” een Interview met ETA, dat verder verspreid wordt door Europa Press. ETA verzekert hierin dat zij voor de zomer een interne bezinning, die blijkbaar aan de gang is tijdens een assemblee, zullen beëindigen. De finaliteit van de bezinning moet er in bestaan een doeltreffende politieke en gewapende strategie uit te werken.

Ook in Baskenland werd er op 7 juni 2009 voor Europa gestemd. De nieuwe partij Iniciativa Internacionalista-La Solidaridad entre los Pueblos, die vooral Baskische nationalisten vertegenwoordigt, kreeg het bij de aanzet naar de verkiezingen erg lastig. Eerst werden zij door het Tribunal Supremo, het Hooggerechtshof, nietig verklaard, maar naderhand werden zij in beroep door het Tribunal Constitucional, het Grondwettelijke Hof, toch toegelaten. De partij, met als kopman Alfonso Sastre, behaalde in Baskenland zowat 16% van de stemmen.

De Spaanse rechtstaat (?), Garzón en andere magistraten poneren dat Batasuna en andere partijen (ANV, EHAK) nog nooit de aanslagen van ETA openbaar hebben veroordeeld. Hoewel het niet veroordelen, niet noodzakelijk een goedkeuring veronderstelt, is dit voor Spanje voldoende om te bewijzen dat Batasuna en andere nationalistische partijen “allemaal van ETA zijn”. Het gevolg is het verbod en de nietigverklaring van een tiental politieke partijen van Izquierda Abertzale. Het niet-verooudelen is altijd al het hoofdelement geweest om het verbod uit te spreken.

Nu Izquierda Abertzale, een paar maanden terug in interne documenten, liet verstaan afstand te willen nemen van het geweld en dat ze vanuit een wettelijke positie (legalisering) ETA wilden overtuigen ook afstand te doen van het geweld, zijn wij getuige van een technologisch hoogstandje hypocrisie: De maskers vallen af.

Alfredo Pérez Rubalcaba, minister van Binnenlandse Zaken, verklaart op 3 augustus 2009 dat Batasuna (en andere links-nationalistische partijen) nooit gelegaliseerd zal worden, zolang ETA bestaat (alsof zij de oorzaak van dat bestaan zijn).

Dreigende woorden volstaan niet. Op 16 augustus 2009 kent de "Foto-oorlog" een voorlopig triest hoogtepunt. Tijdens een manifestatie te Gernika, ten gunste en als steun van de politieke gevangenen, treedt de Ertzainza ongemeen brutaal op. Er volgen 4 arrestatie en er zijn 14 gewonden. Het meedragen van de foto's van de politieke gevangen was er blijkbaar te veel aan.

Gara heeft een zeer kundige karikaturist. Op 22 september 2009 reageert hij op de politiek van de huidige Baskische regering van Lehendakari Patxi López.

Patxi (beter ware het te spreken van Pachi) verordende dat alles wat verwees naar ETA-gevangenen uit het straatbeeld moest verdwijnen. Zo ook alle foto’s. Als gevolg daarvan hangen er nu meer dan ooit!

Tasio heeft het cynisch over een mogelijke volgende stap: Alle dorpen en steden waarvan de naam eindigt op de meervoudsvorm “ETA” zullen die naam moeten wijzigen:

Maar Tasio vergat één naam: Iraeta (IRA-ETA). Dat kan geen toeval zijn, dus zal Ares wellicht het hele dorp doen verdwijnen.

Op 2 oktober 2009 zorgt de radicale Baskische krant Gara voor een donderslag bij heldere hemel met het uitbrengen van een lek uit “een betrouwbare bron” waaruit zou blijken dat Jon Anza door Spaanse politiediensten begraven werd op Franse bodem!

Jon Anza nam op 18 april van dit jaar in Bayonne de trein naar Toulouse maar hij daagde nadien nooit meer op.

Gara meent nu te weten dat de ETA-militant (die van Donostia afkomstig was) zou onderschept zijn door Spaanse politiediensten (die op Franse bodem mogen opereren omdat tegen Basken alles mag). Tijdens die actie of tijdens een “ondervraging” zou de zwaar (suiker-)zieke Anza overleden zijn. Anza vertrok die morgen naar een afspraak met ETA (zoals de organisatie later zélf bekend maakte) maar hij kwam nooit aan. De Spaanse politiemannen die deze ontvoering op het getouw zetten konden ongetwijfels rekenen op de samenwerking van de Franse autoriteiten. Plots herinnert iedereen (?) zich de vraag die de PNV-leider Joseba Egibar eind augustus aan de de Spaanse minister van Binnelandse Zaken, Rubalcaba, stelde: “Het zou goed zijn als Pérez Rubalcaba zou uitleggen of de Spaanse politie Jon Anza aanhield op Franse bodem.” Rubalcaba antwoordde daarop met een doodse stilte. Later zou hij op een persconferentie zeggen: “Het is evident dat de Spaanse strijdkrachten geen uitstaans hebben met deze verdwijning. Dit is een probleem van ETA.”

Onderzoeksrechter Kayanakis die de zaak Anza in Frankrijk leidt, gaf de voorbije maanden al meer interviews. Het laatste verscheen op 12 september in "Le Journal du Pays Basque", en werd afgenomen door de chef redacteur van deze krant, Goizeder Taberna. Daarbij stelde de rechter de officiële versie van het Spaanse ministerie van Binnenlandse Zaken in twijfel. Dit gebeurde na een communiqué van ETA waarin de organisatie toegaf dat Anza in hun rangen hoorde. De bevrijdingsbeweging zei daarin dat Anza in Toulouse een ontmoeting met hen had en waarbij hij een belangrijk bedrag zou overmaken. Maar Anza kwam nooit opdagen! Rubalcaba interpreteerde dit als een “aangifte” van ETA als zou één van hun leden “met de centen zijn gaan lopen”.

Op 6 oktober 2009 zet de speciale verslaggever van de VN Ares in zijn hemd. Martin Scheinin, sinds 2005 speciale VN-rapporteur op het gebied van mensenrechten en ‘antiterrorismestrijd’ voegde zich bij degenen die verdedigen dat het tonen van foto’s van Baskische gevangenen op zich geen delict kan zijn! Scheinin zegt dat achter het tonen van die foto’s een motivatie zit die veel humaner is dan het aanzetten tot geweld. Net dit laatste, aanzetten tot geweld, is een noodzakelijke voorwaarde om te kunnen spreken van ‘verheerlijking van het terrorisme’. Maar noch de “Partijenwet”, noch de uitspraken van het Baskische Hooggerechtshof kunnen Ares van zijn obsessief waanidee afbrengen de foto’s uit het straatbeeld te laten verdwijnen.

In Baskenland wordt voortdurend gewerkt om alle politieke leiders rond één tafel te krijgen om op die manier een tekst uit te werken waarover onderhandeld zou kunnen worden om tot een vrede te komen. Op 13 oktober 2009 kregen ze, sneller dan verwacht het antwoord van de Spaanse Regering: In Donostia werden tien politieke leiders gearresteerd. Het gaat om Arnaldo Otegi, Rufi Etxeberria en Rafa Diez Usabiaga, voormalig leider van de radicale vakbond LAB, Sonia Jacinto en Arkaitz Rodríguez. Zij zaten samen op het hoofdkwartier van LAB. Rechter boven god, Baltasar Garzón was er special voor overgekomen vanuit zijn ivoren toren in Madrid. De beschuldiging luidt: “een poging (te doen) een politieke groep te vormen binnen radicaal links”. Kan het nog cynischer? De PP en de PSOE overleven dankzij ETA. Ze moeten dus iedereen uitschakelen die poogt ETA nutteloos te maken! Allen werden, geboeid als criminelen, afgevoerd!

Op 30 november 2009 wordt het bericht verspreid dat er weer een aanslag op Guardia Civil is geweest.

In Leitza (Navarra) had de meest radicale Baskische partij altijd de volstrekte meerderheid. Dat was trouwens overal zo waar er een kazerne van de Guardia Civil lag! Zou het een met het andere te maken hebben?

Op 29 november 2009, omstreeks 3.45 u, leek het er op dat iemand geschoten had op een Guardia Civil.

Het verhaal ging dat de Guardia van wacht om 2.00 uur een explosie gehoord had, waarschijnlijk afgevuurd met een lanceeropijp (ik gebruik hier lanceerpijp, omdat dit van belang is voor wat later gebeurt). Toen hij ook nog verdachte bewegingen had gezien, schoot hij om 3.45 u. (In 2.00u en 3.45u had hij niemand gewaarschuwd!) Bewoners hoorden twee salvo’s van 5 kogels met een tussenpauze van 1 minuut. Onbekenden “hadden een granaatwerper op de kazerne gericht”. Daarbij had de Guardia een schot in de voorarm gekregen en een ander op de borst (beschermd met een kogelvrij vest.) Meteen werd richting ETA gewezen. De hele wijde omgeving werd afgezet en gecontroleerd met honden (helikopter incluis)!

Na onderzoek bleek er een kogelwonde in de linkervoorarm, maar geen wonde aan de borst. En tot verbijstering van velen waren de gevonden kogelhulzen afkomstig van reglementair politiemateriaal: Santa Barbara 9mm en niet van het merk Geco of FN, meestal gebruikt door ETA. De granaatwerper bleek een stuk versleten regenpijp te zijn.

Spoedig verloor de hypothese van een aanslag elke grond, en dat werd toegegeven door bronnen bij Binnenlandse Zaken! De PP van Navarra repte zich toch, “de meest absolute en energieke veroordeling van het terrorisme” te lanceren, en toonde zijn “dankbaarheid voor de gewonde agent die, door een onverschrokken daad, zonder voorgaande, een tragedie verhinderde die een oneindige schade had kunnen aanrichten”

De Guardia, Salvador Menéndez, was sinds 6 maanden, vanuit Galicië, vrijwillig overgebracht naar Leitza in Navarra. In Baskenland is meer te verdienen aan “bibbergeld”. Bovendien leiden de helden na afloop aan het “Syndroom van het Noorden” en dat brengt ook nog eens extra centen op.

Op 30 november 2009 liet Minister Alfredo Pérez Rubalcaba vanuit Brussel weten dat er in Leitza geen sprake was van een ETA-aanslag op een agent van de Guardia Civil. De getuigen verklaren niet te begrijpen hoe hier sprake kon zijn van een aanslag! De getuigen, allen uit de omgeving van het voorval, schrokken midden van de nacht wakker van het lawaai dat veroorzaakt werd door een Guardia die blijkbaar “een soort delirium of een soort psychotische aanval” had gekregen. “De Guardia was heel alleen, stampte met de voeten op de grond en schoot voortdurend salvo’s af. Dit duurde ongeveer 45 minuten lang. De man leek dronken en ging tekeer als een Rambo. In de kazerne riepen ze dat hij zich rustig moest houden en kalm, maar ze kregen hem niet stil. Pas toen ze hem stil hadden kwam er een ziekenwagen met gedoofde lichten om hem op te pikken”. Daarna was een Guardia Civil aan de huizen komen zeggen dat er wel journalisten zouden komen, maar dat ze niets moesten zeggen. Pas vanaf 7 uur in de morgen werd er gesproken van een aanslag.

Op 1 december 2009 zit Iñaki de Juana Chaos nog steeds in Belfast te wachten op een eventuele uitlevering aan Spanje. Rechter Thomas Burgess zal in december oordelen of het vermeende delict van “verheerlijking van het terrorisme” ontvankelijk is voor uitlevering.

Op 22 december 2009 bracht de Baskische PNV-krant “Deia” en de zusterkranten van de groep “Noticas” het bericht als zou Arnaldo Otegi, de gevangen leider van de radicale nationalisten, “zijn plaats in de politiek opgeëist hebben”. Deze krantengroep werd “ingelicht” over een brief die Arnaldo Otegi vanuit de gevangenis van Soto del Real zou geschreven hebben aan een andere gevangene die in Zuera (Zaragoza) een straf uitzit, omdat hij aan de Bevrijding van zijn Volk werkt.

Dat de groep Noticias dit te weten komt, stemt tot nadenken (behalve in Spanje), maar dat ze dit nog publiceren ook is uitermate vies!

De briefwisseling tussen politieke gevangenen wordt gecontroleerd. Dat iemand van het gevangeniswezen de inhoud lekt (mogelijk voor een paar schamele duiten) is in dit land zonder politieke moraal niet uitzonderlijk, maar dat een “Baskische” krant van die vuile politiek profiteert is uiteraard beschamend!

Het mooie is dat Otegi het in de brief aan zijn bloedbroeder zelf heeft over mogelijke lekken!

Otegi en de zijnen hebben onlangs een strategie uitgedokterd om tot een oplossing van het conflict te komen, maar een andere (radicale) strekking opteert voor de gewapende strijd. En dan komt een Basische krant hier een beetje in stoken!

De verdediging van Otegi onderneemt nu stappen wegens het schenden van het postgeheim. Ze willen laten onderzoeken wie van het gevangenispersoneel lekte en ze willen ook de krantengroep aanpakken omdat ze de geheimen openbaar maakte.

>>>>>>>>